Morgen/donderdag begint in Lier de Belgian Homeless Cup met als einddoel het WK in Rio de Janeiro. Ook de dak- en thuislozenploeg van Gent kijkt ernaar uit. ‘In de drugswereld haal je elkaar naar beneden; hier trek je elkaar naar boven.’

Soms grappen ze er wel eens over onder elkaar dat er alles bij elkaar meer dan honderd jaar gevangenisstraf op het veld loopt. Ook het aantal getatoeëerde vierkante centimeters ligt merkelijk hoger dan bij de doorsneevoetbalploeg. Maar een ploeg van thuis- en daklozen is dan ook alles- behalve doorsnee. Er doen (ex-)drugs- en drankverslaafden mee, jongens met een afbetalingsplan voor hun schulden, mannen met een crimineel verleden, eentje met een enkelband die onder elektronisch toezicht staat ook.

Homeless Gent Blue White is een project van diverse partners: Straathoekwerk, CAW, OCMW Gent, Voetbal in de stad en Open Stadion. Samenkomen doen ze elke donderdag in de sporthal aan het Gentse Dracunaplein. Letterlijk een steenworp vanwaar ex-AA Gent en huidig De Graafschapspeler Steve De Ridder opgroeide. “Steve is al een keer of twee komen kijken”, zegt zijn vader Dirk. “Hij zei: pa, eigenlijk heb ik veel geluk dat ik een beetje kan voetballen of ik kon in dezelfde situatie gezeten hebben. Tja, de afstand is niet zo groot, hoor.”

Dirk De Ridder is trainer en OCMW-medewerker, en ontfermt zich samen met Filip ‘File’ Van Goethem, straathoekwerker, over de Gentse dak- en thuislozenploeg. Sinds kort samen met Ineke als maatschappelijk werkster van het OCMW, en Pieter als stagiair van Straathoekwerk. Er wordt gespeeld op een terrein van 15 bij 20 meter met boarding, vier tegen vier, met één vaste doelman, maar er mag constant gewisseld worden. Behalve de sportieve resultaten van drie toernooien in België – het eerste vindt op 11 februari plaats in Lier, met de Homelessteams uit onder andere Gent, Anderlecht, Mechelen en Brugge – speelt ook de sociale integratie mee in de eindbeoordeling. Waar de grens tussen sportieve en extrasportieve criteria precies ligt, is al jaren onderwerp van discussie. “Maar het ‘spelleke’ creëert hoe dan ook iets bij mensen en de fair play is het duwtje dat ze nodig hebben”, zegt De Ridder.

De Ridder & Van Goethem

Van een verzameling sociaal geïsoleerd geraakte mensen een voetbalploeg maken die een sportief en extrasportief doel nastreeft, is geen gemakkelijke opgave. Dirk De Ridder: “Maar het kost eigenlijk meer energie om aan de buitenwereld te tonen welke resultaten wij halen. Iedereen heeft zo zijn eigen verhaal.”

Filip Van Goethem: “Voor de ene is dat twee, drie uur alle problemen kunnen vergeten, voor anderen zich kunnen douchen …”De Ridder: “… en er zijn er die ineens weer boodschappen durven te doen. Kleine dingen betekenen soms een immense vooruitgang. Wij bieden dat duwtje dat ze soms nodig hebben. Want als er verveling is, grijpen mensen naar andere middelen.”

Van Goethem: “We zijn drie dagen op weekend geweest in Utrecht voor vriendschappelijke wedstrijden tegen de Homeless van Utrecht. We zijn ondertussen naar twee wedstrijden gaan kijken.” De Ridder: “In Nederland staan ze al iets verder dan hier. Om een voorbeeld te geven: we hebben gewoon gezegd dat we met die gasten afkwamen en we kregen direct gratis tickets van Utrecht en De Graafschap. Ze trainen op de oefenvelden van FC Utrecht. Bij De Graafschap zijn de samenkomsten in de kantine van de club! Zelfs gewoon een bezoek aan het oefencomplex ligt hier soms al moeilijk.”

Van Goethem: “We hebben nog aan het Rabot gespeeld, zonder douches. Gelukkig mogen we nu deze accommodatie gebruiken.”

De Ridder: “We improviseren hier met banken, neergelegde zaalvoetbaldoelen en truitjes van AA Gent. Ze zijn echt wel fier dat ze de kleuren van AA Gent dragen. Onze spreuk geeft dat ook aan: ‘ We are blue, we are white, we are homeless dynamite.’ Er is in die samenwerking nog een weg af te leggen en dat hoeft echt geen geld te kosten. Wat wij willen teweegbrengen is dat volkse van vroeger, dat ‘ football in the community‘ een begrip wordt in Gent met KAA Gent als ruggensteun. Terwijl nu het goed gaat met de ploeg je zou denken dat de club die sociale projecten niet nodig heeft. Maar het zijn wel die jongens die het vak 200 vol zetten, hé. Bij Anderlecht is dat net hetzelfde, maar bij Lierse bijvoorbeeld, krijgen ze wel dertig, veertig tickets. Wij in Gent worden door alle andere steden nochtans als pioniers gezien.”

Van Goethem: “We zijn, na Antwerp, als tweede op de kar gesprongen, maar we missen een stuk ondersteuning, wat meer animo vanuit AA Gent. We verwachten toch wat feedback, dan kunnen we er één groot feest van maken. We hopen dat er dan ergens een lichtje gaat branden en er middelen vrijkomen om meer te doen. Als we nu ergens naartoe gaan, financieren wij dat.”

De Ridder: “Ik ben met eigen middelen ook met drie van die gasten naar de World Homeless Cup in Milaan geweest. Met het minste dat er was, waren die doodgelukkig. Dat is een mooie eigenschap, waar de maatschappij nog iets van zou kunnen leren.”

Faisal

Pakweg vijftien kilo minder weegt Faisal sinds hij zich een jaar geleden bij de Homelessploeg aansloot. Hij is net 30 geworden en na jaren weer met school begonnen. “Hij is ons onlangs zijn resultaten komen tonen”, zegt File. “Schitterend!”

“Ik ben hier vorig jaar begonnen rond deze periode”, zegt Faisal. “In maart ben ik uit mijn ontwenningsprogramma gekomen en toen lag de nadruk vooral op sport, mijzelf weer fysiek op niveau brengen. Dit jaar zijn er nog wat extra’s bij gekomen, zoals mijn studies en een stage. Vorig jaar was het begin van mijn volwassen leven eigenlijk. Je zag in de ontwenningskliniek dat je geholpen werd, maar je vroeg je af: ga ik, als ik hier eenmaal buiten ben, ook nog geholpen worden? Alle hulp was welkom. Het voetbal is een stuk van mijn redding geweest. Als je de hele tijd in je eentje moet sporten, komt er ook eens een dag dat het wat tegen zit en je ermee stopt. Dit is een extra motivatie, want je wilt dat niet opgeven.

“Ik had een verslavingsprobleem. Drugs. Het is begonnen met experimenteren, joints, schoolmoe, niet meer luisteren naar mijn ouders. Op mijn achttiende ben ik thuis vertrokken, Maar ik liep op den duur gevangenisstraffen op door criminaliteit.

“Op mijn twintigste wou ik mij herpakken, maar het gerecht bleef mij achtervolgen en ik werkte alleen nog om mijn schulden af te betalen. Op den duur gebruikte ik harddrugs om alles te vergeten. Het ging van kwaad naar erger. Ik raakte in een depressie, had geen structuur in mijn leven.

“Tot ik de stap gezet heb om naar een ontwenningskliniek te gaan. Na zo’n opname hervallen sommigen door verveling, ik ging bij het OCMW kijken voor een woning en omdat ik graag voetbalde, is mij het voorstel gedaan om hier te beginnen. Ik dacht: dat is mijn kans. Het voetbal heeft uiteindelijk weer structuur in mijn leven gebracht. Er was weer iets waardevols ontstaan in mijn leven. Zo ben ik beginnen te beseffen dat er meer is dan zomaar niks te zitten doen. Ik ben beginnen in te zien dat het uiteindelijk op je gezicht geschreven staat of je een gezond leven leidt of niet. En hoe meer aandacht ik nadien kreeg, hoe beter ik me begon te voelen. Ik wil dat niet meer loslaten. Ik heb nu al vaak gedacht: áls ik herval, ga ik wel rekening moeten houden met mijn school en de trainingen hier.

“Ik heb vroeger gevoetbald bij Olympia Gent en ik was supporter van AA Gent. Ik heb Coulibaly gekend toen hij nog werkte: hij volgde een opleiding als bekister met mij in Hamme. In het bouwbedrijf van Maes kregen we samen onze rondleiding. Ik schrok er eerlijk gezegd van toen ik Coulibaly bij AA Gent zag spelen. Al wat ik kan zeggen is: chapeau. Een opleiding volgen om als bekister te werken en dan in eerste klasse voetballen …

“Vroeger dacht ik altijd: als ik het niet maak als voetballer, lig ik later met een dikke bierbuik voor tv te kijken. Maar nu voetbal ik nog altijd en ga ik in het stadion kijken. Het geld hebben we daar niet altijd voor, maar door Dirk en File krijgen we daar wel de kans toe. Door op weekend te gaan naar Utrecht hebben we een band opgebouwd. Diegenen die mee waren, zijn de eersten van wie je nu weet of ze wel of niet naar de training kunnen komen. Als we via AA Gent ook zo eens op zoiets zouden kunnen rekenen, zouden we een ploeg smeden die je niet rap gaat breken.”

Slappe ‘spierkes’

Wie denkt dat voetbal van dak- en thuislozen niet meer dan een lusteloos potje rommelen is, heeft ze nog niet aan het werk gezien. Fysiek contact is volgens het reglement niet toegestaan, maar dat staat de inzet niet in de weg. Er wordt gelopen, gedribbeld en naar doel getrapt dat het een lust is.

Terwijl Dirk De Ridder langs de lijn coacht – “keeper, kíjk waar je die bal gooit” – legt File Van Goethem uit hoe ze vorig jaar met z’n vierentwintigen begonnen en nu kunnen terugvallen op een solide kern van ongeveer de helft. Dat betekent: minder teleurgestelden op de bank.

“Enkele gasten zijn licht ontvlambaar – ook omdat ze er zodanig in opgaan. Het zijn gasten van de straat, ze kennen de truken van de foor. Maar bij ons lukt dat niet zo goed, natuurlijk. Je moet grenzen stellen, want die structuur hebben ze ook graag. En humor, hé. Dat is een manier om ermee om te gaan. We hebben al een aantal opstoten gekend – gelukkig 98 procent verbaal. Op een gegeven moment was er een gsm verdwenen. In het begin werd alles in één rugzak verzameld, maar naarmate er meer vertrouwen kwam, liet iedereen alles liggen. Die gsm was van iemand die nogal koleriek was en toen is het ‘feest’ geweest, hoor. Dan moet je daarmee kunnen omgaan zodat het niet ontaardt.”

Ze hebben voeten met ballen, kortom, maar ook met een hart.

“Je merkt dat ze elkaar helpen als er iets scheelt of dingen meebrengen voor elkaar. Dat gaat dan van kleren die afgedragen zijn tot babyvoeding voor mensen met jonge kinderen. In het begin had er ook een van hen een flesje reflexspray gekocht, die hij dan bij iedereen die zich pijn had gedaan aanbracht. Er wordt redelijk hard en intens gespeeld, maar er gaat ook al een jaar aan vooraf, hé. Er zijn hier gasten begonnen op het ‘gemakske’ en met slappe ‘spierkes’. Kijk, de keeper bijvoorbeeld, die actie die hij daar nu doet, dat toont hoeveel vertrouwen hij gekregen heeft. Vroeger zou hij achteruitgesprongen zijn als de bal op hem af kwam. Dat is stap per stap groeien.

“We moeten eerlijk zijn: we hebben keuzes moeten maken voor het toernooi. Want ze willen allemaal winnen, maar we hebben er al een jaar veel sociale zorgen aan besteed. De mindere voetbalgoden, die soms uit de boot vallen, kunnen we doorverwijzen naar andere projecten.

“We hebben op AA Gent tien abonnementen kunnen kopen tegen een sociale prijs. De eerste keer dat je met die mannen op het voetbal komt, is een hele ervaring. Die emotie op de gezichten: echt als een klein kind, je vastpakken … Tijdens de wedstrijd moeten we wel opletten met een aantal gebaren en slogans, dus we briefen ze op voorhand. Je ziet dat ze nu ook al samen beginnen af te spreken.”

Alain

Een geluk! De douches doen het dan tóch! Bezweet rept men zich onder het warme water. Alain, die een jaar geleden zijn kruisbanden scheurde, legt zijn steunverband af en veegt de haren uit zijn bezweet gezicht en in een staart.

Hij is leeg gespeeld.

“De motivatie is groot”, zegt hij. “Ik probeer nu zeven dagen op zeven wat te sporten of te fitnessen. Sport helpt je rechthouden om niet te hervallen. Ik ben twee weken gestopt met blowen, maar ik heb nog nachtmerries, ik loop zenuwachtiger, ben opvliegender. De fouten die je in het verleden gemaakt hebt, onderdruk je door te gebruiken, maar dat komt allemaal weer naar boven. Je komt jezelf tegen. Ik heb tien jaar rondgelopen zonder dat ik er nog iets van weet. Ik had nieuwe kleren aan en ik wist het niet. Het zijn niet de drugs alleen. Stelen, bedriegen, al wat niet juist is. Als ik dan wat kan sporten, ben ik vanavond niet ambetant en wordt de nachtrust vroeger ingezet. Dat scheelt allemaal. Ik ben 38 jaar, het werd tijd dat ik er iets aan deed. Ik zie graag de zon opkomen, ik hoor graag de vogeltjes zingen. Domme dingen, maar dat raak je allemaal kwijt. Zolang je in die roes leeft, interesseert je maar één ding: geld om drugs te kopen.

“Het is verkeerd beginnen te gaan door mijn jongere broer te verliezen aan drugs. En ik begon er daardoor mee, hoe raar het ook mag klinken. Hij was 21, ik 23. Ik had vast werk, alles, maar op een maand raakte ik alles kwijt. Dakloos geworden, in garages geslapen …

“Ik ben nog niet honderd procent zuiver, de ene dag is de andere niet. Maar nu heb ik het allemaal onder controle en ik hoop dat het zo blijft.

“Wat voor de ommekeer gezorgd heeft? Eerlijk gezegd: het kinderkankerfonds. Ik zag daar iets over op tv – ik kijk vooral naar informatieve programma’s. “Ik begon toen net van de harddrugs af te raken. Blowen, medicatie nemen, drinken, dat deed ik nog wel. Ik weet niet hoe het kwam dat ik ineens begon na te denken. Sommige kinderen hebben kanker, ze hebben niks misdaan en wij morsen met ons lichaam. Tot op vandaag kan ik niet vatten hoe oneerlijk het soms is. Terwijl wij nog de kans krijgen om te voetballen. Je krijgt een schaamtegevoel. Je voelt je ‘de max’ met drugs, maar als ik mijzelf nu zie op foto’s uit die periode is daar niks ‘wijs’ aan. Allesbehalve proper.

“Het enige dat ik kan zeggen is: sport! In de drugswereld haal je elkaar naar beneden en hier trek je elkaar naar boven. Dat is het mooie van voetbal: je hebt elkaar nodig.”

Extra time

Enkele dagen later. Berichtje van Alain. Of we de voetbalbond niet warm kunnen maken om eens een initiatief te nemen voor het kinderkankerfonds? “Het zou mooi zijn: het Belgisch voetbal steunt kinderen met pijn.”

door raoul de groote – beelden: jelle vermeersch

Ik heb nog samen met Coulibaly als bekister in Hamme gewerkt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content