Daar zit hij, Didier Drogba. Omstuwd door cameralui en schrijvelaars allerhande. Onbewogen in de beweging. Atypisch is zijn carrière geweest : geboren in Abidjan, de hoofdstad van Ivoorkust, als zoon van een bankbediende en een typiste, verhuisde Didier Drogba op zijn vijfde naar Frankrijk. Daar voetbalt hij aanvankelijk als rechtsachter bij Duinkerken om vervolgens bij Abbéville in de aanval terecht te komen. Na Vannes maakt hij een jaar zonder club door omdat niemand iets in hem ziet, tot hij via het Parijse Levallois-Perret bij Le Mans terechtkomt. Discipline en een op profsport gerichte levensstijl lijken Drogba niet zo te liggen, waardoor zijn club hem gratis laat vertrekken naar Guingamp. Daar, na zeventien doelpunten en het besef wat het is als prof te leven, volgt eindelijk de doorbraak en een transfer naar Olympique Marseille en vervolgens Chelsea.

De spits van Chelsea en Ivoorkust is een groepsmens en zo analyseert hij, in de lobby van hotel Mövenpick in Caïro, ook de nationale ploeg waarmee hij aan de Afrika Cup deelneemt. “We zijn een groep die mekaar nu al een tijdje kent. Dat gaat spanningen, die er onvermijdelijk komen in zo’n toernooi, verminderen. Allemaal zonder problemen samenwerken en onze persoonlijke verlangens aan de kant schuiven voor de groep, dat is wat telt. Want onze ploeg mist nog ervaring op grote toernooien. Dat merk je omdat we nog niet genoeg collectief en op een regelmatig niveau spelen. Eens we dat doen, zullen we daar als individu van profiteren. Dus dat zoeken we nog in ons spel. Maar samenspelen met Aruna, dat weet ik wel, dat kan ik niet anders definiëren dan : plezier maken. Wij helpen elkaar.”

Profiteert de spits bij Ivoorkust nog van de acties die Aruna Dindane maakt en waarmee hij hem al menig doelpunt op een schoteltje aanbood, bij Chelsea staat Drogba er vaak alleen voor. Om te lopen, om te scoren. Dat laatste lijkt de spits in nationaal verband beter af te gaan. Toch kan die gedachte hem niet van zenuwen vrijwaren. “Al maanden spreekt men over de Afrika Cup en ik ben God niet, dus voor de eerste wedstrijd vóél ik spanning. Maar mijn ervaring in al mijn clubs brengt mij veel bij voor zo’n toernooi als de Afrika Cup, meer nog dan mijn ervaring bij Chelsea alleen. Dit toernooi kan ons veel leren voor de wereldbeker, zeker als we winnen. Daarom, om te winnen, ben ik hier. Want eerlijk : als ik hier aan de wereldbeker zou denken, dan zat ik nu uit te rusten.”

Het petje staat achterstevoren op het hoofd. Al dagen. Gestileerde rebellie, verder komt de in Abidjan geboren voetballer niet. Dat heeft een reden. “Wij zijn in zekere zin ambassadeurs van ons land. Dat moeten we op het veld laten zien. Elk op zijn positie. Dat ik het kader van louter voetballer-zijn ontgroeid ben, dat heb ik al langer dan vandaag gemerkt. Ik blijf mijzelf en ik probeer mij niet te zeer te laten afleiden. Je moet mensen duidelijk maken wie je bent om je boodschap te kunnen overbrengen. Want ik vervul ook een beetje een politieke rol, dat besef ik.”

Maar vanavond zal de politieke onrust in zijn thuisland, Ivoorkust, ver van zijn gedachten blijven. Want vanavond wacht de kraker van Chelsea tegen Barcelona. Vanavond is het Drogba tegen Eto’o. Vanavond is het Chelsea dat telt. “Voetballen bij Chelsea is anders : dat is een ploeg met veel vedetten. Ivoorkust is een ploeg met veel vedetten in wording. Maar spelen voor een nationale ploeg of een club, dat kan je niet vergelijken. Helaas kan Frank Lampard niet meedoen aan de Afrika Cup ( lacht). Oké, heren ?”

Ja, jongen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content