Hoe doen de Henegouwse ploegen het ? Bedenkingen vanaf de zijkant van waarnemer Stéphane Pauwels. ‘Gelukkig hebben de drie clubs een rustige, wijze trainer, want anders was het er zeker boel.’
RTBF-kijkers kennen Sté- phane Pauwels als de scherpe analist die op maandagavond geen blad voor de mond neemt als hem om zijn mening over de voorbije speeldag wordt gevraagd. Voetbalmensen kennen hem als de man die ooit het geld van voorzitter Filippo Gaone zo goed besteedde dat hij samen met Albert Cartier in december 2004 op de zesde plaats parkeerde. Het vervolg kent u : La Louvière verkocht wat goudhaantjes – MichaelKlukowski, Mathieu Assou-Ekotto, Manasseh Ishiaku – en gleed op korte tijd af naar nu de staart van de derde klasse. Stéphane Pauwels werkte er overigens maar acht maanden, de ploeg schoof hem opzij toen er allerlei onfrisse dingen stonden te gebeuren. Even werd zijn naam genoemd in de zaak- Ye, maar ten onrechte, bleek uit grondige analyses van het parket. Pauwels vocht terug, maar had het lastig om zich een plaats te her-overen in de Belgische voetbalwereld. Via Rijseltrainer Claude Puel raakte hij in contact met Monaco, waarvoor hij nu het talent in de lage landen in kaart brengt en erbuiten jeugd scout. Als u zich afvraagt hoe een zestienjarige Belg het in godsnaam kon schoppen tot ploegmaat van Jan Koller, weet u het nu. De voorbije maanden was hij overal, van jeugdwedstrijd tot match van de A-ploeg. Op Gent en Genk, maar ook vaak in Henegouwen, waar hij de drie eersteklassers van nabij volgde. Wat volgt, is zijn analyse van de situatie halfweg.
Charleroi : hommage aan Mommens
Jacky Mathijssen wil tweede worden. Heeft hij daar de ploeg voor ? Pauwels : “Hij is er alvast de trainer voor. Tactisch vind ik hem een van de beste van België en qua karakter maakte hij veel indruk op me toen het tot een incident kwam met Abbas Bayat in de slotfase van de wedstrijd tegen Anderlecht. Toen die hem langs de zijlijn bijna fysiek kwam aanvallen omdat hij vond dat zijn trainer een fout had gemaakt bij de wissel, reageerde Jacky daar heel kalm op. Hoed af. Of dat voldoende is om met die ploeg tweede te worden … Gezien de fouten die de groten maken, zeg ik haast : waarom niet ? Hij heeft in de heenronde getoond dat Charleroi naast die ploegen een voet mag zetten. Gewonnen op Standard, zonder die lucky goal van Bart Goor in de slotseconden ook van Anderlecht, Genk zijn enige nederlaag toegediend. Ik vraag me alleen altijd wat angstig af : wat er dit keer tijdens de mercato zal gebeuren ? Dante naar Standard, Camus geciteerd in Duitsland. Ook niet vergeten dat Charleroi vanaf 1 januari 2007 zware financiële aflossingen heeft te maken, onder meer een lening bij Dexia ( in 15 jaar moet Charleroi een lening van 7 miljoen euro terugbetalen, intresten meegerekend komt dat op 750.000 euro per jaar, nvdr). Als Jacky er straks opnieuw in slaagt om even goed te doen, mag je hem stilaan een magiër noemen. Want dan heeft hij drie jaar lang na elke transferperiode de ploeg opnieuw op de rails moeten zetten. Vorige zomer verdween Sterchele, kwam met Théréau een goeie spits, maar die verdween alweer na vier wedstrijden. Opmerkelijk is dat Mathijssen zich daaraan wist aan te passen, het waren dit najaar vooral de middenvelders die tot scoren kwamen. Mochten Camus én Dante allebei vertrekken, dan vertrekt heel de linkerflank en wordt het complex. Conclusie : ik geloof nooit dat Charleroi de tweede plaats kan viseren.”
Charleroi moet ook een hommage brengen aan Raymond Mommens, vindt Pauwels. In alle anonimiteit pakt die elk weekend zijn auto om in Frankrijk naar onbekend talent te zoeken. Pauwels : “Als ik hard ben, zeg ik : hij duikt geen fenomenen op. Dat zijn die Fransen zeker niet. Wel degelijke voetballers, die voor nul frank komen en door de club voor behoorlijk wat poen worden doorverkocht. Anderzijds : als middelmatige Fransen er hier in slagen om zich te tonen, komt dat ook omdat Mathijssen ze weet te gebruiken.”
Charleroi kan zo evenwel moeilijk verder, geeft Pauwels toe. “Daarom vind ik het ook goed dat Mathijssen nu en dan een jonge Belg voor de leeuwen gooit, genre FlavioFragapane. Goeie jonge Belgen die door de club zijn opgeleid. DidierBeugnies ( ex-spits van de club, nvdr) houdt het zeer discreet, maar werkt goed op de achtergrond. Er zit wat talent bij de min-19-jarigen en zeker een bij de min-16-jarigen.”
Wat je er ook merkt, is het toegenomen enthousiasme rond de ploeg. Pauwels : “Een typisch Waals fenomeen, denk ik. Supporters van de zege, wij Walen gaan naar het stadion als de ploeg wint. Er is potentieel bij Charleroi, toch een grote stad. Daarom is Jacky Mathijssen zo belangrijk voor de club. Mogi Bayat heeft commercieel een goeie neus en is een uitstekend verkoper, maar hij straalt rust noch kalmte uit. Robert Waseige beledigen, Michel D’Hooghe in eigen receptiezaal de oorlog verklaren, oorlog voeren met jullie zusterblad, met La Dernière Heure, met een sponsor, met Spaute … Dat is allemaal niet nodig.”
De vraag is ook of het voetbal er ontsnapt aan de golf van scandalitis die de stad vorig jaar overspoelde. Schepen van Sport De Spiegeleer, ex-burgemeester Van Cauwenberghe, ze waren altijd op de club te zien. Pauwels : “Mogi Bayat noemde op tv ooit burgemeester Vangompel zijn adoptieoom. Het Dexiadossier werd door de politiek afgehandeld. Het volleybal raakte betrokken, het basketbal ook. Het voetbal niet. Nog niet of nooit ? Ik hoop nooit, maar als het gerecht in de diepte graaft, weet je het niet.”
Bergen : te veel kapiteins
In het pelotonnetje van de ploegen die met zestien punten de heenronde afsloten, vind je neo-eersteklasser Bergen. Pauwels : “Ze hebben een voorzitter, Domi-nique Leone, met ambitie, die bij de promotie luid verklaarde dat hij zich de vorige keer, in de periode- Brio, liet rollen. Hij gaf toen de indruk dat hij zich geen tweede keer zou laten doen. Maar, het spijt me, ik ben niet overtuigd door de vorige transferperiode. Ik zeg niet dat ze zich weer hebben laten vangen aan een transferpolitiek onder kameraden, maar vind wel dat ze een ploeg voor minivoetbal bij elkaar kochten. Diverse Fransen van de tweede zone met min of meer hetzelfde profiel. Technisch goed, maar weinig complementair. Er is geen afwerker, achterin hebben ze op de flanken grote problemen en er is geen leider. Wamberto was een goeie transfer, iemand met ervaring, maar voor het leiderschap mist hij charisma. Formidabel is dat de ploeg op een heel natuurlijke manier wordt getrokken door de kleine Cordaro. Mooi, maar niet logisch, gezien hij pas twintig is.”
Ze vinden er dat ze bestolen werden door de arbitrage. Pauwels : “Ik ben geneigd ze gelijk te geven en dat vertekent het beeld. Met een paar punten meer heb je daar een ander discours. Hun voordeel is hetzelfde als dat van Charleroi, ze hebben een goeie trainer. José Riga is een gentleman die rust uitstraalt. Heel belangrijk, want Bergen is op zich een heel onrustige club. Rond voorzitter Leone hangen vijftien Trapattoni’s die allemaal het voetbal uitvonden. Alle drie de clubs uit Henegouwen, ook Moeskroen, hebben wijze trainers. Intelligente, wat gereserveerde jongens, die collectief denken en niet aan het eigen succes. Zet een van mijn beste voetbalvrienden, Georges Leekens, bij een van die drie clubs neer en hij gaat door het lint. Wat me bij Bergen stoort, is de onduidelijkheid in het organigram. Wie doet wat ? Eigenlijk hebben ze drie sportief directeurs. Alain Lommers, Géo Vanpyperzeele en Jean-Paul Colonval. In principe zou alleen die laatste het mogen zijn, maar ook de anderen moeien zich met het sportieve. Toen de club in Roeselare verloor, vond ik het nogal schandalig dat Alain Lommers commentaar gaf op de wissels van de trainer. Leone is op dat vlak té sympathiek, hij laat iedereen doen. Mij valt ook op dat het nog steeds dezelfde makelaars zijn die rond de club zwerven. Bovendien hangt hen ook nog steeds die zaak rond PSG, waarmee ze een samenwerkingsakkoord sloten, boven het hoofd, waarbij Bergen gebruikt zou zijn als doorgeefluik voor transfergelden. Komt daar nog wat van vanwege justitie ?”
Alhoewel de publieke belangstelling wat tegenvalt, bouwen ze een nieuwe tribune. Pauwels : “Op dat vlak is er een zekere dynamiek. Commercieel is er veel sfeer tijdens de wedstrijden, très soleil, een beetje mediterraans. Elio Di Rupo wil van Bergen wat maken. Hij heeft ook veel inspanningen gedaan voor het opleidingscentrum. Prachtige installaties, maar nog geen echt project.”
Moeskroen : circus
Moeskroen draait met negentien punten en, allicht, vers geld, afkomstig uit Kazachstan. Met pijn in het hart zag Pauwels de voorbije jaren zijn club afglijden van de ene naar de andere bestuurlijke crisis. “Al drie jaar du n’importe quoi, anders kan je het niet omschrijven. Jean-Pierre Detremmerie vertrok, in de eerste plaats om gezondheidsredenen. Edward Van Daele zou in principe maar een tussenpaus zijn, maar blijkbaar maken de eerste klasse en de media gek. Wat is er dit najaar alleen al niet gebeurd ? Een afrekening vlak voor de gemeenteraadsverkiezingen, de onbegrijpelijke terugkeer van Roland Louf, die in een eerder verleden de club absoluut niks bijbracht. Veertien buitenlanders haalde hij destijds vrijwel via dezelfde tussenpersoon, nooit gekeken naar de opleiding, onvrede bij transferdossiers, zeker dat van Luigi Pieroni, maar ook bij de verkoop van Christophe Grégoire, en dan toch een terugkeer.. In heel de stad heeft dat voor een ongelooflijk schandaal gezorgd. Als Detremmerie verklaart dat hij zijn abonnementen teruggeeft, moet dat toch zijn omdat hij iets weet. Put en Denis, met wie Detremmerie al een discussie had in de periode van het vertrek van de broers Mpenza, die kwamen allemaal naar hier via Louf. Het leek de voorbije maanden een circus. Ik hoorde Van Daele op tv verklaren dat Moeskroen absoluut gedepolitiseerd moest worden. Dat kan best, maar zoiets is hier onmogelijk van de ene dag op de andere. Hier zijn geen miljoenensponsors in de regio. Het drama van de club was dat er zo weinig mensen de wereld van het voetbal kenden. De meesten kwamen om business te doen, spelersbusiness. Futurosport, toch een ambitieus jeugdproject, is quasi opgegeven. Detremmerie heeft fouten gemaakt, dat is duidelijk. In transfers, in lonen, in keuzes, in uitspraken, uiteraard is een budget van een miljard oude franken hier een onmogelijke droom. Maar je kan hem niet verwijten dat hij iets gedaan heeft om er zelf beter van te worden.”
Dat is de reden waarom Moeskroen nu niet meer kan overleven zonder steun van buitenaf. De club zit tot zijn nek in de schulden. Pauwels : “Maar wie gaat zeven of acht miljoen euro op tafel leggen ? Dat kunnen alleen buitenlanders. Kazachen … Het was dat of de sleutel op de deur en boeken dicht. Ik heb hierbij geen vooroordelen, overal merk je dat clubs worden verkocht, maar ik vind het jammer dat de club zijn kleur, zijn uitstraling verloor. Een uitstraling die de taalgrens overschreed, het Vlaams zit hier nog in onze genen. Daar moet je ook op mikken, in Frankrijk hebben ze Rijsel en Lens, daar zit niemand te wachten op Moeskroen. In de tijd van Leekens kwam dertig procent van de supporters uit Vlaanderen. Iemand als Koen De Vleeschauwer hadden ze nooit mogen laten gaan. Maar hij moest weg, zogezegd omdat hij te duur was. In de plaats kwamen jongens die nog meer verdienden. Dat moeten ze mij toch eens uitleggen. Iemand als Yves Vanderhaeghe hadden ze al lang moeten terughalen.
“Er komt nu minder volk, de mensen identificeren zich nog amper met de club. Dat Vlamingen niet meer komen, is logisch. Zulte Waregem en Roeselare hebben charisma en wij zijn op de sukkel. Gelukkig brengen Van Gijseghem en Ha-ghedooren nog wat kleur. Restanten van het werk van Lorenzo Staelens, zeker Daan. Nog iemand die ze nooit hadden mogen laten vertrekken. Binnen al die drukte mogen ze wel een kaars branden voor de trainer, Gil Vandenbrouck. Hoe hij die rust heeft kunnen bewaren te midden van al de heisa. De resultaten zijn er, elk jaar weer. Dat is het atypische aan Moeskroen : elders faalt het sportieve, maar is de rest oké. Hier is het omgekeerd. De vraag is nu wat de Kazachen willen. Gaan ze zich tevredenstellen met een stadion waar tienduizend mensen het huislied van Moeskroen zingen of is het om spelers te stallen en door te verkopen ?”
PETER T’KINT
