Germinal Beerschot gaat voort zonder technisch directeur Aimé Anthuenis en teammanager Eric Verhoeven. Bedankt voor al dan niet bewezen diensten.

Gefronste wenkbrauwen op en rond het Kiel wanneer in 2006 Aimé Anthuenis wordt binnengehaald als technisch directeur. Het transferbeleid liep er prima zonder een man in die functie, niet in het minst dankzij voorzitter Jos Verhaegen, die veel van voetbal kent en zich persoonlijk inlaat met zowat elke transfer.

Vage gedachten

Het manoeuvre was deels ingegeven door de veronderstelling dat de ex-bondscoach – een vriend van Verhaegen – extra deuren zou openen dankzij zijn naam, faam en afgelegd parcours. Ook werd gespeeld met het vermoeden dat zijn komst het imago van de club positief zou beïnvloeden met het oog op eventuele nieuwe sponsoring. Een derde achterliggend idee dat nu wordt aangewezen, was de bedenking dat het niet onverstandig leek om een ervaren rot te hebben naast toenmalig trainer Marc Brys.

Meer dan relatief vage gedachten kun je het niet noemen. Een duidelijke omschrijving van de jobinhoud was er nooit, wat het moeilijk maakt om de prestaties van de technisch directeur te beoordelen en wat het de persoon in kwestie lastig maakt om zich te verdedigen.

Gaandeweg werd wel duidelijk dat de club Anthuenis’ invloed overschat had. En tussen Anthuenis en Brys klikte het niet honderd procent.

Voorts leek ook op het transfervlak de motor te sputteren, in de algemene perceptie het gewichtigste aspect van de job. Anthuenis zorgde wel voor de komst van commercieel manager Paul Heylen, maar op sportief gebied wordt enkel middenvelder Toufik Zerara genoemd als een door Anthuenis geregelde transfer. Toufik wie, zegt u? Juist. Voorts liet hij ook de naam van spits Bjorn De Wilde vallen, die grijsjes kwam en ging. Maar wie dat lijstje nog wil aanvullen, komt al in de problemen.

Stapje voor stapje

Anthuenis verhuisde naar het Kiel om in het gekende verhaal te stappen: de club wil naar de top. De remmende voetnoot die daarbij wel eens genegeerd wordt, zegt dat de voorzitter, die bijna niks langs zich heen laat gebeuren, die doorgroei zo risicoloos mogelijk wil. Stapje voor stapje dus. In Anthuenis’ visie wordt al eens een fase overgeslagen.

In het licht van de ambitie om een grote ploeg te bouwen viel het de technisch directeur zwaar dat spits François Sterchele mocht gaan, en onlangs ook middenvelders Hernán Losada en Gustavo Colman. Een sportieve processie van Echternach, maar allemaal sterk winstgevende transfers in de lijn van de geleidelijke visie van Verhaegen.

En bijvoorbeeld Anthuenis’ voorstel om spits Luigi Pieroni te strikken, belandde direct in de vuilnisbak. Een miljoen euro voor één speler, plus een dikke maandwedde, dat betaalt Verhaegen niet, wegens te riskant. Dan liever vijf jongens voor minder geld en hopen dat er één meevalt.

Het is natuurlijk makkelijker om gokjes te wagen met andermans geld dan met eigen centen. Op het Kiel laat Verhaegen dat niet toe. Er is maar één kapitein op het schip. Die houdt het roer stevig in handen. Verhaegen kent de kas, wil iedereen correct en tijdig betalen, en dus bepaalt hij wanneer de portefeuille wordt bovengehaald en wanneer jongens kunnen gaan.

Plus: de preses screent interessante spelers zelf, stelt geen blind vertrouwen in anderen. Anthuenis volgt ook graag matchen, maar diept daarnaast ook vlotjes zijn gsm op om wat rond te bellen, bijvoorbeeld met makelaars.

Nog qua aanpak en ook in de context van de niet omschreven jobinhoud past de vraag of Verhaegen niet liever een technisch directeur ziet die tijdens matchen van de eerste ploeg zijn zitje op de eretribune leeg laat om elders spelers te bekijken. En de vraag of het gepast was om tijdens de rust van een thuismatch tegen STVV in de kleedkamer zijn zegje te doen. Buiten kijf staat wel dat hij toen door persoonlijke aanvallen op een paar spelers, onder wie Colman, een zware uitschuiver maakte, wat zijn positie tegenover enkele jongens niet ten goede kwam.

Dure vogel

Meer dan eens wordt de indruk geventileerd dat Anthuenis het allemaal wat onderschat heeft. De vaak als ‘uitbolfunctie’ gepercipieerde taak werd hem voorgeschoteld toen hij na een burn-out even genoeg had van het hectische trainerswereldje. In de marge van een interview met dit blad eerder dit jaar zei hij: “Alles hangt af van de druk die je jezelf oplegt.”

Vragen om ergens een wedstrijd bij te wonen beantwoordde hij positief. Dat Anthuenis telkens, ook na onder andere ongeveer tien trips naar Frankrijk en een reis naar Brazilië, alleen vaagweg met enkele namen terugkwam en geen verslag plus wedstrijdformulier indiende zoals gebruikelijk, zorgde volgens de ene voor wat onderhuidse wrevel, maar was volgens de andere niet bepalend bij het besluit dat nu genomen is.

In elk geval is de slotsom dat een kosten-batenanalyse niet in het voordeel van Anthuenis uitdraaide, toch een relatief dure vogel voor de club. Als je weet dat Verhaegen zich al opjaagt wanneer in een clubomgeving een tv staat te spelen waar niemand naar kijkt, en dan retorisch vraagt wie dat betaalt, is de beslissing om Anthuenis’ contract niet te verlengen dan ook geen wonderlijke uitkomst.

Weerkerende waas

Dat het contract van teammanager Eric Verhoeven evenmin wordt verlengd, hing ook in de lucht. Ook hier dwarrelde een waas rond de invulling van de job. Terwijl de ene een teammanager omschrijft als een veredelde délégué en zich afvraagt of daar überhaupt een contract tegenover moet staan, merken anderen op dat de rompslomp waarmee Verhoeven moet afrekenen, bij het bestuur wel eens onderschat wordt. Zeker omdat bij een groot verloop van spelers telkens een boel papieren in orde moet raken. Eén commentaar keert trouwens vaak terug: “Ik had zijn job niet gewild.” Opmerkelijk ook, klinkt het, dat het takenpakket van Eric verdeeld zal worden over liefst vier mensen.

Verhoeven werkt op zelfstandige basis en kiest zijn uren zelf. Zo kwam het dat Verhaegen wel eens vaststelde dat op bepaalde tijdstippen iedereen er al was, maar de teammanager nog niet. De voorzitter miste wat zicht op zijn functioneren.

De zoon van Eric, spits Vincenzo Verhoeven, stootte intussen door naar de eerste ploeg. Hoewel Eric dat strikt kon scheiden van zijn job bij de club, vergemakkelijkte het bij contractbesprekingen zijn positie aan tafel niet.

Ten slotte heeft Verhoeven Beerschotbloed. Hij is zeker geen Ekerenman, zoals Verhaegen. De teammanager heeft ook het hart op de tong. Hij wordt omschreven als een stand alone met een navelstreng naar de club. Een bon vivant, sympathiek, maar eigenzinnig en wat nonchalant. Als er fouten gemaakt waren, ging de beschuldigende vinger vaak in zijn richting. Hij raakte het statuut van pispaal beu, anderen hadden last met zijn stijl. S

door kristof de ryck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content