Nooit haalde China meer gouden medailles dan op de Spelen in eigen land. Dat was ook de bedoeling.

Meteen toen ze met haar gouden medaille van het podium stapte, dacht de Chinese judoka Xian Dongmei, winnares in de categorie min 52 kg, maar aan één ding: zo snel mogelijk naar huis gaan. “Ik mis mijn dochter zo erg”, zei ze in een eerste reactie. Haar dochter werd in januari 2007 geboren, maar zeven maanden later vertrok de moeder naar het nationale trainingscentrum waar ze sindsdien verbleef. Bijna een jaar zag ze haar peuter, die thuis bleef met haar man, niet. Ze belde wel. Wekelijks.

Vier jaar geleden wilde Xian Dongmei met judo kappen, nadat ze in Athene goud won. Tijd voor een gezin. Maar de Chinese judofederatie liet haar niet gaan, want de opvolging was niet verzekerd en in eigen land moest China een goed figuur slaan.

Naar westerse begrippen mag Xian een slechte moeder heten, volgens Chinese normen is ze een heldin die haar eigen belang ondergeschikt maakte aan dat van het vaderland.

Het spartaanse trainingsregime waaraan zij voor de Spelen onderworpen werd, is dagelijkse kost voor de Chinese olympische atleten.

Pan Jianuo barstte in snikken uit toen haar zoon, turner Li Xiaopeng, met goud op het podium stond. Van thuis feliciteerde ze hem via de telefoon en zei hem dat hij maar eens naar huis moest komen. Het was een jaar geleden dat Pan Jianuo Li Xiaopeng nog gezien had. Al die tijd verbleef hij in afzondering op trainingskamp. Eén keer per week mocht zijn moeder hem bellen.

“Vlijt is het lievelingswoord in de Chinese sport”, zegde de Duitse kanotrainer Josef Capousek, die drie jaar de Chinese nationale kanoploeg trainde, maar op de valreep niet mee mocht naar de Spelen. “Voor de Chinese sportofficials is een training pas geslaagd wanneer de sporters ’s avonds op handen en voeten naar bed kruipen. Lof krijgt niemand.”

De onmenselijk harde voorbereidingsomstandigheden leverden wél het gewenste resultaat op. Nooit eerder sinds de Chinese Volksrepubliek aan zijn medaillerush begon in 1984 won het zo veel medailles als dit jaar in eigen land.

Project 119

Door het thuisvoordeel moesten de Chinese atleten niet aan de IOC-kwalificatievoorwaarden voldoen. Daardoor kon het thuisland in elk van de 262 evenementen van de 28 olympische sporten atleten inschrijven. In totaal begon China met 639 atleten aan de Spelen, waaronder 486 debutanten. Slechts 165 sporters kampten ook al in Athene. Liefst 22 goudenmedaillewinnaars van vier jaar geleden vonden hun naam niet terug op de olympische lijsten. Een aantal waren geblesseerd, maar nog meer waren, vooral in de traditionele Chinese successporten, verdrongen door een jongere generatie.

Na het toekennen van de Spelen aan Peking werkte de Chinese sportbond in 2001 het Project 119 uit, genoemd naar het aantal te behalen gouden medailles die te verdienen zijn in sporten waarin de Chinezen traditioneel minder sterk zijn (na toevoeging van drie disciplines door het IOC had dat project eigenlijk herdoopt moeten worden tot Project 122): atletiek (47 medailles), zwemmen (34), zeilen (11), roeien (14) en kano/kajak (16).

In Athene had China in die vijf topsporten samen slechts vier keer goud gewonnen: twee keer in atletiek (110 meter horden met Xiu Liang, plus de 10.000 meter voor vrouwen), één keer in zwemmen en één keer in kano/kajak. Tussen 1984 en 2004 waren zwemmen en atletiek, de twee meest prestigieuze sporten, goed voor slechts elf van de 112 gouden medailles.

Om succes te halen in die sporten stuurde China de afgelopen jaren voor het eerst zijn beste atleten naar het buitenland om er deel te nemen aan de grootste meetings en bij buitenlandse toptrainers aan de slag te gaan. Zwemster Liu Zige die goud haalde in de 200 meter vlinderslag, trainde in Australië bij zwemcoach Ken Wood.

Pas nadat Peking de Spelen binnenhaalde, begon China sporters op te leiden in de verschillende zeildisciplines. In de toekomst moet Qingdao, waar de olympische competitie plaatsvond, het opleidingscentrum worden van de Chinese zeilsport. Nu al bieden 42 scholen er zeillessen aan. Elk jaar in juli mogen de tien beste zeilers op stage naar het Duitse Kiel. Van maart tot juli nam China deel aan tien internationale zeilregatta’s. “Onze zeilers hebben grote vooruitgang gemaakt, maar zijn nog niet competitief met westerse zeilers”, zei Yao Xinpei, kapitein van het Chinese zeilteam.

Omgekeerd haalde China de beste buitenlandse trainers binnen. Meer dan zestig buitenlandse coaches waren het afgelopen jaar aan de slag in tal van olympische disciplines. In de Chinese olympische delegatie zaten bij de 264 coaches en begeleiders 38 buitenlandse experten uit zestien verschillende landen.

Toch waarschuwde, net voor de Spelen begonnen, China’s delegatieleider Cui Dalin voor overdreven hoge verwachtingen. Het was niet op deze Spelen dat China de vruchten zou plukken van Project 119: “We hebben hard gewerkt aan dat project, maar het is een werk van lange adem. Het wordt op deze Spelen moeilijk voor ons om resultaten te halen in de grote olympische sporten en daarin competitief te zijn met de toplanden.”

Melktanden

De druk op de thuisatleten vooraf was enorm. Iedereen verwachtte dat de 26-jarige schutster Du Li China’s eerste goud zou halen, maar het meisje begaf onder de immense druk, eindigde pas vijfde en liep huilend door de mixed zone. De Tsjechische Katerina Kurkova-Emmons, die het evenement won, gaf een sneer naar de Chinese pers: “Jullie hebben Du zo onder druk gezet door haar weken naeen op training dezelfde vraag te stellen. Ik had niet graag in haar schoenen gestaan.” Vijf dagen later herpakte Du zich met goud én een olympisch record in een andere discipline. Uiteindelijk brak de 25-jarige gewichthefster Chen Xiexia om één uur ’s middags de ban. Die dag won China twee van de zeven te behalen gouden medailles.

Vanaf dag twee pakte de Engelstalige krant China Daily met de medaillestand uit op de voorpagina. De rangschikking werd zoals gebruikelijk opgemaakt aan de hand van de behaalde gouden medailles, niet de totaalstand. Toen aan Shaozhou Li, van het naar Chinese normen bescheiden sportblad Titan Sports (slechts één miljoen lezers), gevraagd werd of hij met ‘medailles’ alle medailles dan wel gouden medailles bedoelde, lachte de journalist minzaam. “Als wij over medailles praten, bedoelen we: gouden medailles. De andere tellen niet mee.”

Toen China halfweg de Spelen aan de leiding lag met 35 gouden medailles (tegenover 19 voor de VS, die wel leidden in de algemene medaillestand), waarschuwde China’s delegatieleider Cui Dalin opnieuw voor overdreven euforie, net voor de atletiekcompetitie (waarin de VS traditioneel goed scoren) begon: “Onze oogst gouden medailles zal kleiner worden. Veel van de sporten waarin China uitblinkt, vonden in de eerste week plaats. In de sporten van de tweede week zijn we niet zo sterk.”

Uiteindelijk haalde China dit jaar in de vijf sporten die met Project 122 werden beoogd in totaal slechts drie keer goud. In het zeilen zorgde de 29-jarige windsurfster Yin Jian, die al zilver haalde in Athene, voor de allereerste gouden medaille. De vrouwelijke roeiers zorgden voor een eerste gouden plak in de viermansboot. In het zwemmen zorgde Liu Zige in de 200 meter vlinderslag voor een verrassing (haar landgenote Jiao Liuyang pakte in dezelfde finale zilver) door de Australische wereldrecordhoudster Jessica Schipper te kloppen. Het was China’s zesde gouden zwemmedaille ooit, allemaal gewonnen door vrouwen. Bij de mannelijke zwemmers schreef de 21-jarige Zhang Lin geschiedenis met een zilveren plak in de 400 meter vrije slag. Tot dan was de beste mannelijke zwemprestatie een vierde plaats (50 meter vrije slag in 1996).

De meeste medailles haalde China, net als op de vorige Spelen, in sporten die in de rest van de wereld weinig weerklank krijgen. In China is de 27-jarige duikster Guo Jingjing een heldin. Ze haalde in Peking, net als in Athene, twee keer goud. In het duiken pakte China zes gouden plakken. Niet verwonderlijk, want duiken is China’s meest succesvolle olympische sport, goed voor 38 van de 286 medailles die het land tussen 1984 en 2004 behaalde. Andere Chinese successporten zijn schieten, judo en gewichtheffen. Van de negen gouden medailles die in het gewichtheffen te winnen zijn, pakte het thuisland er acht.

De sport die dit jaar het verschil maakte, was turnen. Van de zestien gouden medailles won China er elf (waaronder negen in artistiek turnen), de VS amper twee. Toen de Chinese meisjes met goud in artistiek turnen op het podium stonden, betwijfelde VS-coach Martha Karoly of zij dit jaar allemaal zestien jaar zijn of worden (de minimumleeftijd, vereist om deel te nemen in turnen). “Eentje miste een tand. Waarschijnlijk een melktand die nog niet vervangen is …” De Chinese coach Lu Shanzhen vond die kritiek onfair. “Alsof je iemands leeftijd kan raden door gewoon naar die persoon te kijken. Ik zie dat de buitenlandse atleten zoveel meer spieren hebben dan de Chinese: moet ik nu gaan roepen dat ze allemaal gedopeerd zijn?”

Geld

Alleen voor de eer van het vaderland en het respect van 1,3 miljard landgenoten moeten ook de Chinezen het niet meer doen. Toen Xu Haifeng in 1984 de eerste olympische gouden medaille voor China won (in het pistoolschieten), kreeg hij een premie van 9000 yuan (omgerekend ongeveer 900 euro): 1000 yuan meer dan de andere medaillewinnaars dat jaar, omdat hij de allereerste was. Bovendien steeg zijn maandloon van 50,5 yuan (vijf euro) naar 98 yuan. “Ik voelde me een miljonair”, zegt Xu vandaag.

In Athene betaalde China 20.000 euro aan wie goud won, 12.000 euro voor zilver en 8000 euro voor brons. De twee winnaars van een atletiekmedaille kregen, omdat het een prestigieuze sport betrof, elk 100.000 euro. Wat de medaillewinnaars van deze Spelen krijgen, wordt door het Chinees Olympisch Comité pas na afloop bekendgemaakt. Door de toegenomen interesse van sponsors stijgen de bedragen die Chinese toppers verdienen.

In 1984 was er nog geen Chinese publiciteitsmarkt. Coca-Cola adverteerde voor het eerst in China in 1986, Adidas pas in 1997. In 2007 had basketter Yao Ming, die een heel marketingteam achter zich heeft, een jaarinkomen van 38 miljoen euro. Hordenloper Liu Xiang, die zijn publiciteitscontracten nog via de overheid ziet genegotieerd worden, verdiende in 2007 toch ook al 16 miljoen euro.

Voor deze Spelen beloofde een Chinees alcoholmerk een premie van één miljoen euro voor het hele schuttersteam indien dat team vijf gouden medailles zou halen. Dat doel werd bereikt en het bedrijf moet dokken, net als een concurrent die 100.000 euro uitloofde voor de allereerste Chinese gouden medaille in het roeien. De vrouwenvier slaagde in die uitdaging. S

door geert foutré – beelden: reporters

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content