White Star Woluwe is de fiere leider in tweede klasse, terwijl FC Brussels troosteloos laatste staat. Op 11 november treffen de twee elkaar in de Brusselse derby. Op Wapenstilstand dus. Symbolischer kan haast niet.

Misschien is het ook wel tijd dat beide clubs de strijdbijl begraven. Er moet vooruit gekeken worden, het verleden mag men laten rusten. White Star Woluwe heeft al een periodetitel op zak en doet het boven verwachting goed in tweede. Brussels vergaat het iets minder goed. Meer nog, het gaat zo goed met WS Woluwe dat het FC Brussels misschien wel zou kunnen opslokken. Of lopen we nu wat te hard van stapel? Sport/Voetbalmagazine legde zijn oor te luister bij de hoofdrolspelers van beide clubs.

Bij FC Brussels is dat, nog steeds, Johan Vermeersch. Bij White Star Woluwe heet de sterke man Michel Farin. De twee hebben met elkaar gemeen dat het allebei zogenaamde selfmademen zijn. Vermeersch bouwde eigenhandig een carrière in de bouwsector op, terwijl Farin zich toelegde op het transport van prestigieuze kunstwerken. Hun passie voor voetbal is raakpunt nummer twee, maar daar houdt het dan ook op. Ze leiden hun clubs op totaal verschillende wijze en terwijl het bij WS Woluwe zo goed gaat dat ze daar stilaan al met hun hoofd bij volgend seizoen zitten, is het voor Brussels krasselen geblazen om in tweede klasse te blijven.

‘Geen echte Brusselse derby’

“Veertig jaar geleden moest Racing White uitwijken naar Sint-Jans-Molenbeek om nog te kunnen groeien”, zegt Farin. “Daar kwam de geboorte van het intussen ter ziele gegane RWDM uit voort. Ik wil beide gevallen niet met elkaar vergelijken, maar er zijn toch wel enkele overeenkomsten met de huidige situatie. White Star wil groeien en heeft daar onder meer een groter stadion voor nodig.” De reden waarom het stamnummer 5750 zo graag zou groeien, is er vooral een van logistieke aard. Dat bevestigt ook Charly Chapelle, tien jaar lang coach van White Star geweest en nog steeds een goede vriend van voorzitter Michel Farin: “Ik denk dat beide clubs maar beter even rond de tafel kunnen gaan zitten om de overgang van WS Woluwe naar het Edmond Machtensstadion te bespreken. Dat is de enige oplossing om White Star niet in zijn opmars te fnuiken.”

Je hoeft geen groot kenner van het Brusselse voetballandschap te zijn om te weten dat Brusselsvoorzitter Vermeersch niet bepaald een voorstander van dat idee is. Beide voorzitters zijn momenteel zelfs niet on speaking terms met elkaar. Of toch? “Ik denk dat wij best nog wel met elkaar kunnen praten”, aldus Michel Farin. “Ik heb Johan net nog voorgesteld om voor de derby even samen te zitten en misschien zelfs de aftrap samen te geven. Wat mij betreft, is dit het moment om het verleden af te sluiten en samen aan de toekomst van het Brusselse voetbal te werken. Ik wacht wel nog steeds op zijn antwoord…”

Johan Vermeersch twijfelt. Er is veel gezegd in het verleden. Te veel om bij de eerste uitnodiging meteen al overstag te gaan. “Me uitnodigen om naar de match te komen kijken is ronduit belachelijk. Als je het mij vraagt, is Woluwe-Brussels niet eens een echte Brusselse derby. Brussels-Anderlecht en, in mindere mate, Brussels-Union, dát zijn Brusselse derby’s. Michel Farin moet er niet op rekenen dat ik op zijn uitnodiging zal ingaan.”

Thierry Dailly, de voormalige sportief manager van FC Brussels, volgt het Brusselse voetbal nog steeds op de voet en gelooft niet echt in een toenadering tussen beide clubs. “Het lijkt me allesbehalve een makkelijke opgave om de twee voorzitters met elkaar te verzoenen. Het zijn allebei zulke sterke persoonlijkheden… Misschien is de beste optie nog dat er een nieuwe voorzitter benoemd zou worden, terwijl beide besturen nog steeds de vrijheid krijgen om beslissingen te nemen.”

‘Het water is veel te diep’

Een andere volger van het voetbal in de hoofdstad wenst anoniem te blijven, maar wil wel kwijt dat hij in Philippe Sotiaux de ideale man ziet om beide clubs te verzoenen. De huidige vicevoorzitter van WS Woluwe is een succesvol zakenman die zich nu op zijn passie heeft gestort. “Ik denk dat we allemaal het beste met het Brusselse voetbal voorhebben”, legt Sotiaux uit. “We zijn bij White Star op zoek naar iemand die ons kan helpen in de uitbouw en het beter structureren van onze club. Ik ben me ervan bewust dat Johan Vermeersch en Michel Farin twee sterke persoonlijkheden met erg verschillende visies zijn, maar ik heb in mijn leven al vaak genoeg aan de onderhandelingstafel gezeten om te weten dat niets onmogelijk is. Of ik geen goede voorzitter zou zijn? Die mogelijkheid zou ik alleen in overweging nemen als het de enige manier is om beide voorzitters wat dichter bij elkaar te brengen. Maar ik wil niet dat het voorzitterschap mij in mijn vrijheid beknot.”

Alan Haydock was lange tijd een van de bekendste spelers van FC Brussels, maar dankzij zijn nieuwe functie als voorzitter van het neutrale ziekenfonds Symbio en dankzij de samenwerking tussen Symbio en White Star leert hij nu ook die andere Brusselse club erg goed kennen. “Ik denk niet dat het ooit tot een fusie van beide clubs zal komen. Het water tussen die twee is te diep en hun visies zijn te verschillend. Bij Woluwe is er een goed bestuur met een heleboel mensen die verstand van voetbal hebben, terwijl Johan Vermeersch bij Brussels nog steeds de enige voetbalkenner is. Ik zeg het met pijn in het hart, maar als er bij Brussels niets verandert, is die club gedoemd om te verdwijnen.”

Het feit dat er in de voorbije tien jaar veertien coaches, gaande van Harm van Veldhoven tot kersvers T1 Didier Beugnies, zijn gepasseerd, zegt veel over hoe weinig gestructureerd het er bij Brussels aan toegaat. De voormalige eersteklasser zit zelfs zo in het slop dat je je kunt afvragen of de club van Vermeersch nog wel een toekomst heeft. Het Edmond Machtensstadion blijft vaker leeg dan dat het volloopt en op die paar lefgozers uit de Brusselse jeugdopleiding na is er weinig reden voor optimisme. “Ik heb de man Johan Vermeersch altijd gerespecteerd,” vertelt Charly Chapelle, “maar de manier waarop hij een club beheert, dat is een ander paar mouwen. Hij heeft te veel hooi op zijn vork genomen. Ik denk ook dat hij de huidige malaise als een persoonlijke mislukking opvat en hem kennende stopt hij nog liever helemaal met voetbal dan ooit met WS Wo-luwe samen te gaan.”

Houdt Brussel wel van voetbal?

Ook dat White Star in het stadion van Brussels zou spelen, is een mogelijkheid die door Vermeersch simpelweg van tafel wordt geveegd. “Wil White Star in Molenbeek komen spelen? Dan zullen ze moeten betalen wat ik destijds in 2002 heb geïnvesteerd om het stadion te renoveren. Dat moet zo’n kleine drie miljoen euro geweest zijn. Dat ze bij Woluwe geen deftig stadion hebben, is niet mijn probleem, en nog minder dat van de gemeente Sint-Jans-Molenbeek. Ik ben er zeker van dat het gemeentebestuur niet dezelfde fout zal maken als in 1972, toen het alle schulden heeft kwijtgescholden. Als het huidige gemeentebestuur dezelfde kolossale blunder zou begaan, zou het zich al in een lastig parket brengen nog voor alle schepenen goed en wel in functie zijn.”

Zelfs al zouden Brussels en White Star in de komende maanden samengaan, dan nog blijven de beide opleidingscentra los van elkaar hun ding doen. Nochtans moet er ook in de omkadering heel wat veranderen als White Star het tot in de eerste klasse wil schoppen. “Ik denk dat men nu al aan de toekomst moet beginnen te bouwen en ik raad Farin dan ook aan om wat meer medewerkers aan te nemen”, zegt Charly Chapelle. “Ik snap dat het op korte termijn meer oplevert om een extra speler aan te kopen, maar het lijkt me toch verstandiger om te investeren in marketing, ticketing, communicatie en andere minder sexy delen van de club. Het verschil tussen eerste en tweede klasse is op elk vlak verschrikkelijk groot, dus kun je maar beter zo goed mogelijk voorbereid zijn.”

Zelfs wanneer je investeert in de interne structuur, blijft er het probleem van de steeds dalende supportersaantallen. FC Brussels heeft nog slechts enkele diehardfans en bij White Star trekt zelfs de leidersplaats geen duizenden supporters naar het stadion. “Ik heb destijds eens een studie van het Brusselse voetbal laten maken”, vertelt Thierry Dailly. “Daaruit bleek dat zelfs de vijf grote Brusselse clubs zonder Anderlecht ( Brussels, WS Woluwe, Union, Leopold Ukkel en Ganshoren, nvdr) samen geen gemiddelde van 3000 supporters per wedstrijd zouden kunnen garanderen. De vraag is dan ook simpel: is de doorsnee-Brusselaar überhaupt nog in voetbal geïnteresseerd?”

“Ik ben ervan overtuigd dat wanneer we erin zouden slagen een grote Brusselse club te vormen, waarin alle partijen aan hun trekken komen, de supporters vanzelf volgen”, meent Philippe Sotiaux. “Brusselaars zijn voetballiefhebbers.” Charly Chapelle voegt nog een element aan de discussie toe: “Er zit geen logica in het supportersgedrag. Er waren meer supporters van White Star op de uitwedstrijd in Heist-op-den-Berg dan bij de volgende thuiswedstrijd tegen Moeskroen-Peruwelz. Ik denk dat je daar in de huidige situatie nog niet al te veel rekening mee hoeft te houden. Toeschouwers willen een club met een rijk verleden en dat heeft White Star niet. Een geschiedenis van vijftien jaar is niets in het hedendaagse voetbal. Ik denk dat de supporters zullen terugkeren zodra er een goed draaiende club in Molenbeek is.”

Brussels is nog lang niet dood en begraven, terwijl WS Woluwe zijn plaats in eerste klasse nog niet beet heeft en ook de verschillende gemeentes hun zegje nog niet hebben gedaan. Kortom, er zal nog heel wat water door de Zenne stromen vooraleer het laatste woord hierover is gezegd en geschreven.

DOOR DAVID DUPONT

“Als er bij Brussels niets verandert, is die club gedoemd om te verdwijnen.” Alan Haydock

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content