‘Alle ingrediënten zijn aanwezig voor succes, nu komt het er enkel op aan dat ook op het veld te tonen.’ Als het van MVP D’Or Fischer afhangt, pakt hij met Bree straks de eerste titel in zijn carrière.

2 08 centimeter groot en een spanwijdte (armen uitgestrekt) van liefst 230 centimeter, daarmee word je in het dagelijkse leven al snel tot de freakshow veroordeeld. Maar doe er een portie basketbaltalent bij en plots ben je een gelouterde sportheld. Neem nu D’Or Fischer (26), de Amerikaanse center van BBC Bree. Pas op zijn zeventiende in clubverband beginnen te basketballen, maar deze maand nog bekroond als MVP (beste speler) van het Belgische kampioenschap. Bovendien loodste hij Bree naar een plek in de finale van de play-off tegen Charleroi. Met een beetje meeval steekt hij straks de eerste kampioenstrofee in zijn carrière omhoog.

D’Or Fischer: “Vroeger schaamde ik me een beetje over mijn lengte, maar door ouder te worden leer je daarmee omgaan en nu ben ik zelfs heel trots met zo’n groot lichaam en zulke lange armen. Voor Sports Illustrated heb ik enkele jaren geleden een fotoshoot gedaan waarbij er onder elke arm vier kinderen plaatsnamen om aan te tonen hoe lang ze wel waren.

“Als tiener teerde ik al op die lange armen. Shots afblokken is altijd mijn specialiteit geweest.” Zo evenaarde Fischer destijds het NCAA-record van de legendarische David Robinson, de latere NBA-vedette van de San Antonio Spurs, die in zijn studentenperiode ooit dertien blockshots in één wedstrijd zette. Fischer glundert nog steeds na: “Ik zie die partij nog levendig voor mij. De tegenstander bleef komen en ik bleef maar afweren. Toegegeven: een blockshot schenkt me op een basketbalveld de grootste voldoening. Het is zoals spinazie voor Popeye, het maakt me sterker. Ik hou van een stevige defense. Dat is trouwens de sterkte van dit Bree, daardoor eindigden we in de reguliere competitie als eerste. Trekken we die lijn door in de finale dan zal Charleroi het heel lastig krijgen tegen ons, maar spelen we zoals tegen Aalstar in de tweede halvefinalewedstrijd, dan is de finale wellicht in drie duels afgelopen en wordt Charleroi kampioen.”

Het goudklompje D’Or

Dat de atletische Fischer pas op zijn zeventiende voor het eerst in clubverband begon te spelen, had veel te maken met het constante verhuizen van zijn familie. “Mijn ouders scheidden toen ik negen was”, vertelt hij. “Ik verhuisde nadien gewoon telkens met mijn moeder mee. Als kind sta je daar niet zo bij stil. Mijn vader verscheen slechts met periodes in mijn leven. Het merendeel van mijn jeugd sleet ik in Philadelphia, met mijn moeder en mijn acht jaar oudere zus. Ik herinner me nog mijn eerste wedstrijd in schoolverband: ik miste een dunk en geneerde me dood. In de kleedkamer huilde ik als een klein kind. Het was mijn moeder die me overtuigde toch door te zetten.” Fischer zal het nog vaker over zijn moeder hebben in het gesprek. Een creatieve dame, noemt hij haar, zoals je onder meer kan afleiden uit zijn bijzondere voornaam. “Alle credits gaan naar mijn ma. Ze hield van de naam Dior, maar in plaats van het zoals het befaamde merk te spellen verving ze de i door een afkappingsteken. Pas achteraf ontdekte ze dat het in het Frans ‘goud’ betekent. Ik moet bekennen: I love the name!”

Hij verkondigt het met een brede smile op zijn gelaat. Zijn baseballpet staat geveinsd nonchalant naar achteren, een leesbril met modern montuurtje siert zijn neus en daarachter verraadt een stel pientere ogen heel wat levenswijsheid voor een twintiger. Zijn ploegmaats omschrijven Fischer als een clown, een entertainer. Don Beck, zijn coach bij Bree, houdt het op ‘ an interesting character‘. Wat mag Beck daar dan wel mee bedoelen? Fischer: “De coach doelt wellicht op de dingen die ik uitkraam. Ik dol graag, met iedereen. Een voorbeeldje: ploeggenoot Michael Meeks is iemand die op training vaak fouten maakt, dus noem ik hem liefkozend Hacksaw Jim Duggan, naar een gevreesde Amerikaanse worstelaar. Op die manier probeer ik sfeer te creëren in de groep, je moet immers genieten van elk moment. Dat leer je door zoveel mee te maken in een jong leven. Ik had evengoed in Philadelphia in het drugsmilieu verzeild kunnen raken …”

Een turbulente periode

D’Or Fischer refereert daarbij aan zijn collegeperiode. Het begon nochtans als een sprookje, met louter sportieve prestaties creëerde de center al snel een buzz rond zijn persoontje. Hij versierde een overstap naar de University of West Virginia, een team dat in de befaamde Big East Conference uitkwam, en speelde met hen onder meer een play-off in een uitverkocht Madison Square Garden. Hij stond er zijn mannetje tegen talenten als Ben Gordon en Emeka Okafor, nu gevestigde namen in de NBA. In zijn laatste jaar aan de universiteit liep het echter mis. Fischer: “Ik kreeg heibel op en naast het terrein. Woorden met de coach, valse aantijgingen en veel extrasportieve beslommeringen. Ik werd uit mijn appartement gezet omdat een bejaarde dame uit het gebouw kloeg dat ik te luide muziek speelde. Daarna kwam ik in een appartement terecht naast dat van de conciërge van de universiteit. Uiteraard volgde die mijn hele handel en wandel. Als jonge student ging ik natuurlijk al eens uit, maar de geruchten escaleerden. Van het moment dat de resultaten dan tegenvallen, krijg je alles over je heen. Het ergste moest echter nog komen: een meisje van zeventien beweerde dat ze zwanger was van mij. Achteraf bleek het allemaal verzonnen, maar mijn reputatie werd wel besmeurd. Ook al omdat een ploeggenoot van mij haar afdreigde zonder dat ik daarvan wist. Voor ik er erg in had, zat ik in een schandaal verwikkeld. Ik sloot me van iedereen af, zelfs van mijn moeder. De coach zette me op de bank. Ik was een hoopje miserie. Toch ben ik blij dat het zo gelopen is, want zonder die ervaring had ik misschien nooit Europa ontdekt.”

Huidig Breecoach Don Beck leerde D’Or Fischer kennen tijdens een zomerkamp van de LA Clippers, nu twee jaar geleden. Hij overtuigde het jonge, getormenteerde talent om hem te volgen naar de Duitse competitie. Daar vormde Fischer vorig seizoen een ijzersterk Amerikaans duo met spelverdeler Doron Perkins, door Don Beck eveneens naar Oldenburg gehaald. Afgelopen zomer ruilde het trio de Duitse voor de Belgische competitie, met het gekende resultaat: eerste in de reguliere competitie en nu finalist tegen Charleroi. Samen met Odell Hodge, Nick Jacobson en Brian Lynch vormen Perkins en Fischer wat door kenners als de beste basisvijf van de competitie wordt bestempeld. Fischer ziet het als een erkenning: “Onze strakke verdediging is de grootste troef van deze ploeg, maar ook aanvallend hebben we veel opties: Lynch loopt heel slim vrij, Jacobson schiet uitstekend driepunters, McCollum kan scoren, Perkins is heel vinnig en Gerrit Major is een uitstekende verdediger die vuur in het team kan blazen. Alle ingrediënten zijn aanwezig, het komt eropaan dat op het veld te bewijzen. Het zou de eerste titel in mijn carrière zijn.” S

door matthias stockmans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content