Sebastian Vettel bewees in Melbourne meer dan in heel 2011.
De eerste grand prix van het seizoen lichtte al een tip van de sluier: niet langer Red Bull, maar McLaren heeft nu de beste auto. Eigenlijk was in de eerste vrije trainingen al duidelijk dat de RB8 niet voor de concurrentie uit zou gaan rijden zoals de RB7 en RB6 dat de voorbije twee seizoenen deden. Dat Sebastian Vettel en Mark Webber geen enkele keer de snelste trainingstijd lieten optekenen was al een eerste aanwijzing.
Maar er was vooral de manier waarop Vettel met zijn auto omging. De boordcamera was onverbiddelijk: niet langer die vloeiende en serene stuurbewegingen van een auto die als op rails rijdt, maar een coureur die zat te werken. Voortdurend corrigerend om het ding op het asfalt te houden. Twee keer slaagde Vettel daar zelfs niet in, zoals toen hij in de laatste vrije training vastraakte in de keienbak. Het zou allemaal bevestigd worden in de kwalificaties: Webber klokte af als vijfde en Vettel liet pas de zesde tijd optekenen. De Red Bull is niet langer die onoverwinnelijke machine van de voorbije twee jaar. McLaren is nu de snelste, er zal blijkbaar ook rekening moeten worden gehouden met Lotus-Renault en, in mindere mate, Mercedes. Die laatste twee teams waren niet alleen sneller dan Vettel in de kwalificaties, maar kwamen diens teamgenoot Webber ook goed plagen in de race.
Goed zo, dachten we toen we zaterdagnamiddag de startgrid te zien kregen. Neen, niet omdat we Vettel geen succes gunnen, wel omdat we wisten: nu zullen we eens zien hoe goed hij echt is. Met de beste auto op de pole vertrekken en absolute prioriteit in eigen team krijgen, zoals Vettel de voorbije jaren, effent de weg naar winst al voor de helft. Kunnen jochies ook. Vanop de zesde stek vertrekken met een iets mindere auto is andere koek. Moet je kerel voor zijn. Maar hij ontgoochelde niet, de wereldkampioen. Een vlekkeloze start werd al snel gevolgd door een verbluffend inhaalmanoeuvre, toen hij Rosberg te grazen nam. In zijn jacht op Michael Schumacher maakte Vettel een foutje dat aangaf hoezeer hij ieder rondje op de uiterste limiet trok, maar het sloeg hem niet uit zijn lood. En toen hij zich opmaakte om Hamilton te belagen, kreeg hij steun van de safetycar: Vettel kon zijn pitstop maken zonder tijdverlies en raakte zo voorbij de Brit.
“Geen paniek”, zei Vettel zaterdag. “Het is niet omdat ik pas de zesde tijd heb dat ik in de race niet kan meespelen.” Het zijn dat gedrag en dat discours die rust brengen in een team. Die rust heeft Red Bull nu nodig om zich te vinden in de nieuwe rol van achtervolger. Of hoe Vettel het team blijft dragen zoals alleen de grootste namen dat hem ooit voordeden. Hij is inderdaad echt goed, die jongen. En Vettel bewees in dat ene moeilijke weekend in Melbourne misschien meer dan in al die oppermachtige momenten van 2011 samen.
DOOR JO BOSSUYT
