Topfavoriet KRC Genk kijkt op 9 mei in het Koning Boudewijnstadion met Cercle Brugge een gevaarlijke underdog in de ogen. Wat dienen de Limburgers te onthouden van hun vorige zeges in 1998, 2000 en 2009? Enkele tips.

1. Je leert bier en champagne drinken.

De 58-voudige IJslandse international Thordur Gudjonsson scoorde niet alleen in 1998 bij de 4-0-zege tegen Club Brugge, vooral in 2000 was de zwervende rechtermiddenvelder outstanding in het bekertoernooi. Gudjonsson kroonde zich met vijf treffers tot topschutter van de gehele bekercompetitie, waaronder twee goals in de eindstrijd tegen Standard. Na de vroege openingstreffer van Frédéric Pierre (openingsminuut) en de gelijkmaker van Zoran Ban legde de toen 26-jarige speler na de rust de basis voor de 4-1-zege tegen Standard. Gudjonsson stond in Limburg bekend als een geheelonthouder, aan wie alcohol niet was besteed. Maar de nuchtere IJslander toonde telkens achteraf dat hij goed kon vieren, want na de traditionele champagne schrok Gudjonsson er niet voor terug om ook redelijk wat bier binnen te kappen.

2. Je bent als aanvoerder lang niet zeker van een basisplaats.

Domenico Olivieri speelde zijn laatste officiële duel in 2000, via een invalbeurt van amper twee minuten in de finale tegen Standard. De verdediger, het voorbeeld van de clubspeler en boegbeeld van Racing, was het type van een echte ouderwetse libero, die zekerheid inbouwde om zijn manco aan snelheid en wendbaarheid te compenseren. Dat gebrek aan voetballend vermogen zorgde voor wrevel bij Jan Boskamp. Hij wilde omschakelen naar zonevoetbal, hetgeen met Olivieri onmogelijk bleek. Doordat de routinier met een letsel maar net op tijd fit zou geraken voor de finale plaatste Boskamp een zwaar ontstemde Olivieri op de invallersbank, terwijl de aanvoerdersband werd gedragen door Wilfried Delbroek.

Olivieri was echter niet de grootste pechvogel. Die eer was weggelegd voor linksback Stefan Teelen. Nadat hij in 1998 door Aimé Anthuenis als zestiende man naar de tribunes was verwezen, miste de Maaseikenaar de finale van 2000 door een schorsing.

3. Een vertrek van de sterkhouders na een zege behoort tot de mogelijkheden.

Van de veertien voetballers die in 2009 van Pierre Denier speelgelegenheid kregen bij de 0-2-overwinning tegen KV Mechelen liggen enkel Elyaniv Barda en Ngcongca Anele nog onder contract in de Cristal Arena. Invaller Tom Soetaers (KV Kortrijk) was toen de enige opmerkelijke vertrekker enkele maanden later.

Na de bekerzege in 1998 waren er verschillende van de veertien door Aimé Anthuenis ingezette jongens die hun geluk elders beproefden, zoals de basiskrachten Jacky Peeters (Arminia Bielefeld), Davy Oyen (PSV), Andy Stroy (Cercle Brugge), Philippe Clement (Coventry) en invaller Ernest Konon (Wisla Krakau). Ook in de zomer van 2000 kozen Thordur Gudjonsson (Las Palmas), Besnik Hasi (1860 München) en invaller Ferenc Horvath (Energie Cottbus) voor nieuwe en meer lucratieve bestemmingen.

4. Je hoeft geen goed seizoen af te werken om de beker te veroveren.

Vraag dat maar eens aan vast meubelstuk Pierre Denier, die de drie bekerfinales vanop de bank meemaakte. In 2000 gebeurde dat aan de zijde van Jan Boskamp, die in februari de ontslagen Jos Heyligen (na amper zeven maanden)had opgevolgd. Diens positie was onhoudbaar geworden – door een gebrek aan scorend vermogen – na een desastreuze vier op achttien in competitieverband, waardoor voorzitter Edgard Troonbeeckx vreesde voor het verlies van een Europees ticket. Zijn vrees kwam uit, want de flamboyante en agressieve Belgische Nederlander eindigde slechts op de achtste plaats.

Datzelfde eindklassement kwam er ook in 2009, na een turbulent seizoen onder Ronny Van Geneugden, die vanuit de jeugdwerking – onder andere als beloftecoach – was doorgeschoven naar de A-kern. De gewezen offensieve middenvelder vertrok echter in maart 2009, na zes jaar, uit het Fenixstadion na een gesprek met de toenmalige sterke man Harry Lemmens. Denier en assistent Hans Visser kregen van het bestuur het vertrouwen om ad interim de rest van het seizoen af te werken. Er werd naar een kloon gezocht als opvolger voor Van Geneugden (jong, werken met jongeren én Belgische nationaliteit). Die werd toen snel gevonden met Hein Vanhaezebrouck, maar zijn regeerperiode duurde slechts van juni tot november 2009.

5. Het seizoen na bekerwinst moet je vooral opletten voor onderschatting.

Doorstoten naar een beslissende fase vormde geen probleem, maar de ontnuchtering was vooral groot als je weet welke teams voor het struikelblok zorgden. In het seizoen 1998/99 werd vlot afstand genomen van Zultse VV, Moeskroen en STVV, om dan in de halve finales over twee duels onderuit te gaan tegen Lierse (2-4 en 1-1). Twee jaar later was het de beurt aan provinciegenoot Lommel om in dezelfde fase van de bekercompetitie met 1-2 en 1-1 door de stoten naar de eindstrijd. In het seizoen 2009/10 volgde na de nipte 1-0-zege tegen STVV in de zestiende finales met coach Frank Vercauteren een pijnlijke afgang in eigen huis tegen staartploeg SV Roeselare, dat dankzij treffers van SamirEl Gaaouiri met 1-2 naar West-Vlaanderen terugkeerde. Anele kreeg in de toegevoegde tijd nog rood wegens natrappen.

DOOR FRÉDÉRIC VANHEULE – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Na de traditionele champagne schrok geheelonthouder Gudjonsson er ook niet voor terug om redelijk wat bier binnen te kappen.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content