Zijn parcours, zijn stijl en zijn voetbal: we vertellen je alles over René Weiler, de man door wie Herman Van Holsbeeck een oude wens kan vervullen. En wie weet leidt de nooduitgang voor Anderlecht naar een nieuwe weg.

De fascinatie van Herman Van Holsbeeck voor Jürgen Klopp dateert niet van gisteren. Al in 2012, toen hij een opvolger zocht voor Ariël Jacobs, droomde de manager van Anderlecht van een profiel dat gelijkaardig was aan dat van de succestrainer van Borussia Dortmund. Vier jaar later is Klopp trainer van Liverpool geworden en heeft Anderlecht René Weiler aangetrokken. De Zwitser, die net de promotie naar de Bundesliga miste met Nürnberg, charmeerde Van Holsbeeck tijdens een meeting in Zürich. Toen de komst van Roberto Martínez onmogelijk bleek – de Spanjaard had interesse maar wou volgens geluiden op Neerpede een te uitgebreide staf meebrengen – nadat eerder Claude Puel bedankte en de onderhandelingen met Stefano Pioli afsprongen, wendde Van Holsbeeck zich tot Weiler. Bijna overhaast, zonder echt de statistische gegevens aan de filosofie van de Zwitser te toetsen.

De trainer die achtereenvolgens vergeleken werd met José Mourinho (wegens zijn atypische carrière), Lucien Favre (wegens zijn nationaliteit) en Thomas Tuchel (wegens zijn leeftijd) heeft een te grillig parcours om veel vergelijkingen te kunnen doorstaan. Een weerbarstige knie noopte hem al op zijn 28e om langs de andere kant van de zijlijn te gaan staan. Zijn carrière kende tot dan een selectie voor de Nati, een ontmoeting met ene Joachim Löw en een doortocht bij Servette Genève, die verklaart waarom hij perfect het Frans beheerst.

Hij was sportief directeur bij Sankt-Gallen, succesvol jeugdcoach bij meerdere clubs van het land en hij heeft een bachelor in communicatiewetenschappen. Weiler zette zich op de bank van een profclub toen hij dertig was geworden en bracht Aarau naar de Zwitserse eerste klasse waarbij hij jongeren als Silvan Widmer (Udinese) of Artur Ionita (Hellas) liet doorbreken. Nadien nam hij de leiding bij Nürnberg in november 2014. Daar leerde Christian Biechele, die als volger voor het Duitse weekblad Kicker een bijzonder goed contact opbouwde met de Zwitserse coach, hem kennen: ‘Het is echt meer dan slim of intelligent zijn, want als mens en trainer blijkt hij bijzonder goed bij de pinken. Wat vooraf meermaals werd besproken met zijn spelers, dat moet ook zo worden uitgevoerd. Spelers die stil blijven staan op het veld en niet de opdrachten uitvoeren zoals gevraagd, daar kan hij behoorlijk kribbig van worden.’ Zijn adjunct Manuel Klökher, die beweert ‘dat hij Weiler al langer kent dan zijn vrouw’, bevestigt: ‘Hij heeft zo veel ambitie dat hij ongelooflijk veeleisend kan zijn.’ Laten we even kijken wat zijn plan bij Nürnberg op het veld was.

PRESSING EN LANGE BALLEN

In de punt van de aanval spaart Guido Burgstaller, de Oostenrijkse versie van Laurent Depoitre, zijn krachten niet. Gekoppeld aan een tweede aanvaller in een 4-4-2, kwelt hij de vijandelijke defensie bij elke laterale pass of haakt hij af om een verstikkende pressing te ontwikkelen. Het Kloppisme is opvallend, zeker wanneer een van de twee aanvallers zich tussen de centrale verdedigers van de tegenstander posteert om het veld in tweeën te snijden en zijn ploeggenoten toe te laten om hun pressing op een helft van het terrein uit te oefenen.

Zonder bal is de ploeg van Weiler hyperactief. Ze lopen zich in het zweet, zodanig dat de slogan van Brugge, no sweat no glory, wel in het Beiers lijkt vertaald. ‘Voetbal is een gevechtssport’, bevestigt een trainer die ‘niet wil alles dichtgooien, niet op 0-0 wil spelen’. De inzet van zijn team maakt het verdedigend soms wankel omdat de drang en de wil de overhand nemen op de structuur. Met 41 geïncasseerde goals sloot Nürnberg het seizoen af met de op acht na beste verdediging van de competitie, veel minder dan de derde plaats in het eindklassement. Uiteindelijk heeft dat weinig belang voor een coach die aangeeft dat ‘hij liever met 5-4 wint dan met 1-0’, omdat ‘het allebei overwinningen zijn, maar je één ding niet mag vergeten: we spelen voetbal als entertainment en om te kunnen entertainen moet je handelen en niet alleen reageren.’

De daden van Nünrberg onder Weiler zijn verre van Guardiolesk en maken de vergelijking met Tuchel in vele Duitse media eigenlijk absurd. ‘Zijn visie begint met het kijken welke spelers hij ter beschikking heeft. Op basis daarvan gaat hij zijn stijl en spelsysteem ontwikkelen. Bij Nürnberg trof hij een kern met een zeer beperkt voetballend vermogen’, zegt Biechele. Om resultaten te boeken koos de Zwitser niet voor een middenveld dat ballen kon ontvangen met de rug naar doel of dat balbezit over de grond kon uitspelen. De verdediging zendt lange ballen naar de aanvalslinie die het duel aangaat voorleer men met veel mensen de tweede bal probeert te spelen. ‘Veel volk rond de bal’, nog een pijler van het voetbal van Klopp.

In tegenstelling tot het Anderlecht van Besnik Hasi, bij wie balbezit vaak een probleem werd, volgt het Nürnberg van Weiler de ideeën van de coach van Liverpool: ‘Wanneer je dominant bent, mag je het spel niet laten verzanden, je moet weten wat je moet doen.’ René Weiler schakelt zijn flankmiddenvelders in in het tweede deel van de actie, door hen dicht bij de aanvallers te zetten om te profiteren van de desorganisatie van de tegenstander na een duel. Het voetbal is direct en gepassioneerd en acties die uit meer dan tien passes bestaan, zijn op de vingers van één hand te tellen.

DRIEHOEKJES

Het recept lijkt misschien simplistisch, maar het werpt vruchten af. De Beierenaars scoren twee keer per match en onderhouden dat ritme ondanks het vertrek van Alessandro Schöpf naar Schalke in de wintertransferperiode. Ze eindigden op het podium van de competitie met de op één na beste aanval van het seizoen.

Wanneer het verschil niet gemaakt wordt op een tegenaanval of een tweede bal, toont de ploeg zich wat geduldiger en probeert ze voordeel te halen uit de meerderheid op de flanken. Een schema waar Weiler vaak op traint, vertelt Biechele: ‘Zijn trainingsaanpak is grotendeels gebaseerd op veel oefeningen met de bal, maar ook veel spelletjes waarbij een meerderheidssituatie wordt voorgehouden. Zoals een 4 tegen 3, of een 5 tegen 4, op een korte ruimte met kleinere groepjes en veel druk op de bal. Kwestie van snel en sneller te kunnen denken of handelen.’

Die snelle combinaties zijn op het veld terug te vinden wanneer Nürnberg situaties van drie tegen twee op een flank creëert door de bewegingen van een centrale middenvelder naar de zijkant of van een aanvaller die een meertal komt creëren met de back en de flankaanvaller. Een snel driehoeksspel leidt dan tot een voorzet of tot een schot op doel van de flankaanvaller, die vaak tegen zijn voet speelt om zich te ontpoppen tot een echte goalgetter.

Op de denksnelheid te midden van snelle driehoekjes wordt dagelijks gewerkt door een René Weiler die niet aarzelt om op het trainingsveld blijk te geven van creativiteit. Zo liet hij zijn spelers eens een wedstrijdje Bubble Foot spelen, een spel waarbij de bovenkant van het lichaam zit ingepakt in een bubbel. ‘Dat traint de coördinatie’, legt de Zwitser uit. ‘In die bellen moeten ze ook anticiperen van waar de dreiging zou kunnen komen.’ Handbal of American football behoren ook geregeld tot de trainingssessies van een coach die ervan overtuigd is dat ‘het menselijke fysieke potentieel binnenkort zal uitgeput zijn in het voetbal, maar dat we qua cognitief aspect nog maar aan het begin van de ontwikkeling staan.’

LERENDE COACH

Uitgeput of niet, fysiek is belangrijk voor Weiler. Om zijn gepassioneerd en offensief voetbal te kunnen brengen, is de voorbereiding uiteraard cruciaal. Nog een gelijkenis met Klopp, die enkele dagen na zijn aankomst in Liverpool bevestigde: ‘Als je niet bereid bent meer te lopen dan je tegenstanders, dan ben je gek.’

‘Langs de lijn is hij heel rustig, maar wanneer op training een oefening niet verloopt zoals gevraagd, kan hem dat bitsig maken’, lacht Biechele. ‘Maar dat doet hij ook niet constant hoor, René zal niet snel de boel op stelten zetten. Hij observeert, analyseert en voert dan pas – heel beredeneerd – uit.’

‘Een coach moet aanleren, de spelers helpen met zijn instructies’, legt een Weiler uit die doorgaans coacht vanuit zijn houding van jeugdtrainer die hij ontwikkelde bij de jeugdploegen van Grashopper, Sankt-Gallen en Winterthur. Een houding die zeker de Anderlechtse jeugd wat kan bijbrengen, want die werd de voorbije seizoenen vaak zonder tactisch plan de wei in gestuurd door Besnik Hasi.

‘Mooi voetbal brengen en onze jongeren beter maken’, dat is de dubbele missie die Sporting aan zijn nieuwe Zwitserse coach geeft. Martin Bader, de voormalige sportieve baas van Nürnberg presenteerde hem twee jaar geleden als ‘iemand die de reputatie heeft dat hij de jeugd kan helpen ontwikkelen en die bewezen heeft dat hij een ploeg op de rails kan zetten.’

In een paars-witte kern die nog een werf is, zal die rol van ploegbouwer belangrijk zijn. En de 4-4-2 zal misschien niet het bouwplan zijn van een coach die van zichzelf zegt dat hij niet één vast systeem heeft. Biechele bevestigt dat: ‘In Zwitserland speelde hij vaak in een 4-2-3-1-veldbezetting, bij Nürnberg wisselde hij tussen een 4-2-3-1, 4-4-2 of 4-5-1. Maar overal creëerde hij iets uit het niets.’

Blijft nog te bezien hoe hij met de druk zal kunnen omgaan, die hem er in de barrages tegen Eintracht Frankfurt al toe bracht om zijn principes aan de kant te schuiven omwille van een eventuele promotie naar de Bundesliga. In die twee matchen bracht Nürnberg alleen maar negatief voetbal. Weiler vergat zijn ideeën en verloor het duel. Een dubbele misser die het publiek in het Astridpark niet snel zou vergeven.

DOOR GUILLAUME GAUTIER EN FRÉDÉRIC VANHEULE – FOTO’S BELGAIMAGE

‘René Weiler wisselt al eens van systeem, maar overal creëerde hij iets uit het niets.’ CHRISTIAN BIECHELE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content