‘Het komt hier altijd wel in orde’

© belgaimage - Christophe Ketels

Straks viert KV Kortrijk een dubbele verjaardag: 50 jaar sinds de fusie en 120 jaar sinds de oprichting van de oudste Kortrijkse voetbalclub. In afwachting droomt het met een gezond beleid van wat ooit tijdens de Guldensporenslag lukte: Klein Duimpje dat de reuzen klopt.

Honderd kilometer is het van Brussel tot Kortrijk. De rit langs de R0, de E40 en de E17 voert ons in iets meer dan een uur langs het Lotto Park van Anderlecht, de Ghelamco Arena van Gent en het Regenboogstadion van Zulte Waregem naar het Guldensporenstadion. Vier profclubs op honderd kilometer, dat is véél.

Vanaf de ring van Antwerpen is over ongeveer dezelfde afstand het stadion van KVK zelfs het zesde, na dat van Antwerp, Beerschot, Waasland-Beveren, Gent en Zulte Waregem. Zonder het te hebben over Excel Mouscron, dat vijftien kilometer verder ligt, en Lille OSC twintig. Om nog te zwijgen over de West-Vlaamse concurrentie van Club, Cercle en Oostende.

In het moderne voetbal bepaalt de economische ruimte de leefbaarheid van een profclub. Met 77.000 inwoners is Kortrijk de vijftiende gemeente van België, als men de Brusselse agglomeratie als één geheel rekent.

De Kortrijkse binnenstad oogt aangenaam en is de laatste tien jaar flink opgeknapt. Op de Grote Markt ligt een speeltuin met een strand voor de kinderen, zodat de ouders in alle rust op de omliggende terrassen kunnen aperitieven. Om aan te tonen wat voor een wereldstad Kortrijk wel is, staat er aan een café een wegwijzer: New York is 5815 kilometer, Moskou 2602 en Parijs 250.

Burgemeester Vincent Van Quickenborne (Open VLD) heeft van Kortrijk een gezellige stad op mensenmaat gemaakt. Op de oevers van de Leie staan strandstoelen en het is gezellig kuieren vanaf de Broeltorens met zicht op het Guldensporenstadion, dat op wandelafstand ligt. In tegenstelling tot de fris opgeknapte stad ligt het stadion er nog altijd bij zoals twintig jaar geleden.

Gulden Sporen

De plek waar in 1302 de Guldensporenslag zich heeft afgespeeld, ligt vandaag volledig tussen woonwijken. In een parkje werd in 1902 een monument opgetrokken, het heet sindsdien het Groeningeveld. Hier werd 718 jaar geleden militaire geschiedenis geschreven met de allereerste overwinning van een burgerleger op een ridderleger. David tegen Goliath, wat KV Kortrijk in het profvoetbal ook graag wil zijn.

Dat is iets te zelden gelukt sinds de fusie tussen Stade Kortrijk en Kortrijk Sport in 1971. In die geschiedenis zaten te weinig pieken en te veel dalen. Zo speelde Kortrijk nooit Europees, in tegenstelling tot de buren uit Moeskroen, Waregem, en zelfs Harelbeke en Roeselare (al was dat in het kader van de Intertoto, de zomerbeker).

Natuurlijk had ook KVK al die jaren zijn cultvoetballers, mannen die in de herinnering zijn blijven leven. Zoals de Algerijnse balkunstenaar Djamel Zidane. Hij belandde hij via Eeklo en Sint-Niklaas in 1980 in Kortrijk, waar hij vier jaar lang zijn kunsten zou tonen én scoren. Met hem had KVK in 1982 zelfs een speler op het WK. Vier jaar later, bij zijn tweede WK-deelname, was hij naar Waterschei verhuisd.

Er was ook aanvaller Albert De Lamper, die tot de komst van Teddy Chevalier clubtopschutter aller tijden was. De speler met de meeste wedstrijden blijft Dieter Schwabe. De Duitse verdediger kwam in 1979 van FC Uerdingen en stond liefst elf jaar in de verdediging van de Kerels. Volgens de overlevering zou Schwabe zich eens ziek gemeld hebben. Die dag deden de spelers een oefenloop door de stad, toen ze plots Schwabe zagen, die op een dak werkte, en naar hem zwaaiden. Dat zou kunnen, want Schwabe, die een meisje uit de streek huwde en nog steeds in Kuurne woont, is met zijn zoon actief als loodgieter en sanitair installateur.

Wie niet weet dat de club een buitenlandse eigenaar heeft, merkt daar in het dagelijks beleid niets van. Vincent Tan laat het bestuur doen.

Maar dé KVK-speler bij uitstek is Boudewijn Braem, die na de fusie in 1971 de opmars vanuit vierde klasse meemaakte. De begaafde middenvelder had een grotere carrière kunnen uitbouwen, maar wilde zijn dagtaak bij de Post en zijn voetballoopbaan combineren met een aangenaam leven. Voldoende reden voor Constant Vanden Stock om af te zien van een speler die nochtans de Anderlechtstijl had. Uiteindelijk zou Braem nog naar AA Gent vertrekken, maar toen zijn club in 2001 failliet ging en naar derde klasse zakte, ging hij samen met Joseph Allijns op zoek naar investeerders om de club over te nemen. Braem overleed zelfs op de terreinen van KVK. Men vond hem op een vrijdagochtend in mei 2005, nadat hij er de dag tevoren nog het gras had afgereden.

KV Kortrijk is de club waar Yves Vanderhaeghe zes jaar geleden zijn carrière als hoofdtrainer begon.
KV Kortrijk is de club waar Yves Vanderhaeghe zes jaar geleden zijn carrière als hoofdtrainer begon.© belgaimage – Christophe Ketels

55 minuten

Een andere echte clubman, trainer Yves Vanderhaeghe, neemt op een zomerse donderdagmiddag in de familietribune van het Guldensporenstadion plaats voor het wekelijkse persmoment. In Kortrijk gaat dat zo: je stelt Yves een vraag en hij antwoordt, er druppelen nog een paar collega’s de tribune op en er ontspint zich een interessant gesprek. Over KVK, zijn spelers, de mercato, passie, het vak en zijn eigen karakter. Niemand die op zijn uurwerk kijkt.

Kortrijk is de club waar Vanderhaeghe zes jaar geleden zijn carrière als hoofdtrainer begon, nadat hij er ervaring opdeed aan de zijde van Hein Vanhaezebrouck, die de club in 2008 voor het laatst terug naar eerste klasse bracht.

Op het veld moest de trainer de eerste weken flink puzzelen om een volwaardig elftal op de been te krijgen. Zo gaat dat traditioneel bij Kortrijk, met een erg kleine kern bij de start en late inkomende transfers. Hij weet vooraf dat hij niet zal werken met een kern van 28 volwaardige profs. ‘Er is mij gevraagd om geduldig te zijn. Met negativiteit red je het niet. Het helpt dat ik de club ken. Omdat ik weet dat het hier altijd wel weer in orde komt. Kortrijk heeft op het einde van de transferperiode altijd nog goeie spelers kunnen halen. Andere clubs gaan vroeg de markt op, maar dan betaal je ook meer.’

Wanneer niemand nog vragen heeft, sluit persverantwoordelijke Stijn Maertens af met een simpel ‘Oké’. De babbel duurde 55 minuten. In pre-coronatijden had de pers ook nog de ochtendtraining mogen bijwonen.

Je maakt het nog zelden mee in 1A.

De Messi van azië

Terwijl Vanderhaeghe met de drie aanwezige journalisten praat is ‘de Lionel Messi van Azië’ op weg naar Kortrijk, al haalt dat bericht die dag niet het wereldnieuws, zelfs niet het Belgische sportnieuws. De volgende dag bezoekt de achttienjarige Maleisische spits Luqman Hakim Shamsudin het stadion. Luqman geldt als een van de grootste jonge talenten in Azië en kreeg van clubeigenaar Vincent Tan een vijfjarig contract. ‘Het is niet de bedoeling dat hij in Kortrijk op de bank gaat zitten’, waarschuwde Tan, die in de Maleisische krant The Sun benadrukte dat hij het Kortrijkse bestuur heeft moeten overtuigen om het talent een kans te geven.

Het is een zeldzame keer dat de eigenaar zich met KV Kortrijk bemoeit sinds hij de club in 2015 overnam. Een overname waar ze zich in Kortrijk aanvankelijk wat vragen bij stelden, omdat Tan bij Cardiff City, de club waarvan hij in 2010 eigenaar werd, aanvankelijk de kleuren veranderde, van blauw naar rood.

De Maleisische zakenman zocht nog een profclub op het vasteland, nadat hij in 2013 al FK Sarajevo had gekocht. Aan makelaar Nico Vaesen, die net op dat moment een transfer met Cardiff had gedaan, vroeg Tans rechterhand Ken Choo welke Belgische clubs in aanmerking kwamen. Die moesten aan drie voorwaarden voldoen: eigenaar zijn van de meeste van hun spelers (dat was bij Kortrijk op één speler na het geval), een goeie relatie hebben met het stadsbestuur met het oog op de eventuele bouw van een nieuw stadion, en weinig schulden hebben. Vaesen signaleerde drie clubs: Westerlo, Lokeren en Kortrijk. Toen Tan interesse in Kortrijk toonde, nam Dirk Degraen, die van de club een mandaat had gekregen om KVK te verkopen, de zaak over. De vorige eigenaar, Jean-Marc Degryse, was plots overleden en diens broer vond het geen optie om de club te leiden. Uiteindelijk betaalde de Maleisische zakenman bijna 5 miljoen euro: relatief weinig voor een gezonde Belgische eersteklasser.

Wie niet weet dat de club een buitenlandse eigenaar heeft, merkt daar vijf jaar later in het dagelijks beleid niets van. Tan laat de lokale bestuurders doen. Hij investeert niets, maar legt de club ook niets in de weg. Wel heeft Tans rechterhand Ken Choo vanuit Groot-Brittannië een rechtstreekse lijn met Matthias Leterme, maar algauw merkte hij dat de jongeman, die in 2009 de club binnen stapte als zoon van, snel zijn eigen naam maakte en zijn club als een goede huisvader beheert. Dat wil zeggen: elke euro drie keer omdraaien en geen schulden maken.

Dat kan aan de hand van een paar principes, waar Leterme zich nauwgezet aan houdt. Zo koopt Kortrijk zo goedkoop mogelijk in en betaalt het zo weinig mogelijk geld aan makelaars. Van alle clubs in 1A en 1B is het de club die de minste commissies betaalt. De duurste aankoop ooit was de Amerikaanse centrale verdediger Brendan Hines-Ike die iets meer dan een half miljoen euro kostte.

Kleinste kern

Het gevolg van die strategie is dat trainer Yves Vanderhaeghe het seizoen begon met amper 21 spelers, de kleinste kern van alle eersteklassers, en dat hij na een paar weken intensieve voorbereiding even rust moest inlassen omdat hij nog maar 12 fitte spelers over had. Zo kwam in de eerste match een speler aan de aftrap die niet eens in de A-kern zat: linksback Loïc Ritière was bij STVV gehaald om zich rustig bij de beloften te ontwikkelen, maar moest tegen Waasland-Beveren aan de bak omdat er geen ander valabel alternatief was voor de geblesseerde Kristof D’haene.

KVK mikt op voetballers die elders afgeschreven of ondergewaardeerd zijn.

Aan de andere kant, op de rechtsachter, noteerden al een aantal clubs de naam van een nieuwkomer die wel al in het tussenseizoen gehaald werd, omdat hij bij Westerlo einde contract en dus gratis was: West- Vlaming Gilles Dewaele, een aanvallende back met een enorme motor. Het is op dat soort spelers dat Kortrijk mikt, in binnen- en buitenland: voetballers die elders afgeschreven of ondergewaardeerd zijn, voor wie men het juiste moment moet afwachten. Zoals Ivan Santini, die gevolgd werd bij zijn Kroatische club maar voor Kortrijk onhaalbaar bleek toen hij nationaal topschutter werd. Maar toen zijn transfer naar Freiburg in 2013 niet opbracht wat de Duitse club en hijzelf verwachtten en hij terugkeerde naar zijn oude club Zadar, herinnerde hij zich dat Vlaamse clubje dat hem eerder ook al wilde. In 2015 verkocht Kortrijk Santini aan Standard met een flinke meerwaarde.

Veel clubs azen op Terem Moffi, maar KVK is niet van plan om hem nu van de hand te doen.
Veel clubs azen op Terem Moffi, maar KVK is niet van plan om hem nu van de hand te doen.© belgaimage – Christophe Ketels

De duurste uitgaande transfer is hij nochtans niet. Dat is een andere speler die Kortrijk goedkoop haalde. Glen De Boeck stelde de Algerijnse rechtsback Youcef Atal amper op, maar de enkele geslaagde wedstrijden die hij speelde, maakten wel dat hij voor 3 miljoen euro verkocht werd aan Nice. En ook aardig: wanneer Nice op een dag Atal doorverkoopt, gaat er nog een percentje naar KVK.

Vandaag heeft Kortrijk alweer een speler op wie grotere clubs azen, maar het is niet van plan om Terem Moffi, die pas in januari arriveerde, nu van de hand te doen. Als dat het plan was geweest, was het al gebeurd, want voor de spits kreeg Leterme deze zomer een bod dat nog hoger lag dan het recordbedrag dat voor Atal opgestreken werd. Maar bij KVK gelooft men dat Moffi nog veel beter kan dan wat hij tot vandaag al toonde, en dat hij dus straks nog meer waard zal zijn.

Nieuw stadion

Het budget voor elk seizoen krijgt KV Kortrijk zelf rond, zonder dat iemand moet bijpassen. Schulden heeft de club niet, want Matthias Leterme let nauwgezet op de centjes. Tan heeft er nog nooit een euro in gestopt. Sportief vindt Kortrijk het niet erg om na Club Brugge pas de tweede club van West-Vlaanderen te zijn (rivaal Zulte Waregem staat ingeschreven onder het stamnummer van Zultse VV en geldt dus als een Oost-Vlaamse club). Het heeft geen eigen opleidingscentrum zoals Club en het nabije Lille. Qua toeschouwers zag het vorig seizoen een stijging van 22 procent, met twee pieken boven de 9000 kijkers (tegen Anderlecht en Antwerp) en nog twee wedstrijden met meer dan 8500 (tegen Cercle en Club). Drie jaar geleden zette men een nieuw traject op om meer abonnementen en minder losse verkoop te hebben en om de fans meer bij de club te betrekken: MyKVK. Zo kregen vijftig aangenaam verraste fans de kans om als eerste kennis te maken met de nieuwe voorzitter, Ronny Verhelst, die in mei Joseph Allijns opvolgde.

Alleen stoot men in de huidige accommodatie, die al decennia niet meer aangepast werd, op zijn grenzen. In de familietribune tegenover de hoofdtribune zitten in normale tijden 1200 abonnees, terwijl op die tribune tien jaar geleden slechts 300 man zat. Maar de kantine biedt er maar plaats aan 400 genodigden. In tribune 4 haalt men dan weer de laagste omzet per aanwezige in heel het stadion.

Twee jaar geleden verhuisde de clubwerking met het secretariaat en de commerciële diensten van de containers naast het stadion naar een mooi kantoor in een verbouwde fabriek op de Nijverheidskaai aan de Leie. Een aantal jaar geleden was daar zes man aan de slag, nu al twaalf en binnenkort veertien.

Wil KVK meer middelen vergaren en meer volk lokken, dan heeft het nood aan een nieuw stadion. Wanneer dat er komt, weet niemand. Er staat geen timing op, maar mocht een geïnteresseerde kapitaalkrachtige overnemer bouwplannen én financiële middelen hebben (die hebben de club noch de stad vandaag), kan het snel gaan. Want de locatie is al gekend en ingepland: op het bedrijventerrein Evolis van de intercommunale Leiedal aan de afrit van de E17, richting Zwevegem. Bedrijven die er hun intrek nemen, lezen in de voorwaarden dat ze op wedstrijddagen hun parking moeten opstellen voor het voetbal – zodra dat stadion er staat.

Intussen reageert de club sereen op de geruchten dat KV Kortrijk opnieuw te koop is. Tan moet niet verkopen, want zijn investering draait break-even, zo luidt het. Maar iedereen die in zaken zit, weet dat als een eigenaar winst kan maken met de verkoop, dat bespreekbaar is. Dat is de situatie in Kortrijk. Dat kan volgende maand zijn, maar het kan ook nog een jaar duren. De vraagprijs zou alleszins tussen 10 en 15 miljoen euro bedragen.

Een goed rapport

KV Kortrijk speelde in de voorlopig 49 jaar sinds de fusie 28 jaar in eerste klasse, 15 jaar in tweede, 5 jaar in derde en één seizoen (het allereerste) in bevordering. Hoogtepunt was een vijfde plaats in 2009, behaald onder leiding van Georges Leekens. Drie keer eindigde het zesde, waarvan twee keer de laatste tien jaar en een keer in 1981/82. Al bij al is voor zo’n traditieclub twee deelnames aan play-off 1 en één bekerfinale (in 2012, verloren) te weinig in een halve eeuw, al oogt het palmares een stuk beter wanneer je de geschiedenis beperkt tot de laatste periode in de hoogste klasse. In het klassement van de laatste twaalf jaar staat Kortrijk op basis van de behaalde plaatsen zevende: vijf plaatsen hoger dan de stand die het vorig seizoen in de rangschikking van de budgetten bezette. Dat noemt men een goed rapport.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content