‘Nog meer dan enkele weken geleden is Club Brugge kandidaat-kampioen.’ Gedurfd van Juan Carlos Garrido, die daarmee druk op zichzelf legt. Is dat zo, is Club nu meer kandidaat voor de titel?

Het moet de ambitieuze Bart Verhaeghe als muziek in de oren klinken: voor het eerst sinds hij in dienst is bij Club Brugge neemt Juan Carlos Garrido de woorden ‘kandidaat-kampioen’ in de mond. Dat doet trouwens ook aanvoerder Timmy Simons consequent. In het derde seizoen dat de voorzitter aan de macht is, lijkt de ambitie duidelijk afgelijnd. Overigens was dat ook al de eis die Georges Leekens een jaar geleden in elk gesprek met zijn baas meekreeg, maar dit terzijde.

Dat Garrido dit zegt, is gedurfd en getuigt van veel zelfvertrouwen. Vorig seizoen wilde hij immers nooit verder kijken dan de volgende wedstrijd. Dat Club met de beste resultaten uit play-off 1 kwam (19 punten, Standard haalde er 17, Anderlecht en Zulte Waregem beide 15) gekoppeld aan de vaststelling dat de ploeg het in die nacompetitie moest doen zonder JoBlondel en de helft van de tijd ook zonder Vadis Odjidja, terwijl Thomas Meunier maar half fit was, sterkte hem tijdens de zomer in de gedachte dat de ploeg, met wat gerichte versterking, een stap vooruit kon zetten. En dan doe je mee voor de titel.

In de kleedkamer mocht best wat rust komen. Dat een van je sleutelspelers je luidop een idioot noemt omdat je op training concentratie eist en vervolgens pas na veel smeekbeden amper zijn excuses aanbiedt, dat er eentje een (niet bestaande) politiecontrole uitvindt om zijn laatkomen te rechtvaardigen, dat een ander rusturen aan zijn laars lapt omdat hij zich onaantastbaar waant: het mocht allemaal wat ernstiger in die kleedkamer. En dus werd een voorbeeldprof als Timmy Simons binnengehaald.

De topschutter aan boord houden was onbegonnen werk, in de paar jaren die Carlos Bacca (bijna 27) nog resten, wil die absoluut de eigen toekomst en die van de familie financieel verzekeren. Daar kon geen enkel argument tegenop. Bovendien was Bacca ook niet meer dan een echte rechtsvoetige sluipschutter, aan het spel droeg hij niet bij. Je hebt ze nodig, zulke voetballers, maar iemand als Maxime Lestienne kon die rol overnemen. En met Tom De Sutter, bedacht de technische staf, kon je voetballend beter uit de voeten. Iemand die afwerkt, maar ook iemand die een bal kan bijhouden. Neen, dat zat goed, zijn komst, waarover al begin mei een akkoord was. Nog een ervaren verdediger erbij én een meevoetballende doelman die wat meer zijn strafschopgebied zou domineren en Club was gewapend.

Vernieuwing

Maar toen zo rond 20 juni het hele gezelschap uit Spanje – iets later werd ook een Spaanse keeperstrainer aan het geheel toegevoegd – zich in Brugge meldde, was er al snel een domper. Vadis Odjidja was nog steeds geblesseerd, gestruikeld over een steen godbetert. Meunier: onder het mes. Blondel: nog out. Duarte: overbelasting van de buikspieren en op de sukkel. Larsen: out tot oktober. Simons: met vakantie. De Sutter: nog op Anderlecht. Gudjohnsen: weinig professioneel vakantie gevierd en overgewicht. Toen we Garrido eind juni in Westkapelle kruisten, kon hij amper zijn ongeduld verbergen. Het was wachten tot iedereen binnen druppelde. Hij behielp zich dan maar met het laten doorstromen van de jeugd. Het Club van de eerste week in de voorbereiding was het Club der beloften.

Geen maand later had die moeilijke voorbereiding haar gevolgen: een Europese uitschakeling. De ploeg was niet klaar voor de dubbele Europese confrontatie. In dit Belgisch systeem zijn drie, vier maanden van cruciaal belang: de maanden maart-april, wanneer in play-off 1 op tien matchen tijd de prijzen worden uitgedeeld, en juli-augustus, wanneer het Europese najaar moet worden verzekerd. Opdracht 1 kon Garrido, die begin november kwam, zes maanden voorbereiden, en die lukte. In opdracht 2, met goed vier weken aanloop, faalde hij.

Mag hem dat worden aangewreven? Ja. Is hij de enige schuldige? Neen. De directie had het dossier rond De Sutter, al begin mei op het verlanglijstje, veel sneller moeten afhandelen. En als de analyse na Wroclaw is dat in de verdediging een leider ontbreekt, dan had die conclusie ook al in mei getrokken kunnen zijn.

Een aantal factoren had Garrido Europees in de hand: tactisch meer gegroepeerd spelen, aansluiting naar de op een eiland voetballende De Sutter, en de keuze voor Wang, die met dodelijk balverlies op de eigen helft een kruis maakte over de kwalificatiekansen. Andere factoren dan weer niet: dat Gudjohnsen fysiek niet in staat was om een vooraanstaande rol te vervullen of dat Víctor Vázquez, present op dag één van de voorbereiding, op de sukkel zou raken. Op die manier viel de man die de lijnen moest uitzetten plots weg en zat Club zonder offensieve patron.

Voortbouwen

Een trainer in eerste klasse stelde zich vorige week de vraag waarom Garrido niet verder bouwde op vorig seizoen. Geen onterechte vaststelling op het eerste gezicht. Alleen: met welke pionnen had hij dat dan moeten doen? Kujovic zit op de bank. Duarte, Blondel, Odjidja, Vázquez, Meunier: allemaal in de lappenmand. Almebäck, Hoefkens, Donk, Bacca, Stenman: getransfereerd. Jørgensen volgt. Club anno 2013/14 ziet er helemaal anders uit. Verjongd (Mechele, Engels, Verstraete, Bolingoli, Dierickx) of vernieuwd (Ryan, Simons, De Sutter, Wang). Voortbouwen kon alleen met de backs Høgli en De Bock, die niet met bijster veel zelfvertrouwen uit de vorige campagne kwamen, met Blondel, die onder Garrido vorig seizoen amper speelde, en met het duo Refaelov-Lestienne. De rest is nieuw, of bezig met het eigen lichaam.

Voor een Europees duel was Club niet klaar. Voor een duel tegen het Europees ook gebuisde Zulte Waregem zondag wel, al moest het uiteindelijk genoegen nemen met een gelijkspel. Een Zulte Waregem dat gaandeweg baas werd, maar hoeft dat te verwonderen, als je vergelijkt met vier maanden geleden en constateert dat daar alleen Delaplace is verdwenen en vervangen door Skulason, die er ook vorig seizoen al was? Dáár kunnen ze pas voortbouwen op vorig seizoen.

Uit het gelijkspel concluderen dat Club nu meer titelkandidaat is, is wellicht wishful thinking, dat de ambitieuze bazen graag horen. Maar progressiemarge zit er in elk geval in. Progressie en een toenemende efficiëntie, want de manier waarop de heren De Sutter, Wang, Refaelov of Lestienne zondag met de kansen omsprongen, was allesbehalve efficiënt. Die progressie ziet Garrido, vandaar zijn optimisme. Volgende afspraak: 22 september en de komst van Anderlecht naar Jan Breydel. Zien of dat optimisme gewettigd is.

DOOR PETER T’KINT – BEELDEN: IMAGEGLOBE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content