Ook in deze tijden van crisis hebben voetbalclubs het niet nagelaten om zich tijdens de afgelopen maandag afgelopen transferperiode te versterken. De hakbijl van de licentiecommissie bleek daarbij niet overal een af- schrikmiddel. Rond de vijftig transacties werden er de voorbije maanden en weken gedaan. Opvallend hoe Anderlecht, waar in het verleden vaak paniekvoetbal werd gespeeld, zich uit de vuurlijn van de bedrijvigheid hield. De prestaties hebben voor een grote interne rust gezorgd binnen het Brusselse voetbalinstituut. Zelfs de machtsoverdracht tussen Michel Verschueren en Herman Van Holsbeeck is haast rimpelloos verlopen. Als straks de afscheidsinterviews van de ex-manager zijn opgedroogd, beginnen ze in het Astridpark definitief aan een nieuw tijdperk. Met veel zelfvertrouwen zoals uit de transfer van Ivica Mornar naar het Engelse Portsmouth blijkt. Als straks Nenad Jestrovic weer wordt opgevist, moet dat de kracht van paars-wit nog verhogen. En gegarandeerd wordt er volgende zomer prioriteit gegeven aan de komst van Mbo Mpenza.

Hoe anders is dat bij Club Brugge, doorgaans een bolwerk van voorzichtigheid, dat vorige week verder werk maakte van een radicale stijlbreuk en met Jonathan Blondel een niet risicoloze wissel op de toekomst binnenhaalde. De lichtvoetige technicus verzoop in de rauwe en krachtige Engelse competitie en komt nu bij een vereniging terecht die ook met powervoetbal uitpakt. Bovendien maakte Blondel het afgelopen anderhalf jaar bij Tottenham geen enkele vooruitgang. Het siert sportleider Marc Degryse dat hij zijn nek uitsteekt en gebruikmaakte van opportuniteiten, ook al benadrukken ze in Brugge dat deze aankopen vooral toekomstgericht zijn. Eventuele missers zullen De- gryse niettemin zwaar worden aangerekend.

Het is de taak van Marc Degryse om als sportleider te anticiperen en te reageren op nieuwe sportieve ontwikkelingen. Ook hij constateert dat het systeem van Trond Sollied niet meer echt werkt, dat de fysieke meerwaarde van vorig seizoen niet langer een troef is en dat het tijd wordt om iets anders te bedenken. Sollied, niet bepaald de koning van de zelfkritiek, mag dan roepen dat de ploeg bij momenten verder staat dan vorig seizoen, harde cijfers ridiculiseren die stelling : na 19 wedstrijden telt Club in de competitie 21 punten minder dan vorig seizoen en het scoorde ook 21 keer minder. Alleen de defensieve schade valt nog mee : Club incasseerde zes goals meer dan vorig seizoen na negentien matchen. Toch blijkt het verschil in ideeën tussen Marc Degryse en Trond Sollied steeds nadrukkelijker. En rijst de vraag in hoeverre de Noor, die houdt van kracht en gestalte, zich nog kan vinden in de aanvoer van nieuw materiaal.

Een frisse wind vanaf de zijlijn zou hoe dan ook inspirerend kunnen werken voor het plots met veel creatief talent overgoten Club Brugge. Sollied is zonder enige twijfel een vakman met welomlijnde voetbaldenkbeelden en zijn verdiensten mogen nu, in een mindere periode, niet geminimaliseerd worden. Toch bestaat het gevaar op verstarring als dezelfde trainer straks met een identieke filosofie en het verheerlijken van het systeem voor het vijfde opeenvolgende seizoen aan de slag gaat. Een vertrek van Sollied zou sommigen daarom niet slecht uitkomen. Maar het probleem is dat het met de interesse voor Trond Sollied wel eens zwaar zou kunnen tegenvallen. En door de forse opstapvergoeding die er in zijn contract staat, zit hij stevig gebeiteld. Het belette Michel D’Hooghe niet om enkele weken geleden in dit blad te verklaren dat hij al weet wie de nieuwe trainer van Club wordt als Sollied vertrekt. Een teken van ver vooruitzien ? Of een ander signaal ? Duidelijke opties moeten in de toekomst meer dan ooit het handelsmerk worden van Club Brugge. Om de werking van een club te verduidelijken greep Michel D’Hooghe vorige week maandag naar een citaat van de Romeinse staatsman, redenaar en filosoof Cicero : ‘Het gaat er in een verenigingsleven om dat iedereen weet wat hij wil, maar vooral dat iedereen weet wat hij niét wil.’

Marc Degryse weet in ieder geval wat hij wil : Club Brugge overgieten met techniek, zonder de wapens die met het elftal verbonden zijn te verliezen. Met de steun van Michel D’Hooghe en de voltallige raad van bestuur zal hij in de toekomst zijn greep op het sportieve gebeuren alleen maar vergroten.

Jacques Sys

Zitten Degryse en Sollied nog op dezelfde lijn ?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content