Oostenrijk, zegt voormalig international Richard Niederbacher, heeft op het EK niets te verliezen. ‘Niemand verwacht iets van ons.’

Op de goksites voor het EK is van enig thuisvoordeel voor thuisland Oostenrijk niets te merken. Honderd tegen één staat het voor een eindzege van Oostenrijk op het EK. Dat getuigt van weinig vertrouwen in de kracht van het team. In feite worden alle landen hoger aangeslagen dan Oostenrijk. Het andere thuisland, Zwitserland, staat een goeie week voor de start 25 tegen één. De andere ‘kneusjes’, Polen en Roemenië, staan 40 tegen één.

Een blik op de FIFA-ranglijst leert waarom niemand gelooft in Oostenrijk. In augustus 2001 stond het nog 50e, een jaar geleden op plaats 77, maar bij de start van het EK is Oostenrijk weggezakt uit de top 100. Op plaats 101 houdt het qua Europese landen behalve de ministaatjes enkel Estland, Kazachstan en Azerbeidzjan achter zich.

Een half jaar geleden zou Richard Niederbacher geen euro ingezet hebben op een sterke prestatie van zijn land tijdens het EK. Het team speelde zwak en kreeg tijdens de oefenwedstrijden de vernieuwde stadions met moeite halfvol. Net voor de aftrap van het EK praat de voormalige topschutter van SV Waregem – zelf zeven keer international – heel anders. In Graz zag hij vorige week tegen een sterk Nigeria een goeie algemene repetitie in een uitverkocht stadion.

Richard Niederbacher: “Als Oostenrijk de eerste match tegen Kroatië niet verliest, zal de euforie wel losbarsten. Tegen Nigeria voelde je hoe die sfeer langzaam opgebouwd wordt, omdat het team stilaan beter speelt. Tegen Nederland en Duitsland voetbalden we telkens één helft goed, maar na de rust liep het mis. Tegen Nigeria stond er een ploeg die goed op mekaar ingespeeld is. Daar moet Oostenrijk het van hebben, van een sterk collectief.”

Oostenrijk móét een goed toernooi in eigen land afwerken, zegt Niederbacher: “Niet alleen voor het prestige van de nationale ploeg zelf, maar ook omdat het voor de spelers een unieke kans is om zich te tonen aan het buitenland. Internationaal stellen we al jaren niets voor. De nationale ploeg bakt er niets van, maar ook de competitie zelf staat in Europa niet hoog aangeschreven. Net als in België is het algemene niveau niet goed. In België heb je Anderlecht, Standard, Club en Genk. Daarna volgt een kloof met de rest. Hier heb je Rapid Wien, Salzburg, Austria Wien en Sturm Graz. Rapid is altijd uitverkocht, Salzburg trekt 20.000 kijkers, afgelopen seizoen trok Sturm Graz er ook 10.000 à 15.000. Door het EK hebben we vier mooie stadions: het Wienerstadion heeft nu 50.000 plaatsen, Innsbruck, Salzburg en Klagenfurt kregen mooie, nieuwe stadions met minstens 30.000 plaatsen. Een goed EK kan voor een boost zorgen in het Oostenrijkse voetbal. Mislukt dit toernooi, dan blijven die mooie stadions straks leeg.”

De hoop rust op de komende generatie: “De -21-jarigen werden op het WK in Canada vierde. Van die groep zitten er al vier spelers in de EK-selectie. Het probleem is dat in de hoogste klasse jonge Oostenrijkers nauwelijks kansen krijgen. Op de belangrijke posities hebben bijna alle eersteklassers buitenlandse voetballers. De buitenlanders die in Oostenrijk voetballen, zijn dan nog niet de besten. De toppers zitten in Engeland, Spanje en Italië, de tweede keus in Nederland en Duitsland, pas de derde keus komt naar Oostenrijk. Dat komt het niveau van de competitie niet ten goede. Bij Salzburg speelde Trapattoni een aantal wedstrijden zonder ook maar één Oostenrijker in de ploeg. Daarom is het een goeie zaak dat Rapid Wien kampioen werd. Dat speelt elke week met zeven of acht Oostenrijkers, aangevuld met goeie buitenlanders. Zes Rapidspelers zitten in de EK-selectie. Dat doet de mensen beseffen dat geld niet de enige verklaring voor succes is, dat een team met eigen spelers het kan halen van een ploeg zonder eigen voetballers.”

Hart en ziel

Niederbacher maakte zelf als speler huidig bondscoach Josef Hickersberger nog mee toen die eind jaren 80 een eerste keer bondscoach was. “Een heel ander type dan Hans Krankl. Krankl was heel impulsief, maar ook een goeie motivator. Krankl zei altijd: ‘Wie voor Oostenrijk voetbalt, moet trots en fier zijn dat hij de trui van zijn land mag dragen. Hij moet dat ook uitstralen op het veld.’ Dat liet de laatste jaren wel eens te wensen over, maar dat is er nu uit.

“Hickersberger is als bondscoach heel rustig, soms té rustig. In Oostenrijk zei men wel eens dat hij tijdens interviews praatte zoals de ploeg op het veld speelde. Met té weinig beleving. Dat is nu veranderd, op en naast het veld.” Toch vindt Niederbacher Oostenrijk soms te voorzichtig voetballen. “Maar is dat niet in elk land zo, dat iedereen een andere mening heeft over de nationale ploeg? Van de acht miljoen inwoners in Oostenrijk zijn er minstens zes miljoen bondscoach.”

Als Hickersberger een goed EK afwerkt, krijgt hij een nieuw contract. Wat is dat, een goed EK voor Oostenrijk? Niederbacher: “Dat hangt minder van het uiteindelijke resultaat af dan wel van de manier waarop men speelt. Als we er in de eerste ronde uitgaan, maar het publiek heeft gezien dat de spelers met hart en ziel hebben gevoetbald, dan zal het eindgevoel ook positief zijn. Als we onze eerste match tegen Kroatië niet verliezen, kunnen we tweede worden. Als je dan de volgende ronde bereikt, groeit de ploeg en kan het publiek het team voortstuwen. Dan is veel mogelijk. Want Oostenrijk heeft niets te verliezen. Niemand verwacht iets van ons.”

Moeilijk scoren

Oostenrijk speelt liefst de tegenaanval. Niederbacher: “Soms vind ik dat we wat té defensief voetballen, te veel schrik hebben. Als je je terugtrekt, is de kans groot dat de fouten dicht bij doel afgestraft worden. Dat was zo in de tweede helft tegen Nederland. Bij de rust leidden we met 3-1, maar na de rust wachtte Oostenrijk de tegenstander op. We voetbalden niet meer mee en Nederland won met 4-3.”

Het sterke punt van de ploeg is de verdediging. “Dat zijn goeie, wat oudere, ervaren voetballers. Als die er staan, zijn we goed voor één punt.” De terugkeer van linksachter Emanuel Pogatetz van Middles-brough in de selectie vindt Niederbacher een goede zaak: “Pogatetz was zwaar in aanvaring gekomen met de bondscoach. Hij vond hem niet goed, had ook kritiek op zijn medemaats en was plots niet meer gewenst. Goed dat de plooien gladgestreken zijn.”

Op het middenveld vond Niederbacher het terughalen van veteraan Ivica Vastic (38) een goeie zet: “Vastic kan geen 90 minuten meer aan, maar is met zijn ervaring een aanwinst voor de jonge spelers.” Dé speler die het verschil kan maken, is spelmaker Andreas Ivanschitz van Panathinaikos: “Als die draait, draait Oostenrijk.

“Hét probleem is dat we heel moeilijk scoren. Ik begrijp niet waarom de bondscoach alleen aanvallers meenam van 1,80 meter groot. In de preselectie zaten twee echte targetmannen: Stefan Maierhofer van Rapid is 2,02 meter, Marc Janko van Salzburg 1,97 meter. Een van beiden zou ik zeker meegenomen hebben.” S

door geert foutré

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content