Zondag is het weer Brugse derby. Vroeger stonden Jimmy De Wulf en Hans Cornelis in hetzelfde kamp, nu strijden ze tégen elkaar. Voorbeschouwing op de traditionele prestigeslag in het Jan Breydelstadion.

Over mijn lijk

Hans Cornelis (Club Brugge) : “Weet je, ooit scoorde ik tegen de Cercle met een omhaal. Bij de knapen. Dat seizoen werd ik topschutter met veertig doelpunten, als centrale verdediger !”

Jimmy De Wulf (Cercle Brugge) : “Ze zouden jou beter in de spits zetten !”

Cornelis : “Je moet dat in zijn context zien : ik was redelijk vroeg volgroeid, ik was wat sterker en had wat meer loopvermogen en ging constant mee naar voren.”

De Wulf : “Ik herinner mij nog een opstootje waarbij die van de Cercle eraf vloog (lacht). In een derby kan dat gebeuren, als je daar heel de week zo intens naartoe leeft. Vorige week was het derby voor de kleintjes en ook daar al voel je die aparte sfeer.”

Cornelis : “Dat zijn altijd al geladen wedstrijden geweest. De Cercle had ook goede jeugd, zeker de lichting van Thomas Buffel was sterk. En als ze het niet op een voetballende manier konden halen, legden ze er hun hoofd voor. Het is altijd al moeilijk geweest om tegen de Cercle te winnen. De Cercle was echt anti-Club Brugge, de Club niet zo anti-Cercle.”

De Wulf : “Ik merk dat nu aan jongens als Bram Vandenbussche, Denis Viane, Jan Masureel en Frederik Boi, die opgroeiden bij de Cercle. Dat zit er van klein af ingebakken.”

Cornelis : “Voor die mannen is dat echt : over mijn lijk.”

De Wulf : “Voor de Cercle is dat de match van het jaar, hé.”

Cornelis : “Terwijl dat voor ons de match tegen Anderlecht is.”

De Wulf : “Van supporters hoor je dikwijls lachend : er zijn maar twee matchen op een seizoen die we moeten winnen en dat is tegen de Club.”

Cornelis : “Dan is het vorig seizoen geen al te best seizoen geweest voor de Cercle (grijnst).”

De Wulf :(lacht).

Cornelis : “Die mentaliteit wordt er bij de Cercle ingestámpt, ook bij de buitenlanders. ’t Is tegen de Club ! Dan is het normaal dat die zo tekeergaan tegen ons.”

De Wulf : “Onder de supporters leeft dat enorm, merkte ik vorig seizoen in mijn eerste derby voor de Cercle. Ik was maar op uitleenbasis en er waren er die het daar heel moeilijk mee hadden, mannen die geen blauw kunnen zien.”

Cornelis : “En als je dan een slechte wedstrijd speelt, begint de kritiek, hé.”

De Wulf : “Achteraf zegden ze wel : ik hoop dat je mijn standpunt begrijpt, ik ben niet voor de Club. Maar als je iets fout doet, zien ze natuurlijk hun kans. Er is eens wat commotie rond mij geweest op het internet, vernam ik. Anti-Club werd opeens anti-De Wulf, omdat ik nog eigendom was van de Club. Nu ik definitief naar de Cercle ben getransfereerd, ben ik één van hen. En daar ben ik superblij om.”

Kansen krijgen

De Wulf : “Wraakgevoelens heb ik niet. Waarom zou ik die wél hebben ? Als het niet lukt, lukt het niet. Ontgoocheld, dát wel, maar des te gemotiveerder om te bewijzen dat je wél kunt shotten en dat je wél eerste klasse aankunt.

“Eén keer ben ik al die tijd ingevallen, tegen Anderlecht. Nooit gestart. Zelfs als er drie, vier geblesseerd waren, kwam ik niet aan de bak. Als er dan altijd maar gezegd wordt dat je goed bezig bent, neemt de geloofwaardigheid van die woorden natuurlijk ook wel af. Op het einde kon ik mij echt niet meer opladen om met de reserven te spelen.”

Cornelis : “Het eerste jaar mocht ik van Sollied al direct Europees meespelen tegen Tallinn. Ik was zeventien toen. Mijn lievelingspositie is die van centrale verdediger, maar hij vormde mij om tot rechtsback. Hij heeft altijd in mij geloofd. Hij gaf mij al redelijk wat mijn kans, ook tegen Ajax bijvoorbeeld, maar naar mijn zin nog niet genoeg. Wat er begin dit seizoen precies gebeurd is, weet ik niet. Plots probeerde hij Birger(Maertens, nvdr), Roelandts, David(Rozehnal, nvdr) en Sergiy(Serebrennikov, nvdr) als rechtsback. Ik moet wel zeggen dat in het begin mijn heupen vastzaten en ik in de vriendschappelijke wedstrijd op Torhout precies een oude vent was. Niet te doen, maar ik ben dan bij Geert(Ryckebusch, hoofdkinesist van Club, nvdr) en bij een kraker geweest en op de duur zijn die heupen losgekomen. Maar ook daarna werd ik niet geselecteerd. Ik ben dan eens aan Marc(De- gryse, sportleider, nvdr) gaan vragen of het misschien was omdat mijn contract dit seizoen afloopt en ze denken dat ik naar een andere club zal vertrekken. Maar hij zei : het is niet wij die de ploeg opstellen.

“Mentaal had ik het toen ontzettend moeilijk, mijn vriendin heeft het genoeg geweten. Tot ze thuiskwamen van Donetsk en hij vroeg : how do you feel, Hans ? Ik zeg : goed, goed. Ik had goed getraind met Cedo (Janevski, belofte- trainer, nvdr), die op mij had ingepraat, en ik vermoed dat hij dat tegen Sollied had gezegd. En tegen AA Gent speelde ik plots. We zullen zien hoe het verder evolueert. Als ik de garantie krijg dat ik de vaste rechtsachter word, wil ik graag blijven, anders niet. Op de bank leer je niets. En ik ben niet voor een keer spelen en dan weer niet. Anderen zijn daar misschien tevreden mee, ik niet. Dan zet ik beter een stapje terug om te spelen en te groeien. Of ik al contacten heb met clubs ? Neen. Maar mocht het zo zijn, ik zou het toch niet zeggen, hoor (lacht).”

De Wulf : “Het is normaal dat een jonge gast wil spelen. Je bent gemotiveerd, wilt bijleren, vooruitgang maken. Ik heb mentaal ook heel diep gezeten. Als je het dan niet kunt opbrengen om voor jezelf te trainen, kom je er niet meer uit. Ik ben niet iemand die kritiek in de pers spuwt, ik probeer het liever zelf op te lossen op het veld, maar het is enorm frustrerend als je dat niet kunt tonen. Zelfs na dat zeer goede half jaar in Noorwegen bleef het tevergeefs wachten op kansen. Op het laatst werd het mij enorm te veel. Er zijn wedstrijden geweest waarvoor iedereen mee mocht – voor de beker tegen een derdeklasser en voor de supercup in Genk – behalve één : ik. Dat zijn klappen die je kapotmaken. Dan wil je zo snel mogelijk iets anders, om je weer omhoog te krikken.”

Cornelis : “Als je transfervrij bent en er dus geen transfersom betaald moet worden, gaat dat veel gemakkelijker. Dat heeft Jimmy ook ervaren.”

De Wulf : “Inderdaad. Dat werd een héle moeilijke bevalling. Toen ik op reis vertrok, was ik nog van niets zeker. Dan moet je constant je gsm laten aanliggen en wachten, wachten… op een verlossend telefoontje. Telkens je gsm afgaat, denk je : is dát het ? Heel vervelend.”

Cornelis : “Dat is mijn voordeel nu, dat eind dit seizoen mijn contract afloopt. Maar het liefst blijf ik bij een topclub als Club Brugge. Vechten voor je plaats moet je sowieso overal doen. Nergens ben je zeker, zelfs niet bij Westerlo. Karel(Geraerts, nvdr) is nu naar Standard, maar sindsdien haalden ze daar wel al tien nieuwe spelers. Het is niet gemakkelijk. En er zijn veel goede voetballers, maar je moet mentaal sterk staan. Dat is ook een kwaliteit. Maar als je al twee, drie jaar de concurrentiestrijd verliest… Hoe dan ook ben ik blij dat ik mijn opleiding bij de Club kreeg. Beiden kwamen we als miniem bij de Club, hij van Blankenberge en ik van Knesselare. Kom je pas bij de scholieren toe, dan heb je toch wat gemist, denk ik. Want op technische en tactische zaken wordt er heel veel gehamerd.”

De Wulf : “Je krijgt een heel goede opleiding, maar het is verschrikkelijk moeilijk om bij Club Brugge als jeugdspeler door te breken. En ik vind : als je niet verloren gaat en elders slaagt, ligt het misschien wel aan de opleiding, maar zeker ook aan jezelf.”

Cornelis : “Kwaliteit kan je niet wegsteken. Zie Tim Smolders nu bij RBC. Hij is herboren. Scoorde meteen twee keer tegen PSV en scoorde al in iedere oefenwedstrijd. Hij is in Brugge een beetje door de supporters afgerekend op het feit dat hij nogal een lakse stijl heeft. Tim is groot, smal en loopt met grote passen, maar gaat wel even snel als iemand anders. En technisch is het een heel goede speler.”

De Wulf : “En als je elke week speelt, kan je enorm snel groeien.”

Cornelis : “Elke week een wedstrijd op niveau spelen is heel iets anders dan elke week met goede spelers trainen. Dan maak je veel meer vooruitgang en dat geeft je ook meer vertrouwen.”

De Wulf : “En tevredenheid.”

Versterkt Cercle

De Wulf : “Wij zijn versterkt, maar of je daarom meer kans maakt om te winnen, weet ik niet. Ik vind wel dat we voldoende gewapend zijn om hen het vuur aan de schenen te leggen. Elke wedstrijd dwingen we toch vier, vijf echt grote doelkansen af. Offensief staan we veel sterker. StijnDe Smet profileert zich goed, Roiha is een talent, Pivaljevic begint scherper en scherper te worden, Dekelver is een goaltjesdief, Meyssen voelt zich momenteel goed in zijn vel. Op het middenveld is er veel keuze, alleen krijgen we soms te gemakkelijk een goal tegen. In het begin was het een beetje : weliswaar mooi voetbal, maar niet te veel punten. Gelukkig stond tegen Westerlo het geluk aan onze kant.

“Met een heel pak nieuwe spelers zijn er ook veel meer wisselmogelijkheden. Valt er nu iemand uit met een blessure of een schorsing, dan wordt hij vervangen door een evenwaardige speler. Vorig seizoen kenden we dan dikwijls problemen. Toen lag de nadruk meer op de verdediging en van daaruit opbouwen naar voren. Nu wordt er veel meer naar de aanval toe gewerkt, met hoge pressing. We moeten er wel voor zorgen dat vanachter de ruimtes niet te groot zijn en dat we geen tweede Heusden-Zolder worden. Vorig seizoen speelden ze ook heel mooi voetbal, maar nu zitten ze wel in tweede klasse, hé.”

Cornelis : “Wij gaan er zeker niet van uit dat we de Cercle zomaar eventjes opzij zullen zetten. Je weet dat het een blok is en tegen zulke ploegen is het altijd moeilijk. We zullen zien hoe ze het met deze trainer zullen aanpakken, maar het is de gewoonte dat Cercle tegen ons defensief speelt. Nu, we weten op welke speler we moeten spelen, hé (lacht).”

De Wulf : (lacht).

Cornelis : “Hij is sterk in de lucht, dus zullen we zijn tegenstander in de voet moeten aanspelen zodat hij een actie kan maken. Ik heb het zelf ook moeilijk als iemand op snelheid op mij afkomt. Dat is het moeilijkst te verdedigen, vind ik.”

De Wulf : “Ik zal mijn best doen om niemand te laten passeren. Vorig seizoen speelden we in de terugmatch met drie achterin, man op man. Ik stond tegen Mendoza, ik voelde mij super in mijn vel, maar na die rode kaart voor Ricky(Begeyn, nvdr) in de tweede helft werden we overspeeld. Tot dan ging het super : het stond 0-0 en we werden een penalty op Boi onthouden.”

Cornelis : “En in de heenmatch kreeg Berthé rood ! We weten dat de Cercle er altijd tweehonderd procent voor gaat en wij daardoor ook. Het zijn onze buren, hé. Verliezen tegen de Cercle is voor ons een schande. Het is een typische prestigematch.”

De Wulf : “Waarvan iedereen verwacht dat Club ze zal winnen.”

Cornelis : “Ja, maar dat verwacht iedereen elke wedstrijd van ons.”

De Wulf : “Maar je hoort wel eens : het is goed dat Cercle naar eerste is gekomen, want dan zijn we al van zes punten verzekerd.”

Cornelis : “Het publiek ziet Cercle wel als de underdog, maar dat zijn toch niet te onderschatten wedstrijden.”

De Wulf : “Speciaal, hé. Een hele belevenis. Zie hoe de supporters vorig seizoen in de tribune ‘Jan Breydel’ overplakt hadden met ‘Leve Cercle’. Mochten we winnen, dan is het… massa’s big party’s, hé (lacht).”

Cornelis : “Bij hem is het niet alleen het Cercle-Club-gevoel, maar ook nog eens het Club-gevoel.”

De Wulf : “Je komt van de Club, waar je toch twaalf jaar hebt gespeeld, en dan ben je er uiteraard op gebrand om iets te tonen. Ik weet nu al : de dag van de wedstrijd zal alles piekfijn in orde moeten zijn, van zodra ik opsta.”

Cornelis : “Het is de zondagavond, dat wordt dus een lang weekend en een lange zondag.”

De Wulf : “Met het goede been uit bed, op het gemak ontbijten en het rustig houden tot de middag. Dan wat kleins eten, een toertje maken naar het strand met de fiets, wat op bed liggen, naar muziek luisteren en dan naar de Cercle.”

Cornelis : “Wij eten altijd om vier uur kip met pasta in de Gouden Korenhalm. En jullie eten iedere keer thuis ?”

De Wulf : Ja. Een bordje spaghetti.”

Versterkt Club

Cornelis : “Ik denk wel dat ook wij versterkt zijn. Balaban is snel en scoort gemakkelijk, Victor kan een actie maken. En op het middenveld hebben we een hele sterke bezetting. Links Ceh en Jonathan(Blondel, nvdr), rechts Stoica en Gaëtan(Englebert, nvdr). En Timmy(Simons nvdr) erachter.

“Van de commotie in de kranten na de wedstrijd tegen Donetsk voelden wijzelf helemaal niets. Was het een machtsstrijd, ik weet het niet. De anonieme getuigenissen tégen Sollied in de krant ? In de groep voel ik dat alleszins niet. We kennen hem nu al vier jaar, we weten hoe hij werkt : waarom zou er nu ineens wél kritiek zijn ? Want je kunt ook niet zeggen dat de ploeg slecht draait. Op de uitschakeling voor de Champions League door een ploeg als Donetsk kan je niet afgerekend worden, vind ik.

De Wulf : “Een heel goede ploeg !”

Cornelis : “Techniek, snelheid, héél goed ! Waarom zou er te klagen zijn ? We staan eerste in de competitie. Tegen Lierse creëren we veel kansen, maar lieten we na om snel te scoren. Dan weet je dat het moeilijk wordt. Neen, ik zie geen problemen. We weten van Sollied al van de eerste training : there is one rule…

De Wulf : “… there are no rules (lacht).”

Cornelis : “En we hebben een groep die daarmee om kan gaan. Neen, dat geef ik je op een blaadje : er zijn geen problemen. Hij is anders ook wel iemand die niet uit zijn lood is te slaan, hé. En hij heeft op alles een goed antwoord (lacht). Iedereen kent hem ondertussen wel. Ontevreden spelers heb je altijd, die zijn er ook bij de Cercle. Een maand geleden was ik ook ontevreden. Had je het mij toen gevraagd, ik had ook anders gereageerd. Ik ben zo : als ik niet speel, ben ik ontevreden.”

De Wulf : “Als je telkens aan de kant wordt geschoven…”

Cornelis : “… dan erger je je aan álles.”

De Wulf : “Juist.”

door Christian Vandenabeele

‘Verliezen tegen de Cercle is voor ons een schande.’ (Hans Cornelis)

‘We moeten opletten dat we geen tweede Heusden-Zolder worden.’ (Jimmy De Wulf)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content