Chris Van Puyvelde, assistent van Trond Sollied, analyseert het klassement van het referendum.
Een logische uitslag ?
Chris Van Puyvelde : “De eerste plaats van Sollied lijkt me de logica zelf. Als ik voor mijn eigen trainer had mogen kiezen, had ik hem ook het maximum van vijf punten toegekend. Overal waar hij werkte, heeft hij goede resultaten geboekt : bij kleine clubs net zo goed als bij middenmoters en toppers. Want de beker van Noorwegen winnen met het bescheiden Bodø/Glimt is niet iedereen gegeven. De tweede plaats van Hugo Broos vind ik eveneens normaal. Ook hij heeft veel prijzen gepakt. Uiteindelijk verwondert het me niet dat de uitslag van het referendum in grote lijnen strookt met de huidige rangschikking in eerste klasse. In dit soort peilingen spelen de resultaten in het lopende seizoen altijd een grote rol. Doe dit referendum een paar maanden eerder en Emilio Ferrera, Marc Brys en Jan Ceulemans zouden zeker hoger scoren.”
Zelf zette je Jacky Mathijssen op de eerste plaats. Waarom ?
“Chapeau voor wat hij momenteel doet bij Charleroi, nadat hij eerder bij Sint-Truiden ook al goede zaken had laten zien. Georges Leekens en Albert Cartier leveren ook puik werk. En ook voor het werk van Paul Put bij Lierse heb ik veel respect.”
De grootste verrassing is misschien nog de schamele score van Dominique D’Onofrio : slechts twee punten.
“Hij heeft de omstandigheden tegen. Voor een trainer is Standard misschien de moeilijkste club van België om te werken. De druk is er groot, de ego’s evenzeer, er is de permanente aanwezigheid van de pers enzovoort. Het is gemakkelijk om uit te bazuinen : ‘Als ik trainer zou zijn bij een Belgische topclub, zou ik dat en dat doen.’ De werkelijkheid ziet er dikwijls anders uit. Bij een topclub ligt de moeilijkheidsgraad hoger. Niet elke trainer is daartegen opgewassen. Bij Standard moet je daarbij nog de voortdurende wijzigingen aan de spelersgroep voegen. Sollied werkt al vier jaar met ongeveer dezelfde groep en je ziet welke resultaten dat geeft. Bij Standard kan je niet tot stabiliteit komen met al dat gaan en komen van spelers. Het is zoals Sollied zegt : ‘Een voetbalploeg is een huis, daar moet je geduldig aan bouwen, steen per steen.'”
