Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

De transfer van de Australiër Clayton Zane van het Noorse Lilleström is een nieuwe poging van Anderlecht om Jan Koller te vervangen. Zoek alvast de zeven verschillen.

Clayton Zane (1m93, 92 kg) heet een echte targetman te zijn. Je kent ze wel, het type centrumspitsen waarvan je in den beginne wel eens de indruk kunt krijgen dat ze zich van sport vergisten. Grote en sterke jongens zijn het doorgaans, die vaak met lijf en leden strijd moeten leveren om lange ballen. Niet te snel, niet te wendbaar en voorzien van iets te grote voeten om een stilliggende dan wel rollende officiële wedstrijdbal vol met de wreef te kunnen raken. Denk vooral aan Rune Lange, maar ook aan Jan Koller bij zijn aankomst in België. Clayton Zane (24) is bovendien afkomstig van Newcastle, een rugbystad aan de oostkust van Australië.

Hoe komt het dat je geen rugby speelt, Clayton ?

Clayton Zane : Dat komt omdat mijn moeder rugby té fysiek vond. Ze was bang voor de vele blessures. Daarom liet ze mij met vijf jaar al voetballen.

En je vader ?

Mijn vader wou wél dat ik rugby speelde, geloof ik. Hij speelde het trouwens zelf, in sociaal verband weliswaar. Ik denk dat hij dacht dat ik met een jaar of tien wel zou veranderen, zoals het trouwens met veel kinderen gebeurt eens ze groot genoeg zijn om echt rugby te spelen. Wie rugby speelt, geniet bij ons meer prestige, wordt sneller herkend, kan ook meer geld verdienen, maar mij maakte dat dus niks uit.

Waarom deed je het niet ?

Omdat ik er van kleinsaf al van droomde profvoetballer te worden. Ik weet niet of je hem nog herinnert, maar er voetbalde in de jaren tachtig een speler uit de buurt van Newcastle bij Liverpool : Graig Johnson. Ik keek enorm naar hem op. Ik herinner mij nog dat hij scoorde in de finale van de FA Cup, ergens halverwege de jaren tachtig moet dat geweest zijn. Ik groeide dus op met Liverpool, omdat Graig Johnson er speelde. Iedere maandag was er bij ons op televisie een programma met de hoogtepunten van het Britse voetbal. Ik heb zelfs ooit in een tombola een shirt van Graig Johnson gewonnen, één dat gesigneerd was door alle spelers van Liverpool nog wel. Het was tijdens een interland tegen het eiland Fiji. De wedstrijd zelf vergeet ik ook nooit meer. Die van Fiji waren gekomen om te vechten, omdat ze wisten dat ze ons anders niet konden kloppen ( lacht).

Vind je het een goed voorstel om voor de volgende WK-eindronde een plaats voor een team uit Oceanië te voorzien ? Er is toch enkel Australië in Oceanië ?

Wij en Nieuw-Zeeland, dat we inderdaad normaal wel altijd kloppen. Wij winnen in Oceanië ook altijd onze WK-kwalificatiegroep, maar het probleem is dat we dan haast iedere keer nog eens tegen een Zuid-Amerikaans land moeten spelen. Ik weet niet waarom, want Azië ligt dichter. Ik zou dus zeggen : laat ons op het eind tegen een Aziatisch land spelen. Het is logischer en we maken ook meer kans om nog eens op een WK te geraken. Argentinië hield ons al eens van het WK, nu weer Uruguay. Er zijn alleszins leuker en makkelijker opdrachten dan in Zuid-Amerika een WK-kwalificatie proberen af te dwingen. In Montevideo werden we al in de luchthaven bespuwd en moest de politie ons in bescherming nemen.

Twee jaar geleden vertrok je van Sydney naar Molde, diep in Noorwegen. Hoe bestaat het ?

Ik denk dat je als profvoetballer, wat ik sedert mijn achttiende ben, iedere opportuniteit om weg te geraken uit Australië moet aangrijpen. Molde kwam mij bekijken, onder andere met de olympische ploeg in de voorbereidingswedstrijden voor de Olympische Spelen, en wilde mij. Ik wist niet zeker of het tijd was om in Europa te gaan voetballen, maar ik dacht dat Noorwegen voor mij misschien wel een goeie stap kon zijn om te beginnen. Als het niet goed ging, kon ik nog altijd naar Australië terugkeren.

Het ging niet goed, het ging zelfs heel slecht, maar toch keerde je niet terug. Wat hield je tegen ?

Zonder de olympische ploeg had ik het er waarschijnlijk niet uitgehouden. Vier keer kon ik er daardoor weg, voor oefenstages en een maand lang voor de Olympische Spelen zelf. Mijn ouders zijn mij ook komen bezoeken, mijn zus en haar vriend, mijn beste vriend ook. Waarschijnlijk hield mij dat in Noorwegen, want het was er hard. Kleine stad, alleen, niks te doen.

Geen zon, geen strand, geen surfplanken, geen blo…

Niks ! Ik haatte het leven in Molde.

Je maakte niet één goal voor Molde. Werkelijk geen pepernoot geraakt, beste Clayton ?

Ik scoorde een heel jaar niet, neen, maar ik kwam ook maar drie keer aan de aftrap van een wedstrijd, de eerste drie wedstrijden van het seizoen. Een keer of tien ben ik verder voor een minuut of vijf ingevallen. Telkens als linker- of rechtermiddenvelder nog wel.

Wat bezielde Lilleström om een spits te kopen die niet één goal maakte ?

Nogmaals : niet scoren in veertig wedstrijden was erger geweest, dan had wellicht niemand mij nog willen kopen. Eén van de drie wedstrijden die ik speelde, was tegen Lilleström. De coach van Lilleström vertelde mij later dat hij in die wedstrijd niet kon zien waarom ik de rest van het seizoen door de coach van Molde niet meer werd opgesteld. Hij vroeg me een maand op stage, met koopoptie.

Waarom speelde en scoorde je bij Lilleström wel ?

Omdat ik er, denk ik, goed in het team paste. De eerste week voelde ik het al in de kleedkamer. Wat het ook was : je leeft in Oslo, de hoofdstad van Noorwegen. Zelfs als invaller zou ik er gelukkiger geweest zijn dan in Molde, omdat er veel meer te doen was. In Molde was ik de enige buitenlander in de stad, Oslo is veel internationaler. Er leefden andere Australiërs, en Zweden, een Zuid-Afrikaan. Ook dat droeg er toe bij dat ik een goed seizoen speelde.

Een goed seizoen ?! Met 17 doelpunten werd je Noors topschutter, je werd verkozen tot beste speler van de Noorse competitie, je telt ondertussen ook al 14 A-caps voor Australië, scoorde ook al zes keer voor de nationale ploeg, waaronder de winning-goal tegen Frankrijk op de Confederations Cup vorig jaar. Helemaal uit het niets !

Helemaal iets anders, hé. Zo gaat dat.

Molde speelde 4-3-3, Lilleström 4-4-2. Maakte dat ook het verschil ?

Zeker. Ik ben niet zo’n liefhebber van 4-3-3, omdat ik er niet van hou geïsoleerd voorin te staan. Het probleem met 4-3-3 is namelijk dat het vaak 4-5-1 is, omdat de twee buitenspelers er niet geraken. De twee offensieve middenvelders zijn belangrijk, ja, maar ook zij moeten vaak van te ver komen. 4-3-3 is een goed systeem, op voorwaarde dat je op iedere positie de juiste speler hebt staan. Vaak is dat niet zo. Bij Molde kwam het er vaak op neer dat de centrumspits moest staan wachten op crosses die van veel te ver werden getrapt. De backs gooiden de ballen ook geregeld achter de lijnverdediging, maar achter diepe ballen aanlopen is niet echt mijn kwaliteit.

Ik vind dat je met twee spitsen meer kunt variëren, dat je met die tweede spits ook beter zelfs het spel kunt dicteren. Trouwens, toen ik in Noorwegen arriveerde speelde bijna iedereen er 4-3-3, maar ondertussen zijn al veel ploegen teruggekeerd naar 4-4-2. Gewoon omdat het niet werkt. Zelfs Rosenborg, dat 4-3-3 heel goed beheerst, deed het net voor mijn afreis naar Australië enkele keren in 4-4-2

Wanneer liet Anderlecht zich voor het eerst horen ?

Peter Ressel is naar La Manga in Spanje komen kijken, waar ik in een voorbereidingstoernooi op de Noorse competitie negen keer scoorde in elf, twaalf wedstrijden. Ik denk dat Anderlecht mij ook in Noorwegen nog een keer of drie, vier is komen bekijken, ook Aimé Anthuenis.

Hoeveel betaalde Anderlecht voor Clayton Zane ?

Ik denk 2 miljoen euro – en nog wat extra’s als alles goed gaat.

Droom je niet van de Premier League ?

Neen. Iedereen wil in de Premier League spelen natuurlijk, maar ik denk dat deze club groot genoeg is voor mij. Ik ben zeer blij dat ik hier ben.

Ken je Jan Koller ?

Natuurlijk ken ik hem, zoals iedereen in de wereld – en niet alleen wegens zijn afmetingen. Hij is een grote speler. Ik zag hem bezig met Anderlecht in de Champions League. Fantastisch. Voor het laatst zag ik hem met Borussia Dortmund in de finale van de Uefabeker tegen Feyenoord. Zijn techniek is super voor zo’n vent. Hij is iemand om naar op te kijken : ik heb nog de helft niet bewezen van wat hij al presteerde.

Zijn eerste seizoen in België werd hij weggehoond.

Dan is dat een beetje een vergelijkbaar verhaal met dat van mij in Noorwegen, op grotere schaal wel te verstaan.

Wat leer je eruit ?

Dat je soms gewoon je plaats moet vinden in het leven.

Of de juiste trainer treffen ?

Yep.

Heb je het gevoel dat je door Aimé Anthuenis naar Anderlecht bent gehaald ?

Jazeker.

Maakt zijn vertrek je niet een beetje ongerust ?

Ja, zoals een trainerswissel zes weken voor de competitiestart bij wel meer spelers die door Aimé zijn gehaald, voor wat onzekerheid zal zorgen, denk ik. Je weet maar nooit dat de nieuwe coach andere spelers wil, zoals het in voetbal trouwens zo vaak gaat.

Wat is je motto in dergelijke omstandigheden ?

Just enjoy it. Voetbal is mijn ding en de reden waarom ik hier ben, is : dit is voor mij een grote opportuniteit.

Het goede nieuws is : Hugo Broos, de nieuwe coach, speelt altijd 4-4-2.

Is dat zo ?

Yep. Je bent de tweede Australiër bij Anderlecht, de…

De derde.

Hoezo, de derde ?

Je vergeet Robby Slater, die hier wel niet verder kwam dan het tweede elftal, in de tijd dat Edi Krncevic hier was. Slater speelde later voor Blackburn en voor Nantes.

Edi Krncevic werd in het seizoen 1989/90 Belgisch topschutter met 23 goals. Speelt die ambitie ook in jouw hoofd ?

Mijn ambities, in goals, zijn eerder iets van tien goals.

Want : opvallend in je carrière is dat je tot vorig seizoen nooit veel gescoord hebt.

Scoren is nooit mijn grootste kwaliteit geweest. Een afwerker als Gary Lineker zal ik nooit worden, maar ik denk toch dat ik capabel ben om een goal te maken.

Je heet een echte targetman te zijn. Strijd leveren, in de lucht en over de grond ?

Ik hou ervan een beetje fysiek te spelen, een beetje hard ook, ja, maar wel fair.

Hoeveel gele kaarten kreeg je vorig seizoen ?

Twee maar.

Werd je ooit uitgesloten ?

Ja, maar niet wegens schoppen of slaan als je dat bedoelt. Gewoon omdat ik een beetje boos was geworden ( lacht).

Welk schelmenverhaal gaat er schuil achter je lapnaam Clacka ?

Geen verhaal. Gewoon Clayton… Clacka… Op school zijn ploegmaats ermee begonnen toen ik een jaar of tien was. Ik had er een hekel aan in het begin, maar nu noemt niemand in Australië mij nog Clayton.

Wat moeten we in België nog over je karakter weten om voor geen al te grote verrassingen te staan te komen ?

Ik maak nooit problemen, alleen vrienden.

Waar ben je buiten het voetbal mee bezig ?

Wel, juist voor ik uit Noorwegen vertrok, kocht ik er nog een elektrische gitaar. Bedoeling is dat ik er hier leer op spelen.

Wat doen je ouders om den brode ?

Mijn moeder werkt niet, mijn vader is bezig met elektronica. Mijn oudere zus is politie-agent, mijn oudere zus werkt in een bank.

Wat weten ze in Australië over Belgen ?

Niets, helemaal niets.

Vergeet je Kim Clijsters niet ?

Kim Clijsters… zij die met Leyton Hewitt is ?

Yep.

Was ze bij Patrick Rafter geweest, dan had iederéén in Australië haar gekend. Rafter is in Australië veel populairder dan Hewitt. Niemand heeft er een hekel aan hem, wat van Hewitt niet gezegd kan worden. Rafter is altijd cool en daar houden Australiërs van. Hewitt, die natuurlijk nog veel jonger is, gaat op de court wel eens als een wilde te keer, gooit dan met zijn racket en zo. Vandaar.

Is Anderlecht welbekend in Australië ?

Niemand die ik ontmoette die wist dat Anderlecht in Brussel ligt alleszins ( lacht). Ik wist het natuurlijk wel, omdat ik het voetbal op de voet volg. Ik zal je wat zeggen : nooit eerder was ik in mijn leven een Belg tegenkomen ( lacht). Veel Europeanen reizen door Australië, maar het gebeurde nog nooit dat ik een buitenlander vroeg van waar hij kwam en dat hij België antwoordde. Zweden, Grieken, Nederlanders, al wat je wil, maar Belgen… nooit ontmoet.

Wie was de eerste Belg die je ontmoette ?

Peter Ressel.

En dan was het er nog geen !

O juist, hij is een Nederlander, zeker ?

Yep.

Dan was de eerste Belg die ik ontmoette Mister Verschueren ( lacht).

Die kan tellen als introductie, niet ?

Yeah (lacht).

Je bent zo te zien al gehuwd. Met een Australische of een Noorse ?

No, no, ik ben helemààl niet gehuwd. De ring die ik draag is een persoonlijke ring. Een huwelijksring zit op de ringvinger van de linkerhand, deze zit op de ringvinger van mijn rechterhand, zie je.

Voor Belgische meisjes, vrezen we, ben je een gehuwde man.

Dan zal ik die ring maar snel uit doen ( lacht).

Goeie vangst. En bedankt.

Yep.

door Christian Vandenabeele

‘Zoals bij wel meer spelers die door Anthuenis werden gehaald, zorgt de trainerswissel voor wat onzekerheid.’

‘Ik maak nooit problemen, alleen vrienden.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content