Elke week verzamelt Sport/Voetbalmagazine meningen over een pertinente vraag.

Milan Jovanovic schrok er nooit voor terug om ronkende verklaringen af te leggen. Zoals die van eind augustus 2009, enkele dagen voor ‘de topper van de schande’, de Anderlecht-Standard waarin Axel Witsel het been van Marcin Wasilewski brak. Jova, toen nog bij Standard, verkondigde dat Olivier Deschacht de beste verdediger van België was. Die uitspraak werd toen op gegniffel onthaald, maar de Gouden Schoen van 2009 houdt voet bij stuk: “Al veertien jaar lang wordt hij aangevallen en bekritiseerd wanneer hij slecht speelt en zegt niemand iets wanneer hij goed speelt. Daar zit veel jaloezie achter. In elk geval kan ik zeggen dat ik het altijd lastig had wanneer ik tegen Deschacht moest spelen. Hij is leep, hij doorziet het spel goed. Bovendien heeft hij een complete persoonlijkheid, als speler en als mens. Ik heb veel respect voor hem.”

In zijn lange jaren als profvoetballer heeft Olivier Deschacht geregeld de fluitconcerten, de hoon en de platitudes (‘homo Deschacht’) van de fans van de tegenstander over zich heen gekregen. Voor hen symboliseert hij de arrogantie van Anderlecht, dus zo gek is dat niet. Wat wel verbaasde, was dat de eigen supporters hem uitfloten in september 2011, toen de heethoofden onder hen eisten dat Deschacht zijn kapiteinsband afstond aan Lucas Biglia.

“Olivier is een atypische Anderlechtspeler”, legt Ariël Jacobs uit, die bijna vijf jaar zijn trainer was, van november 2007 tot mei 2012. “Hij komt niet overeen met het beeld dat men van een voetballer bij Anderlecht heeft. Dat gevoel van scepticisme, het moeten leven met kritiek, dat is de rode draad door zijn carrière. Lange tijd had iedereen wel bedenkingen bij zijn kwaliteiten. Hij is groot geworden aan de zijde van zeer getalenteerde spelers en in vergelijking met die grote namen is hij wat achtergebleven. De kracht van Olivier is dat hij perfect weet wat hij kan en wat hij niet kan. Hij is sterk man tegen man, hard in de duels en heeft een goed kopspel. Qua positiespel heeft hij wel enkele gebreken, maar dat geldt voor zowat elke verdediger ter wereld.”

Icoon van paars-wit

Michal Zwelakow, recordinternational van Polen, was een van de concurrenten van Deschacht tussen 2002 en 2006. “Ik denk dat hij een icoon van Anderlecht wordt. Zeker gezien hij bijna altijd in de basiself heeft gestaan. Hij was erg zeker in de duels en in een-tegen-eensituaties. Dat hij zo’n mooie carrière maakt, is geen toeval. Door zijn persoonlijkheid wist hij zich op het hoogste niveau door te zetten. Hij weet wat hij wil. In de kleedkamer zei hij altijd openlijk wat hij dacht. Dat werd aanvaard, men respecteerde hem. Ook al waren we rivalen voor de positie van linksback – en ben ik door mijn polyvalentie uiteindelijk op de andere flank beland – ik draag de herinnering mee aan een zeer correcte speler, een modelprof, iemand die erg geëngageerd en zelden geblesseerd is. Vandaag de dag volg ik nog altijd de prestaties van Anderlecht, zeker in de Champions League, en ik merk dat Deschacht een hoog niveau haalt.”

Hij speelde meer dan 460 keer in het paars-witte shirt en heeft zeven titels op zijn palmares, maar ondanks die indrukwekkende statistieken bestaat er over hem nog altijd geen eensgezindheid op de tribunes of aan de toog. Dat bewezen nogmaals de vele verbaasde reacties toen in de aanloop naar de interlands tegen IJsland en Wales duidelijk werd dat Deschacht heel dicht bij een terugkeer naar de Rode Duivels stond. Pelé Mboyo, die enkele keren tegenover Deschacht stond, begrijpt die verbazing niet goed: “Het is een geweldige voetballer, ook al oogt zijn stijl niet altijd mooi. En hij is niet van de snelsten, maar hij leest het spel uitstekend en technisch is hij lang niet slecht. Alle spelers zullen hetzelfde zeggen. Ook Anthony Vanden Borre, die elke dag met hem samen speelt, denkt zo over hem. Je voetbalt tenslotte niet meer dan tien jaar bij Anderlecht zonder enorme kwaliteiten, zeker als je weet dat er voor zijn positie al vaak concurrenten werden aangetrokken.”

“Volgens mij kwam de felste concurrentie waarmee hij heeft moeten afrekenen van andere Belgen, zoals Jelle Van Damme of Bart Goor op het einde van zijn carrière”, gaat Ariël Jacobs verder. “Toen Behrang Safari de voorkeur kreeg – om tactische redenen, omdat die offensief sterker was – reageerde hij helemaal niet goed. Dat was goed merkbaar in de groep, maar zo gaat dat op dat niveau.”

Positionele verdediger

Momenteel speelt Olivier Deschacht door de vele afwezigen als centrale verdediger, een positie waarop hij in het verleden al vaker depanneerde. Hij lijkt zich er ook meer en meer thuis te voelen. “Gezien zijn leeftijd – en het verminderen van de snelheid en de beweeglijkheid die daarmee gepaard gaat – heb ik het gevoel dat zijn toekomst eerder centraal ligt dan op de vleugel”, meent Jacobs.

“Deschacht volgt gewoon de normale evolutie van een speler die een dagje ouder wordt”, zegt Alex Teklak, analist voor Belgacom TV en de RTBF, die in zijn loopbaan als voetballer zelf zowel op de linksachter als centraal speelde. “Tegenwoordig heeft men de neiging om de voorkeur te geven aan dominante aanvallende backs, zoals Frank Acheampong, al heeft die flinke tekortkomingen op het vlak van positiespel. Aan Deschacht is het niet meer besteed om de flank af te dweilen, dat was eind vorig seizoen nog merkbaar toen Dennis Praet, die op links voor hem stond, soms te veel verdedigend werk moest opknappen. Ik denk dat Deschacht links in de centrale as zijn ervaring ten dienste kan stellen van Acheampong. Met enkele snelle spelers als Acheampong of Chancel Mbemba rond hem, vallen zijn eigen gebreken minder op. Toen Gary Cahill naast David Luiz in de defensie van Chelsea speelde, was dat een ramp, omdat het twee verdedigers zijn die het moeten hebben van de duels. Toen John Terry, een positionele verdediger, opnieuw aan Cahill gekoppeld werd, veranderde alles. Daarom zou het duo Mbemba-Deschacht, duelkracht en positiespel, goed moeten werken”, besluit Teklak.

DOOR THOMAS BRICMONT – BEELDEN BELGAIMAGE

“Deschacht is niet van de snelsten, maar hij leest het spel uitstekend en technisch is hij lang niet slecht.” Pelé Mboyo

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content