De zware investeringen die tijdens het tussenseizoen werden gedaan, hebben Anderlecht op de Europese kaart geen stap verder gebracht. Nog maar eens is de ploeg er niet in geslaagd Europees te overwinteren en tijdens de zes wedstrijden in het kampioenenbal is voor de zoveelste keer gebleken waar het knelpunt van ons voetbal ligt : Belgische teams kunnen in het allerbeste geval één uur op een bepaald tempo meedraaien en zakken dan hopeloos weg. Dat heeft te maken met trainingsintensiteit en een structurele achterstand die dit land op tal van domeinen heeft opgelopen.

Juist Anderlecht zou met zijn prestige en naar Belgische normen behoorlijke financiële mogelijkheden een trendsetter moeten zijn, maar steeds weer struikelt de club over zichzelf. Meer dan ooit hangt er op dit moment een waas van onduidelijkheid rond het elftal. Anderhalve week geleden, na het bloedloze gelijkspel op Beveren, zei Mbark Boussoufa desgevraagd dat Anderlecht met een 4-3-3-concept had gespeeld. Op hetzelfde moment had Mémé Tchité het over een 4-4-2. Je vraagt je af hoe een ploeg kan functioneren als er binnen het elftal over een veldbezetting verschillend wordt gedacht. Dat pleit niet voor heldere directieven van de trainer. En al evenmin voor de spelers.

Trainers van Anderlecht hebben één zaak gemeen : op een gegeven moment komen ze terecht in de vuurlijn van de kritiek. Ook Frank Vercauteren ontsnapt daar niet aan. Vercauteren is een voetbalbeest en kan als weinig andere trainers in dit land een wedstrijd gedetailleerd analyseren. Hij houdt daarbij altijd de voeten stevig op de grond en zal zelden in euforie vervallen. Maar kennelijk slaagt Vercauteren er niet in de boodschap op zijn spelers over te brengen. Toen hij vorige week woensdag in de wedstrijd op AEK Athene op een bepaald ogenblik overschakelde naar een vijfmansverdediging omdat de ploeg de greep op het middenveld was kwijtgeraakt, keken de verdedigers hulpeloos naar de bank. Ze wisten absoluut niet wat ze moesten doen.

Dat is een ontluisterende vaststelling voor een club als Anderlecht. Het zou te gemakkelijk zijn om daar alleen Vercauteren voor verantwoordelijk te stellen. Veel meer heeft dat ook te maken met foutieve inschattingen die werden gemaakt bij de uitbouw van het elftal. Spelers die op het veld niet bij machte zijn (mee) te denken en alleen kunnen functioneren als ze gestuurd worden, horen niet thuis in een elftal dat zich Europees wil profileren. Juist dan worden de hiaten in de ploeg op een pijnlijke manier zichtbaar. Anderlecht kampt in de achterste lijn met een gebrek aan persoonlijkheid en leiderschap. Het heeft nood aan een rechtsachter en een centrale verdediger met uitstraling. En het mist op het middenveld een schokbreker naast de nu overbelaste Lucas Biglia. De Argentijn kan de ruimtes in zijn eentje onmogelijk belopen. Dat de club aanvankelijk de illusie koesterde dat de bijna 37-jarige Yves Vanderhaeghe nog de dynamiek heeft om dat aan te kunnen, is nog maar eens een verkeerde calculatie.

Anderlecht beschikt op papier over uitstekende spelers. Maar het heeft geen ploeg, geen complementen. De zoektocht welke spelers het best bij mekaar passen, is al maanden aan de gang. Het is vreemd dat dit gebrek aan evenwicht in het Astridpark al jaren een probleem is en blijft. Net zoals de neiging naar individualisme op tijd en stond steeds weer de kop opsteekt. Anderlecht stelde een psycholoog aan die heel dicht bij de groep leeft om de polsslag goed te voelen. In plaats dat dit de ploeg vooruit helpt, blijkt dit hier en daar voor irritatie te zorgen.

Zo leeft de club verder op een vulkaan. Zelfs de anders altijd aimabele Mbark Boussoufa toonde zich zwaar ontgoocheld omdat hij voor de wedstrijd tegen AEK Athene was gepasseerd zonder dat hij daarvoor een reden had gekregen. Los van het gegeven of je als trainer die uitleg moet geven, reageerde Vercauteren daar uiterst vreemd op : hij zei dat hij geen tijd had gevonden om met Boussoufa te praten.

DOOR JACQUES SYS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content