De rallysport lijdt onder haar diversiteit.
Wie nog enige spankracht in de affiche wilde stoppen, had het over twee kanshebbers, maar eigenlijk was het er maar één: Freddy Loix zou wel voor de vijfde keer de rally van Ieper winnen en alleen recordhouder worden, een eer die hij tot bij de finish moest delen met Patrick Snijers.
Beide heren reden immers met een Peugeot 207 S2000 van hetzelfde team, Kronos. Geen WRC, neen, niet langer welkom in het IRC. Ze mogen wel nog rijden in zuiver Belgische manches. Niet in Ieper dus, want dat is een internationale IRC-rally, maar de race telde wel mee voor het BK. In de Condrozrally, alleen tellend voor het Belgische Kampioenschap, mogen WRC’s wel nog. Maar of die daar dan punten voor het BK pakken, ja toch? Ach, wat dan nog: ondertussen rijden ze in het WK wel nog met indrukwekkende WRC-machines. Alleen overweegt de Internationale Autosportfederatie FIA serieus om daar iets aan te doen, en vanaf 2010 de S2000 als officiële WK-auto aan te duiden. Maar dan wel eentje met een turbo erop, noem hem S2000 with turbo. Terwijl de Groep N dan super production car wordt, en de Groep R terugkeert. Alleen zal dat niet de Groep R zijn van vroegere tijden . Trouwens , wat zal het WK dan zijn? Het huidige WRC of het IRC, dat ook de wereld afreist om op de meest exotische plaatsen rally’s te gaan rijden?
Als u niet met een rallywagen opstaat en weer gaat slapen, en op dit eigenste moment nog op deze bladzijde zit te lezen, dan verdient u eindeloos respect. Het moge inderdaad duidelijk wezen dat de rallysport zwaar lijdt onder zijn gebrek aan herkenbaarheid. Een kat vindt er haar jongen niet meer. Is herkenbaarheid voor de echte rallyfanaat geen conditio sine qua non, dan is ze essentieel voor het grote publiek, dat hard wordt gemist in de rallysport. Om via de klassieke voedselkring (grote exposure, televisie, dikke sponsors, weelderige bloei…) de geldla te vullen, want rallyrijden werd een peperdure bezigheid. Meer dan ooit sinds de sigarettenmerken door de wet op tabaksreclame werden verbannen.
Neem daar ook nog eens bij dat rally heel moeilijk op een sexy manier rechtstreeks op televisie te brengen is, en alle voorwaarden zijn ingevuld om de discipline in een crisis onder te dompelen: in het WK rijden nog maar een handvol fabrieksteams waarvan er eigenlijk twee, Citroën en Ford, voor de titel kunnen gaan. Terwijl Citroën al liet horen misschien wel naar een andere discipline te zullen overstappen. Net zoals regerend wereldkampioen Sébastien Loeb dat van plan is: tussen pot en pint met bevriende journalisten gaf hij al te kennen dat hij rijp is voor iets anders, wegens veel te weinig concurrentie in die rally’s en dus niets meer te beleven.
Eigenlijk is de rally ziek in hetzelfde bedje als het hele autosportgebeuren: de versnippering van disciplines en kam-pioenschappen. Als daarboven nog eens een Formule 1 staat met haar krachtige, commerciële geldmachine als ruggengraat, dan is het maar normaal dat al de rest hopeloos in de schaduw van het grote pu-bliek verdwijnt. Zoals, inderdaad, de rallysport.
