Jan Koller, over hem raken ze in Lokeren en Anderlecht nog altijd niet uitgepraat. Tien jaar geleden brak hij door in België, nadien maakte hij naam in de Bundesliga. Na een voor Tsjechië dramatisch verlopen wedstrijd tegen Turkije nam hij afscheid als international.

In 1996 speelde Pavel Nedved ei zo na voor Lokeren. Maar Viktoria Plzen, de club die het eigendomsrecht op het 23-jarige talent bezat, vroeg te veel geld onder tafel. Lokeren haakte af, net als PSV Eindhoven later. Twee andere talenten die bij Sparta Praag speelden, werden wel gestrikt: Vaclav Budka en Roman Vonasek. Zij schotelden de Lokerse delegatie meteen een alternatief voor Nedved voor: Jan Koller. Bestuurslid Fiel Laureys ging de Tsjechische spits bekijken: “Ik zag drie wedstrijden van hem bij de eerste ploeg, driemaal viel hij pas een kwartier voor tijd in. Nu ja, hij werd er geblokkeerd door Vratislav Lokvenc, dat was geen oneer. Dus ben ik eens naar een wedstrijd van de reserven gaan kijken. Hij ging nogal makkelijk tegen de grond, maar op het eind had hij toch één goal en twee assists achter zijn naam.” Koller werd in de deal betrokken – eigenlijk als voorwaarde om de twee anderen te overtuigen – en zo kwam het dat Lokeren voor het seizoen 1996/97 ineens drie Tsjechen rijker was.

Etappe 1: Sporting Lokeren

“We hebben geen voetballer, maar een basketter gekocht”, deed Lokerenvoorzitter Roger Lambrecht nogal lacherig bij de voorstelling van zijn nieuwe spits. Het was dan ook in de eerste plaats de opmerkelijke verschijning van Koller die de aandacht kreeg. Een dubbele meter, honderd kilogram droog aan de haak en schoenmaat 52. De vaste schoenensponsor van Lokeren had niet eens voetbalschoenen in die maat en dus speelde Jantje die eerste weken met kapotte schoenen, bijeengehouden door een opvallende gele tape. Ook moest het bed in zijn appartement verlengd worden tot 2,25 m. De anekdotes rond zijn figuur versterkten de scepsis rond Kollers capaciteiten als profvoetballer. De eerste maanden had Koller het heel moeilijk om zijn draai te vinden in België. Er was het hoongelach, de vreemde taal en omgeving, en bovendien zat hij privé in een dip. Zijn toenmalige vriendin – ze was ouder en had al een dochtertje van zes jaar – wilde niet naar België afreizen, Jan voelde zich in de steek gelaten en besloot al na een paar maanden naar zijn vaderland terug te keren. Vriend en toeverlaat Roman Vonasek overtuigde Jan door te bijten.

De eerste stap naar een geslaagde profcarrière in West-Europa was daarmee gezet. Een tweede volgde kort daarop: Fi Vanhoof werd als coach van Lokeren vervangen door Willy Reynders. Vorige maand nog, vlak voor het EK, verklaarde Jan Koller tegenover een reporter van Die Deutsche Welle dat er in zijn carrière drie belangrijke trainers waren: Willy Reynders bij Lokeren, Bert van Marwijk bij Borussia Dortmund en Karel Brückner bij de nationale ploeg. Chris Janssens was drie jaar lang bij Lokeren ploeggenoot van Koller en zag de Tsjech groeien in zijn rol als targetman. Janssens: “Dankzij Reynders zag je hem beter worden. Vooral zijn kopspel, want zijn timing bij luchtduels was in die beginperiode verschrikkelijk slecht. Ik ben blij dat ik met hem samen heb mogen spelen, een crème van een gast. In die drie jaar dat ik aanvoerder van hem was, heb ik hem nooit een boete moeten geven. Of ja, toch één keertje, toen hij net zijn contract bij Anderlecht had getekend, moesten we hem de volgende ochtend toch uit zijn bed gaan halen voor de training. Nu ja, dat begrepen we wel.

“Eigenlijk neem ik Jan één zaak kwalijk”, voegt Janssens er nog met een kwinkslag aan toe, “dat hij uiteindelijk voor Anderlecht tekende. Hij en ik hadden immers al een mondeling akkoord met Standard. We hadden zelfs samen medische tests afgelegd. Tot hij me belde dat hij voor Anderlecht koos, toen is de hele deal in het water gevallen en zag ik ook mijn transfer naar Standard door de neus geboord. Ach, het was Jan gegund.”

Etappe 2: RSC Anderlecht

In het seizoen 1998/99 kroonde Jan Koller zich tot topschutter van de Belgische competitie. Dat Koller die prijs uiteindelijk verzilverde met een transfer naar Anderlecht en niet naar Standard, had in de eerste plaats met centen te maken. De Brusselse club betaalde een recordbedrag van om en bij de drie miljoen euro. Maar de keuze voor paars-wit had nog een andere reden: Aimé An-thuenis. Hij en Koller woonden in Lokeren op amper 100 meter van elkaar. Zo blij als een kind was Anthuenis toen Anderlecht Koller inlijfde: hij kon beginnen te bouwen aan wat voorlopig het laatste Europese succesverhaal van Anderlecht zou worden. Steunend op het gouden aanvalsduo Tomasz Radzinski – Jan Koller gooide Anderlecht in het seizoen 2000/01 hoge ogen in de Champions League en bereikte het de tweede ronde. Het avontuur van de recordtransfer bij paars-wit begon nochtans met een valse noot. “Die eerste weken na zijn transfer kreeg ik toch een beetje schrik”, bekent Anthuenis nu. “Jan maakte geen beste indruk, hij miste veel kansen en deed onhandige dingen met de bal. Hij spuwde ook constant op de grond, daaraan merkte ik dat hij bloednerveus was. Je mag niet vergeten dat Koller uit een rustig dorpje in Tsjechië kwam, hij was helemaal geen stadsmens. Maar hij was op en top prof en bleef voluit gaan. Ik heb nooit een speler gekend die fysiek zo sterk was als Jan. Nooit geblesseerd, miste geen training en lag zelden op de massagetafel. Eén keer blesseerde hij zich tijdens de opwarming voor het CL-treffen met PSV, belangrijk voor de kwalificatie voor de tweede ronde. Hij moest binnen voor verzorging, ik kan je zeggen: toen was er paniek in de ploeg, hoor. Uiteindelijk speelde hij toch en wonnen we met 2-3.” De verklaring voor de fysieke paraatheid en de behendigheid van Koller, die nochtans heel wat kilo’s moest torsen, lag volgens de medische staf van Anderlecht in zijn jeugdjaren. Koller deed als kind aan ijshockey, atletiek, zwemmen en nog zoveel meer. Bovendien begon bij pas op zijn twintigste als profvoetballer – hij werkte eerst zijn studies als mecanicien af -, erg laat, maar zo raakte hij niet te snel opgebrand.

Koller had nog andere troeven dan zijn fysieke présence: zijn balvastheid. “Hij liet je toe om verschillende systemen te hanteren”, onderstreept Anthuenis nog maar eens diens waarde. “Snelle omschakeling – diepe bal op Jan, die hield hem bij en legde hem in de loop van de opkomende middenvelders -, ofwel in de korte combinatie. De een-tweetjes met Zetterberg had hij heel snel onder de knie. Koller was op alle vlakken belangrijk voor Anderlecht. Zelfs als hij slecht speelde, trok hij toch twee man op zich, en hij dacht altijd in het ploegbelang. Ik zal je een anekdote vertellen die hem typeert. Op de laatste speeldag van het seizoen 2000/01 moesten we naar Aalst, zowel Koller als Radzinski konden nog topschutter van het seizoen worden. Koller scoorde in de eerste helft twee doelpunten waardoor hij aan de kop van dat klassement kwam, maar aan de rust zei hij in de kleedkamer aan Radzinski: ‘Ik ga er alles aan doen dat jij topschutter wordt.’ Hij liet Radzinski scoren en die eindigde inderdaad als topschutter (de partij eindigde op 1-5, Radzinski werd topschutter met 23 goals, Koller eindigde met 22 goals, nvdr). Geloof me, zoiets maak je niet vaak mee in het voetbalwereldje. Koller was geen pseudovedette. Dat bewees hij later in Dortmund.”

In Anderlecht stond en staat Jan Koller bekend als een grote speler, maar een kleine prater. Nederlands sprak hij amper, Engels al evenmin. Didier Dheedene reed vaak samen met Radzinski en Koller naar de training, hij beaamt dat de Tsjechische doelpuntenmachine een man van weinig woorden was. “Hij was nochtans iemand die er graag bij hoorde,” vertelt Dheedene, “maar de helft van de tijd verstond hij toch niet waar we het over hadden. Eigenlijk heb ik Jan slechts één keer kwaad gezien. Dat was toen hij opgesloten zat in de loges van het Vanden Stockstadion, waar we soms lunchten met een aantal jongens. Blijkbaar was de deur dichtgevallen en kon hij er niet meer uit, wij waren gewoon gaan trainen. Pas na drie kwartier beseften we dat Jan ontbrak. Bleek dat hij al die tijd opgesloten zat. Furieus was hij! ( lacht) De deur was ondertussen zowat doormidden getrapt … de rest van de training was hij niet om aan te spreken.”

Etappe 3: Borussia Dortmund

Na twee gloriejaren in Brussel, was het hoog tijd voor Koller, dan 28, om België te verlaten. Zijn helden waren Marco van Basten en Gabriel Batistuta, spelers uit de Serie A, dromen deed hij van de Premier League, maar kiezen deed hij uiteindelijk voor de Bundesliga. Het was Borussia Dortmund dat 10,5 miljoen euro neertelde voor Jan Koller. Hij tekende er voor vijf jaar. Het eerste seizoen, 2001/02, bleek meteen een voltreffer voor club en speler. Borussia vierde na vijf jaar nog eens een landstitel en behaalde de finale van de UEFA Cup. “Dat was absoluut geen verrassing”, vertelt Thomas Hennecke, Borussiawatcher bij Kicker Sportmagazin. “Ze hadden een sterke ploeg gebouwd rond drie nieuwkomers: Tomás Rosicky, Marcio Amoroso en Jan Koller. Koller ontpopte zich als een gevreesde topspits in de Bundesliga. Met zijn imposante gestalte dwong hij respect af bij de tegenstander, ze hadden schrik. In Borussia beleefde hij zijn beste periode. Toen hij in januari dit jaar na zijn avontuur in Monaco naar het in degradatienood verkerende FC Nürnberg overstapte, herkenden we niet langer de Koller van vroeger. Hij verloor zijn scherpte voor doel.”

De Nederlander Bert van Marwijk coachte Borussia Dortmund twee jaar (2004 tot 2006) en loodste de geel-zwarten tweemaal naar een zevende plaats. “Ik heb hem vorig jaar zelfs nog naar Feyenoord proberen te halen”, begint Van Marwijk. “In mijn periode was Jan een erg belangrijke pion voor Dortmund, hij was overal aanwezig. Er was maar één nadeel: door zijn gestalte hadden veel ploegmaats de neiging hem in de lucht aan te spelen en daarmee deed je hem tekort, want hij was zo sterk met de voeten. Jan had een heel functionele techniek, gecombineerd met een zeer goed doorzicht en overzicht. De enige kritiek die ik op Jan kan hebben, is dat hij zijn imposante postuur wat vaker in de strijd had mogen gooien.”

Bert van Marwijk moet even lachen wanneer we hem vragen naar de communicatie met Stille Jan. “Veel praten deed hij inderdaad niet, wij spraken een mengeling van Duits en Nederlands met elkaar. Meestal antwoordde Jan, goedzak als hij is, steevast ja op elke vraag. Voor echt belangrijke zaken teerde hij op de vertolking van zijn landgenoot Rosicky, met wie hij als twee handen op één buik was. Deed Rosicky iets, dan aapte Koller hem gewoon na. Best grappig om zien. We hebben Jan zo eens liggen gehad met een weddenschap, Rosicky legde geld op tafel en Jan deed hem gewoon na en haalde prompt twee briefjes van vijftig euro boven … hij wist niet eens op wie hij moest wedden.”

Het was Jan Koller ten voeten uit. Een ‘Grote Vriendelijke Reus’, zoals de protagonist uit het befaamde kinderboek van Roald Dahl. Eentje die nooit aan zichzelf dacht en alles voor de ploeg deed. Zoals in doel plaatsnemen. Want als er één wedstrijd is waar Jan Koller altijd voor gekend zal blijven in Duitsland, dan is het wel de topper tegen Bayern München in het seizoen 2002/03. “Toenmalig Borussiadoelman Jens Lehmann werd na de rust uitgesloten en de drie wissels waren al opgebruikt”, doet journalist Thomas Hennecke met veel plezier nog eens het verhaal uit de doeken. “Dus offerde Koller zich op om in doel te staan. Hij incasseerde geen enkele tegentreffer meer en deed enkele miraculeuze reddingen. De maandag erop hebben we Koller in ons elftal van de week gezet …als doelman.” En eigenlijk was die prestatie van de Tsjechische spits niet eens zo verrassend, Koller had immers tot zijn achttiende geregeld onder de lat gestaan. “Niemand die wist dat hij ook een goede speler was”, vertelde zijn boezemvriend Robert Sakula ooit in Sport/Voetbalmagazine. Jan Koller was een laatbloeier, maar ontpopte zich desondanks tot de meest productieve spits die Tsjechië ooit gekend heeft. Toen hij begin mei met zijn huidige club FC Nürnberg op bezoek moest in het Signal Iduna Park van Borussia Dortmund, kreeg Jan Koller na afloop een staande ovatie van de harde kern achter het doel. 25.000 kelen schreeuwden om Koller, Jantje bedankte met een buiging en liep weer de tunnels in. De supporters bleven zijn naam nog minutenlang scanderen … S

door matthias stockmans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content