Op de Australian Open start Rafael Nadal volgende week maandag als nummer één op de wereldranglijst voor het eerst als favoriet.

Oudejaarsavond vierde Rafael Nadal (22) in het vliegtuig op weg naar Abu Dhabi, waar hij met een exhibitietoernooi zijn tennisjaar inzette. In 2009 wacht Nadal de moeilijke taak om zijn succesjaar 2008 te evenaren. Toen haalde hij in alle vier de grandslamtoernooien minstens de halve finale. Roland Garros won hij voor de vierde opeenvolgende keer, in Wimbledon zegevierde hij voor het eerst. In Australië haalde hij, net als op de US Open, de halve finales. Zijn beste resultaat ooit. In augustus 2008 stootte hij ook Roger Federer van zijn troon als nummer één op de ATP-ranglijst.

Tendinitis aan de knie verplichtte hem twee maanden te rusten. Zonder die blessure had hij ook de Masters Cup én de Davisbekerfinale met Spanje kunnen spelen. Net voor Nieuwjaar maakte hij een reclamespotje voor de Balearen, de Spaanse eilandengroep waartoe zijn geboorte-eiland Mallorca behoort. Nadal sprak het spotje zelf in het Engels, Spaans, Duits en Frans in, alvorens zijn voorbereiding op de Australian Open aan te vatten.

In hoeverre heeft het succes van 2008 Rafael Nadal veranderd?

Rafael Nadal: “Ik denk niet dat ik veranderd ben. Ik denk niet aan records of aan het verleden, enkel aan goed spelen. Het zou stom zijn om dat te veranderen.”

Het zou ook kunnen dat je wat gas terugneemt, omdat je zo veel gewonnen hebt. Hoe motiveer je jezelf na zo veel successen opnieuw?

“Door extra hard te trainen. Ik voel me een bevoorrecht persoon: tennis is mijn passie. Alle aspecten ervan bevallen me. Als ik mijn motivatie verlies, stop ik onmiddellijk. Rangschikkingen of resultaten tellen niet. Wat telt, is wat je in je hebt, en wat je eruit krijgt.”

Je hebt last aan je voet, aan je knie, je moest al eens stoppen: zijn dat geen signalen van je lichaam dat het je te veel wordt?

“Die opmerking hoor ik al vijf jaar, terwijl ik precies zeven jaar in dit circuit meedraai. Zeven jaar is geen korte loopbaan op dit niveau. Soms praat men over zaken die men niet kent. Of ziet men niet dat ik in die jaren ook veranderd ben? Zo loop ik bijvoorbeeld véél minder dan drie jaar terug, omdat ik meer op het terrein sta dan erachter. Ik zie mezelf wél niet nog eens zeven jaar meedraaien.”

Kan je dat tempo van 2008 ook dit seizoen aanhouden?

“Ik vraag het me soms ook af. Ik hoop dat ik na mijn eerste toernooien mijn niveau van 2008 terugvind, zowel dat van mijn spelniveau als qua resultaten.”

Waar ben je tijdens een wedstrijd mee bezig of bang voor?

“Eens de wedstrijd bezig is, denk ik maar aan één ding: dat ik kan winnen, of verliezen. De dag dat ik ergens bang voor ben, is het gedaan met winnen.”

Gegrilde gamba’s

Is het met die ingesteldheid dat je ook Wimbledon won?

“Daar had ik bang kunnen zijn omdat ik tegen de beste speler op gras en misschien de beste tennisser ooit stond. Ik had bang kunnen worden toen Roger Federer een 2-0-achterstand in de sets ophaalde. Maar de enige gedachte die op dat moment door mij heen ging, was: ‘Ik had de vierde set kunnen winnen, maar we zijn nu in de vijfde’. Als ik in het begin van die vijfde set maar mijn opslagen won, zouden we wel zien wat er gebeurde als het 4-4 of 5-5 stond. Want op dat moment moest hij ook denken: ‘Oei, ik kan hier ook verliezen.'”

Volstaat het om tegen jezelf te zeggen ‘ik ga hier winnen’ opdat dat ook lukt?

“Nee. Je moet zeker van jezelf zijn, overtuigd dat je niet 100 maar 200 procent geeft, en echt geloven dat je gaat winnen, méér dan je tegenstander in zijn eigen kansen gelooft. Dat maakt het verschil op kantelmomenten in een wedstrijd, wanneer alles kan gebeuren.”

Geldt dat zowel voor Roland Garros waar je sowieso favoriet bent, als voor Wimbledon, waar Federer vijf keer op rij won?

“Roland Garros was voor mij altijd makkelijker: zelfs in mijn eerste jaar was ik favoriet. Wimbledon is een moeilijker opgave. De eerste keer dat ik er de finale haalde, was een verrassing. De tweede finale, een vijfsetter tegen Federer, was hard, maar na die nederlaag heb ik in de kleedkamer een halfuur zitten huilen. Ik dacht dat ik nooit meer zo’n kans zou krijgen. Afgelopen jaar had ik een moeilijke loting. Ik was geen favoriet, heb puur op mijn instinct gespeeld, zonder te weten waar ik uit zou komen. Toch haalde ik de finale en ik heb die na een ongelofelijke wedstrijd ( die vier uur en 48 minuten duurde, nvdr) gewonnen. Daarmee maakte ik een droom waar. Die zege veranderde mijn carrière, maar niet mijn leven. Mijn leven is, gelukkig, meer dan tennis alleen.”

Winst of verlies raken je niet echt?

“Je hebt soorten nederlagen, maar verliezen doet altijd pijn. Soms denk je achteraf: ‘Ik heb verloren, maar ik ben op de goeie weg.’ Zo voelde ik me in het begin van vorig seizoen, toen ik niet won, maar me wel voelde groeien.”

Hoe is je relatie met Federer nu?

“Een cijfer en één wedstrijd maken mij geen betere tennisser dan hij is. Roger blijft wie hij is: een kampioen die aan iedereen heeft getoond dat men ook een gewoon mens kan blijven en op een normale manier met iedereen kan omgaan. Gelukkig wist ik dat voor mezelf al.”

Eigenlijk, zeg je nu, vind je jezelf niet beter dan Federer?

“Ik ben beter geworden dan vroeger en ik hoop dat ik beter blijf worden.”

Hoe wil je het liefst herinnerd worden? Omdat je 28 jaar na Björn Borg in één jaar de dubbel Roland Garros-Wimbledon won, of omdat je je vijfde Roland Garros op rij won?

“Het liefst zou ik hebben dat men later zegt: ‘Wat een fantastisch mens was Nadal toch.’ Hoewel het moeilijkste is om hetzelfde toernooi jaren op rij te winnen.”

Hoe heb je de kerstdagen doorgebracht?

“Thuis op Mallorca, met mijn ouders en tal van familieleden. We hebben gegrilde gamba’s gegeten. Dat is het mooiste geschenk dat men me kan geven. Zo zie ik ook mijn toekomst: op mijn eiland, met een mooi gezin, met veel kinderen. Maar dat is voor later.” S

door vincenzo martucci

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content