Eindelijk is hij weer echt doelman en dat doet hij met verve. Toch bereidt Glenn Verbauwhede zijn toekomst al voor.

1. Na acht maanden zonder officiële wedstrijd debuteerde je met Westerlo tegen Standard met een glansprestatie. Hoe doe je dat?

“Ik denk dat het vooral te maken heeft met: overtuigd zijn van mijn kwaliteiten; mij goed voelen in mijn hoofd; weten welke basis ik legde in de periode dat ik zonder club zat, toen ik met de mensen van eersteprovincialer Knokke en soms ook met Theo Custers en Hans Galjé trainde. Frappant is dat ik twee uur voor de wedstrijd tegen de groep zei: ‘Vandaag pak ik alles.’ Mijn gevoel begon meer en meer te groeien en tijdens de opwarming werd dat bevestigd. Ik wist waar ik voor stond, samen met heel Westerlo zes maanden vlammen, en ik was er klaar voor. De eerste anderhalve week maakte ik veel plezier, omdat de groepssfeer enorm belangrijk is, maar wat weinigen weten, is dat ik de laatste vijf wedstrijden van Westerlo en evenveel samenvattingen van Standard had bekeken om eruit te leren. Als je maar net transfers naar Panathinaikos en West Ham mist en je vriendin daarna ook nog een miskraam heeft, weet je waarvoor je het doet. Misschien zag ik er niet zo scherp uit, maar ik zat maar anderhalve kilo boven mijn competitiegewicht van bij Kortrijk. Er is veel met mij gelachen omdat ik naar het buitenland wou en momenteel met Westerlo tegen de degradatie speel, velen in het voetbalwereldje hoopten dat ik er bij mijn debuut een mandje vol zou krijgen, maar daar was ik tegen gewapend door mij optimaal voor te bereiden.”

2. Heb je het gevoel dat er veel je het succes niet gunnen?

“Dat kan, misschien omdat ik flamboyant ben. Op het veld ben ik een arrogante eikel, maar wie mij kent, weet dat ik altijd voor iedereen klaarsta en niet jaloers ben op iemand anders. Jullie journalisten bellen mij, ik geef mijn mening en probeer daarbij in de mate dat het voetbalwereldje mij dat toelaat mezelf te zijn. In Waregem werd ik heel de wedstrijd uitgelachen, maar ik stel vast dat ik dat makkelijker van mij kan afzetten dan vroeger.”

3. Hoe voelt het om eindelijk weer echt profvoetballer te zijn?

“Wel, nu moet ik om zes uur opstaan in plaats van pas drie uur later en sta ik vaak in de file, maar daar leer je mee leven. ( lacht) Het doet deugd om weer in de goal te staan, maar eigenlijk twijfelde ik nooit. Wat je het meest mist, is je kunnen onderscheiden op bepaalde ballen. Je kijkt naar tv en denkt: die had ik gepakt, met mij in doel was het resultaat anders geweest. Je kunt het niet tonen, maar je blijft wel overtuigd van de gedachte dat de dag wel weer komt en dat je het dan beter zult doen.”

4. Kort na de verbrekingsvergoeding die je van Club Brugge kreeg en het afspringen van de onderhandelingen met Panathinaikos en West Ham kocht je een Porsche. Was dat ter compensatie van de ‘sportieve leegte’?

“Zo bekeek ik het nog niet. De laatste vijf jaar kocht ik ieder jaar wel een andere auto, maar ik kan niet ontkennen dat die mooie verbrekingsvergoeding leuk meegenomen was en dat een Porsche een kinderdroom van mij was. Maar tot grote tevredenheid van mijn vrouw verkocht ik hem intussen alweer. Zo staat de kerk weer in het midden.”

5. Was je niet liever nog een jaar langer uitgeleend geweest aan KV Kortrijk? Dan speelde je straks de bekerfinale en misschien ook play-off 1.

“Ja, tuurlijk. Dat doet ergens wel pijn, moet ik toegeven. Maar misschien kan ik mijn carrière er afsluiten. In elk geval leg ik naar de bekerfinale een bus in. Ik ben blij voor iedereen daar, ook voor Hein Vanhaezebrouck. Over bepaalde zaken, waarover ik niet wil uitweiden, waren we het niet eens, het botste weleens serieus en misschien is dat de reden waarom hij met Kristof Van Hout is overeengekomen. Maar anderzijds ben ik nu een vrije speler en daardoor heb ik voor volgend seizoen al een mondeling akkoord met een mooie buitenlandse club.”

6. Je gaf al prijs dat het een club ergens aan zee in het zuiden is en dat je al de taal aan het leren bent. Welke taal precies?

“In het zuiden heb ik niet gezegd, dat is er in de media van gemaakt. Het kan ook in Rusland zijn, hé.” ( lacht)

7. Je bent 26 en speelde ondanks je onmiskenbare talent nog maar een match of tachtig in eerste. Mocht alles te herdoen zijn, wat zou je dan anders doen?

“Ik ben een beetje blind geweest. Omdat ik te verliefd was op Club tekende ik altijd weer bij. Van toen ik als zestienjarige met de eerste ploeg mocht meetrainen, was ik ervan overtuigd dat ik het daar zou maken. En mocht ik zoals Colin Coo- semans een match of vijfentwintig na elkaar de kans gekregen hebben, dan had ik het ook waargemaakt. Als doublure van Stijn Stijnen maakte ik ook wel mooie momenten mee, maar het nadeel van een keeper is natuurlijk dat er maar één kan spelen. Achteraf bekeken, nu er daar geen plaats meer voor mij is, had ik mij misschien beter eens einde contract laten komen om te kijken wat de opties dan waren geweest.”

8. Volgens mensen die het kunnen weten, zag keeperstrainer Dany Verlinden het niet zitten om met jou te werken. Dat zal jou toch ook wel bekend zijn?

“Dat hoorde ik ook al, ja, maar tegen mij zegt hij dat hij dat wel ziet zitten. Honderd procent zeker zal ik het wel nooit weten, maar als hij er voor iets tussen zit, is het misschien omdat hij vreest dat als ik naar Club terugkeer hij zijn job zal verliezen aan Philippe Vande Walle. Ik moet zeggen dat toen ik het seizoen na mijn problemen bij Kortrijk naar daar terugkeerde onder Georges Leekens twee mensen bij Club mij verzekerden dat Philippe de ideale man was om mij opnieuw te lanceren – een ervan werkt er nog en de andere is met pensioen, Roger Tierenteyn ( materiaalmeester en scout, nvdr). Daarom zegde ik tegen wijlen Jean-Marc De Grijse: ‘Ik wil samenwerken met Vande Walle, desnoods betaal ik daarvoor elke maand een bepaald bedrag uit mijn zak.’ Het resultaat is bekend. Philippe deed zijn werk uitstekend, maar het is niet zo dat ik niet zonder hem kan functioneren.”

9. Terwijl je zonder club zat, sprak je over het WK 2014 in Brazilië; en terwijl Westerlo in degradatienood verkeert, praat jij luidop over Europees voetbal. Zijn dat op zulke momenten geen te grote woorden?

“Waarom zou dat niet kunnen? Mochten we ons redden, dan zullen we toch bevrijd aan play-off 2 beginnen? En ik weet dat er gelachen wordt met mijn ambitie om mee te gaan naar het WK 2014, maar waarom zou dat niet mogelijk zijn? Proto liet al weten dat de rol van derde keeper na Courtois en Mignolet hem niet interesseert; en ik bén bij Kortrijk toch al opgeroepen geweest als derde keeper?”

10. Welke eigenschap van jezelf wens je jouw dochter Manon toe en welke zeker niet?

“Mijn vastberadenheid wens ik haar toe. Ik hoop dat ze net als ik van zich kan afbijten, maar op een iets diplomatischer manier soms; dat ze meer punten haalt op school dan ik destijds; haar geld beheert zoals mijn vrouw dat bij ons doet; én op haar zesentwintigste nog niet aan haar zesde auto toe is.” ( lacht)

door christian vandenabeele

“Het is niet zo dat ik niet zonder Philippe Vande Walle kan functioneren.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content