Evenzeer als aan zijn fysieke kracht dankt Wout Van Aert zijn eerste wereldtitel bij de profs aan zijn mentale weerbaarheid.

28 januari 2012. De avond vóór het WK in Koksijde feliciteert sportpsycholoog Rudy Heylen Niels Albert met zijn wereldtitel, hoewel die op het BK slaag kreeg van Sven Nys en in de twee laatste WB-races niet op het podium stond. ‘Een dag te vroeg, Rudy’, lacht Albert. Waarop Heylen bloedserieus antwoordt: ‘Niets van. Jij bént al wereldkampioen. De race moet niet eens meer gereden worden. Dat moet je aanvaarden en uitstralen.’ Heylen praat nog minuten in op Albert, die volledig meegaat in zijn verhaal en de dag erna vol zelfvertrouwen richting tweede wereldtitel fietst in het Koksijdse zand.

Vier jaar later, hetzelfde scenario, met een andere rolinvulling: Heylen nog altijd als sportpsycholoog, maar de renner heet Wout Van Aert en diens coach is Niels Albert. Die heeft vorig jaar en begin dit seizoen gemerkt dat de benen van zijn poulain belegd zijn met goud, maar dat hij mentaal nog kwetsbaar is. Want: op het BK 2015 en op het EK begin november door de druk onderuitgegaan. En dus overtuigt Albert een aarzelende Van Aert van het nut van de door hem geprezen sportpsycholoog.

Onder het motto ‘Ook het brein is een spier en een spier kan getraind worden’ – zeker voor een nog altijd pas 21-jarige atleet – gaat Heylen aan de slag met de Kempenaar. Via ademhalingsoefeningen (om rustig aan de start te staan), via visualisatietechnieken (je inbeelden hoe je op het stuk van de omloop dat jou het best ligt, wegrijdt van de concurrentie, om het zelfvertrouwen te vergroten) en via het herhalen van alle mogelijke scenario’s en reacties daarop (om de mentale weerbaarheid te vergroten).

Zo stoomt de mental coach Van Aert klaar voor het BK, in zijn Lille, waar de druk voor eigen fans torenhoog zal zijn. Want, zo luidt het in de pers: de Herentalsenaar is geen kampioenschapsrenner. In Lille bewijst die echter het tegendeel – zelfs een spectaculaire val brengt hem niet van zijn stuk. Na de finish laaiden de emoties bij Van Aert hoog op. Maar ook het besef dat de mentale oefeningen geholpen hebben. Een cruciaal kantelpunt met oog op het WK.

Daarvoor heeft Niels Albert een plan bedacht: in tegenstelling tot voor het BK nu wél in de underdogrol kruipen en alle druk naar Mathieu van der Poel schuiven. Met succes, want na twee superieure WB-zeges is de Nederlander dé topfavoriet. Als een krant naar Alberts pronostiek vraagt, antwoordt die zelfs: ‘MVDP’. Intern klinkt het na een trainingsstage in Spanje echter anders: ‘Iedereen zal verschieten van Wout, als Mathieu niet súper is, maak ik me niet veel zorgen…’

Albert krijgt gelijk, de fysieke én mentale training renderen. De vooraf heel ontspannen Van Aert bewaart ook na het voet-in-wielincident met Van der Poel de rust. En op het klimmetje dat hij op stage zo vaak heeft gesimuleerd, zíttend in het zadel (nog een tip van Albert), rijdt en loopt hij in de slotronde weg van Lars van der Haar.

En Van der Poel, het zogenaamde ijskonijn? Die laat na het oponthoud met de Belg het hoofd hangen. Zei vader Adrie vorige week in HUMO: ‘Een psycholoog hebben we niet nodig. Als je die inroept, is dat een teken dat er iets mis is met je entourage. Je moet je zonen al van in het begin leren omgaan met tegenslagen.’ Een kunst die Mathieu toch nog niet helemaal onder de knie heeft…

DOOR JONAS CRETEUR

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content