Middenvelder Khalilou Fadiga (33) verlaat Gent en wordt (een deel van) het creatieve brein van Germinal Beerschot, waar Hernán Losada en Gustavo Colman vertrokken. Fadiga heeft wat van beiden; het frivole van de eerste, het doorzicht van de tweede.

Bij de Buffalo’s was de technische staf tevreden over de Senegalese Belg. “Een klasse apart”, zegt Chris Van Puyvelde, afgelopen seizoen assistent-trainer. “Hij brengt peper en zout bij het voetbal.”

Toch leek Gent geen forse inspanningen te doen om Fadiga, wiens contract afliep, te houden. “We wisten nog niet wie onze nieuwe trainer zou worden”, zegt sportief manager Michel Louwagie, “en wilden zijn mening over Khalilou. We waren niet zeker of we iemand zouden hebben die achter hem zou staan, en dat is belangrijk voor Fadiga. Dus begrijp ik dat hij voor Germinal Beerschot koos.”

Daar vindt Fadiga trainer Harm van Veldhoven terug, wiens team in het Ottenstadion indruk op hem maakte met combinatievoetbal. “Hij gaf aan dat hij zoiets nog maar zelden zag,” aldus Van Veldhoven, “en dat hij daar deel wou van uitmaken.”

Van Veldhoven en Fadiga kennen mekaar van de kleedkamer van Lommel. “Er was altijd wederzijdse waardering”, zegt Van Veldhoven. “Ik hou van mensen die rechtuit zijn, vond ook zijn plezier in het spel altijd interessant, die lach, dat sympathieke.” Na de Lommelperiode hield Van Veldhoven contact.

Maar persoonlijke affiniteit verantwoordt geen transfer. Er moet straks gepresteerd worden. Daarvoor moet mogelijk wat geschaafd worden aan de minpuntjes van Fadiga. Opmerkelijk is dat Khalilou gekend staat als iemand die wel eens op zijn flitsen durft te teren, niet bepaald de grootste werker bij balverlies, terwijl Van Veldhoven zwoegers wil. “Dat kan een probleem zijn”, aldus de trainer. “Daarom is het belangrijk dat de speler die naast hem komt, loopvermogen heeft. En als je de juiste richtlijnen meegeeft, is op dat vlak nog verbetering mogelijk.”

Weten hoe je zo’n jongen moet aanpakken, helpt in dat opzicht. Van Veldhoven: “Fadiga moet een bepaald respect ervaren.”

Nog een minpuntje; bij Gent werd Fadiga vaak rond de 70ste minuut naar de kant gehaald. “Hij kwam op conditioneel vlak van heel ver”, zegt Van Puyvelde, “maar dat zal nu almaar beter gaan.” Van Veldhoven: “Ik hoop dat hij dankzij een goede voorbereiding nog meer winst kan boeken. Ik ga er niet van uit dat ik hem elke keer moet wisselen. Is het wel zo, dan heb ik geen bezwaar als hij goed gewerkt heeft. Ik deed dat afgelopen seizoen ook vaak bij Dosunmu.”

KRISTOF DE RYCK