Op zoek gaan naar de roots van Kim Clijsters is een hachelijke onderneming. Als de fotograaf een foto van haar eerste tennisclub wil nemen, komt een speelster verontwaardigd op ons afgestormd. Is dat niet Elke Clijsters, zus ván ?

Aangenaam kuieren is het in het kleine centrum van Bree op een doordeweekse dag. Het stadje, dat in het noorden van Limburg tegen Nederland schurkt, is duidelijk in de ban van de terrascultuur. Aan de kiosk van het Vrijthof hangen affiches voor het Bal van de Burgemeester. Dat vindt plaats waar zoveel andere topevenementen plaatsvinden : in de sporthal.

Bree zette zich op de landkaart dankzij de zogenaamde nevensporten. Koning Voetbal vervult hier maar een bijrol. K. Bree SK eindigde als tweede in eerste provinciale en miste zo op het nippertje de promotie naar bevordering. Ook zonder het voetbal mag Bree zich op de website van de stad thuishaven van de internationale top in de sportwereld noemen. De vernieuwde sporthal vormt het decor voor de thuiswedstrijden van de lokale eersteklasser in het basketbal en ook de Europese topduels in het volleybal van het elf kilometer verder gelegen Maaseik hebben er plaats. Onlangs was de zaal ook in geen tijd uitverkocht voor de Federation Cup, de tegenhanger van de Daviscup voor de vrouwelijke tennissers. Natuurlijk had dat te maken met de aanwezigheid van Kim Clijsters, officieel sportambassadrice van de stad Bree.

Toen de 14.000 koppen tellende gemeente enkele weken geleden uitliep voor de huldiging van Kim op het balkon van het stadhuis, versierde de apotheek zijn gevel met gele tennisballen. Die hangen er nog steeds. Voor ‘Wim- bledon’ is er nog niets gepland, verzekert ons de verantwoordelijke van de toeristische dienst op de Markt. “Wij doen zulke dingen op het laatste moment”, zegt ze.

Bree is trots op zijn heden én zijn verleden. Als vestingstad in het graafschap Loon en later van het Prinsbisdom Luik werd het voor het eerst schriftelijk vermeld in 1078. In de Trends Top-200 van Belgische zakensteden van 2002 staat het op de vijfde plaats, maar is het wél de eerste Limburgse stad. Bij de plaatselijke VVV heeft men toeristische info te over. Een Clijstersroute is er nog niet, maar nu al vragen veel passanten waar het huis van de familie Clijsters zich bevindt, aldus de verantwoordelijke – die ons prompt een gehandtekende foto van Kim aanbiedt : “Echt gehandtekend, hé, meneer, niet gekopieerd. Kim bracht vorige week zelf een stapeltje langs.” En terwijl ze naar een foto of twintig wijst : “Dit is al wat er overblijft. Ze gaan snel van de hand.”

Vijf kilometer buiten het centrum, helemaal in het groen, op de weg naar Maaseik, ligt Opitter. Het is één van de zeven deelgemeentes en vormt de zuidelijkste punt van Groot-Bree. De vijftiende-eeuwse Sint-Trudokerk is samen met de watermolen dé trots van het minuscule dorpje. Tegenover de kerk ligt de Brouwerij Sint Jozef, vanwaar ambachtelijke bieren als Bokkereyder en Bosbier op de wereld worden losgelaten. Afgelopen weekend werd hier nog een Afro-latinofestival georganiseerd. Ooit was Opitter de thuishaven van Pier Janssen, de held van Waterschei toen dat ooit Paris Saint-Germain uit de Europabeker speelde. Tegenwoordig is Opitter Clijstersville. Of we het nieuwe huis al gezien hebben, dat ze laat bouwen, op nauwelijks honderd meter van de ouderlijke woning, wil een bewoonster van de Onsemweg weten ?

Thuis sloeg Kim haar eerste balletjes op het terrein dat vader Lei liet aanleggen nadat hij in 1988 de Gouden Schoen had gewonnen. Dat jaar won hij met KV Mechelen ook de finale van de Europabeker voor bekerwinnaars tegen Ajax. Uit de bol ging Kim daar niet voor, zei ze later in Humo : “Wat interesseerde mij KV Mechelen ? Als papa ’s avonds moest voetballen, moesten wij ook ’s middags slapen. Wij vonden dat maar niets. Ik was een fan van Philippe Albert. Vergeleken met hem vond ik papa maar een hele gewone voetballer. De dag dat hij de Gouden Schoen won, was wél leuk. Een bakker bracht een schoen in marsepein en die heb ik bijna helemaal in mijn eentje opgegeten.”

Aan turnen, de sport die mama Els beoefende, werd niet gedacht. “Mama vond het geen goed idee dat wij hetzelfde gingen doen. Zij moest stoppen met rugproblemen en die miserie wilde ze haar dochters besparen.” Tennis zou het worden. Niet in Opitter, maar 25 kilometer zuidelijker. Op een dag stapte Lei tennisclub Tennisdel binnen, nu recht tegenover het Europahotel gelegen. Hier kreeg Kim in alle rust haar eerste tennislessen. Die rust stelt de familie nog steeds bijzonder op prijs, zoals we vorige week zelf aan den lijve mochten ondervinden. Wanneer de fotograaf vanop afstand een algemeen beeld van de club wil schieten, komt een speelster verontwaardigd op ons afgestormd. Is dat niet Elke Clijsters, zus ván ? Wat die fotograaf daar komt uitspoken, wil ze graag weten. Alvast géén foto van haar nemen, wordt haar verzekerd.

Vijf en een half was Kim toen Lei haar toevertrouwde aan tennisleraar Bart Van Kerckhoven. Hij gaat de geschiedenisboeken in als haar eerste trainer. Vijf jaar werkte hij met haar op Tennisdel, maar voor de steile carrière van Kim voelt hij zich niet verantwoordelijk. “Met een andere trainer had ze even ver gestaan, hoor. Wat mijn grootste verdienste dan is ? Waarschijnlijk dat ik er niets slechts mee heb gedaan, met haar talent.”

Tijdens de groepslessen viel Kim zo op, dat ze al vroeg op individuele les werd gezet. “Ik zag het vele talent,” vertelt Van Kerckhoven, “maar pas als ze na een jaar tegen elkaar gaan spelen, zie je dat er nog veel meer mogelijk is. Wat me vooral opviel, was haar balgevoel. Ze plaatste de ballen juíst, maar anticipeerde ook goed, voelde wanneer een bal diep zou vallen en wanneer kort over het net. Heel weinig meisjes van zeven jaar kunnen dat meteen inschatten, maar zij dus wel.” Toen al sloeg Kim hard. “Ze was ook op die leeftijd al een krachtig, stevig gebouwd meisje. Sommige trainers vonden dat ze niet zo hard moest slaan, maar mij stoorde dat niet. Een groot percentage van die hard ingeslagen ballen kwam immers tussen de lijnen terecht.”

Haar gretigheid viel op. “Ze wou altijd op het veld staan. Je moest haar er echt afslaan, bij wijze van spreken. Ze pikte dingen ook bijzonder snel op. Als je zei dat ze haar linkervoet meer naar binnen moest plaatsen, deed ze dat twee dagen later automatisch. Ze was leergierig en makkelijk om mee te werken. Als ik Kim in twee woorden moet samenvatten : speels en een doorzetter.” Humeurig soms ook ? Van Kerckhoven lacht : “Dat ze af en toe met haar racket gooide, vind ik normaal. Het is pas abnormaal als iemand dat nooit doet. Iedereen is soms gefrustreerd.”

Het gerucht dat er in Limburg een uitzonderlijk talent rondliep, bereikte al snel het VTV-hoofdkwartier in Brussel. Van Kerckhoven gaf gewestelijke trainingen voor de VTV. Hij bevestigt het verhaal dat technisch directeur Ivo Van Aken desgevraagd nog wel eens vertelt. “Ik herinner me dat ik eens terugkwam van een toernooi in Limburg en dat ik aan mijn vrouw zei : vandaag heb ik een superbegaafd kind gezien : Kim. Ze was zes jaar, maar liep twee fasen voor op het programma van haar generatiegenoten. Rond die tijd kreeg ik uit Wallonië hetzelfde verhaal te horen, over Henin.”

Na die vijf jaar verhuisde Kim naar Diest. Van Kerckhoven : “Ik werkte parttime op het secretariaat van de Genkse golfclub, wat ik nu voltijds doe. Ik kon me dus niet de hele tijd met haar bezighouden, noch haar vergezellen naar de toernooien.” In Diest werd Kim Clijsters bijna voltijds begeleid door Ben Vanhoudt, vader van proftennisser Tom Vanhoudt. Ook hem viel het op hoe gespierd Kim voor haar leeftijd was. “Ze keek niet op een inspanning, sloeg bijna even hard als mijn zoon, die prof was.”

Een artikel in Het Volk van juni 1996 – Kim is net dertien – heeft het al over “Belgiës grootste tennistalent”. Kim heeft net van een 18-jarige Luikse gewonnen en is de allerjongste Belgische die ooit een toernooi van dat niveau won. Op dat moment is vader Lei nog trainer van AA Gent en de bekendste van de familie, maar stilaan keren de rollen. Twee jaar later voorspelt het vakblad Play Tennis : “Dat ze als de dochter van Lei door het leven gaat, deert haar niet. Kim is de laatste jaren volop aan het bewijzen dat er in de toekomst meer over Kim Clijsters zal worden gesproken en dat haar vader net als in het voetbal alleen nog maar vanaf de zijlijn zal mogen toekijken.”

Wat haar zo goed maakt, analyseert haar toenmalige trainer Carl Maes in augustus 1998, is dat ze tennist op kracht. “Het is een weerspiegeling van haar persoonlijkheid. Kim is op alle vlakken dominant, een winnaar. Ook als ze gezelschapsspelletjes speelt of in simpele discussies. Ze wil altijd aan het langste eind trekken. Zelfs als ze gewoon met vriendinnen rond kuiert, zal je haar nooit achteraan zien hinken.”

Nóg in augustus 1998 werd ze op 15-jarige leeftijd Belgisch kampioen. Journalist Frans Verstockt omschrijft haar spel als “modern agressief tennis. Wat zit er tempo in die wedstrijden van atletische Kim ! In haar leeftijdsgroep behoort ze tot de wereldelite. Maar dat is er gelukkig buiten het terrein niet aan te merken. Geen snoever, wel een bescheiden, goedlachse tiener.”

Een maand later vat Kim in Wilrijk het vierde middelbaar aan, combinatie tennis en studie. Maar haar middelbare school afmaken, zoals ze zich op dat moment nog voorneemt, zal er niet van komen. 1999, het eerste jaar dat ze voluit in het seniorencircuit meedraait, betekent de doorbraak. Zestien jaar en drie maanden is ze als ze in Luxemburg haar eerste proftoernooi wint. Op Wimbledon worstelt ze zich als nummer 195 op de WTA-lijst door de kwalificaties en komt ze in de derde ronde uit tegen haar idool, Steffi Graf. Daar geniet ze van, maar niét van de persbelangstelling die haar voor het eerst massaal te beurt valt. “Het hoort bij de job,” zegt ze, “maar ik hou er niet van. Ik amuseer me op het veld, maar een goeie prestatie betekent nog niet dat ik plots over alles een mening moet hebben.”

Wimbledon 1999 betekent ook in haar hoofd de ommekeer. April 2000 laat ze weten dat ze haar school niet zal afmaken. Die keuze verraste VTV-directeur Ivo Van Aken toen niet. “Behoudens zware blessures” , zegt hij, “is de kans dat ze absolute wereldtop wordt 99 procent. In elke leeftijdscategorie was ze zo goed dat we haar twee jaar vroeger lieten doorschuiven naar de volgende groep. Verbazend was dat ze telkens opnieuw zonder moeite de overstap maakte.”

“Van Aken mag haar in de toptien zien,” reageerde vader Lei toen, “als ze morgen verliest van nummer 900, zal mij dat een zorg wezen. De dag dat ze het niet meer prettig vindt, mag ze ermee ophouden. Niemand anders hoeft zich daarmee te moeien. Dat is het voordeel van een individuele sport : je bent niemand iets verschuldigd. Ze is enkel verantwoordelijk voor zichzelf. Als Kim er haar voeten aan veegt, heeft ze geen inkomen.”

Sinds januari 1999 is Kim in iets meer dan een jaar opgeklommen van plaats 407 naar 30 op de wereldranglijst. Dat ze kapte met school, stoort haar vader niet. “Ik heb ook mijn humaniora niet afgemaakt”, luidt Leis reactie. “Toen men mij bij Club Brugge voor de keuze stelde, koos ik voor profvoetbal. Ik heb het me niet beklaagd. Wij behandelen onze kinderen als volwassenen. Zij mogen zelf kiezen. We zeggen niet wat ze moeten doen. Wil Kim stoppen met studeren, mij niet gelaten. Je moet kijken naar je kind en je afvragen : wat wil het écht ? Kim wilde tennissen. Wij rijden per jaar 80.000 kilometer voor het tennis van de kinderen. Komt Kim na drie weken Amerika naar huis, ga ik haar met drie koffers halen, doet mijn vrouw met hulp van de hele familie het hele weekend de was en brengen we haar op maandag weer weg. Ik word het niet beu. Het zijn toch je kinderen.”

“Het verschil”, geeft hij nog mee, “is dat veel ouders ervan dromen in de krant te staan, terwijl wij dat juist vervelend vinden. Soms heb ik medelijden met ouders die hun kinderen pushen als ik eraan denk welke desillusie ze op zeker moment gaan beleven als ze merken : is het dat maar ? Tenzij je topvijftien haalt.” Met haar tennis bemoeit hij zich niet, zoals blijkt uit wat Kim in 2000 toevertrouwt aan de Engelse krant The Independent. “Hij geeft me raad, maar is geen kenner. Toen ik hem aan de telefoon eens zei dat ik niet tevreden was over mijn forehand, vroeg hij welke kant dat was.”

Ze vindt het fijn dat haar ouders haar laten doen. “Ik tennis niet om hen te behagen. Soms vind ik dat in België ouders zich uitleven via hun kinderen. Omdat ze denken dat er veel geld te verdienen is. Maar ik denk niet dat ik meer verdien dan mijn vader. Ik doe het niet voor het geld. Geld vind ik zo belangrijk dat ik dit jaar gewoon vergat mijn prijzenpot in Indian Wells op te halen. Ze hebben het me nagestuurd.”

Dat ze inmiddels wel degelijk meer verdient dan haar vader, lijdt geen twijfel. Maar in Opitter is Kim Clijsters ook anno 2003 nog altijd gewoon Kim van Lei van Lot, een verwijzing naar haar vader en haar grootouders. “Ik loop niet naast mijn schoenen, ik gooi geen geld weg”, wil Kim eind 2001 nog gezegd hebben. “Het is niet omdat je in de belangstelling staat, dat je je meer mag permitteren. Ik probeer altijd mezelf te zijn, in alle omstandigheden. Daardoor heb ik met de meeste speelsters een goeie relatie. Alles hangt ervan af hoe je jezelf in het milieu opstelt.”

door Geert Foutré

‘Hier een foto van Kim. Echt gehandtekend, hé, meneer, niét gekopieerd.’

‘Als meisje van zeven was Kim al krachtig en stevig gebouwd.’

‘Kim sloeg bijna even hard als mijn zoon, die prof was.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier