Na zijn treffer in de bekerfinale keerde Bennard Kumordzi (28) dit seizoen terug in zijn favoriete rol, die van anonieme ploegspeler met grote motor op het middenveld. ‘Een nuttige stofzuiger.’
Ik probeer het team te helpen waar ik kan. Als dat door powerplay moet gebeuren, prima.” Eigenlijk is dit de beste omschrijving waarmee je de hoofdkwaliteit van de ervaren Ghanese middenvelder kunt typeren. Bennard Kumordzi, die in het verleden al meermaals toegaf zich te spiegelen aan Patrick Vieira, werd in de zomer van 2012 met het nodige gediscussieer overgenomen van het Franse Dijon. Echt zijn stempel drukken en een vaste basisplaats veroveren, kon de boomlange krachtpatser in de Cristal Arena nog niet, maar iedereen is het er wel over eens dat Kumordzi op bepaalde cruciale momenten zowel nationaal als internationaal zijn meerwaarde bewijst.
DE ANALIST: Wim De Coninck (Belgacom TV)
“Ik beschouw hem niet meteen als de ideale twaalfde man, want de keren dat hij speelt als titularis laat hij zien dat hij eigenlijk meer verdient”, beweert de ex-doelman. “Alleen is zijn nadeel dat op het tactische bord eerder de namen van Khaleem Hyland en Julien Gorius worden ingevuld, zeker als je nog met Fabien Camus uitpakt als meest vooruitgeschoven middenvelder. De sterkte van Kumordzi zit in zijn voetballend vermogen en zijn scorend potentieel, ook al opereert hij meestal vanuit een defensieve positie. Daarom denk ik dat we het beste nog niet zagen. Ik heb de indruk dat er nog veel meer rendement uit hem kan worden gehaald. Af en toe zie ik hem toch nog wat onnodige fouten maken, vaak ingegeven door de drang om zich te willen bewijzen. Die impulsiviteit moet eruit. Ik vond het onlangs, in de topper tegen Standard, geen toeval dat Hyland naar achteren werd getrokken en Kumordzi als buffer voor de verdediging werd geposteerd. Dat zegt veel over het feit dat Mario Been vertrouwen heeft in zijn routine. Ik vermoed dat Hyland vaker de voorkeur krijgt omdat hij iets meer discipline aan de dag legt, terwijl Kumordzi meer de speler is die in het huidige spelsysteem – met twee spitsen en twee buitenspelers – nog iets te veel de drang naar voren voelt.”
DE TEGENSTANDER: Thomas Wils (Lierse)
“Een nuttige stofzuiger”, weet de controlerende middenvelder. “Hij is vooral een krachtige voetballer, die graag de duels opzoekt. Als ik me niet vergis, heeft hij zelfs tegen ons gescoord. Daar bewees hij toch wel zijn klasse en overzicht, want in de zestien meter zette hij een goeie combinatie op met Anele en Kara. Hyland is misschien op dit moment kwalitatief nog iets sterker, maar Kumordzi blijft zeker een te duchten concurrent. Ik vind hem vooral een box-to-boxvoetballer, die bijzonder gevaarlijk kan zijn als hij mag infiltreren. Die oversteek maken van de ene grote backlijn naar de andere, het lijkt wel kinderspel, terwijl ik weet dat de omschakeling van verdediging naar aanval een heel groot loopvermogen vraagt. Hij beschikt echter over zo’n groot volume dat hij die afstanden probleemloos aflegt. In sommige wedstrijden is het handig om te kunnen terugvallen op zijn power, balrecuperatie en gezonde agressiviteit. Met Hyland aan zijn zijde zit je dan qua evenwicht zeker goed. Bovendien is Kumordzi ook, naast de torens Koulibaly en Kara, gevaarlijk met zijn hoofd bij de stilstaande fasen. Je moet hem constant in het oog houden. Hij valt niet altijd op, maar net daarom blijft hij juist gevaarlijk. Wanneer hij ook de mogelijkheid krijgt om via een afvallende bal te trappen uit de tweede lijn, zal Kumordzi – net als Gorius – niet lang twijfelen en durven zijn verantwoordelijkheid op te nemen. Natuurlijk lopen bij Genk de offensief gerichte spelers meer in de kijker, maar ik ben ervan overtuigd dat zijn ploegmaats wel heel goed weten welke zware arbeid Kumordzi en Hyland voor het team verrichten. Kumordzi is niet het type dat gaat schoppen en overdrijven, hij blijft een faire voetballer die wel stevig zijn voet zet en goed weet wanneer hij een professioneel hard foutje – in functie van het teambelang – moet maken. In de Europa League staat hij toch ook gemakkelijk zijn mannetje, al zie ik meer complementariteit bij het duo Gorius-Hyland.”
DE ASSISTENT-TRAINER: Hans Visser (KRC Genk)
“Hij blijft een onvermoeibare kilometervreter”, verklaart de oud-middenvelder. “Een waardevolle kracht, absoluut noodzakelijk voor de balans in het elftal. Bennard pakt bij balverlies veel ballen af van de tegenstanders, speelt sober, maar heeft als surplus dat hij ook nog eens heel snel aansluit bij de aanvallers en infiltreert. Het oogt misschien aan de bal allemaal niet zo academisch en mooi, zijn techniek en passing moeten nog beter, maar vergis je niet in zijn scorend vermogen. Voor onze balrecuperatie een niet te onderschatten factor. Ons voordeel is dat we, in functie van de zwaartegraad en de speelwijze van de tegenstrevers, kunnen kiezen uit verschillende combinaties met Julien Gorius, Fabien Camus en Khaleem Hyland. Die jongens zijn allemaal heel flexibel en kennen perfect onze vereisten. Meestal kiezen we voor een technisch onderlegde speler samen met een goede balafpakker. In balbezit spelen we vaak 4-2-4, waardoor als team we toch ook wat zekerheid moeten inbouwen. Bennard is net als Khaleem de fysiek sterke controleur en balafpakker. Vorig jaar, toen hij hier kwam, zat hij met een conditionele achterstand en moest hij zich aan onze manier van spelen en trainen aanpassen, waardoor hij wat meer inlooptijd nodig had. Het is een superprof, die er altijd staat als je hem nodig hebt. Bennard beseft bovendien heel goed waar hij nog moet aan werken en dat hij soms geduld moet oefenen. Ik zie alleszins dat hij veel stappen vooruit zette. Vooral Europees, in de uitwedstrijden, gebruikten we Kumordzi iets meer, omdat we dan meer aantreden in een 4-3-3. Die extra middenvelder heb je op dat niveau nodig, door de hogere snelheid en intensiteit. Een stille, maar gouden gast.”
DOOR FRÉDÉRIC VANHEULE
“Hij staat er altijd als je hem nodig hebt.” Hans Visser
