In het seizoen 1991/92 speelden voor het laatst drie Belgische clubs nog Europees voetbal na de winterstop. Dat waren Anderlecht, Club Brugge en AA Gent. Drie toenmalige basisspelers blikken vooruit naar de Europese confrontaties van de Belgische ploegen van donderdagavond.

Gezegd wordt dat het achttien jaar geleden is dat nog eens drie Belgische clubs samen overwinterden in Europa. Dat klopt niet. Pas als Standard, Anderlecht en Club Brugge déze ronde in de Europa League overleven, zullen ze hebben overwinterd. “Zeker in een winter als deze!”, lacht Franky Van der Elst. Van der Elst bereikte in 1992 met Club Brugge de halve finales van de Europacup voor bekerwinnaars. April was het en ook Anderlecht en Filip De Wilde maten zich nog met de besten van Europa. “Wij stonden op dat moment bijna aan de top in Europa”, zal hij zeggen tijdens het interview. AA Gent, de derde Belgische overwinteraar, was er een maand eerder uitgegaan. Zijn parcours was uitzonderlijk en een mooie bekroning voor de carrière van Erwin Vandenbergh, al had die zich de uitschakeling tegen Ajax mooier gewenst. “Ik heb toen negentig minuten alleen in de spits gestaan. De rest stond voor onze backlijn.” Drie ervaren rotten uit het vaderlandse voetbal lachen – zij kénnen René Vandereycken – en schatten de Belgische kansen op plaatsing voor de volgende ronde van de Europa League, in maart, enkele dagen nadat de lente officieel de winter zal hebben verdreven.

Heren, wordt dit een verhaal van ‘vroeger was het beter’?

De Wilde: “Wij zaten bij de laatste acht landskampioenen van Europa. Dat is ondenkbaar nu. Het is veel moeilijker geworden om zover te raken. Onder meer door de buitenlandersbeperking toen. Die maakte het makkelijker om je goede spelers te houden.”

Van der Elst: “Wij waren niet beter. Ik had vroeger ook dikwijls het gevoel dat we net te kort kwamen. Zo’n halve finale was uitzonderlijk voor Club.”

Vandenbergh: “De vraag is: is het buitenland sterker geworden of zijn wij zwakker? De buitenlanders brachten allemaal een meerwaarde toen. Dat is minder het geval nu.”

Heeft vergelijken met toen zin?

Van der Elst: “Mensen vergelijken graag, maar je moet alles in zijn context plaatsen. Het ís lang geleden dat er zo veel Belgische clubs overwinterd hebben. Daar kun je verklaringen voor zoeken. Is het jarenlang wel zo slecht geweest? Is het nu ineens zo veel beter? Maar dat lijkt me te simpel. Ik denk je het moet zoeken in het veranderde voetballandschap. Jonge talenten zijn steeds sneller weg. En de buitenlanders die komen, spreken direct van België als tussenstap, want eigenlijk willen ze naar Italië. Vroeger hadden we nog Europese toppers.”

De Wilde: “Dat was ook al minder, achttien jaar geleden. De generatie die Erwin nog heeft meegemaakt, met de Denen, dát waren wereldtoppers. De Belgische aanwezigheid nu heeft veel te maken met de hervormingen van UEFA-voorzitter Platini. Die zijn in het voordeel van de kleinere landen. Naast het kampioens-spoor zijn er andere manieren om in de Champions League te raken. En er is een platform gecreëerd waarop wij eventueel weer kunnen meespelen: de Europa League. Dat is het niveau waarop een goed Anderlecht mee kan. Voor het eerst wordt die nu ook met normale poules gespeeld, met een uit- en een thuismatch tegen elke tegenstander.”

Van der Elst: “Ik ga er niet mee akkoord dat het vroeger makkelijker was ver te raken. Emilio(Ferrera, ex-Clubcoach, nvdr) zei het ook altijd: het klopt niet. Anderlecht heeft nu toch geprofiteerd van het nieuwe systeem? Dat Ajax al geplaatst was vóór zijn laatste match, was een voordeel voor Anderlecht. Had het voorbij Ajax gemoeten in een heen- en terugduel met rechtstreekse uitschakeling, was dat toch iets anders geweest.”

Behalve als je Omonia Nicosia en Katowice voor de voeten geschoven krijgt, zoals Club achttien jaar geleden. Niet bepaald topclubs en je zat al in de kwartfinales. Om zover te raken, moet je nu heel wat meer wedstrijden afhaspelen.

De Wilde: “Zo’n Cypriotische ploeg, dat waren nog amateurs. Lootte je in die tijd een ploeg uit Scandinavië, was je dik favoriet. Dat is anders nu.”

Van der Elst: “Het was vroeger niet altijd moeilijker, inderdaad. Dat neemt niet weg dat het huidige systeem een voordeel kan zijn. Rechtstreekse uitschakeling is toch wat anders: het móét gebeuren in die twee wedstrijden.”

Vandenbergh: “Vandaag kun je een misstap rechtzetten. Vroeger niet.”

Kamperen op de backlijn

Erwin, jullie lagen er met Gent bijna uit in de eerste ronde, tegen Lausanne.

Vandenbergh: “Wij waren wel maar Gent hé. Niet Anderlecht. En we schakelden nadien toch Frankfurt uit. Dat was buiten verwachting voor een ploeg als Gent. Dat bleek ook tegen Ajax.”

Even dat elftal overlopen: Bergkamp, Jonk, Winter, De Boer, Van ’t Schip, Roy. Niet mis. Complimenten kregen jullie niet echt achteraf.

(collectieve lachbui)

Vandenbergh: “Dat was de bedoeling ook niet, denk ik. Niet afgaan, dat was het enige wat telde. Zelfs in onze thuismatch: ik heb toen negentig minuten alleen in de spits gestaan. De rest stond voor onze backlijn.”

De Wilde: “Te kamperen.”

Louis van Gaal zou nadien hebben gezegd dat René Vandereycken ‘nog het liefst verdedigers achter de doelpalen had opgesteld’.

Vandenbergh: “Die kwartfinale bereiken was iets ongelooflijks. Dan wil je als trainer een goed resultaat neerzetten, ten koste van veel …”

Van der Elst: “… het spektakel (lacht). Maar goed, als je ziet wat dat Ajax nadien nog heeft gewonnen. Kijk, we moeten de huidige Belgische prestaties echt wel naar waarde schatten. Zo vanzelfsprekend is het immers niet. Voor Anderlecht was overwinteren jaarlijkse kost, voor ons was het dat al minder. Wij lagen er ook wel eens uit in de eerste of tweede ronde, laat staan dat we de halve finales haalden. We zeggen wel eens graag hoe goed we toen wel waren, maar dat was zeker niet altijd zo.”

De Wilde: “Afgaand op mijn gevoel zeg ik: wij stonden op dat moment bijna aan de top in Europa. Wij hadden toch PSV al uitgeschakeld. Thuis 2-0, ginder 0-0 en Michel De Wolf die er Romario na tien minuten af stampt. Nu gaat alle aandacht naar de Champions League en daar zit geen enkele Belgische ploeg bij. Dat helpt om het stevig te relativeren, want dáár zit de top. Waar wij nu nog tussen staan, is de rest.”

Van der Elst: “Aan Standard zie je hoe moeilijk het vandaag is. Die hadden een schitterende ploeg – hoe lang geleden nog maar? Een jaar. Sindsdien zijn Fellaini, Dante en Onyewu vertrokken. Was Standard een Engelse club, dan speelden die daar nog. Pas dan kun je als ploeg groeien naar Cham-pions Leagueniveau.”

Wijst de huidige situatie op een voorzichtig herstel?

Van der Elst: “Dat is veel te voorbarig.”

De Wilde: “Pas als er de volgende jaren telkens nog één of twee ploegen bij zijn na Nieuwjaar, kun je zeggen dat je goed bezig bent. Nu zou ik het heel erg relativeren. Door het huidige systeem was Standard als kampioen van een kleiner land onmiddellijk geplaatst voor de poules van de Champions League. Daarin eindigde het als derde, maar als Bolat die bal niet binnenkopt, ligt het eruit.”

Achttien jaar geleden waren er na Nieuwjaar nog 24 ploegen actief in Europa, nu 48. Om even goed te doen als toen, moeten Anderlecht, Standard en Club ook deze ronde overleven en er in maart nog bij zijn.

Van der Elst: “Dus was het tóch een goede prestatie van ons achttien jaar geleden (lacht). Wat nu gebeurt, is zeker een goede zaak. Onze clubs kunnen zich hier wat aan optrekken. En in Europa zien ze dat toch, dat er nog drie Belgische ploegen bij zijn. Misschien maakt dat het weer wat interessanter voor goede buitenlanders om naar België te komen. Alleen wordt het moeilijk nu tegen Valencia, Bilbao en Salzburg.”

Botsing van ego’s

Wat zijn de kansen van Anderlecht tegen Bilbao?

De Wilde: “Ik denk dat we niet mogen klagen. Bilbao is een ploeg die niet ambieert top te zijn. Zij blijven hechten aan de traditie om met alleen Basken te spelen.”

Vandenbergh: “Je moet het durven zeggen zoals het is: Anderlecht moet zich kunnen meten met Bilbao. Het is Barcelona of Real niet.”

Van der Elst: “Anderlecht mag hoopvol zijn, maar het zal wél goed moeten zijn.”

De Wilde: “Maar zeggen dat we favoriet zijn, dat is nog wat anders. Achttien jaar geleden wel, nu niet. Maar de underdog zijn we ook niet. Ik denk dat het fiftyfifty ligt.”

Van der Elst: “Bilbao is een stugge ploeg. Nooit zwaar klop, nooit zwaar winnen. En een geweldig stadion! Ik speelde er ooit een vriendenmatch. Er zat niet veel volk, maar het kletterde.”

De Wilde: “Ik heb er nog Europees gespeeld met Beveren. Thuis 2-0 gewonnen, daar 3-1 verloren. De tribunes staan recht boven je hoofd. Plezant om er te spelen, maar het zal hevig zijn.”

Van der Elst: “Ik heb het gevoel dat Anderlecht beter gewapend is voor dat soort matchen dan een jaar geleden. Er is meer stevigheid. Polák is er niet bij, maar Kouyaté doet geen kwaad aan het elftal. Door hem komt Biglia beter tot zijn recht.”

De Wilde: “De botsing van de ego’s is wat weg. De hiërarchie is duidelijk nu. Biglia eist de ballen op en de andere gasten lopen en infiltreren.”

Van der Elst: “Cheikhou is een erg belangrijke schakel in dit Anderlecht. Ik heb hem gehad bij Brussels, ik weet: je kunt er soms op vloeken en zijn voeten moeten nog beter. Maar hij heeft zó’n groot loopvermogen dat anderen, zoals Biglia, meer ruimte krijgen voor hun voetbal.”

De Wilde: “Door omstandigheden hebben we spelers ontdekt. Spelers die voldoen ook. Polák viel weg, Wasilewski ook, daardoor moest Gillet naar achteren en zo kwamen er twee plaatsen vrij op het middenveld. Met Sare en Kou-yaté hebben we mogelijkheden om eens wat anders te proberen.”

Van der Elst: “Die denken ook minder snel: moet ík dat doen?”

Wat vermag Club tegen Valencia?

De Wilde: “Club heeft me verbaasd. Maar in zijn eerste match tegen Donetsk was het verschil toch ook duidelijk.”

Van der Elst: “En het gelijkspel ginder was een nul-nulletje dat je altijd wel eens kunt behalen. Als speler had ik vroeger soms ook het gevoel: er zat meer in. Maar als je dat gevoel te vaak hebt, is de conclusie dat je gewoon niet goed genoeg bent. Het kan niet altijd net niet zijn door pech of omstandigheden. Anders trek je wel eens aan het langste eind ook. Valencia is favoriet, dat is duidelijk. Het heeft niet de regelmaat van de absolute top, maar Villa, Silva en Mata: dat is Europese topklasse. Daar komt bij dat Club, in tegenstelling tot Anderlecht, een nieuwe ploeg heeft.”

Vandenbergh: “Normaal maakt Brugge geen kans. Anderlecht heeft meer stabiliteit dan de voorgaande jaren. Die bevestiging zal Brugge volgend seizoen moeten brengen.”

De Wilde: “Ik heb het gevoel dat Club vooral is beloond voor zijn lef. In Partizan, in Toulouse. Redelijk aanvallend, altijd scoren. En niet op de counter met geluk, maar omdat ze dominant waren.”

Van der Elst: “Met die intentie zullen ze wel niet in Valencia beginnen. Dat zou naïef zijn. Het zal vooral een test worden voor de verdediging. Daar durft het af en toe nog wel eens verkeerd te lopen. Als Club doorgaat, is dat een regelrechte stunt.”

Vandenbergh: “Maar mocht Anderlecht doorgaan, mag je ook niet zeggen dat het normaal is.”

De Wilde: “Europees is ons seizoen al geslaagd. We hebben voldaan aan de verwachtingen, maar ook niet meer dan dat.”

Van der Elst: “Iedereen was toch verbaasd dat Anderlecht zo’n klets kreeg van Lyon? Dat was een ontnuchtering.”

De Wilde: “Niet vergeten dat we hier en daar toch onze uitschuiver hebben gehad ook. Tegen Lyon, maar ook in Sivasspor en thuis tegen Zagreb. En de eerste match, in Zagreb, zijn we op een diefje gaan winnen.”

Supporter van Standard

Tot wat moet Standard in staat worden geacht tegen Salzburg?

Vandenbergh: “Standard is te wisselvallig dit seizoen. Ik weet niet of dat nog goed komt.”

Van der Elst: “Hoe zal Jovanovic zijn laatste wedstrijden spelen nu het zeker is dat hij straks naar Liverpool vertrekt? Bölöni is nu ook weg. Dat zijn toch omstandigheden die een invloed hebben. En het was al een ploeg met problemen.”

Is Salzburg favoriet? Het is máár Oostenrijk, maar ze hebben wel Matthäus, Trapattoni en Adriaanse gehad, en nu zit Stevens er. Geld schijnt er geen probleem te zijn.

Vandenbergh: “Ik denk dat er een heel goed Standard nodig zal zijn om Salzburg uit te schakelen.”

De Wilde: “Zij lopen er nochtans ook niet over in Oostenrijk. Maar in hun Europa Leaguepoule hebben ze alles gewonnen.”

Van der Elst: “Als je het maximum pakt in je groep, kun je wel iets.”

De Wilde: “Bij Standard wordt nog altijd gerefereerd aan die matchen tegen Liverpool. Een beetje te gemakkelijk soms, denk ik. Misschien zijn al die spelers ook van zichzelf gaan geloven dat ze echt zo goed zijn.”

Van der Elst: “Als kleine jongen was ik supporter van Standard. Zoals ze de laatste paar jaren liepen te voetballen, daar zaten we toch allemaal op te wachten? Maar met die erfenis zijn ze nadien niet goed omgesprongen. Na twintig jaar weg te zijn geweest had een beetje meer bescheidenheid wel gemogen.”

Hoe schatten jullie de kansen in?

Van der Elst: “Fiftyfifty. Standard heeft het de laatste paar jaren vooral van de grote confrontaties moeten hebben.”

Vandenbergh: “Ze zullen heel goed moeten zijn. Maar kansloos zijn ze niet.”

De Wilde: “60-40 voor Salzburg. Ik geef Standard nog het voordeel van de twijfel. Als een trainer verdwijnt, is dat altijd een moment waarop de spelers voor hun verantwoordelijkheid worden geplaatst.”

Van der Elst: “Als je Defour leest, heb ik mijn bedenkingen. ‘Nu is het gedaan’, ‘de maat is vol’, ‘mijn ploegmaats dit, mijn ploegmaats dat’ … Defour heeft maanden niet meegespeeld. Tegen Anderlecht zag ik hem voor het einde al naar binnen gaan. ’s Anderendaags stond er in de krant: ‘Ik kon het niet meer aanzien.’ Jongen, denk ik dan, jij bent toch de kapitein?”

Vandenbergh: “Dat moest je in onze tijd niet proberen. Wat sommigen niet durven te zeggen vandaag de dag!”

Het momentum pakken

Van welke spelers mag worden verwacht dat ze de stap naar een hoger niveau kunnen zetten?

Van der Elst: ” Defour. Mbokani heeft het ook volgens mij, maar talent is meer dan pure kwaliteit. Het is een heel pakket.”

De Wilde: “Soms is het raar. Je kunt een speler uit de verdediging van een ploeg als pakweg Manchester pakken, hem bij een Belgische ploeg zetten en het is niet zeker dat hij meedoet. Ik bedoel maar: een supertalent herkent iedereen, maar er net die speler uithalen die je in jouw ploeg kunt gebruiken, dat is de kunst.”

Van der Elst: “Ik had Ronaldo ook laten debuteren bij Sporting Lissabon.”

De Wilde: “Zoals Mazuch hier een paar maanden heeft gespeeld, dacht ik: die kan dat ook in de Premier League.”

Van der Elst: “Bij Anderlecht zou Lukaku het ook moeten kunnen op termijn. En las ik niet dat Valencia geïnteresseerd was in Odjidja? Perisic en Kouemaha hebben ook de kwaliteiten.”

De Wilde: “Er zitten bij de drie clubs spelers die op een hoger niveau mee kunnen.”

Is het denkbaar dat een Belgische club bij de laatste acht in de Europa League raakt?

De Wilde: “Als dat gebeurt, zal het een ploeg zijn die ook in de Belgische competitie over de tegenstand heen loopt.”

Zoals Anderlecht nu.

De Wilde: “Ik vind niet dat wij eroverheen lopen. Daar missen we nog iets voor. Algemeen wordt gezegd dat het goed is nu, maar waarschijnlijk moet het nog iets beter. Moeten we wat we op Germinal Beerschot hebben gebracht over een langere periode kunnen brengen. Pas dan mogen we erop hopen ook in Europa door te stoten.”

Kan doorstoten in de CL nog?

Vandenbergh: “Dat is te hoog gegrepen, denk ik.”

De Wilde: “De Europa League is de tweede klasse. Dat is ons niveau.”

Van der Elst: “Als je ziet wat Standard heeft gedaan tegen Liverpool. Het kán nog.”

De Wilde: “Maar dan moet je ervoor zorgen dat je het momentum pakt. Want zo is het weer weg. Je verliest twee spelers, nog eens twee en je mag herbeginnen. Als je Rosenborg jaar na jaar Champions League zag spelen, dacht ik altijd: dat moet een ploeg van bij ons toch ook kunnen? Dat is nu voorbij.”

Moeten we onze verwachtingen bijstellen?

De Wilde: “Dit zal over vijf jaar nog als een succesjaar worden beschouwd.”

Van der Elst: “Misschien moeten we ons voortaan wat bescheidener opstellen tegen de BATE’s. Niet zomaar zeggen dat we door móéten gaan.”

Vandenbergh: “Dát is het grote verschil met vroeger: dat zulke ploegen enorm zijn geëvo-lueerd. In onze periode waren dat de zwakke broertjes. Nu niet meer.”

De Wilde: “Je had vroeger ook maar drie Joegoslavische ploegen, en drie Russische. Dat is nu een veelvoud.”

Franky, je zei dat de aanwezigheid van drie Belgische clubs niet ongemerkt voorbij zal gaan in Europa. Is dat zo? Moeten ze daarvoor niet eerst voorbij deze ronde?

Van der Elst: “Echt verbazen kan nu pas, dat klopt. Zeker tegen twee Spaanse ploegen. Maar als je jarenlang nauwelijks ploegen hebt gehad die overwinterden, is dit wel opvallend.”

De Wilde: “Maar om te zeggen dat je weer meedoet? Daarvoor moet je nu nog een ploeg in de Champions League hebben.”

door jan hauspie – beelden: michel gouverneur

Om te zeggen dat

je weer meedoet, moet je nu nog

een ploeg in de Champions League hebben.

Filip De Wilde

Anderlecht moet zich kunnen meten met Bilbao. Het is Barcelona of Real niet.

Erwin Vandenbergh Valencia wordt vooral een test voor de verdediging. Als Club doorgaat, is dat een regelrechte stunt.

Franky Van der Elst

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier