Paulo Henrique zorgt dit seizoen voor een glinstering in de Parel der Kempen en play-off 2. Dat hij straks Westerlo verlaat, staat zo goed als vast. Maar wat kan hij aan?

Vóór afgelopen weekend zat Paulo Henrique al aan vijf doelpunten in play-off 2, nadat hij er in de reguliere competitie negen maakte. Daarmee is hij op weg een van de opgemerkte spitsen te worden dit seizoen. Van de winter werd hij met Standard in verband gebracht, “maar hun voorstel lag niet dicht bij de werkelijkheid”, zegt João Aragão, Paulo Henrique’s makelaar in Europa. “Nochtans vroegen wij niks buitensporigs. Na Lukaku en Vossen is hij de aanvaller met het beste gemiddelde van doelpunten per speelminuten in beker en competitie. Over zijn toekomst na dit seizoen maken wij ons geen zorgen: Franse clubs tonen interesse en een andere Belgische club dan Standard, en in Kortrijk is een Duitse club hem komen scouten, die later contact heeft opgenomen.” Hoe goed is Paulo Henrique?

‘Het overzicht bewaart hij al beter’

Jan Ceulemans, trainer Westerlo: “Voor de echte top moet het anders, zoniet gaat hij problemen krijgen. Ik heb tegen hem ook gezegd wat ik vind dat zijn probleem is: zijn inzet. Zijn mentaliteit is goed en het besef dat het naast het veld beter moet, is er. Hij profiteert nog wel van het leven, maar hij is minder jong nu en hij beseft dat dit al zijn tweede kans is in het buitenland en dat hij die niet mag laten schieten. Maar werkkracht is ook belangrijk. Voetballen kan je of kan je niet en hij kan voetballen, maar aan je fysiek moet je werken. Er is geen enkele topspeler, of je moet Messi heten, die zuiver op zijn talent kan teren. Tackelen, terugzakken, lopen naar de eigen backlijn … Rooney, bij wijze van voorbeeld, is een wereldspits, maar die stáát daar niet, hé. Die loopt negentig minuten. Dán kan je beter worden dan anderen. In Westerlo kan hij zijn goaltje maken en iedereen is tevreden, maar wij kunnen alleen maar blijven aanhalen dat het onvoorstelbaar belangrijk is om meer te doen. Voetbal is herhalen en daar trainen we op. De taak van een trainer is dan hem er attent op te maken wat goed is en wat beter kan. Hij heeft kwaliteiten, is snel, sterk, technisch goed, maar hij zal bij een andere club het niveau moeten oppikken. Het overzicht bewaart hij al iets beter, maar het zal altijd een speler blijven die de individuele actie opzoekt. Ik heb er geen problemen mee als dat aan de zestien van de tegenstander gebeurt en niet op de eigen helft. Ik denk dat de top in België zowat zijn eerste doel moet zijn. Dat zal al een stap voorwaarts zijn. De top in het buitenland kan daarna. Als hij nu al naar het buitenland gaat, zal het niet naar de top zijn, maar naar een betere middenmoter dan Westerlo. Er is interesse genoeg.”

‘Hij zal een knop moeten omdraaien’

Stan Van den Buijs, scout van Germinal Beerschot, tegenstander van Westerlo in play-off 2B: “Hij zal moeten leren collectiever te spelen en harder te werken, want hij doet nu puur waar hij goesting in heeft. Voor de rest heeft hij wel torinstinct en een heel goeie actie, hij is heel sterk aan de bal, technisch goed en snel. Hij heeft de kwaliteiten voor een topclub. Maar in Westerlo doet hij wat hij wil, hij speelt toch altijd. Hij beschikt over een heel goede dribbel in de diepte: je ziet die drang naar de goal die echte spitsen typeert. Maar zijn meeverdedigen is nul. ( grijnst) Hij doet wel iets, alsof, een beweging, daarna stapt hij gewoon. Maar hij is nog jong, hij kan nog progressie maken, al zal hij dan toch een knop moeten omdraaien. Het is geen gemakkelijke aanvaller om tegen te voetballen: hij kan niet in de match zitten en geen moeite doen, maar dan ineens ontploffen en scoren. Zeventig minuten onzichtbaar zijn en dan uit het niets een goal maken. Daarom laat de Caje hem ook staan. Maar in een topclub wordt wel iets anders verwacht: als je zeventig minuten niets laten zien hebt, lig je er meestal al af. Ik denk wel dat het een speler is voor een ploeg als Genk of Standard en zo, maar de eerste vraag is: gaat hij in de ploeg staan? Gaat hij dezelfde motivatie opbrengen als hij er niet in staat? Dat maakt het verschil of iemand dat trapje hoger kan zetten of niet. Hij heeft één wedstrijd met mijn zoon gespeeld bij de beloften en je zou hem daar vijf frank gegeven hebben. ( lachje) Voor zulke matchen kan hij zich niet opladen. Maar als hij het oppikt, kan hij er topschutter worden, want de feeling heeft hij. Zijn doelpunten zal hij altijd wel meepikken.”

‘Het beste is hem onder druk te houden’

Vincent Euvrard, verdediger van STVV, ploeg waartegen Henrique in twee confrontaties drie keer scoorde: “Ik vind hem een van de beste spitsen in België. Hij heeft zowat alles: snelheid, kracht, techniek, is moeilijk van de bal te zetten en hij kan een één tegen één opzoeken. Dat maakt hem heel moeilijk aan banden te leggen. Doordat hij die bal soms wat langer bijhoudt, geeft hij Westerlo ook de kans bij te sluiten. Van luiheid heb ik tegen ons niet veel gemerkt. Hij wacht gewoon op het goeie moment. Als Westerlo op voorsprong komt, is hij op z’n sterkst, zag je tegen ons. Wij moesten in de tweede helft risico’s nemen, er kwam veel ruimte en dan duikt hij graag de hoeken in. Het beste is om hem onder druk te houden in zijn eerste balaanname. Je hebt soms spitsen die heel krachtig zijn, en dan technisch minder, maar zijn balaanname en balbehandeling is ondanks zijn kracht toch goed. Hij is altijd bepalend geweest in matchen tegen topclubs, dus dan kan je ook aanvaller zijn voor een topclub. Vroeger zeiden ze van Vandenbergh ook dat het een luie spits was, maar met zo’n torinstinct in de zestien heb je niet veel nodig. Je denkt als verdediger dat je hem in de hand hebt, maar dan profiteert hij van je verlies aan concentratie.”

‘Een leuke speler om naar te kijken’

Gert Verheyen, oud-aanvaller en analist: “Met of zonder een speler als hij, dat maakt voor een ploeg als Westerlo vaak het verschil tussen als zevende of als dertiende eindigen. Je ziet wel dat hij een beetje van alles heeft, maar het grootste probleem vind ik toch het ontbreken van de constante. Dus zijn niveau vind ik moeilijk te voorspellen. Bij een topclub komt er druk en concurrentie bij kijken, moet je er elke week staan en is het niet van mogen maar van moeten scoren. Voor een subtopper vind ik het een heel goede én een leuke speler om naar te kijken.”

DOOR RAOUL DE GROOTE

“Gaat hij dezelfde motivatie opbrengen als hij eens niet in de ploeg staat?” Stan Van den Buijs

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content