Topvolley Precura Antwerpen leidt in de play-off.
Na twee speeldagen in de play-off is Topvolley Precura Antwerpen de ietwat verrassende leider. Na een 0-3-overwinning bij Aquacare Halen eerder op de week haalde Antwerpen het zaterdag met 3-2 van VC Euphony Asse-Lennik. “Lennik speelde zonder Wounembaina. Dat scheelt natuurlijk”, blijft Christof Van Goethem, de kapitein van Antwerpen, nuchter. “Als ze op volle sterkte spelen, dan krijg je allicht een ander verhaal. Dat neemt niet weg dat we sterk bezig zijn.”
Wat is dan die sterkte van Antwerpen?
Christof Van Goethem: “We beschikken over een ploeg met behoorlijk veel ervaring. Dat is zeker een van onze voornaamste kwaliteiten. Op belangrijke momenten kunnen we het hoofd koel houden en doordrukken. Daarnaast is de coach er heel goed in geslaagd om een hechte groep te smeden. Tot slot is er ook nog onze opposite ( de Nederlander Tony Krolis, nvdr), die zijn job uitstekend doet. Met moeilijke ballen kun je altijd bij hem terecht: hij weet er meestal wel raad mee.”
Jullie staan nu bovenaan samen met Roeselare. Is dat jullie ambitie?
“Hier willen we blijven staan, absoluut. Als je de play-off speelt, moet je de ambitie hebben om de finale te halen. We beseffen uiteraard dat het niet gemakkelijk zal worden. We gaan ons dus geen extra druk opleggen omdat we nu bovenaan staan. We bekijken het wedstrijd per wedstrijd. Hopelijk kunnen we dit niveau aanhouden. Het komt eropaan ons goed te blijven verzorgen, want twee wedstrijden per week spelen is voor ons toch wel een nieuw gegeven. Uiteindelijk zitten we met een beperkte kern. Je kan ons op dat vlak helemaal niet vergelijken met Roeselare of Maaseik.”
De keerzijde van de medaille bij een ploeg die goed draait, is de interesse van andere teams voor jullie spelers. Jij bent de enige die nog onder contract ligt?
“Jammer genoeg wel. Ik volleybal nu al elf jaar op het hoogste niveau en maakte het zelden mee om in zo’n hechte groep terecht te komen. Het zou pijnlijk zijn als dit uit elkaar valt, temeer omdat we het potentieel hebben om de volgende jaren nog te groeien. Ik hoop dan ook dat de signalen die ik opvang over een lager budget volgend seizoen weerlegd worden en de club een inspanning levert om ons samen te houden. Op dit moment zit iedereen nog met zijn hoofd bij Antwerpen, maar op het einde van rit maakt elkeen zijn eigen rekening.”
