Wordt Andrés Mendoza de man die de fel gehavende leider door de zware maand december zal loodsen ? Getuigenissen over de Peruaan van Club Brugge.

Een kwartier ver in Club Brugge-VfB Stuttgart donderdagavond had Andrés Mendoza al twee keer de openingsgoal aan de voet gehad. Maar Thomas Ernst redde de schoten met voeten en vuisten, terwijl centraal voor doel Sandy Martens de armen in de lucht gooide wegens beter geplaatst om af te werken. Veinzend en kappend op de rand van het strafschopgebied legde Mendoza daarna nog wel eens goed af voor Gert Verheyen en een paar keer leek hij ook nog onweerstaanbaar van alle tegenstand weg te spurten, maar onderweg liep er telkens wel een kleinigheid mis. Na nog een mislukte pirouette en een mislukte trekbal en hoofdschuddend protest tegen de scheidsrechter werd hij bij ingang van het laatste kwartier gewisseld. Het zal voor een volgende keer zijn, dat hij nog eens de beslissing zal forceren. Zaterdag tegen Anderlecht ? In afwachting : wat is er nu eigenlijk allemaal van Andrés Mendoza ?

“Andrés heeft zijn kwaliteiten die hij nog moet verbeteren”, zegt Trond Sollied. “Niks abnormaals. Evolutie moet je zien over vele jaren. Wie snel leert, kan snel evolueren; wie niet snel leert, moet de langzame weg nemen. Andrés is nu veel beter dan toen ik hem voor het eerst ontmoette. Hij weet meer over het Europese voetbal, over werken en over duels. Voor de rest kan hij in alles nog beter, daar moet hij zich bewust van worden. Zijn grootste kwaliteit is dat hij door zijn snelheid makkelijk een man passeert.

“Ik ben tevreden over Mendoza, ik kan hem niks verwijten. Hij heeft een winnaarsmentaliteit. Als en zolang er een kans is om te winnen, zullen Zuid-Amerikanen er altijd staan. Maar als ze niet meer kunnen winnen, beginnen ze meer te saboteren dan te voetballen, dan proberen ze alles en iedereen gek te maken en te doen alsof de wedstrijd niet zo belangrijk is. Andrés heeft nog veel te leren, maar je moet weten waar hij vandaan komt en je in zo’n jongen kunnen inleven. Steek jij maar eens de Atlantische Oceaan over en probeer in Peru maar eens te functioneren in het dorpje waar hij vandaan komt. Ik wens je veel succes.

“Andrés is verlegen, maar een communicatieprobleem is er niet. Hij is intelligent en alert, hij begrijpt wat hij wil begrijpen. Soms doet hij de verkeerde dingen, maar dat wil nog niet zeggen dat hij gek en dwaas is. Ik begeleid hem op de best mogelijke manier; ik leid hem naar de hemel, niet naar de hel.”

“In het Spaans doet Mendoza even weinig zijn mond open als in andere talen”, zegt Wilder Buleje van het Peruaanse dagblad El Comercio. “Hij is een erg gesloten en mysterieus figuur. In 1999 had hij bijvoorbeeld een aanvaring met bondsleider Antonio García Pye na een interland onder 23 tegen Ecuador. Garcia weigerde hem toen om contant en effectief de beloofde reiskosten en winstpremie voor deze match uit te betalen, waarop Mendoza als drukkingsmiddel aan de haal ging met een beker uit de trofeeënkast. Hij gaf die later wel terug en bereikte een verzoening met de voetbalbond, maar het deed zijn reputatie geen deugd.

“Datzelfde jaar ook weigerde hij ter gelegenheid van een oefeninterland het Peruaanse volkslied mee te zingen en werd hij geschorst wegens een gebrek aan eerbied voor het vaderland, maar ook aan discipline tijdens oefenkampen. Vorig jaar in juni liet ook toenmalig bondscoach Julio Uribe hem voor een paar interlands aan de kans, omdat hij na zijn vervanging tergend traag naar de kant was gegaan.”

“Zijn glimlach bij het missen van een kans ? Eso es un tic.”, zegt Carlos Salas van El Comercio. “Ook dat doet hij al heel zijn carrière lang.”

“Ach, ieder zijn karakter zeker ?”, zegt Dany Verlinden, aanvoerder van Club Brugge. “Bepaalde topspelers zijn ook niet de makkelijkste jongens. Het belangrijkste is dat je prestaties aflevert waarmee iedereen tevreden is, dan màg je nog een rotkarakter hebben. De band met hem is zeer moeilijk, in de eerste plaats omdat wij geen Spaans spreken en hij geen Engels. In het begin heeft hij een aantal lessen Engels gevolgd, maar hij is daarmee gestopt. Ik denk Brugge voor hem een tussenstap is op weg naar een Europees land waar hij zijn eigen taal kan spreken.

“Maar Andrés is ook… een egoïstische jongen zal ik niet zeggen, maar toch wel wat in zichzelf gekeerd. Ik begrijp dat wel, gezien zijn afkomst. Het zal er ook niet makkelijk overleven geweest zijn, soms zie je dat nog aan zijn reacties op het veld. Als er dan nauwelijks wordt ingegrepen, kan dat wel eens escaleren. Ik denk dat je zo iemand moet laten voelen tot waar hij kan gaan. Maar eens je wat te veel toelaat, kan je natuurlijk niet meer terug. Wat de beste aanpak is, weet je ook nooit met zulke jongens. Misschien zou de harde hand wel averechts werken. De dag voor de bekerfinale zeg je : verdomme, Andrés, wat ben je nu weer allemaal aan het uitsteken ?! Er wordt niet ingegrepen, hij speelt en speelt de pannen van het dak. Wat is dan goed ?

“Hoe dan ook is het belangrijk voor iederéén in een groep respect te hebben. Misschien heeft hij dat wel, maar hij laat het niet altijd blijken. Als je in groep traint en speelt, moet je je ook aan regels houden, wat hij dus niet doet. Dan komt hij weer eens te laat of belt hij dat hij ergens moet opgepikt worden. In het begin wekt dat wrevel op, maar dat word je dus gewoon.

“Andrés is een typische spits : als hij de goal ziet, wil hij scoren en heeft hij weinig oog voor medespelers. Maar zo zijn er dus ook wereldspitsen, hé. Hij heeft wel iets, hij kan een wedstrijd beslissen, maar het komt er slechts sporadisch uit. Het is ook een jongen die zich aanvaard moet voelen, gesteund moet worden door supporters en trainers. Hij is zeer gevoelig voor kritiek. Hij moet nog regelmatiger worden, maar hij heeft al vorderingen gemaakt en heeft nog marge. Toen hij hier toekwam, dacht ik : Jesus Maria, wat is dat ? Toegegeven, ik heb mij toen een stuk in hem vergist.”

“Zijn speciaal gedrag is de reden waarom ik Mendoza niet aanbracht bij geïnteresseerde clubs”, zegt Dirk Devriese, die zichzelf geen makelaar maar internationaal talentscout noemt. “Toen ik voor het eerst in Peru ging scouten, was het om Mendoza en Pizarro te bekijken. Zij staken boven de rest uit, maar het volk en de media waarschuwden mij toen al voor de mentaliteit van Mendoza : een speelvogel, zeer wisselvallig, irritant voor ploegmaats en trainers. Het verwondert mij niet dat Brugge blijkbaar geen controle krijgt over zijn gedrag. Het kocht hem dan ook op basis van videotapes, een echte screening is er nooit geweest. Terwijl hij voordien nochtans door Unterhaching was afgetest. Daar wisten ze meteen welk vlees ze in de kuip hadden.

“Je ziet dat hij vaak afwezig is in het spel, de echte drang om het te maken mist en zich bovendien ook nog eens als een dikkenek opstelt. Van hele lage afkomst kan hij de weelde niet dragen. Nu hij hopen geld verdient, mist hij de nederigheid en de vriendelijkheid van Pizarro, Del Solar, Guadalupe en Olcese. Dat zijn jongens zonder kapsones, wat je van Andrés dus niet kan zeggen.

“Veel kans ook dat hij altijd een flitsenvoetballer zal blijven. Veel talent, maar weinig rendement. Absoluut geen killer, want door zijn nonchalance verkwanselt hij de meeste kansen. Zijn grootste probleem is dat ons karaktervoetbal hem niet ligt. Hij heeft een broertje dood aan hard werken. Zelfs met concurrentie en strafmaatregelen, krijg je hem niet scherp. Hij moet kunnen spelen op zijn gevoel en het vertrouwen voelen van een trainer. Chapeau voor Sollied, dat hij al zoveel nukken tolereerde. Bij eender welke andere coach was er lang geen sprake meer van Mendoza.”

“Andrés is een speler met veel kracht en een geweldige linker”, zegt Carlos Oblitas, onder wiens leiding Mendoza debuteerde in de Peruaanse nationale ploeg. “Net als Pizarro een grote voetballer, de grootsten van Peru. Het best rendeert hij op de counter en als hij vanuit het centrum alle kanten uitkan, als hij de ruimte kan zoeken over de hele breedte van het veld. Hij is jong en kan nog veel leren. Tv-beelden leerden mij dat hij ondertussen al meer maturiteit heeft, dat hij ook kan werken in de balrecuperatie zoals het in Europa moet.

“Al geeft hij de indruk van niet, Andrés heeft wél discipline. Je moet hem kennen. Het probleem kan zijn dat hij gesloten is, timide, zich moeilijk uitdrukt, niet veel zegt en bovendien ook alleen maar Spaans spreekt. Het is een kwestie van opvoeding. Andrés komt uit een zeer arme familie, zijn vorming is zeer moeilijk geweest. Hij is bovendien heel snel gegroeid als voetballer. Hij is bij manier van spreken na de lagere school al moeten gaan werken, miste het middelbaar en het hoger onderwijs. Ik bedoel : hij was al een grote speler, maar miste er de kennis voor. Bovendien is Andrés iemand die zijn problemen voor zich houdt en explodeert als het te veel wordt. Hij is heel wantrouwig, ja, maar dat hij niet veel vertrouwen heeft in mensen, is normaal gezien de wereld waarin hij is opgegroeid.

“Ook tegen mij sprak hij aanvankelijk niet, maar ik heb de barrière tussen ons gesloopt en zijn hart geopend. Dan zie je dat hij een zeer, zeer goeie en vriendelijke jongen is. Bestuurders, trainers en medespelers moeten weten met wie ze werken. Zij moeten hem begrijpen en het nodige geduld met hem hebben. Ieder mens is anders.”

“Een moeilijke jongen zou ik Mendoza niet noemen”, zegt secretaris Jacques De Nolf. “Het zijn natuurlijk wel jongens die zich bij de minste regel of verplichting geremd voelen. Hij vindt ons streng zoals wij de discipline van de voormalige Oostbloklanden streng vonden. Ik begrijp dat. Maar in een groepsport kan je natuurlijk nooit je broek aan je ploegmaats vegen.

“Ik vind dat het incident met Ristic heel wijs is opgelost door de trainer. Je moet weten dat in België de arbeidswetgeving zo subtiel is dat je vreselijk moet opletten als je met geldboetes begint te sanctioneren. Je bent gebonden aan een hele procedure en om te beginnen moet het geld al in een sociaal fonds gestopt worden. Een hele cirque. Met Anic hebben we het meegemaakt en toen hebben we gezegd : we zullen daarmee stoppen. Andrés is wel een heel ander type dan Anic, die meer een driftkikker was. Andrés is een beetje een je m’en foutist.

“Met zulke gasten heb je sowieso wat meer werk dan met een modale Belg. Die hebben ook een heel andere visie over wonen en zo, die leven ook meer op straat, hé. Aan ons om het gras in zijn tuin niet te laten groeien tot je er niet meer over kunt kijken, om niet alle soorten situaties te laten verrotten. Om over meterstanden te waken, om tijdig te zeggen : is er nog mazout ? Want bij hen is het : als hij op is, is hij op, hé. Ik moet wel zeggen dat qua brokken en overtredingen maken in het verkeer er Belgen zijn die er veel meer maken dan hij, waarmee ik niet zeg dat hij zuiver rijdt, hé ( lacht).

“Naar dat cultuur- en mentaliteitsverschil zouden we eigenlijk niet te zeer moeten kijken, een goeie professionele relatie is al ruim voldoende. Hij is hier om het te maken als profvoetballer en weet dat hij een beetje aan verplichtingen is gebonden. Hij vergelijkt zich graag met Pizarro van Bayern München, maar wij zijn natuurlijk Bayern München niet. Hij mag best de aspiratie hebben om bij Bayern te spelen, maar het moet wel een beetje wederzijds zijn, hé. Ik hoop dat het ervan komt, voor hemzelf en ook omdat wij er niet slechter van zouden worden natuurlijk.”

door Christian Vandenabeele, Roel Van den broeck en Frédéric Vanheule

‘Met eender welke andere trainer dan Sollied was er al lang geen sprake meer van Mendoza.’

‘Als drukkingsmiddel ging Mendoza ooit aan de haal met een beker uit de trofeeënkast.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content