‘Ik ben nog niet verzadigd’

Door met 0-2 te winnen op Germinal Beerschot hees Sporting Lokeren zich in de betere middenmoot. Volgend weekend trekt Georges Leekens naar Moeskroen, de concurrent-middenmoter die hij groot hielp maken.

Maakt dat nog iets los bij je?

Georges Leekens: “Dat is logisch. Het was een heel belangrijke periode in mijn carrière en daar ben ik fier op. Van tweede naar eerste klasse, los op kop en vier punten voor op de tweede. Heel Europa sprak daarvan. Het had niet zoals die Duitse ploeg nu ( Hoffenheim, nvdr) te maken met financiële middelen, want het succes was gebaseerd op afgedankte spelers en jongeren.”

Mis je dat niet: bovenaan meedoen?

“Ik mis het niet, neen. Maar we zijn op dit moment bij Lokeren zeker zo goed bezig als toen bij Moeskroen.”

Maar jullie zijn met jullie voetbal wel de kampioen van de gelijke spelen.

“Dat is voor statistici. Ik laat me niet meer gek maken. Je moet je beperkingen kennen en die moffelen we goed weg. De Formule 1 kan ik alleen winnen als de rest uit de bocht gaat of slecht rijdt, dan kunnen wij de bocht wat korter nemen met vakmanschap. Maar wat men ook zegt van Lokeren: we doen het uitstekend. Alleen jaloerse mensen zullen iets anders zeggen.”

Jullie zijn afhankelijk van Maâzou. De bedenking die je kan maken is: als je zoveel doelpunten maakt uit afstandsschoten, heb je dan voldoende tactische fond om een heel seizoen te blijven scoren?

“Hij heeft een enorme progressie gemaakt. Hij past heel goed in het plaatje van Lokeren. Ik vraag hem ook niet veel naar de bal toe te spelen, want zo hebben we al genoeg spelers. Maar je kan niet verlangen dat hij ze constant van op 25 meter binnenschiet.”

Kilian Overmeire speelde tegen Luxemburg voor het eerst mee met de Rode Duivels. Jij speelt hem vaak op rechts uit, terwijl hij centraal beter schijnt te zijn.

“Maar hij moet bij ons op de positie spelen waar je voor de ploeg belangrijk bent. Kilian is geen nummer tien. Ik heb hem ge-sms’t dat hij blij moet zijn met die selectie. Die wedstrijd moet hem een boost geven qua zelfvertrouwen. Hij heeft progressie gemaakt. Hij gelooft meer in zichzelf en is niet meer té lief. De rol van Scifo is hem op het lijf geschreven.”

Over Scifo gesproken: je had als bondscoach problemen met hem, schud je hem straks op Moeskroen gewoon de hand?

“Geen probleem. Een jaar of wat geleden hebben we elkaar in Tubeke met oud-internationals voor een goed doel gezien: de problemen zijn verleden tijd. We zijn intussen allebei gelouterd door het leven. We weten dat er naast het voetbal andere waarden zijn.”

Trainers als Broos en Meeuws moeten knarsetandend vaststellen dat er voor hen geen plaats meer is, Aimé Anthuenis moet al blij zijn dat hij tegen de degradatie mag strijden en Ceulemans denkt aan stoppen, terwijl jij op je 59ste nog fluitend meedraait. Wat is je geheim?

“Passie, de gezonde druk waar ik mij goed bij voel en ik ben goed omringd door mijn assistenten én thuis. Dan heb je goesting en ik krijg veel terug van mijn spelers. Als je over negatieve punten begint, ben je niet goed bezig.”

Wat wacht er na Lokeren?

“Nog heel veel, denk ik. Ik heb alles al gehad, maar het verzadigt mij niet.”

Al aan Standard gedacht?

“Och, vroeger had ik dat meer, maar ik deed toen te veel aan carrièreplanning. Nu zie ik wel wat er komt. Maar iedereen wil toch Champions League? Bölöni heeft het al fantastisch gedaan.”

RAOUL DE GROOTE