Op 21 februari is het twee jaar geleden dat Emmanuel Sanon op 56-jarige leeftijd overleed. Zijn doelpunt tegen Italië op het WK van 1974 maakte hem wereldberoemd.

Emmanuel Sanon (25 juni 1951 – 21 februari 2008) werd bij zijn begrafenis herdacht als un objet d’art du football haïtien. Op het WK in 1974 versloeg hij, na een mooie ren en knappe schijnbewegingen, de Italiaanse doelman Dino Zoff en beëindigde hij diens record van 1142 minuten zonder tegentreffer. Sanon dompelde Haïti onder in een langdurige carnavalssfeer. Een collectieve hap naar adem, als reactie op de dictatuur van Duvalier, de wrede Baby Doc. Voetbal kreeg in Haïti een ondergrondse allure. De Haïtiaanse diaspora in de Verenigde Staten beschouwde de matchen van het nationale team als een oncontroleerbare, creatieve kracht. Met Sanon als uitblinker: 47 goals in 106 interlands.

De wijze waarop hij Zoff te grazen had genomen, openbaarde als het ware het bestaan van Haïti aan de wereld. Sanon verdiende er een transfer mee naar Beerschot. Hij speelde er van 1974 tot 1980 en won in 1979 de beker van België. Met een ongrijpbare actie leidde hij het winnende doelpunt in. Vooral het samenspel met Juan Lozano zorgde voor spektakel. Lozano tikte met een ‘crochet of zes’ de tegenstander dol en lepelde de bal in de loop van Sanon. Schijnbeweging-op-speed, keeper voorbij én binnen! In zijn biografisch boek Toup Pou Yo over de Belgische jaren doet hij het zonder dralen uit de doeken: “Gelukkig had Beerschot een genie in het elftal in de persoon van Juan Lozano: le chef d’orchestre de l’équipe. Ons spel verliep volgens een perfect akkoord: we waren complementair. De tandem Lozano-Manu of Juan-Sanon deed de motor draaien.”

Juan Lozano (1955) deelde op het veld de lakens uit als nonchalante balkunstenaar (219 matchen voor Beerschot, later bij Real Madrid en Anderlecht). Hij beaamt desgevraagd de visie van Sanon: “Lenig. Attractief. Spectaculair. Onze trainer Rik Coppens heeft zijn loopbaan gered. Hij begreep heel clever dat Manu in de Belgische competitie aanvankelijk als spits niet zou renderen: stampen incasseren hé. Hij pakte dat psychologische heel goed aan. Met voetballogica en menselijk inzicht. Hij haalde hem uit de spotlights en liet hem bij de reserves zelfvertrouwen kweken als … linksachter. Zo leerde Sanon het spel zien. Als opbouwende back een sensatie: bal aan de voet, goed langs de lijn te lanceren, altijd aanspeelbaar: in de voet of in de ruimte.”

Rik Coppens haalde bij het overlijden van Sanon in 2008 tegen zijn gewoonte in de superlatieven boven. In de kranten oordeelde hij onverbloemd en glashelder: “Manu Sanon zou het bij elke topclub waarmaken. We begonnen in de zomer van 1974 samen bij Beerschot. Hij als speler die uit een andere wereld kwam, ik als trainer.” Coppens bestempelde hem als een vriendelijke mens, met topkwaliteiten als snelheid, techniek en uithouding maar “van tactiek had hij geen kaas gegeten”. De oude dribbelende draaikont van de Kielse jaren vijftig strooit zelden met complimenten, maar over Sanon veinst hij niet: “Ik heb dat soort voetballers niet vaak ontmoet. Pure klasse.” De Haïtiaan verborg op zijn beurt zijn genegenheid voor Coppens niet. In zijn boek distantieert hij zich van de spelers die in de herfst van 1978 een robbertje met Coppens uitvochten dat tot het ontslag van de coach leidde.

Schaduw van de eenzaamheid

Emmanuel – Manno – Sanon vocht van in zijn kindertijd met de bittere armoede van de hoofdstad Port-au-Prince. Op jonge leeftijd verloor hij beide ouders. De Nederlandse pater Jacques Diebbels nam het weeskind op in zijn missie van Don Bosco. Hij leerde hem schrijven, lezen en … voetballen! Hij sloot zich aan bij FC Don Bosco Pétionville en boekte de enige landstitel uit de clubhistorie in 1971.

Hardy Grüne is een sympathieke Duitse voetbalgeschiedschrijver. De rasverteller reisde de wereld af voor zijn boek Weltfussballenzyklopädie. Amerika, Afrika & Ozeanien. Hij passeerde ook op Haïti en schetst voetbal als het enige bindmiddel in een land dat onophoudelijk door burgeroorlog en dictatuur gejudast werd. Grüne vertelt: “Voetbal is de eerste sport van Haïti. Meer dan zestig procent van de 8,4 miljoen inwoners stamt af van voormalige Afrikaanse slaven.”

In 1957 vestigde geneesheer François Duvalier als Papa Doc een tuchtigend regime. Zijn gewelddadige geheime politie, de Tonton Macoutes, schuimde ’s nachts de straten af en tilde democratische opposanten uit hun bed. De macabere Macoutes gedroegen zich volgens Grüne ook bijzonder irritant toen Haïti rond 1970 een vaardig nationaal elftal opstelde rond de getalenteerde Sanon: tweede (1971), eerste (1973) en tweede (1977) van de Copa Concacaf. Er kleefde een geurtje van zwendel aan het succes van het ‘Eiland van de Angst’. Met Sanon brak ontegensprekelijk het gouden tijdperk aan maar tegenstanders kregen het intimiderende bezoek van de paramilitairen. In het beslissende WK 1974-kwalificatieduel annuleerde de scheidsrechter vier doelpunten van Trinidad & Tobago. Emmanuel Sanon herinnert zich later de onbeschrijfelijke taferelen: “Als we feesten is het raak: drank, dans en muziek gedurende drie volle weken!”

Danny Geerts is historicus van Beerschot. Hij herinnert zich de opmerkelijke overkomst: “Het was juli 1974. Tijdens het WK. Een dag nadat hij ook scoorde tegen Argentinië namen de heren Suys en Van den Eynde het koene besluit in één ruk naar München te rijden. Ze sprongen in het holst van de nacht in hun Jaguar.” Acht uur later draaide een oververhitte bolide de oprit op van de Sportschule van Grünwald. De Haïtianen zetten op dat ogenblik de bloemetjes buiten. De Beerschotleiding trommelde de bondsmensen op en één onderhandeling later bleek het paarse contract voor Sanon in kannen en kruiken.

De Jaguar zoefde terug naar Antwerpen, waar Sanon amper een etmaal later met veel bombarie aan de pers werd voorgesteld. Danny Geerts: “De fans ervoeren dit als een sensatie. Een massa volk begroette de messias en met tientallen jongeren fietsten we naast hem tijdens de looptraining in het Middelheimpark.”

De dagelijkse realiteit toonde een minder fraai beeld. Volgens journalist Ray Baete van het weekblad Sport 70 dumpte Beerschot hem op een kaal appartement: “Een donkere, karakterloze kamer in de Schijnwerpersstraat, in de buurt van het Olympisch Stadion. Een schril contrast met de villa’s in het groen van andere buitenlandse vedetten.” Hij leefde er met zijn vrouw Suzie, zonder veel contacten met de bewoners. Ze ontvluchtten de verveling door bezoeken aan musea. Hij verdiepte zich in boeken, muziek en films. Toch wierp de eenzaamheid haar schaduw over het jonge paar. De geboorte van Jean-Marc, Emmanuel Jr., Sara en Steve zorgde voor een schommelend ritme in het gezin.

Atleet van de eeuw

In de volgende seizoenen scheerde hij hoge toppen en droeg hij met onvergetelijke doelpunten bij tot het collectieve geheugen van het Belgische profvoetbal. Op 10 juni 1979 tekende hij voor zijn moment suprême. Frank Van Laeken haalt zich op montere wijze de fase voor de geest. Hij is vandaag manager van Prime Sport en compileerde in 1998, met Frank Raes, de VRT-documentaire 100 Jaar Beerschot. “Tijdens de bekerfinale op de Heizel stond ik tussen de paarse Kop achter de Brugse keeper Birger Jensen. Ik zag het doelpunt van Beerschot geboren worden. Beloy leverde in bij Lozano en die stuurde Sanon weg. Iets voorbij het middenveld opende hij een indrukwekkende rush. Hij sneed de Brugse defensie aan flarden en legde het balletje simpel voor de voet van Johan Coninckx: 1-0! De cup was van ons!”

In 1980 sloeg hij enigszins misnoegd de deur dicht op het Kiel, omdat men hem geen transfer naar Anderlecht gunde. Hij vertrok naar de Verenigde Staten. Toch blikt hij in zijn biografie met genegenheid terug op zijn verblijf bij Beerschot. Tegelijk levert hij ferme kritiek op de Belgische stijl: “Tikken als robots. Op het randje van het brutale. Geen technische bewegingen, geen hoogstandjes, geen versnellingen.”

In 1998 werd hij voor een periode van twee jaar bondscoach van Haïti. Men kroonde hem tot ‘atleet van de eeuw’. In dezelfde periode stichtte hij de Fondesa: Fondation Emmanuel Sanon. Met als doelstelling: de promotie van cultuur, onderwijs en sociale waarden via het voetbal. Fondesa wilde jongeren van de straat houden; hen met preventieve activiteiten behoeden voor criminaliteit en drugsgebruik. Boegbeeld Sanon steunde ook Futbol para la Vida, een campagne rond het bespreekbaar maken en vermijden van aids.

De Congolese Belg Paul Beloy (1957) speelde 116 wedstrijden voor Beerschot en deelde vaak de kamer met Sanon en bevestigt zijn sociale gevoeligheid: “In de groep liet hij vrijwel nooit het achterste van zijn tong zien maar in onderlinge gesprekken ontdooide hij. Dan speelde zijn heimwee naar huis in zijn hoofd. Daar sprak hij ook over het racisme dat hem stoorde. Op Antwerp werden we bekogeld met bananen. Ik relativeerde dat en legde de bananen naast het veld. Hij kookte over, al toonde hij zijn woede niet. Hij begreep het domme gedrag van dergelijke mensen niet. Dan staarde hij op de kamer triest voor zich uit.”

Op 21 februari 2008 overleed hij aan kanker. Zijn doelpunt tegen Dino Zoff beschreef hij als volgt: ” I beat defender Spinosi with my speed. One-on-one with Dino Zoff, and the goal was wide open. I dummied to go left, and then went right. I rounded him, and rolled the ball into the net.”

Zo herinnert de wereld zich Emmanuel Sanon.

door raf willems

Als we feesten is het raak: drank, dans en muziek gedurende drie volle weken!

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content