Nadat Standard op dramatische manier Europees voetbal misliep, maakt Luciano D’Onofrio de balans op van het voorbije seizoen. En bij voorkeur kijk hij vóóruit. ‘Die tegenslag zal onze ontwikkeling niet vertragen.’

De klap kwam keihard aan. De wijze waarop in Oostende op de laatste speeldag van de reguliere competitie een zeker lijkende kwalificatie voor Europees voetbal werd weggegeven en het rampzalige verloop van de testwedstrijden tegen RC Genk sloegen diepe wonden op Sclessin. Standard-baas Luciano D’Onofrio aanvaardt het vonnis, maar blijft ondertussen niet blind voor de voordelen van die twee testmatchen. “Met die barrage bewezen Genk en Standard dat het Belgische kampioenschap moet worden gereorganiseerd. De formule van de play- offs wekt zowel bij publiek als media een immense interesse op. De eerste klasse moet afgeslankt en de tweede klasse opgewaardeerd worden. Dan is een degradatie ook geen catastrofe meer. In een eerste klasse met veertien teams kan je na de reguliere competitie play-offs voor de titel en voor de plaatsen in de Uefacup organiseren, en een eindronde met het oog op de degradatie. Het publiek kickt op die suspense, je kunt daar een hele marketing rond bouwen.”

Laat ons toch nog even stilstaan bij het sportieve aspect van dat verloren duel met RC Genk.

Luciano D’Onofrio : “Ik onthoud dat we uit 34 wedstrijden 70 punten haalden en dat we meer scoorden dan Genk en minder doelpunten tegen kregen. Helaas telt dat niet. Onze doelstelling bestond erin een Uefacupticket te veroveren en we blijven met lege handen achter, terwijl we in de terugronde een uitermate aantrekkelijk voetbal brachten. In die testwedstrijden tegen Genk liet Standard zich meeslepen door de emoties. We speelden verkrampt, toonden ons niet realistisch genoeg. Het was een kwestie van wat ik noem : de cultuur van het succes. Je moet de gewoonte, de traditie van het winnen hebben. Die overtuiging mist de groep nog.

“Deze tegenslag zal de club geen tijd doen verliezen in haar ontwikkeling. Ik wil de gevolgen trouwens niet herleiden tot het niveau van geld, al derven we met het missen van Europees voetbal natuurlijk inkomsten. In het geval van een kwalificatie voor de poules hadden we een nettowinst van 1 à 2 miljoen euro gerealiseerd. Maar de Uefacup vertegenwoordigde vooral iets anders voor mij : kwalificatie had de geestdrift van de supporters voort aangewakkerd, het internationale prestige van de club en van de regio opgevijzeld, de populariteit van de spelers verhoogd. Misschien werden we het slachtoffer van een groeistoornis. In de toekomst moeten we onze geestdrift beter leren kanaliseren. Er een troef van maken in plaats van een handicap.”

Heeft de laattijdige komst van een aantal spelers het ontwikkelingsproces van de ploeg niet afgeremd ?

Sergio Conceiçao, Philippe Léonard en Milan Rapaic waren er in het begin van het seizoen niet bij, maar dat verklaart onze thuisnederlagen tegen Charleroi en FC Brussels niet. Natuurlijk brachten de nieuwe spelers een toegevoegde waarde, maar het team had ook zonder hen afstand moeten nemen van tegenstanders van dat niveau. Die uitschuivers laten zich niet uitleggen door afwezigen – dat zou te gemakkelijk zijn. Nee, het zijn de aanwezigen op het veld die gefaald hebben.

“Al heeft Conceiçao dit seizoen enorm veel bijgebracht. Op het veld, in de kleedkamer, in de groepsbeleving. Een speler van die klasse is een verrijking voor de hele eerste klasse. Hij heeft ook die kamplust, die winnaarsmentaliteit. Soms wordt hij door zijn temperament verraden, dat is waar. Toch zouden zulke voetballers beter beschermd moeten worden. Liever iemand met een explosief karakter dan iemand die stiekem gemene schoppen uitdeelt.”

De verdediging stond er dit seizoen wel.

“We zullen dan ook proberen deze defensie te behouden. Als hij zich nog meer opofferingen getroost, kan Léonard weer uitgroeien tot de beste linksachter van de eerste klasse en hij ligt nog één jaar onder contract. Ogushi Onyewu is in defensief opzicht even sterk als Vincent Kompany. Die speelt ooit nog in Engeland, Duitsland, Spanje of Italië. Ook hij heeft nog een contract voor één jaar. Standard zal hem een voorstel tot contractverlenging doen, het is dan aan hem om te beslissen. Vedran Runje voelt zich goed in Luik. Zonder een buitengewoon aanbod blijft hij bij ons. Onze overeenkomst met hem strekt nog twee jaar. Voorts voldeden Eric Deflandre en Ivica Dragutinovic aan de verwachtingen. Deze verdediging incasseerde slechts dertig doelpunten, alleen Club Brugge deed beter. We willen er nog één of twee spelers aan toevoegen om de afwezigheden door blessures en gele kaarten beter op te vangen en om de spelers scherp te houden.”

Het middenveld raakte pas op dreef na de winterstage en de toevoeging van Matthieu Assou-Ekotto tijdens de winterstop.

“Niet akkoord. Standard verloor vlug Wamberto met een beenbreuk. Dat heeft ons verschillende punten gekost. Uiteraard is Assou-Ekotto een nuttige speler gebleken, maar vooral Conceiçao en Rapaic droegen almaar meer bij tot het collectief. Die twee kunnen volgend seizoen nóg belangrijker worden voor de ploeg. Karel Geraerts is een van de grote revelaties van het seizoen. Hij is ernstig en werklustig, als hij bevestigt, stevent hij op een mooie carrière af.”

Komt er voorin versterking ?

“Versterking hébben we daar al binnengehaald, met Cédric Roussel afgelopen winter. Jammer genoeg werd hij meteen het slachtoffer van een ernstige blessure. Maar van bij zijn terugkeer bleek hoeveel hij de ploeg kan geven. Met hem erbij staan we offensief sterk. Sambegou Bangoura ontbolsterde helemaal na zijn bleek seizoen 2003/04, Tchité presteerde sterk tot een letsel hem terugsloeg. We onderkennen de sterkte binnen het huidige spelerspotentieel. Deze spelerskern zal dan ook de basis vormen voor het volgende seizoen. Wat dat betreft, bekijken we de dingen een beetje anders dan voordien.”

Er komt geen vloedstroom van nieuwe spelers ?

“Nee, er zal deze keer bij Standard weinig bewegen. Vier, vijf nieuwe spelers, niet meer.”

Onder wie Walter Baseggio ?

“Ik heb met niemand over Walter Baseggio gesproken. De pers suggereerde een ruil met Runje en Onyewu, maar ik weet niet waar die roddel vandaan komt. Nu, als Walter bij ons wil komen om zijn carrière te herlanceren, waarom niet ? Daar zeg ik niet zomaar neen op, want hij is een voetballer met bepaalde kwaliteiten. Het hangt van hem en van Anderlecht af. Maar dat Conceiçao zijn contract verlengde, onderstreept onze wens om vooruitgang te boeken in de continuïteit.”

De belangrijkste beslissing geldt natuurlijk de aanstelling van een nieuwe trainer na het afscheid van je broer Dominique.

“Ik respecteer de beslissing van Dominique. Hij heeft gedurende drie jaar opmerkelijk goed gewerkt terwijl het hier niet elke dag even gemakkelijk was. Ik zou zijn werk quoteren met een 8 à 8,5 op 10. Misschien gaat hij elders aan de slag, maar hij weet dat er hier altijd plaats voor hem zal zijn. Als hij wil, zullen we hem in samenspraak met Michel Preud’homme en Pierre François in een nieuwe rol installeren en zijn passie voor Standard zal hem ook in dat nieuwe domein nuttig maken voor de club.”

Wat is het ideale profiel van de nieuwe coach ?

“De ideale coach is de coach die de resultaten boekt die corresponderen met de ambities van de club. Een trainer die het maximum uit de spelersgroep haalt en die een goede werksfeer schept. Een trainer met een sterke reputatie is geen garantie op succes. Ik heb trainers gekend die met een ideaal profiel de club binnenstapten maar na drie maanden dat ideale profiel niet meer bezaten. We zoeken naar de opvolger van Dominique en als we hem niet vinden, zullen we proberen te innoveren : wegen inslaan waaraan men momenteel niet denkt. Iets nieuws uitvinden.”

De eerste keuze was allicht Erik Gerets ?

Erik Gerets verenigt alle kenmerken van de ideale trainer van Standard, maar hij maakte een andere keuze. Ik begrijp dat hij zin had om eerst bij Galatasaray zeer veel geld te gaan verdienen. Als hij genoeg geld zal hebben, zal hij misschien aan Standard denken. Nee, niet om hier met pensioen te gaan, daarvoor is Gerets te veel een winnaar.”

De namen van Trond Sollied, Emilio Ferrera en Marc Wilmots vielen al als mogelijke nieuwe trainer van Standard ?

Trond Sollied is een interessante figuur omdat hij de laatste vijf, zes jaar meer dan welke coach ook zijn stempel op het Belgische voetbal heeft gedrukt. Hij is een van de mensen die me het meest bevalt. We hebben ook aan Ferrera gedacht, maar we zijn er niet dieper op ingegaan. Marc Wilmots is een vriend van het huis maar we bespraken dit onderwerp nog niet samen. Een buitenlander ? Die moet zich aanpassen aan het Belgische voetbal. In Frankrijk nemen ze soms de verantwoordelijke van het eigen opleidingscentrum. Dat zie ik bij ons niet zitten. Christophe Dessy kwam amper een jaar geleden van Nancy bij ons. Hij heeft werk genoeg aan de winkel.”

Waarom behield u de technische staf niet ?

José Riga, Christian Piot en Guy Namurois leverden voortreffelijk werk, ze hebben een plaats in elke Belgische topclub. Maar na een jarenlange samenwerking is het goed om eens te veranderen. Voetbal vreet aan de mensen, je hebt geregeld nieuwe figuren nodig opdat voetballers niet in routine zouden vervallen. De nieuwe trainer zal zijn eigen technische staf kiezen.”

Bondsvoorzitter Jan Peeters ziet in Michel Preud’homme zijn ideale opvolger. Hoe denken ze daar bij Standard over ?

“Standard heeft Preud’homme nodig. Ik deel de mening van Jan Peeters, maar het is nog te vroeg voor Michel. Voor mij is Roger Vanden Stock de perfecte nieuwe bondsvoorzitter. In zijn schaduw zou Preud’homme kunnen doorgroeien.”

De televisierechten schieten de hoogte in. Abbas Bayat verklaarde enkele jaren geleden al dat het Belgische voetbal meer waard was dan wat veel beleidsmensen dachten.

“Dat klopt, maar Standard heeft daar altijd voor geijverd. Wij wensten, zonder dat we ons tegen een collectief project hebben verzet, het recht te krijgen om individueel te onderhandelen. Zoals we ons ook altijd tegen de fankaart hebben verzet. Met terugwerkende kracht merk je hoe vooruitziend Standard was. Nu krijgen we het gelijk aan onze zijde. Maar toen waren we wel verwikkeld in een strijd van één tegen allen en werden we met verwijdering uit de profliga bedreigd. Terwijl we niet alleen aan onze eigen belangen dachten maar ook aan de belangen van het Belgische voetbal in het algemeen.

“Ik blijf ervan overtuigd : het Belgische profvoetbal vertegenwoordigt een waarde van 60 à 70 miljoen euro per jaar. Ik zou willen dat de Belgische topclubs 25 procent van hun budget dekken met de tv-rechten. Op een dag zullen we over onze eigen tv-zender beschikken : Standard TV– naar het voorbeeld van OM TV, dat goede resultaten boekt. Daar heb je een infrastructuur voor nodig, een goede organisatie, de juiste vaardigheden en een akkoord met een verdeler. En dan kan je op regelmatige basis een magazine over de club presenteren. Voor Standard heeft het hele land belangstelling. Dat is een rijkdom. Sportieve successen zullen die belangstelling alleen nog doen toenemen.”

door Pierre Bilic

‘Standard mist wat ik noem : de cultuur van het winnen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content