Vier jaar geleden redde Roland Duchâtelet STVV van de vereffening. Wie de voorzitter vandaag met de vinger wijst, vergeet dat het verval voordien al was ingezet. Een reconstructie met slechts één constante: dat er geen is. Of het moet Duchâtelet zelf zijn.

Haspengouw staat in bloei wanneer in het voorjaar van 2004 Roland Duchâtelet STVV te hulp schiet. Met een kapitaalsinbreng van één miljoen euro redt hij de club van de vereffening en de daaruit voortvloeiende degradatie. “Het gaat om kapitaal, geen lening dus, en het is niet de bedoeling dat ik het terugkrijg”, zegt hij in een interview met De Morgen. Volgens de mecenas worstelt de eersteklasser met een tijdelijk kastekort en is er geen structurele schuld. “STVV draait nu al break-even”, laat hij optekenen.

Duchâtelet, rijk geworden door de beursgang van zijn bedrijf Melexis in 1997, loopt dan al vier jaar rond op Staaien. Commercieel manager Geert Smets heeft hem in 2000 binnengehaald als hoofdsponsor en treedt in dezelfde periode bij hem in dienst. Duchâtelet heeft geen enkele bestuurlijke ambitie en hoopt via het voetbal vooral bekendheid te verwerven voor zijn politieke beweging Vivant.

Verblind door bekerfinale

Op vraag van voorzitter Leo Schepers en in overleg met Duchâtelet keert Smets begin 2003 terug naar de club. Het tekort op de rekening is van een beheersbare één miljoen euro in 2000 almaar blijven oplopen en Schepers maakt zich zorgen.

De reden voor het deficit ligt onder meer in de toenmalige licentievoorwaarden. Die maken zware investeringen aan het stadion noodzakelijk. Verder is een verklaring, zoals meestal in het voetbal, niet ver te zoeken. Ondanks de rode cijfers gaat de club zich te buiten aan zware lonen. Transfers ze het niet aankunnen, drijven ze toch door. Om bij Westerlo Dalibor Mitrovic (ex-Club Brugge) te kunnen wegplukken wordt Rock Werchterorganisator en (Open) VLD-politicus Herman Schueremans, een vriend van Smets, overgehaald het geld voor te schieten. De Joegoslavische aanvaller verhuist voor 500.000 euro naar STVV.

De transfer draait uit op een miskleun. Minder dan een half jaar later wordt Mitrovic uit acute geldnood en met verlies van de hand gedaan. STVV beëindigt het seizoen nog met een mooie vierde plaats en de bekerfinale, maar het schip maakt dan al zwaar water.

De finale tegen La Louvière wordt een afknapper van formaat: STVV verliest met 3-1. Nog altijd is het een populaire theorie op Staaien dat de beker naar Limburg zou zijn verhuisd, mocht Désiré Mbonabucya niet al vroeg in de finale ten onrechte voor buitenspel zijn afgevlagd en een bal van hem over de doellijn als doelpunt zijn toegekend. Clubs zouden vervolgens in de rij hebben gestaan voor de zwarte parel en STVV zou een stevige financiële slag hebben geslagen. Het gebeurt allemaal niet.

Tot overmaat van ramp loopt de andere uitblinker, Claude Kalisa, vier maanden later een dubbele beenbreuk op met de nationale ploeg van Rwanda. Een heel seizoen gaat in rook op en Kalisa zal nooit meer de oude worden. Eind 2006 zet hij een punt achter het topvoetbal.

Truitjes zonder sponsor

In die context stappen Smets en gerechtigd correspondent Ludwig Sneyers eind 2003 naar Duchâtelet. De keuze die ze hem laten, is er eigenlijk geen: het is de vereffening of een overname. Tot dat laatste achten zij maar één man in staat.

Duchâtelet hééft de club dan al eens uit de nood geholpen. STVV vat het successeizoen 2002/03, dat uitloopt op plaatsing voor de Intertotobeker en de bekerfinale, aan zonder hoofd- of nevensponsor op de trui. Bij gebrek aan alternatief wordt Duchâtelet te elfder ure bereid gevonden een jaar langer dan afgesproken op borst en rug te blijven staan.

Het daaropvolgende seizoen is het weer van dat. Ook op het veld gaat het van kwaad naar erger: na de winterstop boekt de ploeg van Jacky Mathijssen maar één overwinning meer. Wanneer de trainer drie speeldagen voor het einde halsoverkop naar Sporting Charleroi vertrekt, is STVV mathematisch nog niet gered. Onder meer dankzij een fel besproken uitzege bij Antwerp (op het veld zouden onoorbare voorstellen tussen spelers zijn gedaan) ontloopt het de degradatie.

Duchâtelet heeft zijn besluit dan al genomen: hij neemt de club over. Het deficit (zonder de investeringen aan het stadion) is ondertussen opgelopen tot ongeveer 2,5 miljoen euro. Hij betaalt alle schuldeisers uit – ook Schueremans – en stelt STVV zo in staat zijn licentie voor het nieuwe seizoen in de wacht te slepen.

De grootste verandering is dat de club van dan af door een nv wordt bestuurd. Naast Duchâtelet wordt ook Schueremans beheerder van de nieuwe nv. De oude vzw blijft voorlopig bestaan, maar heeft geen enkele macht meer. Leo Schepers mag wel voorzitter blijven.

Lang duurt dat laatste evenwel niet. Tussen Schepers en Duchâtelet komt het tot een aanvaring, waarover tot op vandaag weinig is geweten. “In een gesprek onder vier ogen is er iets misgelopen”, zegt een insider. “Dat moment is een breekpunt geweest voor de club. We hadden de kans om ervaring en vernieuwing samen te brengen, maar hebben die kans door een ruzie tussen twee mensen gemist.”

Kampfschwein in porseleinkast

Behalve op het bestuurlijke vlak wordt er ook sportief tabula rasa gemaakt. Duchâtelet legt alle sportieve verantwoordelijkheid in handen van één man: Marc Wilmots. Hij wordt ‘manager naar Engels model’ en verenigt de functies van coach en technisch directeur. Voor Guy Mangelschots is nog slechts een onbeduidende figurantenrol weggelegd.

Wilmots koopt met weinig geld een zo goed als nieuwe spelersgroep bij elkaar. De stijlbreuk is radicaal. STVV ziet het plots groots en huldigt voortaan de slogan ‘de wereld, ons dorp’. Een pak buitenlandse, vooral Afrikaanse voetballers komt de kleedkamer vullen. Het resultaat is een Berlijnse muur tussen twee kampen die het nooit met elkaar zullen kunnen vinden.

Wilmots trekt er zich niets van aan. De senator heeft carte blanche en dendert door de club als een Kampfschwein door de porseleinkast. Hij omringt zich met jaknikkers, waarvan de assistent-trainer al vroeg moet opstappen omdat de spelers lachen met zijn onkunde. Een voorstel om Thomas Caers, die zijn spelerscarrière door een heupblessure afsluit, bij de technische staf te betrekken, stuit op het njet van Wilmots. Die ziet in de populaire ex-speler een bedreiging.

Niemand voelt zich nog op zijn gemak. Wilmots brengt zelfs zijn woordvoerder uit de Senaat mee, langs wie alle afspraken moeten passeren. Interviews worden voor publicatie nagelezen. Door zijn senaatsactiviteiten worden de aanvangsuren van de trainingen voortdurend aangepast. Wilmots laat zich niet kennen als een rechtlijnige man en een aantal spelers komt in opstand. Tijdens de winterstage in Turkije trekken ze aan de alarmbel.

Enkele weken later wordt Wilmots ontslagen. Mangelschots, die er door Wilmots – ten onrechte overigens – van wordt verdacht de interne onvrede over zijn werkwijze te hebben gelekt, wordt gerehabiliteerd. Op het oefenveld komt hij niet meer, maar tijdens de wedstrijden neemt hij voor het laatst plaats op de bank.

Contract voor Van Winckel

Lang voor het seizoen om is, wordt Herman Vermeulen al vastgelegd als aanstaande nieuwe trainer. Vermeulen zal zich zijn snelle beslissing achteraf zwaar beklagen. STVV is zijn eigenheid onder Wilmots helemaal kwijtgeraakt. Nauwelijks bekomen van het debacle wordt het roer opnieuw radicaal omgegooid. Een karrenvracht spelers gaat in de uitverkoop en weer is er geen geld voor goede vervangers. Mangelschots zit weer op zijn oude stoel, maar dat hij voor Wilmots aan de kant is geschoven, heeft iets in hem geknakt.

In dezelfde periode valt de naam van Jan Van Winckel, op dat moment assistent-trainer bij KV Mechelen. Van Winckel woont op enkele kilometers van Staaien en woont er geregeld wedstrijden bij. Een clubmedewerker uit de bedrijfsentourage van Duchâtelet ontmoet hem op een seminarie en is onder de indruk. De volgende dag al wordt Van Winckel ontvangen op Melexis, waar Duchâtelet hem een voorstel doet voor een functie in het sportieve beleid. Tot een ondertekening van het contract komt het echter niet: Mangelschots laat Duchâtelet weten dat hij nog niet aan stoppen denkt. Beslist wordt om het einde van het seizoen af te wachten. Van Winckel tekent dan al voor Club Brugge.

Ook Vermeulen haalt dat einde niet meer. Met zijn voorzichtige voetbal en kritische analyses intern maakt hij zich niet populair bij de eigen aanhang en sommige spelers, maar vooral wordt hij het slachtoffer van Zheyun Ye. De uitbarsting van het gokschandaal na de met 1-3 verloren thuiswedstrijd tegen La Louvière creëert een sfeer van wantrouwen en verdachtmakingen, waarin het steeds moeilijker werken is. Dusan Belic wordt geruisloos langs de achterdeur weggedaan, Ilija Stolica en Cyril Ramond krijgen amper nog speelbeurten. Meer dan enkele gelijke spelen haalt Vermeulen er niet meer uit.

‘Me know nothing’

Thomas Caers kijkt niet verrast op wanneer STVV hem vraagt voor de opvolging. Als man van Mangelschots keert hij terug op het oude nest. Caers zet hoog in en steekt niet onder stoelen of banken dat het technisch directeurschap zijn ambitie is. Mangelschots bevestigt dat hij in hem op termijn zijn opvolger ziet.

Caers zet de sportieve organisatie meteen stevig naar zijn hand. Hij speelt ook met vuur: voor de competitieopener zet hij Peter Van Houdt, die met irritante vedetteneigingen uit Duitsland is teruggekeerd, op de bank. En hij ontneemt de anciensPeter Delorge en Nicky Hayen de aanvoerdersband. Het voetbal is bij vlagen spectaculair, maar vooral buitenshuis laat de ploeg het glansrijk afweten. Na een 3-0-nederlaag bij Zulte Waregem voelt de trainer zich door de spelers in de steek gelaten en gaat op gesprek bij Duchâtelet.

Ondertussen zijn algemeen coördinatrice Anja Verweyen en Geert Smets in paniek spelers beginnen op te bellen met de vraag of de groep nog achter de trainer staat. Minder dan 24 uur na weer een nederlaag liggen de reacties voor de hand. Duchâtelet licht Caers zelf in. Die neemt ’s anderendaags ontslag uit zijn functie.

Daarmee is hij de derde trainer op rij die door de spelers ten val wordt gebracht. Na tweeënhalf jaar is Duchâtelet er nog altijd niet in geslaagd intern orde en structuur te creëren. Zonder bestuur en zonder sterke dagelijkse leiding houdt niets de spelers tegen om om de haverklap met hun gejammer op de stoep van het secretariaat te staan. En nooit eens iemand die hen op hun nummer zet. Op Staaien zijn de spelers aan de macht.

Mangelschots is de enige buffer, maar het clubmonument trekt steeds vaker overal zijn handen van af. Die bewuste maandagochtend is hij afwezig. Hij verblijft in Boedapest, waar hij ’s avonds een wedstrijd van FC Újpest bijwoont, de Hongaarse club waarmee STVV sinds een klein jaar samenwerkt. Naar zijn zeggen heeft hij nog geprobeerd Smets en Verweyen hun plan uit het hoofd te praten, maar volgens die twee was de technisch directeur vooraf perfect op de hoogte. Dat Mangelschots zou hebben verzuimd Caers rugdekking te verlenen, maakt het voor die laatste dubbel zuur.

Hongaarse connectie

Het is François Laureyssen die op zoek mag naar een nieuwe trainer. Laureyssen is kort voordien door Duchâtelet als zijn persoonlijke adviseur binnengehaald. Beide mannen kennen elkaar van toen Laureyssen aandeelhouder was van een IT-bedrijf waarmee Duchâtelet zaken deed. De flamboyante Antwerpenaar begint aan een pendelbestaan tussen Sint-Truiden en Boedapest, waar hij sportief directeur en minderheidsaandeelhouder is van FC Újpest. Afhankelijk van de bron zou Duchâtelet er hoofdaandeelhouder zijn, dan wel de club een lening van 500.000 euro hebben toegestaan bovenop een eerdere kapitaalsinjectie. Duchâtelet ontkent zijn aandeelhouderschap.

Laureyssen komt met een oude vriend aanzetten: Henk Houwaart. Het wordt een ramp. ‘Haagse Henkie’ is dépassé en bij spelers en stafleden twisten ergernis en lachstuipen om de voorrang. Alleen keeperstrainer Eddy Raymaekers steekt zijn nek uit en wordt prompt gedegradeerd. Mangelschots haalt zijn schouders op. De komst van Laureyssen betekent een nieuwe slag in zijn gezicht en meer nog dan voordien laat hij alles op zijn beloop.

Opnieuw neemt assistent Peter Voets over. Iemand met twee gezichten, wordt gezegd. Sympathieke clubman, maar een slippendrager als het eropaan komt. Hij krijgt Valère Billen naast zich. Billen stond als jeugdopleider en hoofdtrainer van Újpest al deels op de Truiense payroll en is kort voor de jaarwisseling door zijn Hongaarse bazen ontslagen. Ook Laureyssen stapt op en gaat zich nadrukkelijker met STVV bezighouden. De samenwerking tussen beide clubs wordt naar verluidt stopgezet.

Le petit Napoléon

Nog voor Houwaarts ontslag is ook Sylvain Gielen STVV komen vervoegen. De jarenlange sponsor heeft zijn schoenbedrijf Ambiorix verkocht en is door Duchâtelet aangetrokken om organisatorisch orde op zaken te stellen. Met zijn onbehouwen stijl maakt hij binnen de kortste keren het ene slachtoffer na het andere. Le petit Napoléon luidt al gauw zijn bijnaam.

Net als Mangelschots ontwikkelt Gielen een frisse allergie voor Laureyssen, de enige die geen verantwoording bij hem moet afleggen. Na drie jaar wordt de raad van bestuur die sinds Duchâtelets overname was afgeschaft, weer in het leven geroepen (enkele maanden later stapt Herman Schueremans er ontgoocheld alweer uit). Ook wordt de oprichting van een driekoppige sportieve cel bekendgemaakt: naast Laureyssen en Mangelschots zal ook het opgeviste bestuurslid Aimé Vanleeuw er deel van uitmaken. Van een technisch directeur is geen sprake meer.

Een lang leven is ook die constructie niet beschoren. Laureyssen blijft de sportieve lijnen in zijn eentje uittekenen. Mangelschots zet ‘een stap opzij’ en zwijgt. Voortaan voert nog slechts één man de communicatie over het sportieve, decreteert Duchâtelet: hijzelf.

Het eerste elftal is inmiddels toevertrouwd aan Laureyssens vriend Billen. Die wordt het slachtoffer van het peterprinciple: goede veldtrainer, te weinig hoofdcoach. Ook hij krijgt de spelers niet op het rechte pad. Peter Van Houdt komt geregeld aanzetten met een alcoholkegel en slaapt zijn roes uit op de club. Lang na Billen zal hij na een zwaar auto-ongeval op non-actief worden gezet. Hij is niet de eerste. De avond dat hij vijf doelpunten om de oren heeft gekregen op Cercle Brugge gaat doelman Frank Boeckx stevig stappen. Glaasje op en auto total loss. Hij slijt de rest van het seizoen op de bank en ziet zijn olympische droom in rook opgaan.

Staalhard ontkennen

Na vijf opeenvolgende nederlagen beslissen Duchâtelet en Laureyssen om uiteen te gaan. De kritiek op het gevoerde transferbeleid is te groot geworden. Ook Billen zet een stap opzij. Gielen ontslaat Raymaekers en haalt zijn vriend Poll Peters binnen. Duchâtelet zaait openlijk verwarring door te verklaren dat er niemand komt om de taken van Laureyssen over te nemen. Gielen belt niettemin opnieuw met Jan Van Winckel, maar die zit goed in Brugge, en ook Guy Vandersmissen bevestigt dat hij is benaderd. Zelfs Marc Wilmots wordt genoemd. Duchâtelet ontkent staalhard.

Daarmee staat zijn betrouwbaarheid meer dan ooit op het spel. Het is ook duidelijk dat hij en Gielen niet op dezelfde golflengte zitten. Beslist wordt om in de winterstop de portemonnee breed open te trekken voor versterking. Thomas Caers, die als hoofd opleidingen in de club is gebleven, wordt ingeschakeld in de scouting.

Met een halve nieuwe ploeg en Dennis van Wijk als nieuwe trainer slaagt STVV er niet in de degradatie te ontlopen. Nog één incident sluit de aftakeling in stijl af. Caers wil investeren in de jeugdwerking, cost cutter Gielen heeft maar één opdracht: besparen. Tussen beide mannen klikt het van dag één niet en Caers stapt naar Duchâtelet. Daar krijgt hij het deksel brutaal op de neus: door Gielen te omzeilen heeft hij de interne hiërarchie overtreden. Het vertrouwen van Duchâtelet in Caers wankelt voor het eerst.

Caers wordt van frustratie onvoorzichtig. In een van hun weinige gesprekken klaagt Van Wijk over het gebrek aan professionaliteit in de club. Caers waarschuwt hem dat hij de volgende ontslagen trainer in een lange rij wordt als er niet snel een duidelijke sportieve visie en structuur komt. Het gesprek lekt uit en dat wordt Caers fataal. Aan het besluiteloze geschipper van Mangelschots heeft hij dan al lang niets meer. Hij raakt steeds meer geïsoleerd en biedt zijn ontslag aan. ’s Anderendaags ontzegt het jeugdbestuur hem per direct de toegang tot de club.

Het is de laatste Truiense kop die rolt in de eerste klasse. S

door jan hauspie

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content