De olympische ploeg vertrok naar Peking met als doel minstens de tweede ronde halen. Aanvoerder Maarten Martens meent dat die ambitie gewettigd is. ‘Technisch, tactisch en fysiek zijn we sterk, en ons grote voordeel is dat we een hechte groep vormen.’

Gevormd bij Anderlecht, waar hij van zijn achtste tot zijn twintigste voetbalde maar een doorbraak gebarreerd zag door meer ervaren spelers als Walter Baseggio of Pär Zetterberg, week Maarten Martens op zijn 20ste uit naar Nederland. Eerst ging hij bij RKC aan de slag, sinds twee jaar voetbalt hij bij AZ, de ploeg van Louis van Gaal, die AZ in het seizoen 2006/07 ei zo na naar de titel leidde. Het werd het jaar van de grote doorbraak van Maarten Martens. Niet alleen in het eigen team, ook bij de Belgische beloften, waarvan hij de aanvoerder was. Mede onder zijn impuls, al is hij zo eerlijk om toe te geven dat het toernooi voor hem niet helemaal geslaagd was vanwege te moe na een lang seizoen, dwongen de Rode Duivels in de zomer van 2007 de kwalificatie voor de Olympische Spelen af dankzij een halve finale op het EK.

Een paar maanden later betaalde hij cash de geleverde inspanningen. Het jonge lijf was overbelast, eind oktober zakte hij op bezoek in Breda bij NAC door de knie. Kruisbandletsel en zes maanden out. Met de Olympische Spelen als doel werkte Martens hard aan een terugkeer. Hij kende amper een terugslag in de revalidatie en haalde nog net het einde van de competitie. Vervolgens vertrok Martens met vakantie, richting … Azië.

Daar zit hij sedert zaterdag opnieuw. Niet in Maleisië zoals een paar weken geleden, maar wel in China, waar op 7 augustus Brazilië de eerste tegenstander is. Martens: “De aanloop heeft lang genoeg geduurd, voor mij mag het beginnen.”

Met welke ambities reisde hij als leider van de olympische ploeg naar China?

Martens: “Met dezelfde ambities als waarmee we ongeveer een jaar geleden naar het EK in Nederland vertrokken: in eerste instantie de poule goed doorkomen en doorstoten naar de volgende ronde. Daarna moet je het wedstrijd per wedstrijd bekijken. Ik denk dat we sowieso een leuke poule hebben. Tegen Brazilië spelen is op elk niveau leuk. China is het thuisland, met veel enthousiasme van het publiek. De derde tegenstrever, Nieuw-Zeeland, is voor ons allemaal de grote onbekende. Ze hebben zich geplaatst, wellicht houdt dat in dat de ploeg van een goed niveau is.”

Dilemma

Brazilië kende wat afzeggers, in de eigen ploeg was veel te doen rond Vincent Kompany, clubs stonden hun voetballers node af. Lag hij daar vooraf wakker van, van de sterkte van al die kernen? Martens: “Niet echt. Het zijn geen dingen waar wij grip op hebben. Ik ben heel tevreden dat Vincent er uiteindelijk bij is. Hij brengt ervaring mee, dat kan je op zo’n toernooi goed gebruiken.”

Jeroen Simaeys verwoordde het vorige week nog zo: alle spelers hebben hier een dubbel gevoel. Iedereen wil naar de Spelen, vanwege het unieke, wellicht maak je het slechts één keer in je leven mee. Anderzijds is de club wel je betaalheer en werkgever en wordt net nu een basisteam gevormd. Dat je daar op dat moment niet beschikbaar bent, is zowel voor de ploeg als voor de speler vervelend.

Martens: “Dat is zo. Neem mijn geval. Ik ben bijna een volledig seizoen geblesseerd geweest. Ik zou dus nu maar al te graag bij AZ op het terrein het nieuwe seizoen willen voorbereiden. Anderzijds vind ik de Olympische Spelen te mooi om te laten liggen. Voor de competitie in Nederland is het wel geen probleem. Wij starten later. Volgens mij zijn we zelfs in het geval van een finale nog tijdig terug. Alleen de aanloop mis je.”

Wat zei Van Gaal toen hij zijn olympiërs uitzwaaide?

Martens: “Dat we er rekening mee moesten houden dat er nu een team werd gevormd. Als bij onze terugkeer alles goed draait, krijgen die jongens voorrang. Maar ik weet dat Van Gaal een trainer is die rekening houdt met wat je op training en in wedstrijden met het tweede laat zien. Ik weet dat we straks sowieso onze kans zullen krijgen.”

Mentaal, zegt hij, is hij sterk genoeg om eventueel terug te vechten. Martens: “Ja. Toen ik twee jaar geleden naar AZ ging, begon ik ook op de bank. Je moet wat tonen en als je dat doet, krijg je bij deze trainer zeker een kans. En draait het straks niet, dan zal hij ondanks die lange afwezigheid wel kiezen voor de spelers die naar Peking zijn getrokken. We zijn met zes van de club: twee Nederlanders, drie Belgen en één Argentijn. Op het einde zijn er nog twee afgevallen, anders waren het er acht.”

Zware stage

De voorbereiding op Peking gebeurde in twee schuifjes: eind vorig seizoen een lange stage op Malta en vorige week een korte stage met een oefenwedstrijd tegen Nederland. Zaterdag vertrok de hele bende richting China waar deze week wordt geacclimatiseerd en getraind. Martens: “De stage op Malta vond ik heel zwaar, zo op het einde van het seizoen, maar tegelijk ook leerrijk. Met veel informatie over hoe we ons moesten voorbereiden, met het oog op het klimaat. We hebben ijsvesten uitgetest, dat soort dingen. Ik heb in Leuven ook een test gedaan waarbij de klimatologische omstandigheden werden nagebootst, maar ik weet op dit moment niet wat ik van China moet verwachten. Volgens mij zal het nog een groot verschil maken of de zon fel schijnt, dan wel of er wolken zijn. In het ene geval zal het heel zwaar worden, in het andere geval denk ik dat het gaat meevallen. Op vakantie in Maleisië had ik geen problemen.”

Het grootste vraagteken is zijn fysieke conditie. Voor veel jongens geldt dat ze nog geen wedstrijdritme hebben, maar zijn geval is door die blessure nog specialer.

Martens: “Op zich is de fysieke conditie redelijk goed. Ik heb bij AZ twee weken hard getraind en dan wat wedstrijden gespeeld. Daarna kregen we vrij en om die periode te overbruggen heb ik met Pocognoli en Dembélé in Tubeke apart getraind, samen met de fysiektrainer van de olympische ploeg. Alleen het wedstrijdritme is een groot vraagteken. Ik heb vorig jaar op het einde van het seizoen vier wedstrijden gespeeld. De eerste twee, drie waren goed, daarna verstapte ik me even, kon ik niet goed trainen en de laatste was minder.”

Wel was zijn fitheid eind vorig seizoen een mentale opsteker.

Martens: “Ja, in die zin dat ik relaxed met vakantie kon. Niet met twijfels of ik wel in orde was. Ik had deze zomer bij de nieuwe start ook niet het gevoel dat ik met een achterstand tegenover de anderen vertrok. Geen enkele training moeten overslaan, integendeel, ik heb zelfs meer gedaan dan de anderen.”

Goed gevoel in de knie? Geen twijfels, geen pijn?

Martens: “Niks meer in de kop. In het begin ben je altijd voorzichtig, maar dat is er compleet uit.”

Ervaring

Zijn blessure was er een van overbelasting na een zwaar seizoen en een zomer zonder veel rust. Martens: “Ik denk het wel. Ik heb vorig jaar nog gewaarschuwd dat het EK voor mij wellicht te veel zou zijn. Dat was ook zo, maar als je zo lang bij de beloften bent, wil je niet opgeven. Ik wist dat ik een terugslag zou krijgen in het najaar. Tevoren was ik al op de sukkel met de linkerkant van het lichaam. De knie, de enkel, een spierscheur en daarna volledig de kruisband.”

Omdat hij geen zwartkijker is, maakte hij van de nood ook een kleine deugd.

Martens: “Ook deze blessure heb ik positief proberen op te vatten door verder te investeren in krachttraining. Het groepsgevoel heb ik niet gemist, omdat ik koos voor een revalidatie op de club. Maar het voetbal miste ik wel. Het meest vervelende was tijdens de wedstrijd in de tribune zitten. Vervelend maar tegelijk leerrijk. Voor mij was dit misschien nog het meest leerrijke seizoen van allemaal. Ik heb gezien wat er allemaal fout liep, waarom we pas elfde eindigden, alhoewel we voor het eerst titelambities hadden.”

Wat vindt hij de sterke punten van deze olympische ploeg?

Martens: “Ik denk dat we heel compleet zijn, technisch, tactisch én fysiek. Verder hebben we altijd als groep gespeeld, als er eentje een foutje maakte, zette de ander dat direct weer recht. Het belang daarvan mag je niet onderschatten. Elke ploeg die succes haalt, speelt als groep. Daarom heeft Portugal het weer niet gehaald op het EK, je mag niet afhangen van één of twee individuen. Individuele acties kunnen er pas uitkomen als je een basis hebt staan.”

En de minpunten?

Martens: “Eigenlijk moeilijk te zeggen, omdat we tot nu altijd goeie resultaten haalden. Misschien ervaring. Er zijn niet veel spelers die al grote toernooien hebben meegemaakt. Bij Argentinië, om één ploeg te noemen, is dat toch wel anders, zo’n Messi heeft al een WK voor seniors gespeeld. Daarom blijf ik met die verloren match tegen Oekraïne van twee jaar terug in mijn maag zitten. Hadden we daar in de slotfase wél stand gehouden en het EK in Portugal wél gehaald, dan hadden we vorig jaar in Nederland in het eindtoernooi al meer ervaring gehad en nu ook. Dit is een ploeg met heel veel kwaliteiten. In de loop der jaren is er ook veel geloof in eigen kunnen gekomen. Wie Servië en Spanje kan uitschakelen en daarna Frankrijk in eigen land in een oefenwedstrijd klopt en vervolgens in de nieuwe campagne Griekenland en Bulgarije kan uitschakelen en heel goed speelt tegen Portugal, mag geloven in zichzelf. Dat moeten we tonen in Peking.”

Tegelijk met jullie opgang was er de neergang van de A-ploeg. Hoe kijk jij daar tegenaan?

Martens: “Daar is veel meer twijfel, denk ik, twijfel die samenhangt met de resultaten. Op zich is er veel kwaliteit, maar vergeleken bij andere landen zitten bij ons op dat niveau wel gemiddeld meer jonge spelers.”

Te snel te veel jonge spelers, meent beloftecoach De Sart.

Martens (denkt wat na): “Ja, maar anderzijds … Misschien is het wel terecht dat ze werden opgeroepen, maar misschien wordt te snel te veel verwacht van jongens als Kompany, Defour of Fellaini …”

Ze moeten daar al de leider zijn, terwijl ze in principe zelf nog alles moeten leren.

Martens: “Heel veel spelers kunnen nu al een bepalende rol spelen, maar zijn daarom nog geen dragers van een ploeg. En van te veel jonge spelers wordt dat wel al verwacht. Ik zag dat bij AZ. Tim de Cler, Arveladze en Koevermans waren de bepalende spelers in het seizoen dat wij goed speelden en in dat geraamte gingen de jongeren mee. Als je goeie voorbeelden ziet, is het makkelijker om zelf ook uit te blinken. Anderzijds mag je ook niet vergeten dat er een groot verschil is tussen het niveau van onze tegenstander en dat van de A-ploeg. Als het even niet loopt, kunnen ze daar omschakelen, andere jongens erin gooien. Dat is de stap die wij nog moeten maken, willen we ook met de A-ploeg presteren.”

Basketbal

Wat verwacht hij van de Spelen?

Martens: “Iets overrompelends. Het zal zaak zijn om gefocust te blijven op de eigen prestaties.”

Een voordeel is misschien dat de Belgen in de groepsfase ver weg van Peking spelen.

Martens: “Dat kan helpen ja, al betreur ik dat wel ergens. De openingsceremonie zal wellicht aan ons voorbijgaan, en dat is jammer. Anderzijds gaan we wel naar Peking als we in de poule als tweede eindigden. Dat is ons doel.”

Hadden de voetballers in de aanloop naar Peking contact met andere sporters?

Martens: “Neen. Ook niet tijdens een stage, maar ik geloof dat we nu wel wat meer samen gaan zijn, in de aanloop.”

Eigenlijk vindt hij dat jammer, want hij meent dat voetballers van andere sporters best wat kunnen leren. “Binnen AZ werkt Toon Gerbrands, jarenlang volleyballer en later ook coach. Met hem heb ik wel eens gepraat. Hij zegt dat we nog raar gaan opkijken over hoe anders het is vergeleken bij een EK of zelfs WK. Het zal immens groot zijn, terwijl wij maar een heel klein deel van de happening worden. Ik denk dat je van andere sporten kan leren hoe ze zich op zoiets voorbereiden. Vorig jaar hadden we bij AZ op stage Ton Boot te gast, een van de bekendste basketbalcoaches van Nederland. Toen kwam de trainer soms ook met aanwijzingen die hij van hem had meegekregen.”

Was het een jeugddroom, de Olympische Spelen?

Martens: “Neen. Het EK en WK wel, en de Champions League. Dáár denk je aan als voetballer. Niet aan de Spelen. Tijdens de Olympische Spelen keek ik vroeger naar het zwemmen of atletiek, dan denk je niet aan voetbal. Toch niet tot voor anderhalf jaar geleden … Daarbij komt nog eens dat extra pigment van China, al zijn we er niet om de toerist uit te hangen.”

door peter t’kint – beelden: reporters

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content