De voormalige aanvoerder van Standard doet voor de eerste keer een boekje open over de redenen van zijn vertrek bij Standard. Hij vertelt ook over het leven in Rusland: ‘Uit nachtclubs blijf ik als kleurling beter weg.’

Réginal Goreux nodigt ons uit bij hem thuis, in de omgeving van Luik. Doordat overal de competities stilliggen wegens interlands, heeft hij de kans om op het eerste het beste vliegtuig te springen om zijn familie, zijn vrouw en twee kinderen te bezoeken. Enkele dagen om wat te relaxen in zijn eigen omgeving, in het gezelschap van zijn naasten, ver van het isolement in Rusland, waar hij verblijft sinds zijn vertrek bij Standard eind januari. De ex-Rouche brengt zijn tijd nu vooral door in Samara, een stad die alleen voor basketballiefhebbers iets betekent. Samara ligt op de oevers van de Wolga, de langste rivier van Europa, op een duizendtal kilometer – of twee uur vliegen – van Moskou en telt meer dan een miljoen inwoners. Nostalgici van het Sovjetregime komen er de bunker van Jozef Stalin bezoeken, 37 meter onder de grond, of een reproductie van de Sojoez, een van de bekendste raketten uit het ruimtevaartprogramma van de Sovjet-Unie, maar voor de rest biedt Samara weinig bezienswaardigheden. Daar schijnt Regi Goreux niet om te malen. Hij vertelt ons over zijn nieuwe leven, vlak bij de grens met Kazachstan.

Hoe kijk je aan tegen Rusland en meer bepaald Samara?

Réginal Goreux: “De mentaliteit is helemaal anders dan in België. De organisatie van het WK in 2018 dwingt de Russen om zich meer open te stellen, maar ze blijven toch nog getekend door hun communistisch verleden. Omdat hun land zo groot is en zich superieur waant, doen velen ook geen moeite om Engels te leren. Gelukkig staat de tolk van de club de klok rond ter beschikking van de buitenlandse spelers.”

Hoe verloopt dat voor jou in een doorsneedag?

“Op tien minuten staat de tolk er, op eender welk uur van de dag. Tegenwoordig begrijp ik al wat men van mij verlangt, maar in de eerste drie maanden hier belde ik hem zelfs wanneer ik op restaurant iets moest bestellen. Ofwel googelde ik op mijn gsm naar een afbeelding van hetgeen ik wilde en toonde ik dat aan de diensters. Je behelpt je, hé.”

Was je de stad al eens komen verkennen voor je je contract tekende?

“Neen, dat ging niet. Ik tekende op 24 januari en ze waren toen al sinds 10 januari op stage in Turkije. In Samara zelf was er niemand meer van de club.”

Was je niet bang om in the middle of nowhere terecht te komen?

“Bang was ik niet, maar ik had er wel vragen bij. Ik wist dat Samara niet Grozny was, maar ik vertrok toch een beetje naar het onbekende. Pas na 10 maart heb ik Rusland eigenlijk leren kennen.”

Wat waren je eerste indrukken?

“Dat de luchthaven een ramp was. Een hangar! (lacht) Elders merk je dat Samara een stad in volle ontwikkeling is. Het is de op vier na grootste stad van Rusland, maar wel degene die nog het minst verwesterd is. Op bepaalde punten merk je wel de spanningslijn tussen moderniteit en nostalgie.”

Samara staat meer bekend om zijn basketbalclub dan om zijn voetbalclub…

“Klopt. Ik ben ook al naar een basketwedstrijd gaan kijken. Daar heb ik kunnen vaststellen dat de basketters een uitstekende mentaliteit hebben. In het voetbal bestaat er zo geen samenhang tussen de spelers. Als je van de ene basketbalclub naar de andere transfereert, vormt dat geen enkel probleem. In het voetbal word je algauw beschouwd als een concurrent, als iemand die een ander uit de ploeg zal verdringen. Zeker in Rusland, waar een nieuwkomer bijna altijd meteen speelt. Bij Standard werd een nieuwe speler eerst geevalueerd voor hij in de ploeg werd gedropt.”

Geen middenklasse

Trek je je plan al wat in het Russisch?

“Ik heb vorig seizoen lessen genomen en het begint te gaan. Dit jaar heb ik de lessen wel laten vallen om een schriftelijke cursus bedrijfsmanagement te volgen.”

Wat valt je het meest op in Rusland?

“Als je door het land reist, merk je de enorme financiële mogelijkheden. Door de talrijke luxewagens bijvoorbeeld. Het gedrag van de mensen is soms ook… verrassend. Op restaurant bijvoorbeeld scheelt het niet veel of de klanten trekken aan de oren van de kelners om hen te roepen. En die vinden dat normaal, die zijn dat gewend. Er bestaat geen middenklasse in Rusland. Of je bent rijk, of je bent arm. Als je voetballer bent in Moskou – het is erg om het te zeggen – dan zie je de armen gewoonweg niet.”

Men gaat ervan uit dat je voor het geld naar Samara getrokken bent.

“Neen, dat was niet het belangrijkste. Het voornaamste probleem was dat Roland Duchâtelet het bod van Samara al geaccepteerd had voor ik had getekend.”

Je had dus geen keuze dan naar Rusland te gaan?

“Het is niet zo dat ik verplicht werd, maar gezien alles wat er al gebeurd was, begreep ik wel dat het geen zin had om het conflict aan te gaan met Duchâtelet.”

Wat is jouw beeld van hem?

“Hij snapt niks van voetbal, maar dat belet hem niet om zich met het sportieve beleid te bemoeien. Een straf voorbeeld: we speelden thuis op Sclessin tegen Anderlecht, onder Ron Jans was dat nog. Enkele minuten voor de aftrap kwam Duchâtelet in de kleedkamer en begon hij uit te leggen hoe we een inworp moesten nemen…”

Hoe je een inworp moest nemen!?

“Ja. Hij ging in het midden staan om het voor te doen en riep: ‘Je moet genoeg kracht zetten, en je moet snel zijn.’ Toen hij begon met zijn ‘uitleg’ keek ik naar de coach en naar Poco (Sébastien Pocognoli, nvdr). Dan heb ik in mijn handen geklapt en geroepen: ‘Komaan, gasten, een goeie match!’ We moesten die komedie stoppen, wat hij vertelde sloeg nergens op.”

Deed hij vaak zoiets?

“Als hij met de spelers sprak, had dat vaak niets met voetbal te maken. We vroegen ons allemaal af waarom hij dat op die momenten deed.”

Geef eens een voorbeeld.

“Wel, dan kwam hij je in de gang tegen en zei hij opeens: ‘Ron Jans behoort tot de beste tien trainers van Europa.’ Ik neem aan dat hij dat deed om zijn keuze voor hem te ondersteunen… Al in zijn eerste jaar als voorzitter van Standard had ik door dat het niet zou werken. Ik probeerde hem te ontwijken, maar dat lukte niet altijd. Begin juni 2012 liep ik hem tegen het lijf toen ik goeiendag wou zeggen aan het personeel van de ticketverkoop – ik had daar tijdens mijn stage als boekhouder gewerkt. Hij hield me tegen en zei: ‘Ik heb iets moois voor jou!’ Ik vroeg wat dat dan wel was en hij zei: ‘Ik weet dat je twee keer kampioen bent geweest en dat je Champions League hebt gespeeld en ik heb nu een club die je graag wil. Viktoria Pilsen!’ Er viel een stilte van wel een halve minuut. Waarop hij vroeg: ‘Wel, interesseert het je niet?’ Ik antwoordde hem: ‘Leest u in de pers eens de namen van de clubs die scouts sturen naar de matchen van Standard. En gaat u dan eens naar de site van Viktoria om te kijken welke clubs daar komen scouten. Dan begrijpt u wel dat ik liever bij Standard blijf.’ Maar vanaf dat moment wist ik wel dat ik geen toekomst had bij Standard.”

Had je het gevoel dat Duchâtelet nog andere spelers op de zenuwen werkte?

‘Ik noem geen namen, maar: ja. Nogal evident. Er werd niet openlijk over gesproken, maar als je enkele blikken uitwisselde, wist je al genoeg.”

Wat is volgens jou de grootste tekortkoming van Duchâtelet?

“Hij baseert zich uitsluitend op statistieken. Een speler beoordeelt hij alleen op basis van cijfers. Hij ziet het voetbal alleen maar als een business. Voor alles hanteert hij statistieken.”

Heeft hij geen adviseur?

“Hij had er een, tot Dudu Dahan de zaken in handen nam, maar ik heb nooit geweten wie dat was. En wat Jean-François De Sart zijn rol is, weet niemand.”

Is de komst van Duchâtelet een keerpunt geweest?

“Voor hij kwam, boezemde Standard ontzag in, na hem was het een rommeltje. Tot Mircea Rednic kwam, lachte driekwart van het land met ons. De ziel van Standard was weg.”

Merkte je een verschil met de komst van Rednic?

“Ja, we voelden direct dat hij het tij kon keren. Ook al wou de voorzitter hem geregeld tot de orde roepen… Het bewijs is er: Rednic is aan het einde van het seizoen moeten opstappen.”

Denk je dat Duchâtelet zijn zeg heeft in de opstelling van het team?

“Dat probeert hij alleszins. Hij heeft vaak genoeg geprobeerd om de coach te overtuigen. Bij de spelers leefden er nog andere ergernissen. Zoals de komst van Dudu Biton, van wie de spelers al snel wisten wat voor een vet contract hij had. Oké, er zijn in het verleden nog wel neptransfers gebeurd, maar in het geval-Biton gebeurde het echt openlijk: je ziet heel goed dat een speler een ramp is en tóch neem je hem… De historie van de aanvoerdersband was nog zoiets: in eender welke club is het de coach of de groep die beslist wie aanvoerder wordt, maar bij Standard was het Duchâtelet die opdrong dat het Jelle Van Damme zou worden, tegen de wil van de groep in. Maar als je alles bekijkt wat hij uitgespookt heeft, dan is dat maar een detail…”

Verschrikkelijke wegen

Bij Samara heb je allicht een beter contract dan hetgeen je bij Standard had?

“Dat kun je zelfs niet vergelijken. De aanslagvoet bedraagt in Rusland amper dertien procent. Bovendien onderhandelen Russische clubs de contracten op basis van het nettoloon.”

De keerzijde van de medaille is dat je ver van je familie woont en je dus aan levenskwaliteit inboet.

“Ja en neen. Ik heb hier in België al twee jaar dit huis en dankzij mijn transfer naar Rusland ga ik een ander, groter kunnen kopen. Ik verhoog de kwaliteit van mijn toekomstig leven, daar draag ik nu aan bij. Je kunt iets meer moeite doen als je weet dat de toekomst beter wordt. Ik heb voor twee jaar getekend bij Samara, maar ik kan me wel voorstellen dat ik blijf tot 2018. Dan zal ik 29 zijn.”

Is het niet lastig als kleurling in Rusland?

“Ik heb nog geen problemen gehad. Er zit zelfs een kleurling in de plaatselijke Big Brother. (lacht) Ik viel bijna van mijn stoel toen ik dat zag.”

Samuel Eto’o en Roberto Carlos hebben nochtans vaak genoeg hun beklag gedaan over het racisme in de Russische stadions.

“Ik weet het. Bovendien was het in Samara dat Roberto Carlos een banaan naar zijn hoofd gegooid kreeg. Maar persoonlijk heb ik op dit moment geen enkel probleem met de supporters.”

Je bent naar het schijnt erg goed in vorm. Op de website van Eurosport stond je eind september zelfs een keer in het Europese elftal van de week. In de wedstrijd tegen FC Oeral raakte je maar liefst 111 keer de bal.

“Dat was een bijzondere wedstrijd. Zelfs ik had dat niet voor mogelijk gehouden. Van op mijn rechterflank zorgde ik zelfs voor meer gevaar dan onze diepe spits. Maar het is al wel eventjes dat ik goed speel. Misschien moest ik daarvoor wel weg uit Luik, hoewel dat mijn stad is en ik er altijd graag terugkom. In Samara concentreer ik me alleen maar op het voetbal. Ik heb een appartement gekregen en ik rijd in een auto van de club, een Hyundai Solaris. Met de verschrikkelijke wegen daar zou het nogal idioot zijn om met een chique auto te rijden. Zelfs met een 4×4 is het moeilijk. Het ergste is als de sportief directeur me durft te vragen of het in Afrika soms beter is!” (lacht)

Racistisch Sint-Petersburg

Heb je ginder vrienden?

“Ik kom goed overeen met de andere buitenlandse spelers. Doorgaans zijn zij het die mij bezoeken. Vind ik prima, dan hoef ik me niet te verplaatsen.”

Heeft de breuk tussen de buitenlanders en de Russische spelers gevolgen voor het samenspel?

“Ja, heel erg. De sportief directeur vroeg me op een dag: ‘Waarom geef jij heel de tijd passes?’ Ik antwoordde hem: ‘Wel, omdat voetbal een ploegsport is…’ Waarop hij vroeg: ‘En de anderen, geven die passes aan jou?’ En inderdaad, als je de wedstrijden bekijkt, zie je wat hij bedoelt. Dat is vooral erg opvallend in kleinere ploegen als Samara.”

Wat is het verschil tussen de Russische competitie en de Belgische?

“In België zijn we tactisch sterker, maar in Rusland is er meer offensieve individuele kwaliteit aanwezig.”

Zie je Axel Witsel weleens?

“Neen, beter niet. Sint-Petersburg staat bekend om zijn vreemdelingenhaat, dat hebben mijn ploegmaats me wel duidelijk gemaakt.”

Je vertelde eerder in dit gesprek dat je een schriftelijke cursus management bent begonnen. Dat is eerder uitzonderlijk onder voetballers.

“Er valt in Samara niet veel te beleven, dus kan ik mijn tijd beter nuttig besteden. En met ‘niet veel’ bedoel ik eigenlijk ‘niets’… Ik ga niet naar de meisjes en uit de nachtclubs blijf ik weg, want die zijn gevaarlijk. Een Kaukasische en een Georgische speler uit mijn ploeg wilden eens uitgaan in een van de nachtclubs van Samara. Ze werden bij de ingang al tegengehouden door de portier. Je moet niet vragen wat er met mij zou gebeuren…”

DOOR THOMAS BRICMONT – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Voor de match tegen Anderlecht kwam Duchâtelet in de kleedkamer om ons uit te leggen hoe we een inworp moesten nemen.”

“Ik kan me wel voorstellen dat ik tot 2018 in Samara blijf.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content