Bij Cercle Brugge woedt quasi nooit een storm en galmt er zelden ongenoegen door de gangen. De ploeg sloop ondertussen op kousenvoeten naar de elfde trede van het klassement.
Enkel van ex-leerlingen die extreem goed of slecht presteerden en van de luidruchtigste figuren in de klas, kennen leerkrachten jaren later de namen nog. Stille jongeren die noch uitblonken noch problemen kenden, glippen door de mazen van hun geheugen. In de hoogste voetbalklas is Cercle Brugge een modale leerling die excelleert in onopvallendheid. “Wat wij doen, is voor iedereen zichtbaar”, zegt voorzitter Frans Schotte. “Wie dat voldoende belangrijk vindt, kan daar aandacht aan schenken. Blijkbaar valt het Brussel en de media niet op dat 9 van onze 21 spelers eigen jeugdproducten zijn en dat we er in alle stilte in slaagden negen jongens in de nationale selecties van hun jeugdcategorie te loodsen. Laat de profliga, de voetbalbond en de nationale trainers maar zeuren dat de problemen bij de jeugdwerking liggen. Ze zouden er beter iets aan doen. Wij hebben een schitterende jeugdwerking, mét doorstroming. Soms vinden wij het jammer dat daar weinig over gesproken en geschreven wordt.
“Wij vallen doorgaans niet op omdat wij niet beogen publiciteit te halen waar we het niet verdienen. Je moet van ons heel weinig extreme uitspraken of sensatie verwachten.” Buitenstaanders slingeren Cercle omwille van die discrete houding soms naar het hoofd dat het een club met een grijs imago is. “Mensen die dat zeggen, zijn kleurenblind”, reageert Schotte. “Wat we doen, trachten we goed te doen. We schreeuwen het niet van de daken. Het is niet met lawaai te maken dat je verdienstelijk wordt.”
Vuile was
Maar zelfs in de beste huishoudens is er wel eens ruzie ? “Bij Cercle is dat niet anders”, vertelt de voorzitter. “Wij verschillen zelfs aardig wat van mening. Het voordeel in een goed huishouden is dat het meestal mogelijk is dingen bespreekbaar te maken en dat je tot een oplossing in het belang van de vereniging kan komen. Overal moet wel eens een brandje geblust worden, maar ik ben nog altijd geen brandweerman.
“Als er op tafel wordt geklopt, maken wij nooit de afspraak om tegenover de buitenwereld te laten uitschijnen dat alles koek en ei is. Als je daar regels over moet maken, zit er iets fout.
“Maar het valt mij op dat bij Cercle een sfeer heerst waarin mensen respect hebben voor elkaar. In een dergelijke omgeving hang je geen vuile was buiten. Zo is het hier altijd geweest. Je moet geen problemen maken, je moet ze oplossen. De vorige voorzitter stampte die attitude er heel hard in, met bijzonder veel succes.”
Volgens Harold Meyssen is de rust ook voor een groot stuk te danken aan de ambities die de club koestert. “Toen ik bij Standard voetbalde,” vertelt de middenvelder, “wilden we er Europees voetbal halen en misschien nog voor de titel gaan. Dan groeit de druk na een aantal verlieswedstrijden enorm en wordt de grote klok snel geluid. Cercle wil telkens in de eerste plaats degradatie vermijden. Als het daarin slaagt, is de linkerkolom een tweede doel. Lukt dat laatste niet, dan is er geen man overboord en ontstaat er geen paniek.
“Hier lopen ook geen vedettes”, gaat Meyssen door. “Iedereen tracht zijn best te doen en iemand die op de bank moet zitten, maakt daar doorgaans geen problemen rond. Ook ik niet. Het is natuurlijk niet fijn als ze je aan de kant schuiven. Maar je moet dat als speler altijd voor jezelf trachten op te lossen.”
(On)rust
Dat kalmte overheerst op een moment dat groen-zwart op de elfde stek kampeert met 21 punten op zak, hoeft geen verbazing te wekken. Maar zelfs toen Cercle na zes wedstrijden amper één punt had gesprokkeld, greep niemand naar de alarmbel. “Bij veel ploegen staat de trainer in een dergelijke situatie al lang op straat en zijn ze bezig de tweede buiten te kuisen. Wij bewaarden de rust.” Het is een les die Schotte, gedelegeerd bestuurder bij Standaard Boekhandel, uit zijn beroepsleven meedraagt. “Hoe moeilijker het wordt, hoe rustiger je moet blijven. Het is pas dan dat je tot goede conclusies en beslissingen komt. Als voorzitter moet je de laatste zijn die zenuwachtig wordt.”
Op vraag van Harm van Veldhoven sprak Schotte na de nederlaag tegen Standard de spelersgroep toe. “Er zijn mensen die op het ogenblik dat het niet goed gaat, menen dat ze zichzelf moeten manifesteren. Het risico bestond dat zoiets bij ons ook zou gebeuren. Enkelen waren te veel met zichzelf bezig, anderen twijfelden aan zichzelf. We maakten toen duidelijk dat we vierkant achter Van Veldhoven stonden omdat het een goede trainer is. We wezen er hen op dat we samen uit het dal moesten kruipen. Spelers die dachten dat ze een andere lijn moesten volgen, vroegen we om op te stappen en golf of tennis te gaan spelen. In een team horen ze niet thuis. Door onze serene reactie toen staan we nu weer op de plaats waar we thuishoren.
“Ongeveer een jaar geleden overleed de vriendin van Denis Viane. De hele ploeg zag af, want het zijn allemaal vrienden onder elkaar. We kregen de ene nederlaag na de andere aangesmeerd, en niet met kleine cijfers. We bewaarden alweer de kalmte. Iedereen bleef iedereen steunen. Ook toen klauterden we uit het dal.”
Rust is dus het sleutelwoord ? “De sleutel is voornamelijk onrust om elk jaar beter te doen, dat niemand op zijn lauweren rust. We willen op alle vlakken jaarlijks 10 procent verbeteren, zowel commercieel, financieel, qua jeugdwerking als qua supportersaantallen. Ik denk dat het voornamelijk die wil om te groeien is die rust brengt. Ook al bereik je het doel niet onmiddellijk, er is iets waar je naartoe werkt. Ondertussen breng je correcties aan. Dat is in de zakenwereld niet anders. In een bedrijf waar het onduidelijk is naar waar koers wordt gezet, gaat het niet goed.”
Geen zottigheden
Een bedrijf beheren en aan het hoofd staan van een voetbalclub, Schotte ziet vette parallellen tussen beide. “Maar in de voetbalwereld zijn er enkele factoren die je niet onder controle hebt, zoals emotie, scheidsrechters en blessures. Dat maakt het een stuk moeilijker. Toch gelden dezelfde basisregels. Als je zottigheden doet in een bedrijf, gaat het fout. Idem dito bij een club.
“De grootste fout die ploegen van ons formaat kunnen maken, is : naast hun schoenen gaan lopen. Er zijn daarvoor twee valkuilen : emotie en individualisten. Tijdens dat anderhalf uur wedstrijd ben ik een van de meest emotionele mensen. Maar aan de onderhandelingstafel hoort dat sentiment niet thuis, je lost er niks mee op. Ook mensen die het voor zichzelf doen, en niet meer voor de vereniging, laten clubs ontsporen. Vergelijk het met personen die hun eigen standbeeld creëren. Eer het er staat, zijn ze de dood nabij.”
Financiën
Naast de sfeer van respect en het nuchtere, rustige beleid, draagt volgens Schotte ook de financiële gezondheid van de club bij tot de sereniteit in Cercle Brugge. “Hoe wil je dat het sportief goed gaat als spelers niet betaald worden ? Dat móét verkeerd aflopen. Als het trouwens op sportief vlak hapert, kan die financiële zekerheid een geruststelling betekenen. Anderzijds ben je uiteraard niets met een financieel gezonde ploeg die sportief mislukt.”
Cercle heeft geen eigen stadion. Scheelt dat geen slok op een borrel in de portemonnee ? “De huur die wij neertellen is het viervoudige van wat SV Roeslare aan de stad Roeselare betaalt. Daar danken we dus niet onze financiële gezondheid aan. Ik vind een eigen stadion misplaatste emotie. Natuurlijk zou ik er graag één hebben. Ik zou het alleen niet graag betalen. Het stadion is een middel, ondergeschikt aan andere doelstellingen.
“Het heeft geen zin dat Brugge een stadion bouwt met 40.000 plaatsen. Evenmin moet er voor ons één komen met 10.000 plaatsen. Voor de ene ploeg zou dit stadion wat groter mogen zijn bij één of twee wedstrijden per jaar. Voor ons zou het meestal wat kleiner mogen zijn. Maar laat ons doorgaan met wat we nu hebben, want het is volstrekt onbelangrijk in het totaal van het gebeuren.”
Spelerslonen vormen ook altijd een belangrijke post in de boekhouding. “Als we voetballers naar Cercle halen, letten we uiteraard op hun financiële eisen. Jongens met exuberante verdiensten zijn stoorzenders, omdat ze meestal een prestatie leveren die beneden datgene is wat je van hun loon kan verwachten. Maar een overbetaalde speler is niet erger dan een speler die de cultuur van onze club niet begrijpt.”
Smetten
Schotte’s hele uitleg klinkt als muziek in de oren. Toch zijn er een paar smetten op het blinkende, groen-zwarte blazoen. Zo spande ex-trainer Dennis van Wijk een rechtszaak aan tegen Cercle. “Er was discussie over de opzegvergoeding”, legt Schotte uit. “In de overeenkomst stond dat wij een bepaald bedrag moesten betalen als we afscheid namen van Van Wijk. Dat deden wij, zonder enige discussie. Op basis van juridische spitsvondigheden vroeg hij meer. Dat was niet de afspraak, en dus moet hij dat via een juridische weg trachten te bekomen.” Toen Roeselare in de heenronde tegen Cercle speelde, weigerde Van Wijk Schotte een hand te geven. “Ik vond dat spijtig, maar het is hem al lang vergeven”, zalft de preses. “Nog altijd heb ik waardering voor wat Van Wijk bij ons deed.” De trainer van Roeselare blijkt niet bereid zijn versie van de feiten te geven. “Ik wil daar eigenlijk liever niets over zeggen”, aldus Van Wijk.
Ook ex-sportief manager Lieven Verschuere hult zich in stilzwijgen. Hij werd haast geruisloos vervangen door Yvan Vandamme. “Verschuere had het bijzonder druk met zijn andere professionele bezigheden”, klinkt het bij Schotte. “Daarnaast had hij een aantal ideeën die enigszins afweken van de visies van anderen. Samen namen we het besluit dat hij om die twee redenen een stap terug zou zetten. Dat gebeurde met volle waardering voor hem. Hij was zeer verdienstelijk voor Cercle en niemand zal durven beweren dat hij zich niet inzette of verkeerde zaken deed.” Verschuere komt liever niet op zijn vertrek terug : “Ik wil daar geen woorden aan vuilmaken.” Bent u daar boos over ? “Allerlei dingen.” Volgt u de club nog ? “Nee.” Interesseert het u nog ? “Nee.”
Vette jaren
Maar als het op dergelijke momenten even wringt, slaagt Cercle er steevast in behendig tussen de lichten van de schijnwerpers te slalommen. De perikelen met Van Wijk en Verschuere blijven trouwens uitzonderingen op de regel. Doorgaans is het de rust die regeert bij Cercle.
“In de competitie willen we dit jaar minstens evenveel punten halen als vorig jaar, 41”, zegt de voorzitter. “We zitten op schema.” Toch hoor je hem niet zeggen dat Cercle een hoogconjunctuur beleeft. “Ik hoop dat onze zeven vette jaren stilaan aanbreken. Met deze spelers kunnen we nog een eind vooruit. We kijken ook al naar volgend jaar. Er zijn nu weer twee jeugdspelers toegevoegd aan de A-kern. Dat is pas vooruitgang. En er blijft nog veel dat we kunnen verbeteren. We zullen dat allemaal doen. Maar, typisch voor Cercle, we pakken dat op een rustige manier aan. In het Frans bestaat een mooie uitdrukking voor die mentaliteit : vivant caché, vivant heureux.”
KRISTOF DE RYCK