KVK-coach Hein Vanhaezebrouck was van 1 juli 1998 tot 27 november 2002 lid van Sporting Lokeren, de tegenstander van KV Kortrijk in de komende bekerfinale. Hij beleefde er het einde van zijn spelerscarrière en het begin van zijn trainerscarrière. Maar hoe ging dat ook alweer?

H ein Vanhaezebrouck is een vrije speler wanneer hij op zijn 34e voor Lokeren tekent. Na een carrière die hem via White Star Lauwe, KV Kortrijk en Racing Doornik tot bij KRC Harelbeke leidde, wordt hij daar begin 1998 ontslagen. Na een interview in Sport/Voetbalmagazine, waarin hij zich kritisch uitlaat over de gang van zaken in het Forestiersstadion, stelt Henk Houwaart de club voor een dilemma: ofwel Vanhaezebrouck, zijn libero die op dat moment ook al jeugdcoördinator is, buiten; ofwel hijzelf. Het bestuur volgt de trainer.

In

In Lokeren is trainer Willy Reynders blij met de komst van Vanhaezebrouck. “We zochten toen iemand centraal achterin en Hein was om verschillende redenen mijn nummer één”, zegt Reynders, die nu sportief directeur is van de club. “1. Hij was intelligent. 2. Hij had zowat de beste lange bal van eerste, wat voor ons met een spits als Jan Koller belangrijk was. 3. We wilden iemand met overwicht op Patrice Zéré, die een sterke en snelle verdediger was maar ook een tijdbom. 4. Hij had veel lef en daar hield ik van. Wij voetbalden met een lijnverdediging in zone en hij was altijd een libero geweest die vijftien meter achter de verdediging speelde. Maar toen ik hem vroeg of hij dat zou durven, zei hij meteen dat hij dat al lang als een uitdaging zag en dat het ook zijn idee over voetbal was.”

Hij maakt het waar. Lokeren eindigt als vijfde. “Hein was niet van de snelste, maar zijn positiespel was goed en hij was een atleet”, zegt Reynders. “Er stónd iemand, hij coachte veel en de ploeg was sterk. Daar zaten wel meer persoonlijkheden en trainerkes tussen. Roman Vonásek, Tsjechisch international; Patrice Zéré, de king van de zwartjes; Chris Janssens, Ronny Van Geneugden.” Vanhaezebrouck is iemand die je bijblijft, bedenkt hij. “Iemand die mondig is, die graag zijn zeg doet en van wie sommigen vinden dat hij neigt naar eigenwijsheid, maar ik hou van gasten met een filosofie en met ideeën en principes waar ze achter blijven staan. En: onze manier van spelen met hoge pressing stond hem aan. Hein is een voetbalbeest en dat hij trainer zou worden, was snel duidelijk.”

Chris Janssens was toen aanvoerder. “Je zag meteen dat Hein een leider en een coach was”, zegt ook hij. “Rond zich zette hij alles naar zijn hand. Hij kende zijn gaven en gebreken en had graag veel volk rond zich, om … zijn positie te verbeteren. ( lacht) Ik herinner mij dat hij eens iets tegen mij zei, dat ik reageerde en dat hij zei: ‘Oké, ’t is goed, nu weet ik dat je ermee bezig bent.'” Een paar keer lag hij bij hem op de kamer. “Hein is heel sociaal, ik kan het nog altijd goed met hem vinden. Hij is een voetbalmens, hij praatte alleen maar over voetbal en wat dat betreft is hij nog geen haar veranderd. Bij Lokeren is hij zo in het trainersvak gerold. Wanneer hij onder Georges Leekens ( de opvolger van Willy Reynders, nvdr) de scouting van de tegenstander besprak, was dat heel interessant, maar hij kon moeilijk stoppen. Hij zou úren blijven doorgaan. ( lacht) En als hij eens een deel van de training gaf, onderbrak hij constant het spel om uitleg te geven. Hein moet kunnen praten en coachen.”

Peter Hemelsoet, toenmalig jeugdtrainer van Lokeren, is vol lof over het werk dat Vanhaezebrouck daar bij de jeugd leverde. “Ik herinner mij dat Hein tegen Moeskroen door de knie is gegaan en dat zijn spelerscarrière op dat moment eigenlijk over was”, vertelt hij. “Leekens heeft hem dan opgenomen in de scouting, waar ik ook in zat. Toen Hein als hoofd opleidingen werd aangesteld, was het direct duidelijk dat hij het voetbal in het tactische zocht, dat die kerel het spel ongelooflijk door had en dat we met hem inhoudelijk een stap vooruit zouden zetten. Zijn ideeën – over bijvoorbeeld de opbouw van achteren uit – waren niet alleen heel diep uitgewerkt, ze waren ook nog eens vertaald naar trainingen per leeftijdscategorie. Zijn presentaties voor jeugdtrainers worden meer dan tien jaar later nog altijd gebruikt en zijn nog altijd up-to-date. Ook toen hij met Rudi Cossey al assistent-trainer van Paul Put was, kwam hij nog graag naar de jeugd kijken. Nu bij KV Kortrijk voetbalt hij trouwens nog altijd volgens hetzelfde principe als bij Lokeren destijds: hij speelt jeugdvoetbal op Pro Leagueniveau. Sommigen vinden het arrogant te zeggen dat je dominant wil voetballen, maar bij Hein is het gefundeerd tot en met. Ik weet niet of je dat moet schrijven, maar ik vind hem hoogbegaafd in voetbal.”

Out

In het seizoen 2002/03 komt er een einde aan de Lokerse jaren van Hein Vanhaezebrouck. Hij blijkt niet zo complementair te zijn met hoofdtrainer Paul Put, de opvolger van Georges Leekens. “Hein was enorm gedreven, wilde zijn job perfect doen en overal het maximum uithalen”, zegt Cossey. “Hij had een visie, werkte alles tot in detail uit en het was snel duidelijk dat zijn ambities verder reikten dan die van assistent-trainer. Hein wou meer impact. Hij is niet gemaakt om assistent-trainer te zijn. Dan moet je kunnen uitvoeren wat de hoofdtrainer wil. Maar hij is iemand die zijn eigen ideeën wil ontwikkelen en zijn eigen stempel wil drukken. Dat hij is weggegaan om zijn eigen weg te kunnen gaan, is een heel logische keuze geweest.”

Maar scheiden van Lokeren was niet gemakkelijk, weet Peter Hemelsoet, die ondertussen jeugdtrainer bij Club Brugge is. “Hein is niet iemand die snel verandert. Hij hecht zich, is trouw en wil iets uitbouwen. Dat was heel moeilijk voor hem.”

Lokeren zal dat seizoen onder leiding van Paul Put (en Rudi Cossey) als derde eindigen, de op een na dichtste plaats in de geschiedenis van de club. Hein Vanhaezebrouck keert eind november terug naar het Forestiersstadion, waar KRC Harelbeke kapot is gegaan aan het beleid dat hij gehekeld had. Hij wordt er hoofdtrainer van de tweedeklassefusieclub KSV Ingelmunster Zuid-West. Daarna volgen in zijn trainerscarrière WS Lauwe, KV Kortrijk, KRC Genk en weer KV Kortrijk, de club waarmee hij op 24 maart tegen Lokeren de bekerfinale speelt. Bijna een decennium nadat hij op Daknam vertrok.

Lokerenvoorzitter Roger Lambrecht moet even diep nadenken wanneer we hem naar zijn herinneringen aan Hein Vanhaezebrouck vragen. “Is die niet gekomen in tweede?” Neen dus. “In elk geval was hij een goeie verdediger, een laatste man. Maar hij durfde weleens te veel zijn tong laten gaan. Daarna is hij eerst bij onze jeugd geweest en dan wou hij hier een beetje de pijlers uitzetten, maar … daar was hij toen nog niet rijp voor. Maar ik ga niets negatiefs over hem zeggen, want hij is een goeie jongen en een goeie trainer.”

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE – BEELDEN: IMAGEGLOBE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier