Een nieuw jaar, een nieuwe kans. Leif Hoste wil in de Ronde van Vlaanderen bewijzen dat hij meer is dan de man van net niet.

Het uur U komt weer met rasse schreden dichterbij. Volgende zondag staat Leif Hoste, Vlaanderens favoriete poulidor, voor een nieuwe kans om de frustratie uit zijn lijf te fietsen. Vlaanderens Mooiste kan voor sommigen immers ook Vlaanderens Lelijkste zijn; Hoste finishte er al drie keer op een ondankbare tweede plaats. “In het West-Vlaams hebben we daar een geschikte uitdrukking voor: dat es om mè ju kop tehen de muujer te sloan,” grapt Leif Hoste. Toch lacht hij de ontgoocheling over de gemiste kansen zeker niet weg. Daarvoor brandt de frustratie te fel. “De keren dat ik daarvoor tweede werd, was ik teleurgesteld, maar niet zoals vorig jaar. Wat daar in die laatste meters gebeurde, dat was pas echt een klap. Ik weet dat het geen obsessie mag worden, maar het spookt wel nog steeds door mijn hoofd. Ik zal het eeuwig doodjammer vinden. Hoe dichter de Ronde komt, hoe meer dat gevoel groeit.”

Het was dan ook een mentale mokerslag die kon tellen. Hoste leek het zware werk immers al gedaan te hebben: topfavorieten Boonen en Cancellara waren afgeschud. Medevluchter Alessandro Ballan had net de Driedaagse De Panne gewonnen, maar was qua grote eendagsoverwinningen een onbeschreven blad. Hij had nog niet aan de zege op de Hallebaan van Meerbeke kunnen ruiken, zoals Hoste dat al wel had gedaan. Maar die ervaring bleek de Vlaming desondanks niet te helpen. In een ijzig spannende millimetersprint finishte Ballan net dat tikkeltje sterker. De derde keer net niet. En toch heeft Hoste zijn eindsprint niet specifiek bijgetraind. “Omdat daar vorig jaar het probleem ook niet lag”, vindt de 30-jarige kasseivreter. “Kijk, ik maak een klein schakelfoutje in de sprint, dat klopt. Maar tegelijk klopt dit ook: ik ben die dag gewoon op een fantastische renner gestoten die ook nog eens fantastisch in vorm was. Aan het begin van de spurt neem ik drie lengten. Flik dat bij 50 coureurs en er zijn er misschien vijf die de mentale weerbaarheid hebben om terug te vechten. Ballan is zo iemand. Ik moet en mag mezelf die sprint niet verwijten.”

Wat volgde, was een emotionele instorting tegen een nadarhek, voor het oog van alle camera’s. Het Vlaamse wielerpubliek houdt van zulke overgave en sloot de onfortuinlijke Hoste definitief in de armen. Die dag in Meerbeke werd de tweede wellicht bekender dan de winnaar.

Nog beter

Maar dat was toen en dit is nu. En ondanks wat er vorig jaar gebeurde, blijkt men bij Silence-Lotto bijzonder veel vertrouwen te hebben in de kansen van Hoste. “Leif zou normaal nóg beter moeten zijn dan vorig jaar,” verklaart ploegmanager Marc Sergeant. “Toen waren er hier en daar haperingen in zijn opbouw, nu niet. Leif kon perfect het programma afwerken dat we voor hem voorzien hadden. Hij koerst dan ook bijzonder soepel.” “Ik heb een veel betere winter gehad dan in 2007”, vult Hoste aan. “Vergeet ook niet dat ik toen in de voorbereiding twee keer zwaar viel. Ik heb daar destijds nooit excuses in gezocht, maar het speelde wel mee. Uiteindelijk is het in 2007 nog juist op het nippertje goed gekomen, nu hoop ik meer overschot te hebben.”

Het vertrouwen in de kopman mag dan groot zijn, als blok imponeerde Silence-Lotto nog niet. Zowel in de finale van de Omloop Het Volk als in Kuurne-Brussel-Kuurne stond Hoste er op het eind van de dag alleen voor. Toch maakte hij zich achteraf niet boos in de rennersbus. “Het is misschien niet zo in beeld gekomen, maar vóór de finale heb ik in die koersen heel veel steun gekregen. Ik prijs me gelukkig dat ik zo’n team achter me heb. Zo is het makkelijk om kopman te zijn. Nee, de kritiek na het Vlaamse openingsweekend was volkomen onterecht. De ploeg heeft zowel in Het Volk als in Kuurne fantastisch gewerkt,” zegt Hoste als een loyale kopman. “Enige nadeel was dat we Greg Van Avermaet misten als ultieme steunpilaar. Maar dat was overmacht.”

“De laatste zorgen rond Greg zijn langzaam aan het wegtrekken”, weet Marc Sergeant. “Greg heeft een mooie Milaan- Sanremo gereden. We zijn dus wel gerust dat hij er de komende twee, drie weken zal staan. Binnen realistische grenzen hé. We mogen van Greg nog niet verwachten dat hij de Ronde van Vlaanderen wint. Daar is hij hoe dan ook te jong voor en door zijn fysieke ongemakken wordt het al helemaal een onmogelijke opgave. Ik verwacht van Greg dat hij aandachtig mee koerst, Leif helpt zolang hij kan en voor de rest vooral zo veel mogelijk uit die wedstrijd leert. Investeren om later die ervaring te laten renderen, dát moet hij doen.”

Het onbesuisde

Tijd om het over de favorieten voor de Ronde te hebben. Met drie tweede plaatsen in de laatste vier jaar, moet Hoste zelf bovenaan op ieders lijstje prijken. De Maldegemnaar wuift de suggestie echter graag weg. “Op basis van hun laatste resultaten kunnen andere jongens meer aanspraak maken op dat statuut”, vindt Hoste. “En laat de Cancellara’s ook maar gerust de koers in handen nemen. Zolang ik op het eind van de dag maar voorop rijd, maakt het me niet uit wie op voorhand tot grote favoriet wordt gebombardeerd. Ik reken erop dat het uiteindelijk een strijd wordt tussen de verwachte namen: Boonen, Ballan, Cancellara … Verrassingen zijn in dit soort koersen erg zeldzaam.”

Over Tom Boonen lijkt, bizar genoeg, her en der nochtans wat twijfel te bestaan. In de prognoses figureert zijn naam alvast een stuk minder prominent dan vorig jaar. “Ik stel dat ook vast”, zegt Hoste. “Bij veel mensen leeft blijkbaar de indruk dat Boonen minder is dan het afgelopen seizoen. Zelf geloof ik daar niks van, eerlijk gezegd. Akkoord, hij won in Tirreno-Adriatico geen enkele koers, maar wat bewijst dat? Ik denk dat hij verstandig gekoerst heeft, net zoals ik. Waarom zou je immers risico’s gaan nemen in de wedstrijden waarin het nog niet echt moet? Nee, dat heb ik ook geleerd door vorig jaar twee keer te vallen in de voorbereiding. Voorzichtiger koersen kan soms helemaal geen kwaad. Dat onbesuisde is er bij mij nu helemaal uit.”

Stel dat Hoste een ideaal koersscenario mag uittekenen. Hoe zou dat eruitzien? “Identiek als vorig jaar, op de laatste meter na”, antwoordt Hoste met een uitgestreken gezicht. “Het is raar om dat achteraf te moeten vaststellen, maar ik heb in 2007 bijna de ideale Ronde gereden. Onderweg niks voorgehad, wat in die koers toch absoluut niet evident is. De ploeg draaide als een trein en zette mij perfect af aan de Muur van Geraardsbergen. Uiteindelijk scheelde het maar zo veel ( houdt zijn vingers een banddikte uit elkaar).” Droomt hij niet van een lange solo? “Dat zou helemaal mooi zijn. Maar zoiets kan je bijna niet plannen. Toch niet in deze koers”, weet Leif Hoste.

Afstandsbediening

Laatst deed Stijn Devolder een interessante uitspraak. Hij beweert dat niemand zo natuurlijk en elegant over kasseien dokkert als zijn ex-ploegmaat Leif Hoste. Een heus compliment, komende van een kinderkopjesspecialist als Devolder. Wat is volgens Hoste het geheim van een goede kasseicoureur? “Je moet rijden zoals je je het minst oncomfortabel voelt”, zegt hij. “Dat is iets wat je moet aanvoelen, ik denk niet dat je het kan trainen. Je moet het parcours in een oogwenk kunnen inschatten en de fiets als het ware zelf laten sturen. Je kan het vergelijken met wat veldrijders doen op een modderige strook. Wie er het gevoel voor heeft, ziet hoe je daar het snelst doorkomt. En wie per se rechtdoor wil rijden, die ligt tegen de grond. Het heeft veel met durf en vertrouwen te maken. Ik voel me altijd goed op kasseien en ze mogen er zelfs gerust erg slecht bijliggen.” Marc Sergeant beaamt: “Leif heeft dat van nature. Ik vergelijk hem wat dat betreft met Johan Museeuw. Die kon ook rijden alsof zijn fiets met een afstandsbediening werd bestuurd.”

Dan zal Hoste ongetwijfeld tevreden zijn dat de Koppenberg weer in het parcours is opgenomen, na een afwezigheid van één jaar. “Ik zou het belang van de Koppenberg niet willen overschatten, het weer wordt volgens mij een belangrijkere factor. Wist je dat ik nog nooit een Ronde van Vlaanderen in de gietende regen reed? En wat als we sneeuw krijgen, zoals vorige week?”

Tot slot de belangrijkste vraag. Hoe graag wil Leif Hoste de Ronde van Vlaanderen winnen? “Dat is voor mij net geen obsessie”, erkent de West-Vlaming. “De dag van de Ronde van Vlaanderen kruip ik anders op de fiets. Voor Milaan-Sanremo voel ik die energie bijvoorbeeld niet, ook al is dat ook een prachtige koers. Het zou me erg frustreren als ik de Ronde nooit zou winnen, door wat er in het verleden gebeurd is. Maar ik wil er niet maniakaal op gefixeerd zijn. Het seizoen begint en eindigt niet bij de Ronde van Vlaanderen hè. Ik wil me 100 procent geven in die koers, maar als het daar niet lukt, dan kan Parijs-Roubaix ook nog veel goedmaken.” S

door jef van baelen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content