Johan Museeuw geniet van de passie van zijn fietsende zoon, maar hij is op zijn hoede voor al te steile verwachtingen. ‘Hij staat voor een héél grote uitdaging.’

In hartje Gistel laat het huis van de familie Museeuw zich gemakkelijk onderscheiden van de rest. De omvang van de villa bewijst de succesvolle carrière van vader Johan. Het trialparcours vooraan in de tuin geeft dan weer de wielerpassie van zoontje Stefano (10) aan. Die zit in het vijfde leerjaar, reed al twee veldritten en is met Sport/Voetbalmagazine toe aan zijn tiende interview.

De Leeuw van Vlaanderen ziet de aandacht voor zijn jongste welpje met lede ogen aan: “Voor hem is dat natuurlijk leuk, maar ik ken de gevaren. Ik wil me absoluut niet vergelijken met Eddy Merckx, maar ik weet wat er met Axel is gebeurd. Hij had niet het talent van zijn vader, maar iedereen verwachtte wel dezelfde prestaties van hem. Bij Stefano zal dat net hetzelfde zijn. Hij zal nooit zomaar vrijblijvend kunnen fietsen, altijd zal hij mijn palmares met zich meedragen. Ik waarschuw hem daar niet echt voor, alleen zei ik hem wel al dat hij voor een héél grote uitdaging staat.”

Stefano zelf ondervindt voorlopig weinig hinder van zijn loodzware familienaam. “Op school roepen ze wel eens ‘Ha, Museeuwtje!’ en soms vragen ze om een handtekening van mijn papa”, vertelt hij. “Tijdens de koersen wijzen de mensen ook wel eens naar mij, maar ik vind dat niet vervelend.”

Ja, hij heeft talent

Johan: “Ik herken mezelf wel in Stefano. Hij heeft de verbetenheid die ik vroeger ook had. Niet alleen op de fiets. Als Stefano iets doet, dan wil hij de beste zijn. Hij stopt ook nooit voor hij iets kan. Een tijdje volgde hij circusschool en daar leerde hij op een eenwieler rijden. Dat wilde hij per se kunnen.”

Stefano: “De eerste dagen val je veel op de grond, maar na een week reed ik hier al rondjes rond het zwembad.”

Johan: “Hij is gepassionneerd door fietsen. Ik denk dat hij mijn carrière ondertussen beter kent dan ikzelf. Hij kijkt telkens opnieuw naar de dvd’s. Komt hij ’s avonds thuis van school, dan kruipt hij meteen op de fiets en gaat hij crossen in het veld. Gianni, mijn oudste zoon, heeft minder interesse in wielrennen. Hij is bezig met heel andere dingen. Fotografie, computers en snowboarden bijvoorbeeld. Stefano en Gianni zijn tegenpolen en dat is leuk. Los van de passie voor het koersen neigt Stefano qua karakter meer naar mijn vrouw. Hij is sociaal en heel open. Gianni is wat meer verlegen, iets meer teruggetrokken. Zo was ik vroeger ook.”

Eerder dit jaar reden vader en zoon samen de Endurance Race in De Panne. Althans, dat was toch de bedoeling.

Johan: “Ik ben niet lang bij Stefano gebleven. Ik was iets te gemotiveerd, wou tonen dat ik na drie jaar inactiviteit nog altijd meekon. Begin december is er opnieuw zo’n wedstrijd in Oostende. We zouden ook deze keer durven deelnemen en nu is het de bedoeling dat ik echt bij hem blijf.”

Stefano: “Ik vraag er niet om, maar bij het veldrijden geeft papa me altijd aanwijzingen. Die helpen meestal wel.”

Johan: “Ik zou dat niet mogen doen, maar ik kan het niet laten. Dat gaat dan vooral over de juiste versnelling. Hoger trappen, lager trappen, op een juiste manier de bocht insturen, die dingen. (vraagt aan Stefano om zijn oren even dicht te houden) Ik vind het ergens vervelend dat ik daar nu al over praat, maar: ja, hij heeft talent. Je ziet dat hij bergop zo’n korte demarrage heeft. Hij is explosief.”

Collega in het water

Voorlopig legt Stefano zich toe op veldrijden en trial bike, een discipline waarbij je met de fiets een aantal natuurlijke obstakels moet overwinnen. Stefano: “Veldrijden is leuk. Je kunt daarbij door de modder fietsen.”

Johan: “Het is speelser. Je rijdt bergop, bergaf, neemt korte bochtjes en ziet af en toe een collega in het water vallen. Ik ben zelf ook begonnen als crosser. Eigenlijk had ik helemaal geen zin om wegrenner te worden. Het crossseizoen is nu volop bezig, maar ik denk dat Stefano in de zomer wel zin zal hebben in een paar wedstrijden op de weg.”

Of hij straks als wegrenner Parijs-Roubaix wil winnen of toch vooral de Ronde van Frankrijk, daar heeft Stefano nog niet over nagedacht. “Ik heb niet echt een droom”, zegt Museeuw junior. “De leukste wedstrijden vind ik wel de WK’s, die zijn heel spannend.”

Johan: “Ik ben nu bezig met het uitbouwen van Museeuw Bikes, mijn eigen merk van fietsen. Mijn droom is dat iemand op een van mijn modellen Parijs-Roubaix wint. Mocht dat Stefano zijn, dan is de cirkel natuurlijk helemaal rond.” (lacht) S

door jan-pieter de vlieger – foto: didier mossiat

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content