Ei zo na speelde Bart Buysse bij AA Gent, de club van zijn ex-trainer Francky Dury. Maar het werd vier jaar FC Twente. ‘Eigenlijk was dat geen keuze. Doe je het niet, dan ben je een dommerik.’

Een van de drie beste linksbacks in België”, zo vertelde Francky Dury – nochtans geen man van veel complimenten – al tijdens het seizoen 2007-2008. Hij had het over Bart Buysse, die toen als 21-jarige linksachter van SV Zulte Waregem na een lange revalidatie (gescheurde kruisbanden) net zijn debuut had gemaakt tegen… AA Gent.

“Ik herinner mij die uitspraak”, grijnst de kersverse aanwinst van de Nederlandse kampioen FC Twente nu, twee jaar later. “Aanvallend sta ik sterk in mijn schoenen, ik voetbal makkelijk uit. Als ik ook nog goed leer verdedigen, kan ik ver geraken. Niet veel backs in België hebben dat. En dat wist Dury.”

Gesprek met Bart Buysse (23), een complexloze jongeman met het hart op de tong. Vanuit de jeugd van Club Brugge, langs de poorten van het Regenboogstadion in Waregem naar de Champions Leagueschijnwerpers in Enschede.

A propos, lazen wij in mei niet dat jij zou bijtekenen in Waregem?

Bart Buysse: “Goh, dat is een complex verhaal. Dat gerucht werd naar buiten gebracht door de club, waarschijnlijk om iets duidelijk te maken aan geïnteresseerde clubs. Volgens mij heeft Waregem de fout gemaakt mijn contract niet eerder, tijdens de winterstop, te verlengen. Je moet weten, ik voetbalde bij Zulte Waregem aan een contract dat ik drie jaar geleden afsloot, toen ik nog revalideerde. Veel stelde dat niet voor. Omdat ik afgelopen seizoen zo regelmatig presteerde, kwam er in het tussenseizoen interesse van verscheidene clubs en veranderde mijn situatie. Ineens moest het allemaal snel gaan voor Waregem, binnen de week verwachtten ze een antwoord. De situatie sleepte aan, tot Twente een officieel bod deed. Waregem bood me daarop een nieuw contractvoorstel, het hoogst haalbare. Maar na een positief gesprek met Michel Preud’homme was ik overtuigd: ik wilde naar Twente. Bleek echter dat zij een veel te laag bod hadden uitgebracht, rond de 350.000 euro, denk ik. Voor een club als Twente is dat peanuts. Dagen en weken passeerden, terwijl ik ondertussen de voorbereiding was gestart bij Zulte Waregem, met een nieuwe trainer bovendien, zonder dat ik wist waar mijn toekomst lag. Zeer vervelend. Ook de relatie tussen mijn manager ( Patrick Vervoort,nvdr) en het Waregemse bestuur was verzuurd. Tot mijn vader, zelf een bedrijfsleider, het welletjes vond. Met al dat gemail en gefax, dat was echt geen doen. Hij bracht de betrokken partijen samen aan tafel in een hotel in Eindhoven en op een uurtje waren ze eruit. Dat was de dag voor de competitieopener tegen Standard.”

Het was de eerste keer dat je met de harde zakenkant van de voetballerij in aanraking kwam. Veel geleerd?

“Uiteindelijk draait het allemaal om geld, hè. Maar ik zat in een sterke positie, ik had nog een jaar contract, dus ik kon dat gewoon uitdoen en dan gratis weg. Ofwel moest de club me nu laten gaan.”

Of ze konden je op de bank houden, zoals Anderlecht met Jan Polák deed.

“Daar had ik niet echt schrik voor, ze konden me niet op de bank zetten, er waren geen alternatieven op de linksback. De donderdagnamiddag voor de match op Standard was er een mondeling akkoord met Twente. Dat ik vrijdagavond toch speelde op Sclessin, was dus eigenlijk een risico dat weinig andere voetballers zouden nemen.”

Welke rol speelde AA Gent in dit hele verhaal? Zij waren toch ook concreet?

“Klopt. Het was Twente of Gent. Ik heb Dury aan de lijn gehad, maar ze waren net te laat. Een uurtje na mijn mondeling akkoord met Twente, belde Michel Louwagie, Gent wilde nog alles uit de kast halen. Maar voor mij is een gegeven woord heilig. Bovendien als je naar Twente kan… dat is eigenlijk geen keuze. Als je het niet doet, ben je een dommerik.”

Voetbal: een manier om het huis uit te zijn

Welke afspraken zijn er gemaakt met Michel Preud’homme?

“Geen. Twente is een topploeg, daar lopen al twee linksachters, maar de beste speelt. Ik hoop enkel dat ik me er verder kan ontwikkelen, zodat ik op termijn doorbreek. De omkadering is in ieder geval van zulke hoge kwaliteit dat ik alleen maar beter kan worden.”

Had je dit ooit gedacht toen je nog bij de beloften van Club Brugge speelde?

“Ik had wel een los plan in mijn hoofd: bij Waregem vaste waarde worden en dan naar een topclub in België. Gent, Anderlecht of terug naar Club misschien.”

Bij Zulte Waregem trok men nochtans de neus op toen je daar arriveerde. Je maakte niet echt indruk, om het zacht uit te drukken. Het leek alsof voetbal je amper interesseerde.

“Dat besef ik. Eigenlijk had ik nooit de ambitie om profvoetballer te worden.”

Vreemd, want je was toch jeugdinternational, dan weet je dat het profbestaan een optie is?

“Op mijn tiende ben ik van Beernem naar Club Brugge overgestapt, maar bij Club heb ik tot mijn zestiende constant op de bank gezeten. Ik zat altijd in de B-selectie. Voetbal was voor mij amusement en voor mijn ouders een manier om mij het huis uit te krijgen.”

Je had talent, anders komt Club je niet halen bij Beernem, toch?

“Ik had een linkse voet, dat was het. Bij Beernem stak ik er bovenuit, maar bij Club was ik een van de velen. Op mijn zestiende was er plots een trainer – Geert Cool – die in mij geloofde, hij zette me linksachter. Het jaar nadien werd ik als centrale verdediger uitgespeeld, aan de zijde van Jason Vandelannoite. Het is in die periode dat ik jeugdinternational werd. Ik herinner me nog goed dat mijn toenmalige trainer, Chris Coppin, mij bij mijn eerste nationale selectie vroeg wat mijn ambitie was. ‘Bij mijn broer in de eerste ploeg van Oostkamp spelen, in eerste provinciale’, antwoordde ik. En ik meende dat, hè. Zijn broek zakte af: ‘Zeg zoiets nooit aan iemand anders, alstublieft!’ Vorige week kreeg ik een sms van Chris Coppin: ‘Ik dacht dat je enkel bij Oostkamp wilde spelen?'” ( lacht)

Bij Club geraakte je nooit tot in de eerste ploeg. Wringt dat?

“We hadden bij de beloften een heel talentvolle ploeg, met Tom De Sutter, JeanvionYulu Matondo, Bart Six, Thomas Matton,… een toffe bende. Maar wij moesten altijd wijken voor de mannen die van de eerste ploeg kwamen. Ik moest vaak mijn plaats laten aan Ivan Gvozdenovic. Later kreeg ik dan een telefoon van Francky Dury die me bij Zulte Waregem wilde.”

Het favoriete slachtoffer van Dury

Met Dury was het nochtans ook niet meteen koek en ei bij Zulte Waregem?

“Dury was toen nog niet de trainer die hij nu is. Ik heb hem door de jaren zien evolueren. Hij was al een goede trainer, nu is hij een topper. In het begin liep hij nogal nerveus rond, hij riep heel veel. Omdat hij zó gemotiveerd was om het te maken, misschien té. Hij wilde ook alles zelf doen, overal de controle over hebben. Je merkt dat hij zich nu veel minder opjaagt in de spelers. Vroeger schreeuwde hij bij elke slechte pass.”

Jij was een van zijn favoriete slachtoffers.

“Hij heeft zich kapot geroepen op mij. Twee jaar lang. In het derde jaar kwam er dan ineens een déclic bij mij. Het voorbije jaar hebben we elkaar amper moeten spreken, omdat er gewoon niets te melden viel, alles liep zoals het moest.”

Ook je ploegmaats, Karel D’Haene op kop, schreeuwden zich suf tegen jou. Altijd weer was je weg, naar voren.

( lacht) “Mijn jeugdtrainers kregen daar ook grijze haren van. Mijn aanvalsdrift werd bij de jeugd alles behalve gestimuleerd. Maar ik luisterde naar mijn vader, die me pushte om offensief te spelen. Met mijn snelheid zou het zonde zijn om alleen maar achter mijn mannetje aan te lopen. Hij was zelf geen voetballer, mijn vader, maar hij kreeg toch gelijk. In het hedendaagse voetbal is een oprukkende back een geweldige troef. Vroeger zette je de minste voetballer van de groep op de back. Nu heb je ze nodig om uit te voetballen. Onderzoek wees uit dat je via de backs makkelijker het spel kan opbouwen en combinaties kan uitwerken.”

Aan je verdedigend werk moet wel nog geschaafd worden. Vooral je positiespel en de een-tegen-eensituaties. Hoe train je daarop?

“Dat komt met ervaring. En misschien moet ik wat harder worden op het veld. Ook daarom is het niet slecht dat ik naar Nederland ga, waar je toch meteen op je plaats gezet wordt als je iets verkeerd doet. Ik moet ook nog beter leren de voorzet eruit te halen en mijn zone afdekken bij voorzetten vanop de rechterkant. Dat komt wel.”

De schoenen van Geert De Vlieger

Hoe komt het dat je zo’n moeilijke start kende bij Zulte Waregem?

“Ik kon het niveau niet aan. Ik ben altijd een laatbloeier geweest.”

Heeft dat met gemakzucht te maken?

“Misschien wel. Zoals gezegd koesterde ik vroeger die ambitie niet om profvoetballer te worden. En we zaten er op dat moment natuurlijk met een sterke groep, vol anciens. Mijn concurrent op de linksachter was Loris Reina; of je nu goed trainde of niet, je wist dat hij in het weekend zou starten. Dat is redelijk demotiverend voor een jonge gast.”

Leefde je in die beginperiode genoeg voor het voetbal?

“Toch wel. Eten deden we op de club, daar kon je dus weinig fout mee doen. Ook daarbuiten deed ik weinig buitensporigs. Ik ging zelden op café, mijn maten werkten allemaal. Daar ligt het dus zeker niet aan. Ik kwam gewoon kwalitatief te kort. Er zat wel voetbal in, maar te weinig pit.”

Nochtans werd er bij Zulte Waregem een sport van gemaakt om jou op je paard te krijgen. Je was soms nogal licht ontvlambaar op training.

“Ik herinner me een voorval met Geert De Vlieger, waarbij ik hem toeriep dat hij zijn mond moest houden. Ik, negentienjarig broekventje, tegen een international ( grijnst). Pas op, ik kan wel wat verdragen, want ik krijg al heel mijn leven onder mijn doos, maar toen werd het even te veel. De rest van het jaar heb ik nog De Vlieger zijn voetbalschoenen gekuist.”

Een sanctie?

“Neeneen, uit mijzelf! Ik deed dat al van voor die ruzie. De Vlieger was toch een monument en ik had dat bij het begin van het seizoen zelf voorgesteld. Echt waar. Na de training zette hij altijd zijn schoenen aan mijn kastje.”

Je bent een ontspannen kerel die bovendien goed in de groep ligt, maar eens op het veld een kort lontje. Wat kan jou nog zoal irriteren?

“Als het niet loopt en ik mij machteloos voel. Bij Waregem werd er vorig seizoen eigenlijk slecht getraind: jongens die amper liepen tijdens oefenpartijtjes. Daar werd ik zot van! Ik ga me dan ook niet excuseren achteraf, zulke tirades horen erbij. Maar vroeger… ja, toen kon je me snel kwaad krijgen. Daar werd dan mee gelachen en dan werd ik nog viezer natuurlijk. Stijn Meert en Karel D’Haene waren daar sterk in. Maar het moment dat ik van het veld stapte, was dat over.”

Je haalde een eerste maal het nieuws in mei 2009, toen Zulte Waregem Standard ontving. Milan Jovanovic beet tijdens een robbertje bijna je oor af. Wat was daar gebeurd?

( haalt schouders op) “Ik pakte zijn bal af. Hij kon dat niet verkroppen en bij een duel wat later ging hij over de rooie. Ik ben zeker geen vuile speler: verbaal uitdagen of tackelen met de twee voeten vooruit zal je mij nooit zien doen. Ik snap zelfs niet hoe iemand het in zijn hoofd krijgt om zo te spelen. Mij ga je niet wijsmaken dat zulke drieste tackles niet met kwaad opzet gebeuren.”

Tot slot nog een vraagje over je ondertussen ex-werkgever. Je hebt nog de voorbereiding meegemaakt bij Zulte Waregem, was de schok daar niet te groot na het verdwijnen van Dury?

“Het was voor Dury een goed moment om te vertrekken, Zulte Waregem gaat een moeilijk seizoen tegemoet. Een nieuwe trainer, eentje van tweede klasse, zonder ervaring in eerste klasse. Ik beweer niet dat Bart De Roover een slechte trainer is, maar ik vind dat hij nog te veel vanuit tweedeklassevoetbal redeneert: duels en kracht. Terwijl Dury ons net al die jaren leerde om ‘uit het duel’ te voetballen. Hier in België fluiten de scheidsrechters toch alles. Dan krijg je dus veldslagen en een overlast aan kaarten. Daarom denk ik dat het ook voor mij een goed moment was om te vertrekken.”

door matthias stockmans

Ik heb een heel seizoen de schoenen van Geert De Vlieger gekuist.

Dat ik moeilijk bij Zulte Waregem doorbrak, had met een gebrek aan kwaliteit te maken.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content