Welke factoren hebben bondscoach Marc Wilmots ertoe aangezet om in afwezigheid van de geblesseerde Nacer Chadli, Jonathan Blondel op te nemen in zijn selectie voor de wedstrijden tegen Wales en Kroatië?

De Rode Duivels en Jonathan Blondel (28), het is niet echt een liefdeshistorie. Hij speelde tien minuten mee met de nationale ploeg in Polen in 2002, zestien minuten in Duitsland in 2004 en een kwartiertje tegen Kroatië in 2010. Toch is hij het die voor de wedstrijden tegen Wales en Kroatië is opgeroepen om de gekwetste Nacer Chadli te vervangen. Bondscoach Marc Wilmots was klaar en duidelijk in zijn commentaar: “Blondel is momenteel de beste speler van Brugge. Ik had hem al in het vizier toen ik de selectie moest maken voor de wedstrijd tegen Nederland. Hij heeft een goede linker, legt veel kilometers af en getuigt van de juiste mentaliteit.”

Het klopt dat Blondel momenteel sterk bezig is. Alleen in de eerste wedstrijd van de competitie tegen Waasland-Beveren was hij niet van de partij. Een gevolg van ‘de oude Blondel’ bij wie de stoppen soms wat te snel doorsloegen. Na de wedstrijd tussen Anderlecht en Club waarin paars-wit zich tot kampioen kroonde, had hij te harde taal gebruikt aan het adres van de scheidsrechters, zodat hij eind juli een speeldag schorsing moest uitzitten. Maar sindsdien lijkt hij bij blauw-zwart onmisbaar geworden en bovendien een van de weinigen die elke week uitblinken. Daar zijn verschillende verklaringen voor.

1 Hij maakte de voorbereiding mee

“De eerste reden dat ik een goed niveau haal, is heel eenvoudig”, zegt hij. “Ik heb probleemloos de hele voorbereiding kunnen afwerken. Als ik dat vergelijk met vorig seizoen is er dag en nacht verschil. Daardoor moest ik toen het hele seizoen achter de feiten aanhollen. Ik lag drie maanden stil door een knieblessure en kon vier maanden niet spelen door een probleem met een enkel. Dan kun je onmogelijk een goed seizoen draaien.”

Adrie Koster kon dus een heel jaar niet op hem rekenen, maar toch is hij vandaag niet verbaasd over de terugkeer van Blondel: “Hij heeft een enorm potentieel en uitzonderlijk veel karakter. Als hij niet geblesseerd is, is hij een uitstekende voetballer.”

2 Hij heeft een profiel waar Leekens van houdt

Analist Stéphane Pauwels kent Blondel erg goed, want ze komen allebei uit Moeskroen en hebben geregeld contact met elkaar. Hij maakt de volgende vaststelling: “Jonathan speelt het best als hij zich gewaardeerd weet en ik ben zeker dat Georges Leekens alles van hem gedaan kan krijgen omdat hij heel goed kan inspelen op de emoties van zijn spelers. Als hij sterk op iemand rekent, kan hij als geen ander schouderklopjes geven. Met Eden Hazard is dat geen goede aanpak, maar met Blondel werkt het wel. Hij heeft er nood aan dat men hem af en toe eens over de bol aait. Als je veel geeft, krijg je van hem heel veel terug. Leekens kiest ook voor dezelfde aanpak met Thomas Meunier, met wie dat ook goed werkt. Dat Wilmots Blondel heeft opgeroepen verbaast me niet. Wie van Steven Defour houdt, houdt ook van Blondel.”

“Ik heb dadelijk gevoeld dat ik kansen zou krijgen van de nieuwe coach”, zegt Blondel. “Iedereen begon bij hem op nul. Ik had mijn eigen lot in handen en ik was vastbesloten om na mijn mislukte seizoen te tonen dat ik er nog altijd stond.”

3 Hij is een echte balveroveraar

“In wezen is er voor mij niets veranderd”, zegt Blondel. “Mijn opdracht bestaat er nog altijd in om links, rechts en centraal de bal te veroveren. Ook Georges Leekens vraagt me niets anders. Als ik de kans heb om op te rukken in de richting van het doel, dan doe ik dat, maar het is nooit een prioriteit.”

Zijn strijderstemperament was ook het eerste waardoor Adrie Koster gecharmeerd raakte: “Jonathan is het type speler met wie het erg makkelijk werken is. Hij geeft niet alleen alles in de wedstrijd, ook op training was het altijd volle gas. Hij is een ideale prof.”

4 Hij scoort

“Ik vond hem in de tweede ronde van vorig seizoen even goed als nu”, zegt Meunier. “Men spreekt nu iets meer over hem omdat hij af en toe een belangrijke goal maakt, maar van zodra hij vorig seizoen geen fysieke problemen meer had, was hij ook al in erg goede doen en werkte hij voor het team als een paard.”

Volgens Adrie Koster beschikt Blondel over een uitstekende trap, maar niet over een goalgettersprofiel: “Als hij echt als linkermiddenvelder zou spelen, zou hij geregeld in de rechthoek komen en vaker scoren.” De Nederlandse trainer weet echter nog dat de kleine middenvelder af en toe belangrijke goals maakte. “En in de wedstrijd tégen ons was hij het die met de 2-1 de wedstrijd in ons nadeel deed kantelen”, knarsetandt de huidige trainer van Beerschot.

5 Hij trekt zijn voet niet terug

Blondel lijkt wat meer rust in spel te hebben gelegd, maar hij benadrukt dat voetbal geen sport voor juffertjes is: “Omdat ik zo klein ben, moet ik wel de duels aangaan om mijn wil te kunnen opdringen. Dat zal nooit veranderen. Ik probeer alleen minder overtredingen te begaan dan vroeger.”

Meunier zegt daarover: “Hij is misschien iets terughoudender, maar hij blijft een speler die nergens schrik van heeft en altijd zijn voet zet. Hij wil de tegenstander nooit de kans geven om zomaar zijn gang te gaan. In België zie ik niet echt spelers met wie ik hem kan vergelijken, maar ik vind wel dat hij met zijn speelstijl, karakter en doorzettingsvermogen op Gennaro Gattuso van AC Milan lijkt.”

Volgens Koster is de agressieve speelstijl van Blondel zijn grote sterkte. “Maar”, zo voegt hij eraan toe, “als je zo speelt, krijg je snel een bepaalde reputatie. Het is ook zo dat hij een aantal spectaculaire overtredingen heeft begaan en gele en rode kaarten heeft gekregen. Van dat imago raakt hij niet makkelijk meer af, ook niet nu hij duidelijk kalmer is geworden. Toen ik nog voor Club werkte, vond ik soms dat hij te ver ging, maar ik heb dat nooit benadrukt. Als ik had gevraagd om kalmer te spelen, had ik voor zijn stuk zijn identiteit afgenomen en dan zou hij minder efficiënt zijn beginnen te spelen. Ik heb de indruk dat hij zelf heeft beseft dat hij toch iets voorzichtiger moest worden. Hij lijkt nu een goed evenwicht te hebben gevonden en daardoor komen zijn kwaliteiten nog beter tot uiting.”

6 Hij is rijper geworden

Wim De Meyer, die tot het einde van vorig seizoen persverantwoordelijke was bij Club Brugge, zegt dat hij het karakter van de kleine middenvelder de jongste twee jaar heeft zien evolueren: “Hij was erg gesloten vroeger en liet vaak het kopje hangen. Dat was niet abnormaal na een moeilijke periode: in 2011 had hij een knieblessure en werd hij geopereerd. Niet spelen was moeilijk voor hem, maar hij merkte dat zijn harde werk bij de revalidatie wel loonde en bloeide open. Hij is stilaan volwassen geworden. De geboorte van zijn eerste kindje heeft hem duidelijk veranderd en voor meer evenwicht en verantwoordelijkheidszin gezorgd. Ook Christoph Daum heeft ertoe bijgedragen om meer een man van hem te maken.”

Volgens Pauwels is het niet te onderschatten wat Blondel privé allemaal heeft meegemaakt. “Hij verteerde de scheiding van zijn ouders erg moeilijk, verloor een tante van wie hij heel veel hield. Onlangs overleed zijn grootvader, die als een god voor hem was, en hij verloor ook François Sterchele, zijn beste vriend in het voetbal. Dat waren mokerslagen die hij allemaal in zijn eentje heeft verwerkt. Hij sprak daar met niemand over maar het vrat aan hem. Sinds de geboorte van zijn kindje is hij veel meer man geworden dan jonge gast. Hij gaat niet meer uit zoals vroeger en is ook daardoor minder blessuregevoelig geworden.”

7 Hij neemt de privéjet van de voorzitter

Grote artiesten treden ook op als ze verdriet hebben of in de rouw zijn. Blondel deed dat begin augustus ook in de Champions Leaguewedstrijd in Kopenhagen. Die dag werd zijn grootvader begraven, die een sleutelrol heeft gespeeld in zijn leven. Het bestuur van Club en Georges Leekens vertelden hem dat hij mocht kiezen: ofwel de begrafenis bijwonen in Moeskroen, ofwel mee afreizen naar Kopenhagen. “Ik vond dat ik op de twee plaatsen moest zijn”, legde hij nadien uit. “Uiteraard wilde ik de laatste groet aan mijn opa niet missen, maar ik wilde echt ook spelen in Denemarken en mijn opa zou dat ook zo gewild hebben.”

Uiteindelijk werd een oplossing gevonden: dadelijk na de begrafenis stapte Blondel samen met algemeen manager Vincent Mannaert in de privéjet van voorzitter Bart Verhaeghe. Kort na de middag landden ze in de Deense hoofdstad. Blondel at een stukje met zijn ploegmaats en gaf te kennen dat hij fysiek en mentaal klaar was om te spelen. Leekens stelde hem ook op.

8 Hij is geen sfeermaker

“Ik heb er nooit naar gestreefd een leider te zijn in de kleedkamer”, zegt Blondel. “Op het veld wil ik dat wel. Iedereen heeft zijn eigen persoonlijkheid. Anderzijds is het ook niet zo dat ik altijd braafjes in een hoekje blijf zitten. Als iets me niet aanstaat, zeg ik het ook.”

Wim De Meyer denkt dat Blondel te veel meegemaakt heeft in het leven om altijd zin te hebben om voor ambiance te zorgen. “In de kleedkamer kunnen Vadis Odjidja, Víctor Vázquez, Ryan Donk en Jordi Figueras wel die rol op zich nemen. Jonathan is daar minder goed voor geschikt, maar hij geniet er wel van.”

9 Hij is geliefd bij de fans

Met zijn acht en een half jaar dienst is Jonathan Blondel de speler die bij Club veruit de langste staat van dienst heeft. Hij blijft ook bijzonder populair bij de fans. Dat hij af en toe eens scheef werd bekeken omwille van een of andere te drieste tackle, heeft daar in wezen niets aan veranderd. “Ik heb nooit problemen gehad met de fans”, bevestigt hij. “Ik ben het soort speler dat ze graag hebben. Of het nu goed gaat of slecht, ik geef alles wat ik in me heb, ik maak mijn truitje nat en ik vecht voor elke bal. Ik denk dat ik onze lijfspreuk ‘ No sweat, no glory‘ goed be- lichaam.”

10 Hij spreekt

Na een wilde tackle op een speler van Villarreal in september 2010 kreeg Blondel de hele pers over zich heen, met als gevolg dat hij gedurende een heel jaar een volledige persstop inlaste en met geen enkele journalist praatte. Ook vandaag nog denkt hij dat dit een goede beslissing was: “Ik heb fouten gemaakt, maar naar mijn mening zijn de journalisten dan te ver gegaan en hebben ze van een mug een olifant gemaakt. Ik had echt schrik dat mijn kinderen over een aantal jaar artikels zouden terugvinden waarin ik bijna werd uitgemaakt voor moordenaar. Het was best om er even het zwijgen toe te doen.”

De Meyer heeft op hem moeten inpraten: “Ik heb hem moeten uitleggen dat het niet in zijn belang was om helemaal niet meer met de pers te spreken en om elke interviewaanvraag te weigeren. Uiteindelijk heeft hij mijn redenering gevolgd, maar hij voegde er wel aan toe dat hij opnieuw zou zwijgen als de journalisten opnieuw kritiek zouden uiten op zijn spel. Dat begrijp ik wel, want ik vind ook dat men hem onheus heeft bejegend. Daarom ben ik blij dat we nu weer de echte Blondel zien.”

DOOR PIERRE DANVOYE – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Blondel is de beste speler van Brugge.” Marc Wilmots

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content