In zijn hoofd had Patrick Sercu de affiche voor de Gentse zesdaagse al lang in elkaar geknutseld: als absolute attractie zou hij Iljo Keisse koppelen aan Mark Cavendish.De ex-wereldkampioen wilde heel graag in het Kuipke rijden, hij was niet vergeten hoe goed Keisse voor hem had gewerkt in de Ronde van Italië. Bovendien kunnen beiden het heel goed met elkaar vinden: niet toevallig hoorde Keisse tot de genodigden op het huwelijksfeest van Cavendish.

Maar de ploegleiding van Omega Pharma – Quick-Stepdacht daar anders over. Cavendish mocht niet in Gent starten. Ook Rolf Aldag, een van de ploegleiders, pleitte daar met nadruk tegen. Dat is vreemd, want in zijn actieve carrière draaide Aldag volop mee in de zesdaagsecarrousel. Maar de tijden zijn veranderd: de baan dient allang niet meer als wipplank voor de weg. En het aantal zesdaagsen slinkt met het jaar.

Een vakman als Patrick Sercu moet je zijn om dan nog steeds een fraai deelnemersveld in elkaar te steken. Tekenend voor de bloedarmoede in dit wereldje was niettemin dat Iljo Keisse aan de Nederlander Wim Stroetinga werd gekoppeld. Dat gebeurde op verzoek van de Gentenaar, al wist Keisse dat de snelle Stroetinga in ploegkoersen amper boven de middelmaat uitsteekt.

Zo ontrolde de Gentse zesdaagse zich niet volgens het te verwachten scenario. Iljo Keisse bewees op de voorlaatste dag nog altijd individueel de sterkste renner te zijn: de manier waarop hij samen met Stroetinga in de eerste ploegkoers met een doublette (twee keer rondewinst na elkaar) uitpakte, behoort tegenwoordig tot de rariteiten. Keisse deed wat hij wou, gesteund door een dappere Stroetinga. En de antagonisten bogen hier nederig het hoofd: Kenny De Ketele en Gijs Van Hoecke aan de ene kant, de verbazende Jasper De Buyst en de Duitse routinier Leif Lampater aan de andere.

Maar de ene dag is de andere niet en finales hebben hun eigen wetten. Zondagavond bleek niet alleen Wim Stroetinga maar ook Iljo Keisse een stuk minder snedig dan de avond voordien. Hun aanvallen werden gecounterd. Vooral de net twintig geworden Jasper De Buyst groeide naar een verbazend hoog niveau: toen in volle finale Van Hoecke-De Ketele een ultieme aanval plaatsten, reed niet Lampater, maar hij met bravoure de kloof dicht. Terwijl het de verwachting was dat de Brabander zichzelf in zijn dadendrang zou vergalopperen, kraakte hij geen moment. Met de onverwoestbare Lampater had De Buyst, die vanaf woensdag in Zürich start en daar een team vormt met Kenny De Ketele, de ideale compagnon en bleek deze ploeg een perfecte symbiose van snelheid en kracht, van robuustheid en doorzicht.

Het moet nog maar zelden zijn vertoond dat een renner zijn tweede echte zesdaagse wint en de wedstrijd eigenlijk al van in het begin domineert. Het zegt veel over de intrinsieke klasse van De Buyst, die in Gent zijn tien jaar oudere ploegmaat Lampater naar een hoger niveau trok. Ook dat is uitzonderlijk.

Opnieuw was deze editie van de zesdaagse met ruim 40.000 toeschouwers een groot succes. Door het vipgebeuren groeit deze wedstrijd steeds meer uit tot de Gentse winterfeesten, velen verdringen zich in het café en het restaurant en weten amper wat er op de baan gebeurt. Maar deze noodzakelijke commercialisering tast het sportieve niveau allerminst aan. Wat dat betreft, staat Gent meer dan ooit op eenzame hoogte.

DOOR JACQUES SYS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content