De auto heeft voorrang in de stad, maar ook de cultus van de sport wordt er fanatiek beleden. Portret van Stuttgart, een stad die botst met de bergen.

Stuttgart verrast op vele manieren. Je rijdt ernaartoe en je ziet de Schwabische Alpen opdoemen – bizar, je hebt München achter de rug liggen en je dacht dat je de bergketens nu wel gehad had. En het feit zelf van een grootstad op die plek vind je ook al verwonderlijk : de wagen had zich al een tijd in slaap gewiegd in een ruraal landschap, daar leek geen einde aan te komen. Straks, bij het verlaten van Stuttgart en rijdend richting België, bevind je je ineens in de uitlopers van het Zwarte Woud. Meer bos dan berg, zoals de naam al verraadt, maar stijgen en dalen doet het.

Onverhoeds, als bij toeval bijna, zo val je binnen in Stuttgart : wie had daar nu een stad verwacht en nog een grote ook ? Zoals in een kom ligt ze daar verscholen, omringd door beboste hellingen. Je bereikt de stad niet echt goedschiks, je daalt af langs haarspeldbochten. Hellingen hebben Stuttgart in een houdgreep, van op hun top kijk je naar een in het nauw gedreven stad. Klem zit ze, en geen losrukken aan. Een in haar omgeving gevangen stad.

Een gewurgde stad ? “Geen sprake van, Stuttgart heeft alle voordelen van een moderne metropool en geen enkele van de kwalen ervan”, zegt Walter Rottiers. De Belg heeft carrière gemaakt in de wereld van de publiciteit, de karikatuur en de organisatie van wielerwedstrijden en hij vertoeft al 41 jaar regelmatig in Stuttgart. “Stuttgart is niet geëxplodeerd. Dat zou het ook niet kunnen, net vanwege zijn geografische ligging. De stad kan zich niet uitbreiden, want dan botst ze tegen de bergen.”

Mercedes versus BMW

Wanneer de wagen zich in dalende lijn naar de stad kronkelt, strekken zich in de verte de wijngaarden uit. Ook op dat vlak vormt Stuttgart een buitenbeentje : hier wordt net zo goed wijn als bier gebrouwen. Elke drank heeft zijn feest. De liefhebbers van bier genieten in september met volle teugen van het Cannstatter Volksfest. De wijnkenners verbroederen in augustus ter gelegenheid van het Stuttgarter Weindorf en proeven de regionale crus van Baden-Württemberg.

Naast bier en wijn zijn auto’s heilig in Stuttgart. Hier legden Gottlieb Daimler (1834-1990), Carl Benz (1844-1929) – de twee zouden zich later bij elkaar aansluiten – en Ferdinand Porsche (1875-1951) de grondslag van de Duitse auto-industrie. “Overal ter wereld associëren ze Stuttgart met auto’s”, heeft Walter Rottiers al ondervonden. “Zeg dat je van Stuttgart komt en prompt vallen de namen Mercedes – aanvankelijk gewoon een model van Daimler-Benz – en Porsche. Op het vlak van de auto-industrie heeft Stuttgart altijd in concurrentie gelegen met München, waar BMW zijn hoofdkwartier heeft geïnstalleerd. De bewoners van Stuttgart houden die rivaliteit in leven. Ze willen dezelfde successen boeken als München, maar dat is onmogelijk. München kan naar believen uitdeinen : alles is er plat, zo ver als de blik strekt. Stuttgart stuit echter snel op zijn geografische beperkingen. Het belet de stad niet om wereldwijd te stralen. Niet alleen op het vlak van de automobielindustrie trouwens. Hugo Boss heeft zich hier bijvoorbeeld ook gevestigd.”

Niettemin domineert de automobielsector de stad. Het volstaat om vlak voor het station langs het bureau voor toerisme te lopen. De toren van het gebouw is in de hele stad zichtbaar, en op de spits ervan prijkt de ster van Mercedes. In de buik van het gebouw maakt men toeristen wegwijs in de stad, steevast worden de bezoekers ingewijd in de mythe van Mercedes en Porsche. Het Porschemuseum is een must, het museum Mercedes-Benz bezit de architecturale allures van het Guggenheim in Bilbao.

Stad van sport

Het is geen toeval dat Mercedes-Benz zijn nieuwe vestiging heeft opgetrokken in de schaduw van het stadion van VfB Stuttgart. Een stadion dat, en dat zal niemand verwonderen, luistert naar de naam : Gottlieb-Daimler-Stadion.

De mythes worden gemengd in Stuttgart. De stad belijdt de cultus van de sport en bijgevolg behoort ook VfB tot het patrimonium. Sport als stadsimago, Walter Rottiers zorgt voor de bewijsvoering : “Stuttgart wil de stad van de sport worden. Het heeft de Ronde van Frankrijk aangetrokken, het wereldkampioenschap wielrennen, een wielerzesdaagse, een tennistoernooi. En op het vlak van atletiek en voetbal heeft Stuttgart een traditie hoog te houden. Nogal logisch dat het WK hier neerstreek. Individuele sportvedetten heeft de stad niet, vandaar dat ze zich op evenementen stort. De belangstelling waaiert breed uit. Er was geen handbalclub in Stuttgart, dus werd die van Pfullingen naar de stad verhuisd. Idem dito voor basket, waar de club van Ludwigsburg werd geimporteerd.”

Een voetbalclub bezit Stuttgart wel. Twee zelfs : VfB en Kickers. “VfB is waanzinnig populair, de club is de beste reclame voor de stad. Vroeger was de rivaliteit met de Kickers messcherp, maar zij hebben financiële problemen gekend. Toch heeft Stuttgart twee clubs nodig om de bevolking te kunnen bedienen. De Kickers zuigen een nobeler publiek aan. Ze spelen in het wit en blauw en er bestaat zelfs een supportersclub die ‘Nobels en Blauw’ heet. VfB verzamelt supporters van alle leeftijden en alle sociale klassen. De grote rivaal heet vandaag Bayern München. Een nederlaag tegen Duisburg of Wolfsburg wordt vlug verteerd, als er maar een zege tegen Bayern op aansluit.”

Ten gerieve van het WK werden aan het stadion enkele retouches aangebracht. “De werkzaamheden zijn in januari beeindigd”, aldus Sabine Nützel, die werkt voor de pers- en toeristische dienst van de stad. “Tegenover de hoofdtribune werd een nieuw balkon gebouwd. Maar de belangrijkste inspanningen werden geleverd op het niveau van de logistiek : bijkomende bewakingscamera’s, twee nieuwe reuzenschermen, verbetering van het onthaal en van de ticketservice bij de ingang van het stadion.”

Het is trouwens al de derde keer dat het stadion onder handen genomen wordt, signaleert Walter Rottiers. “De burgemeester pleit voor die renovaties. Hij is aartsconservatief, hij kant zich tegen de bouw van een stadion dat louter voor voetbal is voorbestemd. Gevolg : er loopt hier nog steeds een atletiekpiste rond het veld.” Niet dat Rottiers ook maar één seconde aan het succes van het WK in Stuttgart twijfelt. “Ik herinner me 1974 nog. Argentinië speelde hier toen, de hele stad werd aangestoken door een Zuid-Amerikaanse koorts. Deze keer vindt in Stuttgart Zwitserland-Frankrijk plaats. Een droomaffiche, de stad ligt niet ver van beide landsgrenzen. Dat wordt hier de mooiste voetbalmatch in twintig jaar.”

Om ter groenst

Het WK voetbal wordt vanzelfsprekend in de stad geïntegreerd. Het FanFest vindt plaats in het volle stadscentrum, op de Schlossplatz, waar tijdens het WK alle matchen live worden uitgezonden. Er staat een muziekkiosk op het plein, op wandelafstand staat de Staatsgallerie te pronken, onder meer met tableaus van Picasso, Rembrandt en Otto Dix. Want het is niet omdat de auto in Stuttgart voorrang krijgt, dat de cultuur er is opgedoekt. Tijdens de zomer (van 20 mei tot 24 september) loopt in de stad de megatentoonstelling Monet – Dwars door de Lente, een eerbetoon aan de Franse schilder.

De rivier de Neckar snijdt door de stad. Tal van parken nodigen uit tot rustpauzes voor lichaam en geest. Akkoord, de stad draagt nog enkele stigma’s van de oorlog en ze treurt om gesneuvelde monumenten. Maar de wederopbouw is geslaagd en de stad gaf groen de ruimte. Sabine Nützel, lichtelijk lyrisch gestemd : “Wij geloven graag dat Stuttgart de groenste stad van Duitsland is. Ik weet niet of dat klopt, maar het is hoe dan ook geen belachelijke veronderstelling. We worden omcirkeld door beboste hellingen, parken zat in het stadscentrum, en vergeten we ook de wandelpaden van de U-Grün niet, een natuurgebied aan de rand van de stad.”

Stuttgart is de hoofdstad van Baden-Württemberg. Walter Rottiers onderkent een duidelijke gespletenheid van het Land. “Stuttgart distantieert zich van het noorden van de deelstaat. Er heerst rivaliteit tussen de inwoners van Baden (Karslruhe), die warmer zijn, en de Schwaben van Württemberg, die beschouwd worden als de Schotten van Duitsland. Gierigaards, met andere woorden. De Stuttgarters zitten op hun geld als een kloek op haar eieren. De keuken van Schwaben is best geraffineerd, maar hier eten ze pas als ze honger hebben. En een maaltijd ontaardt hier zelden in een festijn. Harde werkers wonen hier. Vandaar het elan van deze regio. Bijvoorbeeld de ingenieurs van deze streek, die zijn wereldwijd gegeerd. Nee, luiheid staat in Stuttgart niet in het woordenboek.”

STéPHANE VANDE VELDE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content