Liever was hij om zijn daden als voetballer herinnerd, maar ‘de nieuwe Bosman’ is het etiket waarmee hij verder moet. Mohamed Dahmane (ex-Genk, ex-Club Brugge) won zijn jarenlange juridische strijd met RC Genk, zijn carrière verloor hij eraan. ‘Het enige probleem was Hugo Broos.’

Kwajongens vergapen zich op de parking aan zijn Ferrari. Aan zijn pols hangt een buitenmaats horloge van hetzelfde merk. Mohamed Dahmane vangt onze blik en lacht. “Maak je maar niet ongerust, hij is niet defect. Ik heb hem gewoon laten stilzetten op vijf voor elf. De ene wijzer altijd op de vijf, de andere op de elf. Een verwijzing naar de geboortedatum van mijn zoon Lyes: 5 november. Als ik wil weten hoe laat het is, kijk ik op mijn smartphone.”

Dahmane oogt ontspannen. Hij is pas enkele dagen terug uit Algerije, waar het kampioenschap iets langer duurde omdat het een maand stil lag wegens de verkiezingen. Nu maakt het land van zijn roots zich op voor het WK in Brazilië. Zijn eerste tegenstander? België. “Als ik de bookmakers mag geloven, maakt Algerije geen schijn van een kans. Maar vergeet niet: wij voelen geen enkele druk. De kwalificatie was al een overwinning op zich. Bovendien mag ons middenveld gezien worden: net als bij België is dat het sterkste onderdeel van de ploeg. Ik weet wel zeker dat we geen karrenvracht doelpunten zullen slikken.”

Tweeëndertig is hij inmiddels en met zijn carrière is het niet gelopen zoals hij had gedroomd. Een dozijn clubs versleet hij in tien jaar, tot in Turkije (Bucaspor) en Algerije (CS Constantine) toe. Hoe het zo fout is kunnen lopen? Drie sleuteldata leveren het antwoord. Januari 2008: Dahmane verbreekt zijn contract bij RC Genk. Mei 2009: de rechtbank veroordeelt hem tot het betalen van 879.000 euro wegens contractbreuk. Mei 2014: in beroep wordt het te betalen bedrag teruggebracht naar 249.000 euro (volgens de rechter mag er geen onderscheid worden gemaakt tussen een gewone bediende en een beroepsvoetballer). Het vonnis zet de beruchte wet van 78 op de helling. Sommigen vergelijken de impact met die van het arrest-Bosman uit 1995.

Je juridische strijd is gestreden nu en je hebt gewonnen, maar het heeft je wel je carrière gekost. Dat blijft bitter.

Mohamed Dahmane: “Zeker. Vooral omdat de mensen alleen maar foute informatie hebben doorgekregen via de media. Om te beginnen dat ik bij Genk naar de B-kern was teruggezet. Dat klopt niet. Het was wel hun bedoeling, maar beloftetrainer Ronny Van Geneugden had al te veel spelers en wilde mij er niet bij. Op dat moment heeft men beslist om mij te laten meetrainen met jongens van vijftien die nog met hun boekentas de kleedkamer binnenstapten. Ik waande me soms hun vader. Het gebeurde dat hun ouders meekwamen en met mij op de foto wilden. Ik dacht dat ik hallucineerde.”

Aan de basis lag een conflict met Hugo Broos. Hoe kwam dat?

“Ik was als aanvaller aangetrokken, maar Broos zei me onmiddellijk dat hij me op de rechterflank zou uitspelen tot Thomas Chatelle uit blessure terugkeerde. Ik herinnerde hem eraan dat ik een aanvaller was, maar zijn antwoord was dat ik op rechts zou spelen of helemaal niet. Dat was dus al een slecht begin. Zoals verwacht moest ik plaatsmaken toen Chatelle weer fit was. Ik ben dan nog eens ingesprongen op links, maar ook dat kende geen vervolg, ook al speelde ik een prima partij. Bij het begin van de ramadan kwam Broos me opzoeken. Hij zou me een tijdje laten rusten, zei hij. Maar ik was van plan om alleen tijdens de week te vasten, niet in de weekends. Zo zou ik de wedstrijden en de trainingen kunnen combineren. Broos was het daar niet mee eens en van dan af ging het van kwaad naar erger. In dezelfde periode wilde hij ook alle Franstalige spelers aan de kant schuiven. Hij verdacht er ons van hem te boycotten. Ik nam het op voor Gonzague Vandooren en dat heeft hij niet geapprecieerd. Hij gooide mij eruit. Ik kreeg mijn plaats in de groep pas terug als ik hem mijn excuses aanbood, maar daar zag ik geen reden voor. Ik had tenslotte niets verkeerds gedaan. Mijn makelaars Daniel Striani en Nenad Petrovic hebben technisch directeur Willy Reynders dan laten weten dat Bergen geïnteresseerd was in mijn terugkeer. Zonder verdere uitleg was zijn antwoord: ‘Naar om het even waar, maar niet naar Bergen.'”

Schriftelijke garantie

Was je je bewust van de risico’s als je je contract zou verbreken?

“Er was helemaal geen risico. Bergen had me zes maanden eerder verkocht aan Genk voor 750.000 euro en wat bonussen. Het bood 450.000 euro om me definitief terug te nemen. Omdat Genk niet eens wilde luisteren, hebben we ons tot de Belgische bond gericht om mijn sportieve vrijgave te bekomen. Dat is gelukt.”

Hield je er dan geen rekening mee dat Genk je voor de rechtbank zou slepen?

“Natuurlijk, maar zelfs dan was ik er gerust in. Domenico Leone, de voorzitter van Bergen, zei me dat hij een geschreven toezegging had ondertekend met mijn makelaars dat hij alles zou betalen als ik ertoe zou worden veroordeeld om Genk te vergoeden. Hij was er zelf ook gerust in. Ik hoor het hem nog zeggen: ‘Een werknemer verliest nooit van zijn werkgever, maak je maar niet ongerust.’ Zonder die schriftelijke garantie zou ik Genk nooit hebben verlaten. Ik ben niet gek. Zo’n risico zou ik niet nemen, wetende dat ik een contract van vier jaar opgaf dat me aan het eind één miljoen euro netto zou opleveren, plus bonussen en groepsverzekering. Ik kom uit de cité, uit een gezin van negen kinderen, we sliepen met vier in een kamer in een sociale woning. Ik wist goed genoeg wat ik in handen had. Bovendien voelde ik me super goed in Genk. Het enige probleem was Broos. Ik heb hem later nog eens toevallig gekruist, maar ik heb hem niet eens aangekeken. Mensen zoals hij bestaan niet meer voor mij.”

Toen je tekende voor Club Brugge, was je zaak nog steeds niet door de rechtbank behandeld. Hield dat je niet bezig?

“Nogmaals: er was die geschreven toezegging. In het slechtste geval zou justitie me veroordelen tot het betalen van een som aan Genk, maar Leone zou zich dat aantrekken. Eigenlijk wilde ik Bergen niet eens verlaten. Alles liep weer op wieltjes, maar een jaar na mijn terugkeer voelde ik dat ze me liever zagen vertrekken. Leone liet me documenten van Club Brugge zien: een transferbod en een dik contract voor mij. Ik griste de papieren uit zijn handen, bekeek niets eens de cijfers en kieperde alles in de vuilnisbak. Ik vertelde hem dat ik bleef. Hij is me achternagelopen en heeft me op de parking gesmeekt: ‘De zaken gaan moeilijk financieel, ik moet je verkopen.’ Uiteindelijk ben ik toch vertrokken. Bergen kreeg nog 450.000 euro en bonussen voor mij. In mijn eerste periode heb ik de club helpen te promoveren, in mijn tweede periode heb ik hen er mee in gehouden. Niet slecht toch, hein?”

Klussen in het zwart

Hoe reageerde je toen je werd veroordeeld tot het betalen van bijna 900.000 euro aan Genk?

“Zonder zorgen. Mijn makelaars hadden me geregeld herhaald dat er die toezegging was. Dus ik belde Petrovic. Ik zei hem dat het eindelijk tijd was om me dat fameuze document te laten zien. Wat toen volgde, was een ongelooflijke klap: hij gaf toe dat het papier niet bestond. Om kort te gaan: plots moest ik bijna een miljoen euro uit eigen zak ophoesten. In afwachting liet Genk beslag leggen op mijn loon en moest ik het rooien met 1300 euro bruto per maand. Gedurende meer dan een jaar, kan je je dat voorstellen? Wat moest ik doen? Gaan klussen in het zwart? Ik heb lederen jassen verkocht, ik zweer het je. Toch ben ik me voluit blijven geven op het veld, zelfs in Europese wedstrijden, wetende dat ik niets van mijn premies zou overhouden. Op dat moment ook heb ik de grootste mens uit mijn carrière leren kennen: Pol Jonckheere, toen de voorzitter van Club Brugge. Hij vond een akkoord met Genk om de zaak te laten vallen voor 300.000 euro en stelde me voor om dat bedrag uit zijn zak te betalen. Hij zag dat het slecht met me ging en wilde dat ik weer mijn oude zelf werd. Maar ik wilde niet bedelen. Dus vroeg ik hem om het allemaal te laten vallen. Ik moest dit zelf oplossen, ook al was het geen fout van mezelf, maar van anderen. Daarbovenop moest ik ook geld vinden om mijn advocaat te betalen. Ik nam de beste, Luc Misson. Geen enkele voetballer zou hebben volgehouden waar ik anderhalf jaar door ben gemoeten.”

Ben je daarom weggegaan uit België?

“Ik had twee mogelijkheden: verder doen bij Brugge voor 1300 euro per maand, of vertrekken naar een land waar ze mijn loon niet konden komen opeisen. Toen ben ik beginnen rondzwerven. Van de ene dag op de andere heb ik mijn carrière naar de knoppen geholpen. Noodgedwongen, ik had geen andere keus. Iedereen, of toch bijna, had me de rug toegekeerd: de mensen van Bergen, mijn makelaars… De enige die me heeft gesteund, was Eric Depireux. En Pol Jonckheere en Luc Devroe. Zij stelden me voor om bij te tekenen bij Club, maar ik vroeg hen maar om één gunst: me gratis laten gaan. Daar stemden ze mee in.”

Je mag je rechtszaak dan wel hebben gewonnen, je bent Genk toch nog altijd 250.000 euro verschuldigd. Dat is niet niks.

“Het is Genk dat míj nu geld moet. Ze hebben al die jaren beslag gelegd op een som hoger dan wat ik hen nu moet. Aan hen dus om terug te betalen. Aan het eind van de rit zal deze zaak me geen cent hebben gekost.”

Ah?

“Nenad Petrovic heeft zich zeer onlangs opnieuw gemeld. Hij gaf toe een fout te hebben begaan door me te laten geloven dat er een geschreven toezegging was die uiteindelijk nooit heeft bestaan. Hij zal het goedmaken en betalen. Hij heeft zich daar schriftelijk toe verbonden, samen met Daniel Striani.”

Vakantie in de zon

Heb je het ook bijgelegd met Leone?

“Het is dankzij hem en zijn club dat ik me als voetballer heb kunnen ontwikkelen. Anderzijds, ik kan niet alles zomaar vergeten. Hij heeft me twee keer verkocht, voor in totaal meer dan 1,2 miljoen euro. Daar heb ik niet één cent van getoucheerd, ook al is het gebruikelijk dat ongeveer tien procent van de transfersom naar de speler gaat. Toen ik na Genk naar Bergen terugkeerde, vertelde Leone me dat de dag dat hij me opnieuw zou verkopen, we het bedrag in twee zouden delen. Hij wilde dat zelfs in mijn contract laten opnemen. Ik antwoordde hem dat we er later wel op zouden terugkomen, want dat mijn enige gedachte op dat moment was me opnieuw voetballer te voelen en Bergen voor degradatie te behoeden. Ik ben naar Brugge vertrokken in januari 2009, vandaag zijn we juni 2014: ik heb nog steeds geen cent van die transfer gezien. Jammer, maar ik heb me ook zonder dat geld goed uit de slag getrokken en mijn hoofd is helder. En dat, ik herhaal het, ondanks het feit dat ik zaken heb meegemaakt die geen enkele andere voetballer zou hebben overwonnen. In Turkije zat ik plots in het donker omdat de club naliet de elektriciteit te betalen. Naar mijn loon mocht ik ook fluiten. Daar zat ik dan, alleen, want mijn familie was in België achtergebleven.”

Turkse clubs hebben een reputatie op dat vlak.

“Dat wist ik, natuurlijk. Ik ben alleen maar naar ginder gegaan voor het geld. De zon scheen, ik zag het als vakantie. Het voetbal interesseerde me even niet meer. Ik was zeker dat ik mijn gelijk zou halen bij de FIFA mochten ze me niet betalen. De eerste keer is dat ook gebeurd. En van de tweede keer dat ik bij Bucaspor terechtkwam, loopt de procedure nog. Dat komt wel in orde. Misschien is dat nog wel het droevigste: dat ik op den duur alleen nog maar aan geld dacht.”

Hoe komt het dat je in 2010 toch even in België, voor Eupen, hebt gevoetbald? Je wist dat je loon daar in beslag zou worden genomen.

“Ach, die sukkels van Eupen… De clubmanager, Manfred Theissen, vertelde me dat zijn Italiaanse voorzitter, een man die zich Al Pacino waande, geen zin had in grote kosten. Om te vermijden dat mijn inkomsten zouden worden aangeslagen, stelde hij me een maandloon van 1500 euro voor en de rest in het zwart. Net als de trainer, Albert Cartier, zou ik ook recht hebben op een behoudspremie. Om die niet te moeten betalen, hebben ze ons voor het einde van het kampioenschap ontslagen. De officiële uitleg was dat ik weg moest vanwege een tackle op Kevin Vandenbergh op training. Uiteindelijk heb ik niets gekregen van Eupen: niet mijn loon van 1500 euro, noch mijn zwart geld. Waarom zou ik dit verzwijgen? Ik ben niet bang, ik zeg gewoon de waarheid over wie er allemaal in het voetbal rondlopen. De hoeren, de gatlikkers, de makelaars, de spelers die voor grote lichten worden versleten omdat ze het goed kunnen uitleggen, de gasten met een armband die worden verondersteld het voor hun ploegmaats op te nemen, maar hun mond houden van zodra er een probleem is…”

Stinken naar alcohol

Je naam dreigt een even berucht label te worden als die van Jean-Marc Bosman. Had je dat niet liever vermeden?

“Maar natuurlijk. Liefst van al had ik een spoor nagelaten als voetballer, niet als iemand die een proces heeft gewonnen. Ik las zelfs dat de beslissing van de beroepsrechter spelers ertoe zou kunnen aanzetten hun contract te verbreken, maar dat is niet wat ik beoog. Ik kom uit de cité en ben een kind van een arbeidersgezin, maar ik ben geen gespuis. Ik heb geen gerechtelijk verleden, heb nooit in de gevangenis gezeten. Ik heb wel gestudeerd. Men heeft mij een etiket opgekleefd om de simpele reden dat ik de dingen zeg zoals ze zijn. Men heeft geprobeerd mij te verslijten voor de onruststoker in de kleedkamer van Bergen, terwijl ik het echt niet was die om negen uur ’s ochtends al naar de alcohol stonk. Leone zei me bij mijn terugkeer: ‘Geef die mierenhoop maar eens een ferme schop!’ Ik antwoordde: ‘Maak je nu een grapje? Het is niet aan mij om dat te doen.'”

Het voorbije halfjaar speelde je in Algiers. Blijf je?

“Dat weet ik niet. Ik heb nog een contract, maar met een clausule als ik naar een club in Europa kan. Ik wil graag weer dichter bij mijn zoon zijn. Het geld kan me niet meer schelen, ik heb er genoeg. Mocht ik nu voor een bescheiden salaris moeten spelen, ik zou mijn plan wel trekken. Ik heb al auto’s verkocht, zelfs een bus. In Maubeuge, mijn geboortestad, wilden ze me een vast maandloon van 450 euro geven. Oké, heb ik gezegd, maar dan wil ik die oude bus daar op de parking. Ik heb hem opgeknapt en daarna verkocht.”

Tijdens elke transferperiode word je naam weer in verband gebracht met Bergen.

“Iedereen weet wat ik voor die club heb betekend. Ik ben er een jaar geleden nog geweest om Leone te spreken. Toen Alain Lommers, de directeur, me zag, zei hij: ‘Geen Arabieren meer in Bergen!’ Hij is er niet meer, dus wie weet?”

DOOR PIERRE DANVOYE – BEELDEN BELGAIMAGE

“Genk liet beslag leggen op mijn loon. Daardoor moest ik het bij Club rooien met 1300 euro bruto per maand.”

“Bij Eupen stelden ze mij een maandloon van 1500 euro voor en de rest in het zwart.”

“Mocht ik nu voor een bescheiden salaris moeten spelen, ik zou mijn plan wel trekken. Ik heb al auto’s verkocht, zelfs een bus.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content