Arouna Koné maakt zich zorgen over zijn familie in het woelige Ivoorkust. Bij PSV probeert de ex-speler van Lierse de problemen van zich af te voetballen.

Het scenario kan zo de slotscène vormen van een aangrijpende speelfilm. Terwijl de Ivoriaanse selectie geëmotioneerd de (op dat moment zo lijkende) officieuze uitschakeling voor het WK – en daarmee ook de kans om het verscheurde Ivoorkust te verenigen – verwerkt, ontstaat buiten het stadion Félix Houphouet-Boigny een heuse opstand. Een woedende menigte wil verhaal halen bij hun sterren. Ook Arouna Koné, die een week eerder nog een lucratief contract bij PSV tekende, zit stuk. Voor hem is het verlies tegen Kameroen (2-3) en de wanorde buiten de poort een treffend slot van een roerig jaar, waar groot geluk en onvoorstelbare misère voortdurend om zijn hart vochten.

Het begon met de ellende rond de mislukte Ajax-transfer, het eindigt met een klinkend PSV-contract. En tussendoor vrat de levensgevaarlijke situatie waarin zijn familie verkeert voortdurend aan hem. Ivoorkust is verscheurd door heftige geweldsuitbarstingen, vreemdelingenhaat en tegenstellingen. De strijd woedt, grof geschetst, tussen het islamitische noorden en het christelijke zuiden. Voor Koné is de situatie extra zorgelijk. Zijn islamitische familieleden wonen in de vroegere hoofdstad Abidjan, nog altijd het economische centrum van het land, maar ook overwegend christelijk en bovendien het territorium van de overheid.

Vooral sinds november zit de schrik er in Abidjan goed in. President Laurent Gbagbo voerde toen een haatcampagne tegen voornamelijk de Franse immigranten en trok de nationalistische jongerenbeweging Jeunes Patriotes moordend door de stad van zijn familie. De berichten van foltering, verkrachtingen en executies sijpelen maar mondjesmaat door in Europa, maar voor Koné is het een voortdurende zorg. “Het laat me niet los, ik moet er altijd aan denken. De rebellen zitten in het noorden, mijn familie in het zuiden. Dus op zich is dat niet heel zorgelijk. Maar als het toch escaleert, worden mensen vanwege het feit dat ze islamiet zijn, gezien als rebellen. Het geweld hoeft maar even op te laaien en ze zijn opeens wél in gevaar. De situatie is zodanig dat zoiets elk moment kan gebeuren, dus dat blijft me bezighouden. Als de situatie vandaag normaal is, geeft dat geen enkele garantie voor morgen. Ik zie het voetbal dan ook als een vlucht. Buiten de uren op het veld moet ik er de hele tijd aan denken, maar zo gauw ik speel, kan ik die zorgen van me afgooien.

“Op 30 oktober zijn er presidentsverkiezingen, dus het wordt een spannende tijd voor Ivoorkust. Ook de rebellen nemen met een partij deel. Ik kan me niet voorstellen wat er na de verkiezingen zal gebeuren. Als er iets misgaat of een partij is het niet eens met de uitslag, kan het zomaar opnieuw exploderen. Als er protesten volgen of de organisatie niet klopt, vrees ik het ergste voor mijn familie in Abidjan. Er zijn vier grote stammen in Ivoorkust. Het probleem is altijd : wordt er een leider gekozen, dan voelt de ander zich achtergesteld en dat veroorzaakt onvrede. Dan kunnen de problemen dus weer van voor af aan beginnen. Het is deels een religieuze oorlog en zo delen ze de bevolking ook in. De mensen worden in hokjes geplaatst. Als je zegt dat je islamiet bent, concluderen de mensen meteen : dán ben je een rebel.”

Vredesmissie

Het is twijfelachtig of de verkiezingen waarover Koné spreekt wel doorgaan. De rebellen hebben zich niet ontwapend en president Gbagbo voelt er dan ook niets voor de stemlokalen te openen. Koné hoopt met zijn ploeggenoten bij te dragen aan de vrede. De internationals hebben een gezamenlijke droom : Ivoorkust verenigen. Nu de president en de rebellen maar niet nader tot elkaar komen, de soldaten van het Franse leger evenals de VN-militairen de gewenste rust niet kunnen waarborgen, proberen de voetbalsterren een WK-vlam te ontsteken waaraan het land zich kan warmen.

Begin september leek die unieke kans verspeeld, maar de tranen bleken voor niets. Ivoorkust plaatste zich alsnog, doordat toenmalig koploper Kameroen punten verspeelde tegen het al uitgeschakelde Egypte (1-1). De Kameroeners misten in blessuretijd zelfs een penalty en hielden zo de vredesmissie van de Ivoriaanse internationals in leven.

Koné : “In het nationale elftal spelen de verschillen die ons land opsplitsen juist geen rol. Integendeel. Wij hebben afgesproken : we zijn van dezelfde ploeg, geloofsovertuiging en afkomst spelen dan ook geen rol. Dat is een voorbeeld voor ons land en daarom waren wij na het verlies tegen Kameroen ook zo teleurgesteld. De bevolking had zij aan zij feest kunnen vieren, want aan die festiviteiten hadden ook de rebellen meegedaan. Iedereen was teleurgesteld over ons mislukte plan voor eenheid te zorgen. Na de wedstrijd hebben dan ook bijna alle spelers gehuild, omdat het voelde als een enorm gemiste kans. Dat we ons alsnog kwalificeerden, maakt ons dan ook heel blij en opgelucht. Het is een uitgelezen mogelijkheid over de problemen heen te stappen. Richting het WK kunnen we als één land achter de ploeg staan, dan kunnen we onze tegenstellingen en problemen vergeten.

De dribbelkoning Koné zit bij de nationale ploeg wel bijna altijd op de bank. “Ivoorkust is heel Frans georiënteerd en alle wedstrijden uit de Franse competitie zijn op tv, net als de meeste Engelse duels. De mensen zien dus alles wat onze spelers daar presteren, maar ze hebben geen idee hoe ik voetbalde bij Lierse of bij Roda JC. Ze zagen hooguit wat beelden van PSV of Ajax. Een scout van de nationale bond is één keer komen kijken, tijdens ADO Den Haag-Roda JC. De bondscoach is niet eens zelf geweest. Hoe kan ik nu voor Ivoorkust spelen als ze niet eens weten hoe ik presteer ?”

Blote voeten

Op de Human Development Index van 2005 is van 177 landen het welvaartspeil gemeten ; Ivoorkust neemt plaats 163 in. De helft van de bevolking leeft van minder dan twee dollar per dag, de werkloosheid is hoog, bijna de helft van de bevolking ouder dan 15 jaar is analfabeet en de levensverwachting bij de geboorte bedraagt slechts 42 jaar.

Het is dan ook geen verrassing dat Koné zijn swingende samba’s leerde op blote voeten, met een geïmproviseerde bal. “Ik heb alleen maar op straat gevoetbald en daar heb ik mijn bewegingen geleerd. De voetbalschool van Rio, waar ik later terechtkwam, was ook niet zo gestructureerd en daardoor kon ik juist mijn techniek ontwikkelen. In Ivoorkust voetbalt iedereen elke dag. De jongens die naar school gaan, doen dat na schooltijd, de anderen kunnen de hele dag voetballen. Daar komt al ons talent vandaan.

“Wij voetbalden vroeger op straat, op blote voeten met een rubberen bal. De afspraak was : of je speelde allemaal mét schoenen of allemaal zónder. Maar ik ken ook verhalen van spelers die zonder schoenen tegen een ploeg mét schoenen moesten spelen, dat zijn dan ook nog vaak jongens die twee jaar ouder waren. Dan leer je wel overleven. In Nederland is de opleiding uiteraard onvergelijkbaar veel gestructureerder. Je kunt hier je kinderen ook niet op straat laten voetballen, dat is veel te gevaarlijk.”

Het arme Afrikaanse land probeert via de koffiebonen te overleven. Ivoorkust is zelfs de grootste cacaoproducent ter wereld, maar er is een ander belangrijk exportproduct bij gekomen : voetballers. Na Didier Drogba, Aruna Dindane en de gebroeders Kalou, maakte ook Koné afgelopen zomer de overstap naar een topclub. “PSV is altijd een droomclub voor me geweest. Als je in Nederland moet kiezen uit de twee grootste clubs, Ajax en PSV, dan zou ik toch voor PSV hebben gekozen. Die club heb ik altijd al mooier gevonden dan Ajax. In het verleden is gebleken dat die club een opstap is naar de grootste competities, zoals Engeland bijvoorbeeld. Ik heb aan het eind van vorig seizoen mijn contract bij Roda JC wel verlengd, maar dat deed ik niet met de intentie om daar nog jaren te spelen. Ik zou nog één jaar blijven en als er een club zou komen, dan was er een opening om te vertrekken. Dat was ook altijd de intentie van de club. Ik heb getekend omdat ik erop vooruitging, niet met het idee nog vijf jaar voor Roda te spelen.”

Meer killer

Hij had méér opties dan PSV, zegt Koné. “Eerder had ook Benfica zich gemeld, maar ik mocht absoluut niet vertrekken. Dat aanbod heeft Huub Stevens toen geweigerd. Benfica is ook een grote club, dus daar had ik best interesse in gehad. Toen PSV zich later meldde, mocht ik ineens wél vertrekken. Assistent-trainer Frank Rutten belde naar mijn manager Serge Trimpont en zei : ‘PSV is concreet, wil je gaan ?’ Even eerder was daar niet over te praten, dat heeft me wel verbaasd. Zelf had ik gezegd dat ik wel voor een bepaalde datum duidelijkheid wilde hebben. Ik was niet van plan om in dezelfde situatie terecht te komen als vorig jaar met Ajax, dat doe ik niet meer. Bovendien moest ik ook naar Ivoorkust voor de wedstrijd tegen Kameroen, vóór die tijd wilde ik het geregeld hebben. Daarbij vind ik : een grote club als PSV moet wel weten wat ze wil. Ik wil niet nog eens meemaken dat ik op de laatste dag nog hals over kop een transfer moet rondmaken. Destijds met Ajax ben ik op de laatste dag van de transfermarkt teruggevlogen uit Ivoorkust en daarna moest nog snel de keuring worden gedaan. Voor de keuring bij PSV was ik trouwens niet bang. Na die mislukte transfer naar Ajax ben ik meermalen binnenstebuiten gekeerd en daaruit kwamen geen problemen naar voren. Ik heb geen enkele angst dat ik fysiek niet in orde zou zijn.

“Het moment van de transfer was natuurlijk wel heel raar, want een week later was het al Roda JC-PSV. Die wedstrijd had ik best aangedurfd. Ik kan niet zeggen of dat heel moeilijk of heel makkelijk was geworden. Zij kennen mij en ik ken de ploeg van Roda door en door. Misschien was het maar beter zo. Als ik één of twee doelpunten had gemaakt, had ik misschien toch een probleem gehad met de supporters. Nu kon ik op een mooie manier afscheid nemen.

“Bij Roda verwachtte iedereen ook dat ik het verschil zou maken, het spel was op mij afgestemd. Dat is bij PSV natuurlijk anders. Hier kunnen Jefferson Farfán en DaMarcus Beasley ook de doorslaggevende actie maken. Dat moet het voor mij ook makkelijker maken, de tegenstander hoeft immers niet alleen naar mij te kijken. Ik weet dat ik een wisselvallige prestatiecurve heb. Als ik wist hoe ik dat moest veranderen, had ik dat al lang gedaan. Het komt door mijn verantwoordelijkheidsgevoel. Als het slecht gaat met de ploeg, voel ik me juist geroepen om ons daaruit te trekken. Dan ga ik dus extra dingen doen. Ik weet dat ik meer een killer moet zijn, meer moet scoren. Tot zo’n veelscorende speler wil ik me in Eindhoven ontwikkelen. PSV heeft mij gehuurd, maar ik denk niet aan een terugkeer naar Roda JC. Ik wil bij PSV blijven.” l

TOM KNIPPING EN TACO VAN DEN VELDE

‘Als je zegt dat je islamiet bent, concluderen de mensen meteen : dán ben je een rebel.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content