Zijn de spelers te dik, uit vorm of gewoon niet getalenteerd genoeg? Is het de tactiek, de trainer of het bestuur? Of ligt de Ghelamco Arena boven een oude indianenbegraafplaats? Alle hypotheses zijn stilaan goed om de malaise bij AA Gent te verklaren.

Het begon met Albert II en tegenwoordig zit er al een Albert Heijn: de Ghelamco Arena heeft haar entree als nieuwe Gentse voetbaltempel niet gemist. De zitjes raken iedere keer gevuld, de horeca draait op volle toeren en het geld stroomt binnen. Een groot succes, ware er niet iets dat de stemming drukt: het elftal van AA Gent draait vierkant. De beste spelers zijn geblesseerd, uit vorm of niet fit genoeg en het voetbal doet nog geen beetje pijn aan de ogen. Voorzitter Ivan De Witte tracht te sussen: “Op lange termijn is dit nieuwe stadion tien keer belangrijker dan deze tijdelijke elfde plaats.” Dat is waar, maar een club die al sinds augustus niet meer wint, dat is allang geen accident de parcours meer. Eind juli begon het nog voorspoedig, toen de grote middelen werden ingezet voor de openingsceremonie van het nieuwe stadion. Er was het koninklijke bezoek, het galatreffen tegen VfB Stuttgart en een vonkende dj-set van 2 Many DJ’s, allemaal op de dag die AA Gent tot een Belgische grootmacht moest katapulteren. Dat liep goed, tot de aandacht van het stadion naar de grasmat ging. 13 op 27 was een redelijk rapport voor de Spanjaard Víctor Fernández, maar veel viel er op het veld niet te beleven. Fernández ging, Mircea Rednic kwam. Roemeen, ex-speler en ex-coach van Standard, en bekend om zijn discipline en snel omschakelingsvoetbal. Maar beter gaat het niet sinds zijn komst: 2 op 15 zijn harde cijfers.

Vijfsterrenhotel

Donderdagmiddag 24 oktober. Ruim drie weken is Mircea Rednic aan de slag bij AA Gent. Eén punt haalde hij uit twee moeilijke matchen (1-2 tegen Genk, 2-2 op Lokeren), maar hij miste telkens een halve verdediging en één keer zelfs zijn hele aanval. Met het bezoek van laagvlieger Cercle Brugge ’s anderendaags lijkt de hemel stilaan op te klaren. Rednic is in zijn nopjes, al zint het hem niet dat in de krant kwam dat zijn spelers te dik staan en op straffe van boetes moeten lijnen. “Die boetes? Die zijn er alleen om de spelers duidelijk te maken dat ze als profs met hun vak bezig moeten zijn. De meesten zitten trouwens alweer onder de limiet.”

Het geeft wel aan welke lijn de Roemeen bij AA Gent wil uitzetten. Bij zijn voorstelling gaf hij meteen zijn middenveld een veeg uit de pan: “Ze zijn te traag en ze hebben te weinig techniek.” Rednic kan met een glimlach en pretoogjes een verhaal afsteken over zijn selectie, maar onderweg wel een paar keer de hakbijl bovenhalen. De surprise du chef voor deze wedstrijdselectie: Hannes Van Der Bruggen en Brecht Dejaegere, respectievelijk het grote voorbeeld voor de eigen jeugd en de aankoop van één miljoen, halen niet eens het wedstrijdblad. De volgende avond vlammen de ogen van Rednic als hij ziet hoe César Arzo na vier minuten eenvoudig gedribbeld wordt. Door de vroege 0-1 mag al meteen een kruis over de geplande stormloop. Bij de spelers zakt de moed opnieuw in de schoenen, zeker als op het rustsignaal een fluitconcert volgt. Veel beter loopt het in de tweede helft niet, maar een owngoal helpt Gent toch aan een punt. Spelers noch publiek worden er euforisch van. Het is een wedstrijdbeeld dat het seizoen van de Buffalo’s perfect samenvat. Na 14 speeldagen kon AA Gent precies één keer scoren in het eerste halfuur van een wedstrijd. Maar liefst 8 van de 16 doelpunten kwamen er pas in het laatste kwart van de speeltijd. Degradatie zou zelfs een reële zorg zijn zonder de drievoudige puntenwinst in extra tijd (tegen Mechelen, Lierse en Lokeren). Opnieuw loopt de Ghelamco Arena in ijltempo van 18.000 supporters naar leeg. Ook aan de verkeersproblemen en de lange wachtrijen na elke thuismatch doen de resultaten niet veel goeds. De fans buiten morren. “Veel plezier valt er hier voorlopig niet aan te beleven”, zegt een supporter die zich naar huis haast. “Toch niet op het veld. We hebben al een superette en een sterrenrestaurant, nu nog een ploeg zeker? Ik probeer er wat mee te lachen, maar ik ben eigenlijk wel kwaad. De spelers hebben hier een echt vijfsterrenhotel met sauna’s en plasma-tv’s, dan mag je toch verwachten dat ze er hun kop voor leggen.”

Spaarbank

De dag na de wedstrijd volgt een uitlooptraining. De basisspelers houden het kalm, de rest mag rondjes lopen. Op het einde een rondje schapiebal: de bal hooghouden in groep, drie fouten betekent een tik om de oren. Het is vooral keeperstrainer Jacky Munaron die de training volgt, Rednic richt zelf niet één keer het woord tot zijn spelers. In de kantine naast het veld zit een duo dat ruim een uur aan de praat blijft: voorzitter Ivan De Witte en technisch coördinator Gunther Schepens.

Een supporter die de training volgt, is zwaar ontgoocheld: “Je mag niet vergeten dat dit voor veel mensen ook een investering is. Ons bedrijf heeft vijf vipabonnementen gekocht met de bedoeling voor elke wedstrijd potentiële klanten uit te nodigen, zeker met het oog op play-off 1. Dat was toch de doelstelling van de club? Bij de voorstelling had De Witte het zelfs over een titel binnen de drie tot vijf jaar. Nu valt dat allemaal in het water en moeten we plots tegen degradatie knokken. Ernstig blijven, hé. Als het zo doorgaat, spelen ze binnenkort voor een leeg stadion.” Waar loopt het dan fout volgens hem? De man wijst naar een bord van hoofdsponsor VDK op het oefencomplex. “Het is niet omdat onze sponsor een spaarbank is, dat we er zelf ook een moeten worden. Bernd Thijs is geblesseerd en al onze andere leiders van de afgelopen jaren zijn vertrokken: Ljubi-jankic, Maric, Smolders… Bij wie zie je dat vuur nog? Bij Christophe Lepoint, ja. Die speelt zelfs met inspuitingen in zijn lijf.”

Van het leiderschap in de groep bestaan er geen cijfers, van de uitgaven wel. Gent trok de geldbeugel open voor onder anderen Zukanovic, Pedersen, Privat en Dejaegere, en ook Diogo en Asare zijn geen goedkope jongens. Nooit eerder betaalde AA Gent zo veel aan spelerslonen, en allicht nog nooit zo weinig aan winstpremies. De supporter laat ons achter met een schouderklop. “Maar we blijven Buffalo’s, hé! In goede en kwade dagen.”

Hemel en hel

De match tegen Cercle heeft duidelijk schade nagelaten en de groeiende zenuwachtigheid is merkbaar op de club. Alle trainingen, op één uitlooptraining na, vinden achter gesloten deuren plaats en de meeste spelers tonen zich niet happig om een interview te geven. Rednic zelf houdt zich dinsdag, daags voor de wedstrijd op Zulte Waregem, niet in. “Met wie bent u tot dusver gelukkig?”, willen de journalisten van Het Laatste Nieuws weten. Rednic speelt het klaar om geen enkele van de spelers die hij al heeft opgesteld te noemen. “Pedersen en Zukanovic zijn twee spelers op wie ik enorm reken.”Rednic doet nog een vreemde uitspraak: “Ik verlaat AA Gent niet zonder de titel.” Het zorgt voor gefronste wenkbrauwen, zeker als Gent de volgende dag terecht de boot ingaat op Zulte Waregem. Het begin is goed en snedig, maar daarna zakt het hele Gentse middenveld weer door de mand, de grootste ontgoocheling van dit seizoen inbegrepen: de Portugees Renato Neto. Hij is sterk, technisch begaafd en heeft een groot loopvermogen, maar is al het hele seizoen onherkenbaar. De man die de motor had moeten zijn, kreeg tegen Cercle zelfs krampen. Meer en meer wordt ook duidelijk wat een radicale stijlbreuk de keuze voor Rednic is. De vechtlust is dan wel terug in het elftal, het opbouwen van achteren uit is helemaal weg. Rednic heeft blijkbaar zo weinig vertrouwen in de opbouwende kwaliteiten van Lepoint, Nahayo en Neto dat hij ze gewoon overslaat. Doelman Sergio Padt keilt de hele wedstrijd lang alle ballen naar voren. Ergens ver weg in Spanje draait Víctor Fernández zich om in zijn hangmat. De eindstand is 3-2, Gent mag weer zonder punten op de bus. Na afloop strooit een steward nog wat zout in de wonde als Ivan De Witte zich in de mixed zone begeeft: “U had beter Dury niet buiten gegooid, hé.” De Witte blijft er voor de televisiecamera’s sereen onder: “We komen hier wel uit.” Manager Michel Louwagie steekt hetzelfde riedeltje af als de voorbije weken: “U ziet ook wat wij zien. Zulte Waregem speelt drie matchen in zes dagen en toch zitten zij op het eind frisser. Er is in de voorbereiding onvoldoende getraind en onze spelers zijn niet fit. Of ik nog iets ga zeggen tegen de groep? Wat kan ik zeggen? Dat ze fysiek in orde moeten raken?”

Vier dagen later toont Gent tegen Standard het omgekeerde beeld: vooral na de rust komt het opzetten, als het moet achtervolgen na een klasseflits van Michy Batshuayi. Er volgt opnieuw een wanhopig rondje flipperkastvoetbal, maar deze keer valt de bal niet in het net. Gent blijft met lege handen achter. Hallo Dirk Vos, voorzitter van de supportersfederatie? “Ik ben optimistisch en denk dat het tij nog kan keren. Zolang play-off 1 mathematisch mogelijk is, blijf ik zelfs daar nog in geloven. De kwaliteit is er, maar het probleem is dat we onder Fernández gemikt hebben op een hoogstaand tiktakvoetbal dat in ons land niet haalbaar is. De strijdlust is al terug en Rednic kan hier iets neerzetten, als we hem maar tijd gunnen.” Ondanks een 2 op 15? “Ach, we blijven achter de ploeg staan. Wie van kleins af Buffalosupporter is, heeft al de hemel gezien en is al door de hel geweest. Het stadion maakt veel goed en dat we nu wat langer moeten wachten nemen we er wel bij. Het is zoals met je vrouw, die laat je toch ook niet zitten als het eens minder gaat?”

Draaien aan het rad

Kan Rednic na goed een maand al beoordeeld worden? Het zware programma en de spelersgroep erfde hij, maar achter zijn keuzes kunnen wel vraagtekens worden gezet. Enkel het trio Neto, Asare en Soumahoro mocht elke keer starten, en in elk van de vijf wedstrijden bracht Rednic drie tot vier nieuwe gezichten aan de aftrap. Deels door een haast komische opeenvolging van schorsingen en blessures, maar deels ook zelf afgeroepen. Dejaegere begon op de bank, startte, vloog dan naar de tribune, kwam weer in de ploeg op de 10 en stond tegen Standard plots centraal op het middenveld. Een coach kan niet blijven draaien aan het rad. Rednic heeft zijn verlanglijstje, om zijn 4-4-2 beter te kunnen neerzetten, intussen al doorgegeven aan het bestuur. Als het zijn coach daarin volgt, neemt AA Gent wel definitief afstand van de 4-3-3, de afgelopen jaren toch de enige herkenbare huisstijl en dus ook de tactiek waar de hele kern op is afgestemd.

Voor AA Gent de woorden ‘Europees voetbal’ nog in de mond neemt, kan het beter te rade gaan bij zijn buren aan beide kanten van de E17. Hein Vanhaezebrouck is aan zijn zesde jaar KV Kortrijk bezig, Peter Maes aan zijn derde bij Lokeren en Francky Dury zit een kwart van een mensenleven in Zulte. Er zijn weinig geheimen voor hun succes en nog minder afsnijroutes. Hun ploegen groeiden stapsgewijs en zijn intussen zo goed op elkaar ingespeeld dat ze zichzelf corrigeren. Met om de paar jaar een goudhaantje als Hazard, Malanda of Patosi, maar vooral week na week een kwartet hele en halve Belgen in het hart van de ploeg. Het type spelers dat een vaste lijn in een groep brengt, op en naast het veld. Ook dat kan in Gent: dit jaar nog uitzieken, kansen geven aan de eigen jeugd en wachten op meer budgettaire ruimte als volgende zomer de contracten van spelers als Arzo, Cendros, Rafinha en Diogoaflopen. Aan het Gentse bestuur om te kiezen wie straks dat bouwproces zal moeten overzien. Tegenover de Ghelamco Arena heeft een sponsor tegenwoordig een gokkantoor neergezet. Benieuwd hoe hoog Rednic daar genoteerd staat. De vraag is wat het minst vertrouwen inboezemt: dat AA Gent al aan zijn vierde trainer in een jaar toe is, of de 16 clubs in 14 jaar op het cv van Mircea Rednic. Gentlemen, place your bets.

DOOR JENS D’HONDT – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“We blijven fan. Je vrouw laat je toch ook niet zitten als het eens minder gaat?” Dirk Vos

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content