Schrijf maar op: Rob Schoofs is een blijver in onze eerste klasse. De jongste aanvoerder uit de Jupiler Pro League miste nog geen minuut in de competitie en is met vlag en wimpel de meest regelmatige speler op Stayen. Maak kennis met Mister STVV.

Er stroomt duidelijk STVV-bloed door de aderen van Rob Schoofs. De 21-jarige middenvelder van de Kanaries ging als peuter slapen met straffe verhalen over het historische seizoen 1996-1997, toen Patje Boem Boem de volledige top vijf aan flarden schoot. Als broekventje heeft Schoofs zelfs een paar traantjes moeten laten toen Sint-Truiden in 2003 op de Heizel de bekerfinale verloor van La Louvière. Karakterspelers als Peter Delorge, Peter Voets, Wouter Vrancken en Nicky Hayen maakten er de dienst uit. In die periode deden de heren uit Anderlecht, Club Brugge en Standard het al in hun broek wanneer ze van op de Tiensesteenweg de lichtmasten van het oude Staaien zagen opdoemen. ‘Als jeugdspelertje van STVV stond ik elke thuiswedstrijd achter het doel bij de sfeermakers van sector L. Ik roffelde dan gretig mee op de platen’, vertelt Rob Schoofs. ‘Die topwedstrijden op Stayen, dat was echt genieten. Sint-Truiden haalde het toen meestal op karakter, mentaliteit en vechtlust. Nu doen we het op een andere manier. Ons voetbal is verfijnder, de bal moet over de grond.’

Het sprankelende voetbal van het seizoensbegin is helemaal verdwenen en ook de puntenoogst is schraal geworden. Wordt er nog over play-off I gesproken?

SCHOOFS: ‘We willen héél graag naar play-off 1, maar je mag dat eigenlijk niet verwachten van een ploeg die net uit tweede klasse komt. Zolang we onze uitwedstrijden niet beter managen, maken we zelfs geen kans op een plaats in de top zes.’

‘Er scheelt duidelijk iets aan onze mentaliteit wanneer we niet op Stayen voetballen. We laten het initiatief aan de tegenstander over, trekken ons voetje terug en gaan als miniemen de duels aan. Ik heb van alles geprobeerd om het tij te doen keren, zelfs een andere speech. Zonder resultaat.’

Met thuiszeges tegen Club Brugge, Genk en Standard is het seizoen van STVV toch al geslaagd?

SCHOOFS: ‘Vooral de overwinning tegen Genk sprong eruit. Jaren hebben we in tweede klasse geknokt om dit te kunnen meemaken. Nu willen we ook absoluut Anderlecht kloppen! Maar ik zal pas tevreden zijn als we ons ook kunnen opladen voor de duels tegen de kleinere ploegen.’

BLACK-OUT

Hoe verliep de overgang van Yannick Ferrera, een trainer die heel dicht bij de spelersgroep staat, naar Chris O’Loughlin?

SCHOOFS: ‘In hun manier van werken verschillen ze niet veel van elkaar. O’Loughlin is minstens even maniakaal met zijn vak bezig als Ferrera. Ik kom O’Louglin soms tegen in het centrum van Sint-Truiden en dan kan hij geen minuut over voetbal zwijgen. Volgens zijn vrouw is het thuis nog erger (grijnst). In die paar maanden dat hij nu trainer is, heeft hij de club een beetje naar zijn hand gezet. Geprofessionaliseerd, zeg maar. Vroeger werd alles op zijn beloop gelaten. Nu eist O’Loughlin dat de omkadering tot in de puntjes geregeld is, gaande van de fitnesszaal tot het ontbijt.’

Ben je kwaad geweest op Ferrera? Hij heeft jullie toch in de steek gelaten.

SCHOOFS: ‘Ik was van slag toen hij mij belde met het nieuws dat hij voor Standard had getekend. Maar het siert Ferrera dat hij niets achter onze rug heeft gedaan. Hij hield ons zoveel mogelijk op de hoogte van de onderhandelingen. Ik heb veel, zo niet alles aan hem te danken. Guido Brepoels nam mij als 16-jarige op in de A-kern en liet mij ook een paar wedstrijden spelen, maar het is pas onder Ferrera dat ik echt basisspeler ben geworden.’

Hij heeft jou ook aanvoerder gemaakt. Herinner je je die dag nog?

SCHOOFS: ‘Dat was twee seizoenen geleden tijdens de eindronde. Onze aanvoerder Grégory Dufer was geblesseerd en de dag voor de wedstrijd tegen OH Leuven kwam Ferrera tijdens de training op mij afgestapt: ‘Rob, jij bent morgen mijn aanvoerder.’ Hij vroeg het mij niet hé. Ik vertelde het ’s avonds aan mijn pa en die schoot in de lach. ‘Jij, kapitein van STVV?’ We wonnen in Leuven en ik heb mijn band mogen houden.’

Hoe verliep jouw eerste speech?

SCHOOFS: ‘De eerste keer viel goed mee. Ik hou vooral nare herinneringen over aan een wedstrijd in Eupen. We stonden in een cirkel op het veld en ik was op van de zenuwen omdat ik de groep in het Frans zou toespreken. Driekwart was toch Franstalig. Ik begon: aujourd’hui on va gagner… Plots kreeg ik een totale black-out. Gelukkig deed Iandoli teken dat er niets meer aan toegevoegd moest worden. Ik kon wel door de grond zakken van schaamte. Daar wordt nu nog altijd om gelachen.’

Werd je aanvoerderschap door de oude garde meteen aanvaard ?

SCHOOFS: ‘De grootste fout die je als nieuwe aanvoerder kan maken, is de meer ervaren spelers zomaar opzijschuiven. Ik vroeg hen dus dikwijls om raad. Nu nog trouwens. Ik reken op mannen als Kotysch, Iandoli, Erichot, Dutoit en Tchité om de kleedkamerregels te doen naleven. Van Tchité wordt gezegd dat hij een moeilijke jongen is, maar hij heeft mij meteen zijn steun toegezegd. Als aanvoerder heb je dekking nodig van ploegmaats met persoonlijkheid, naar wie anderen opkijken.’

Hoe lost een 21-jarige een sluimerend conflict op in een voetbalkleedkamer?

SCHOOFS: ‘De eerste dagen na het vertrek van Ferrera was de spanning te snijden, veel spelers reageerden hun woede af op training. Ik had toen op tafel moeten kloppen en iedereen tot de orde roepen, maar dat is mijn ding niet. Van Peter Delorge – mijn aanvoerder toen ik bij de A-kern kwam – heb ik geleerd om altijd op zoek te gaan naar een compromis. Weet je wat de belangrijkste eigenschap is van een goede aanvoerder? Mensenkennis hebben. Kunnen inschatten wie je op welke manier moet benaderen. Ik wil niet dat mijn ploegmaats mijn kop zien en denken: daar is Rob weer met zijn gezaag. Je moet de vrede in de kleedkamer bewaren, je hebt er niets aan om vijanden te maken.’

SNEL DENKEN

Je miste nog geen minuut dit seizoen. Heb je bij de start van het seizoen niet getwijfeld of je het niveau zou aankunnen?

SCHOOFS: ‘In juli zat ik met een heleboel vragen. Zou ik de overstap goed verteren? Zouden we als ploeg niet afgaan? In tweede klasse waren we meestal de betere ploeg. Soms waren we té zelfzeker. Tot we in een bekerwedstrijd tegen Lierse serieus klop kregen. Het werd 4-0. Toen dachten we: verdomme, eerste klasse wordt iets helemaal anders.’

Het lijkt alsof je al jaren in eerste klasse rondloopt.

SCHOOFS: ‘Ik heb niet het gevoel dat ik op de toppen van mijn tenen moet lopen. Een groot verschil met vijf jaar geleden toen ik als 16-jarige mijn debuut maakte in eerste klasse. Ik was er niet klaar voor, zeker niet qua duelkracht. Ik was nogal een spichtig mannetje. (toont zijn pink) Achteraf gezien was de degradatie naar tweede klasse geen slechte zaak voor mij. Ik heb twee jaar kunnen rijpen op een lager niveau en dat heeft mij goed gedaan. De komende jaren moet ik nog stappen zetten op fysiek vlak. Dat heb ik ondervonden toen ik tegen Sven Kums en Sébastien Siani stond – twee middenvelders die indruk maakten.’

Je hebt ook veel ontzag voor Toni Kroos. Volgens jouw ploegmaat Mathias Schils heb je dezelfde speelstijl.

SCHOOFS: (denkt na) ‘Toni Kroos is een pure zes, die voor de verdediging blijft hangen en van daaruit passes verstuurt. Ik probeer overal op het veld aanwezig te zijn. Scoren blijft een werkpunt. Ik moet meer mijn eigen kans wagen. Ferrera werd zot als ik een balletje breed legde in plaats van zelf te trappen.’

Wat opvalt in jouw spel is dat je meestal in een of maximaal twee tijden speelt.

SCHOOFS: ‘Op mijn positie moet je snel denken en handelen. Een fractie van een seconde is doorgaans voldoende om het verschil te maken. Net als in het schaken moet je al aan je volgende zet denken. Voor ik een pass krijg, probeer ik dus te visualiseren aan wie ik de bal zal geven.’

GEEN EINDPUNT

De club dreigt Dutoit en Edmilson kwijt te spelen tijdens de winterstop. Stap jij als aanvoerder naar het bestuur om hen te vragen een extra inspanning te doen om die twee te houden?

SCHOOFS: ‘Daar begin ik niet aan. Een aanvoerder die voor één bepaalde speler gaat pleiten bij het bestuur, dat is vragen om problemen in de kleedkamer. Het is trouwens niet de taak van een werknemer om te bepalen hoe de club gerund moet worden.’

Jouw naam is nog niet gevallen bij Standard. Toch kunnen we ons niet inbeelden dat Ferrera niet aan jou heeft gedacht.

SCHOOFS: ‘Ferrera en ik hebben nog regelmatig contact. Maar een overstap naar Standard is niet aan bod gekomen. Stel dat Standard toch met een voorstel komt, dan zullen we dit uiteraard bekijken. Mijn contract werd onlangs opengebroken, waardoor STVV een woordje zal meespreken bij een gebeurlijke transfer. Van één ding ben ik op dit moment zeker: STVV wordt niet mijn eindpunt.’

Is een Belgische topclub een verplichte passage voor jou ?

SCHOOFS: ‘Niet noodzakelijk. Mijn keuze zal van drie aspecten afhangen: het sportieve, het financiële en de filosofie van de club. Bij geen enkele club in de wereld zal ik een contract krijgen waar zwart op wit staat dat ik tien wedstrijden per seizoen in de basis moet beginnen. Maar ik wil toch bepaalde garanties krijgen over speelminuten.’

Wat als Genk jou die garanties geeft? Of sluit je een overgang naar de grote rivaal bij voorbaat uit?

SCHOOFS: ‘Beeld je in dat ik nu zeg: ik ga nooit naar Genk. En binnen twee jaar doe ik het toch. Dan zou ik mij compleet belachelijk maken. Als Genk de eerste club is die mij echt wil, dan moet ik mij maar één vraag stellen: is dat een goede stap voor mijn carrière? Ik heb alles gegeven voor Sint-Truiden en dan vind ik het normaal dat je op een bepaald moment aan jezelf denkt. Eigenlijk moet de club ervoor zorgen dat jonge talenten niet in de verleiding komen om dertig kilometer verderop in de provincie te gaan voetballen. STVV moet de ambitie hebben om even groot te worden als Genk.’

De kans is groot dat de ploeg wordt kaalgeplukt. Heb je geen schrik dat STVV volgend seizoen opnieuw vanaf nul moeten beginnen?

SCHOOFS: ‘STVV heeft een aantal vervelende jaren achter de rug en het staat nu voor de keuze: opschuiven richting top zes of een club blijven die jonge talenten ontwikkelt en daarna snel doorverkoopt. Ik zou het doodjammer vinden mocht STVV enkel een doorsluisclub willen zijn. Ik las onlangs dat wij het zesde hoogste toeschouwersaantal hebben in België. Fantastisch toch voor een kleine club die vorig seizoen nog in tweede klasse zat? Alles is hier aanwezig om een vaste klant te worden in play-off 1.’

DOOR ALAIN ELIASY – FOTO’S BELGAIMAGE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content