“@sd_eibar Ongelooflijk! Jullie hebben het voor elkaar gekregen. We zien elkaar volgend seizoen in Ipurúa.” Dat twitterde Spaans international Xabi Alonso op 26 mei. Met ‘ongelooflijk’ sloeg de ex-speler van SD Eibar – Alonso was er in de seizoenen 1997/98 en 2000/01 actief – de nagel op de kop. Want de promotie van de kleine Baskische club naar de Primera División is niet minder dan een regelrecht wonder. Het budget van 3,9 miljoen euro waarmee SD Eibar aan het seizoen 2013/14 begon, was het laagste in de Spaanse tweede klasse. Daarvan ging 2,6 miljoen naar de samenstelling van de kern, waar overigens geen enkele ronkende naam bij zit. In het verleden passeerden er wel enkele illustere voetballers, met naast Xabi Alonso ook David Silva (2004/05), José Eulogio Gárate (van 1961 tot 1965) en zelfs de Belgische ex-Anderlechtspeler Frédéric Peiremans (2001/02), die er door een blessure wel nooit aan spelen toekwam.
De confetti waarmee de promotie gevierd werd, kon overigens voor een zacht prijsje op de kop getikt worden. SD Eibar speelt namelijk in dezelfde kleuren als Barcelona en in Camp Nou waren de zakken met blauw-rode snippertjes enkele weken daarvoor ongeopend gebleven… Volgend seizoen zal de club uit Guipúzcoa – een Spaanse provincie met als hoofdstad San Sebastián – wel wat meer geld kunnen uitgeven, want het ontvangt 17,5 miljoen euro aan tv-rechten, een ongezien bedrag. Daarvoor moet het wel voldoen aan alle vereisten van de Primera División. Een van de knelpunten is de grootte van het Ipurúastadion, waar slechts plaats is voor een goeie 5000 kijklustigen, terwijl de minimumvereiste 6000 zitjes is. Tussen 2009 en 2013 zat het stadion trouwens gemiddeld niet eens voor de helft vol: 1200 toeschouwers. Werknemers van de club grapten in die tijd vaak dat het goedkoper was om de loketten waar de tickets verkocht werden niet open te doen. Door de goede prestaties van het afgelopen seizoen kwam wel meer volk opdagen: de club verkocht 3500 abonnementen. Slaagt SD Eibar er niet in zijn stadion met duizend plaatsen uit te breiden, dan moet het uitwijken naar een ander onderkomen.
Er is dus nog werk aan de winkel voor de twee mannen die de afgelopen jaren het wonder bewerkstelligd hebben: voorzitter Alex Aranzabal en trainer Gaizka Garitano. Aranzabal slaagde erin om de club economisch gezond te maken en Garitano (de 39-jarige ex-speler van onder meer SD Eibar, Real Sociedad en Deportivo Alavés) om met een zeer beperkt budget een sportieve topprestatie neer te zetten. Benieuwd of de twee mirakelmannen ook volgend seizoen voor een wonder kunnen zorgen…
DOOR STEVE VAN HERPE
